BO1

BO1

BO1

Na deze beroepstaak……

  • Kun je adequaat reageren op koopsignalen van klanten betreffende mobiliteit.
  • Heb je kennis van verkooptechnieken voor mobiliteit.
  • Heb je kennis van accessoires en opties voor verschillende vormen van mobiliteit.
  • Heb je technische basiskennis van voertuigen.
  • Kun je (jezelf) presenteren.

Na periode 1 laat je zien wat je hebt geleerd door middel van een beroepsopdracht , (BO).Omdat dit je eerste BO wordt, wordt er eerst goed uitgelegd Hoe je een BO maakt en wat er van je wordt verwacht.

Hoe maak je een BO?

1. Oriëntatie

Allereerst lees je de beroepsopdracht goed door, zodat je weet wat je moet opleveren aan het eind van een periode.

2. Planning

Nu je weet wat je moet opleveren, maak je een planning. Het is belangrijk dat je op tijd begint met de beroepsopdracht, zodat je de deadline ruimschoots haalt. Te laat beginnen betekent in de meeste gevallen dat je tijd tekort komt, waardoor je op het eind snel moet. Je gaat het afraffelen en je maakt fouten. Dat betekent dat je niet het gewenste resultaat haalt.

Door een goede planning te maken, verdeel je de werkzaamheden. Het zorgt er voor dat de grote berg in stukjes wordt verdeeld en dat je tijd genoeg hebt om je werk zorgvuldig uit te voeren.

Als je voor een beroepsopdracht moet samenwerken is een goede planning ook heel belangrijk. Verdeel de taken en zorg er met elkaar voor dat iedereen zich aan de planning en de afspraken houdt. Zorg dat je voor de deadline nog tijd hebt om samen de beroepsopdracht af te ronden en samen te voegen.

We bespreken klassikaal hoe je een planning kunt maken.

3. Uitvoeren

Nu ga je met de opdrachten aan de slag. Je kunt de docenten die vakleer geven altijd vragen stellen als je niet weet hoe je een opdracht moet aanvliegen of als je de opdracht niet begrijpt. Ook hier is het in je voordeel als je tijdig start, zodat je ook zo snel mogelijk ondersteuning of extra uitleg kunt vragen. Ben je onzeker over een onderdeel van een beroepsopdracht die je al gemaakt hebt? Vraag gerust je docent ofhij/zij er even naar wil kijken!

4. Reflectie

Een beroepsopdracht sluit je altijd af met een reflectie. Hoe je dat doet staat hier verderop beschreven. We gaan dit klassikaal behandelen, zodat je voor de volgende beroepsopdrachten weet hoe je een reflectie maakt.

5. Inleveren

Het is belangrijk dat je jouw beroepsopdracht op tijd inlevert in Its Learning. De deadline wordt aan het begin van een nieuwe periode bekend gemaakt. Mocht je onverhoopt je beroepsopdracht niet op tijd kunnen inleveren, dan meld je dat bij je eigen SLB-er. Op basis van de reden waarom je de beroepsopdracht niet op tijd kunt inleveren maken jullie samen afspraken over een andere deadline.

Als je voor een beroepsopdracht samenwerkt met een klasgenoot, dan geldt dat iedere student zijn eigen werk inlevert in Its Learning.

Over BO1

Over BO1

In een BO laat je zien, door het uitvoeren van opdrachten, watje geleerd hebt bij vakleer. In deze periode ging vakleer over klanten en presenteren.

 

Deze BO bestaat uit 2 opdrachten:

  1. Je levert een verslag in op waarin de stof van het vak klanten& producten aanbod komt.
  2. Je houdt een presentatie met een klasgenoot over het thema Modaliteit.

Beide opdrachten rondt je aan het eind van periode 1 af. Ze worden beoordeeld met een O/V/G. Om de periode goed af te ronden heb je voor beide onderdelen minimaal een Voldoende nodig.

 

Planning

Om een goede planning van de 2 opdrachten te kunnen maken, gaan we eerst tweetallen vormen. Met wie ga je de presentatie voorbereiden?

 

Nu ga je in tweetallen de planning maken voor BO 1.1. en 1.2 Wanneer ga jij aan de slag met 1.1? Wanneer ga je samenwerken aan BO 1.2? De 2 planningen passen bij elkaar?

 

Een planning kun je maken op basis van deadlines die je eerst vast legt. Bouw voor de deadline een buffer in zodat je een verstoring of een tegenvaller kunt opvangen.

Een planning kun je maken in excel. Er staan bruikbare formats in Excel. Ook kun je gemakkelijk een planning maken in een tabel in Word.

 

 

Reflectie

Wen er maar aan….. Iedere beroepsopdracht ga je afsluiten met een reflectie. Hier kijk je terug naar hoe je eraan gewerkt hebt, wat je geleerd hebt en welke plaats deze opdracht krijgt in je persoonlijke ontwikkeling. Om goed uit te leggen hoe je een reflectie maakt, komt dat hierna uitgebreid aan bod.

BO1.1 Verslag

Wat            verslag maken, minimaal 2000 woorden

Wie            iedere student maakt eigen verslag

Hoe            volgens format

Wanneer     voor deadline, voor 07 november 2022

 

Het verslag maak je op basis van de volgende opdrachten en heeft de volgende inhoud:

Je maakt een voorblad met daarop de naam van de opdracht / BO, jouw naam en datum inleveren.

  1. Inleiding
  2. Inhoudsopgave
  3. Productkennis
  4. Product presenteren
  5. Klantentypologie
  6. Klanmotieven
  7. Klantbehoefte bepalen
  8. Techniek – Voertuigtechniek
  9. Reflectie

 

Opdracht Productkennis

Om iets te kunnen verkopen heb je productkennis nodig. Zeker in deze tijd waarbij de klant volledig op de hoogte is van het product waarin hij geïnteresseerd is, moet je goed op de hoogte zijn van je assortiment en dat van je concurrent.  Met deze kennis kun je inspelen op de wensen van de klant en de mogelijkheden van het product hieraan relateren.

  1. Kies een drietal middenklasse auto’s.
  2. Geef een omschrijving van alle 3 auto’s door middel van een foto en belangrijke kenmerken.
  3. Plaats bij elke auto een sellogram, waarin je de kenmerken van de auto duidelijk aangeeft. Per autio geef je 10 kenmerken aan.
  4. Maak van deze 3 auto’s een concurrentievergelijking in een overzichtelijke tabel op 15 verschillende punten. Denk hierbij aan: wegenbelasting, verbruik, onderhoudskosten, prijs, bijtelling, label, CO2, garabtiebepalingen, techniek, standaarduitrusting.
  5. Noem vervolgens in je eigen woorden van elk model de USP.
  6. Hier geef je uitgebreid aan welke auto het beste uit de vergelijking komt. Je onderbouwt je bevindingen door duidelijk aan te geven waarom deze auto als beste aangemerkt kan worden.
  7. Tot slot geef je uitgebreid aan welke auto het slechtste uit de vergelijking komt. Je onderbouwt je bevindingen door duidelijk aan te geven waarom deze auto als slechtste aangemerkt kan worden.

Opdracht Product presenteren

Nadat je je klant hebt begroet en verwelkomd probeer je d.m.v. gerichte vragen erachter te komen wat de behoefte van de klant is.  Als je de behoefte van de klant eenmaal weet, komt het op jouw deskundigheid aan om het product op de juiste manier te presenteren. Hierbij is het van belang dat je een deskundige uitleg geeft en advies over mogelijke accessoires, opties en garanties. Je moet bij deze uitleg rekening houden met wat het voordeel is voor de klant.

Voor de opdracht productkennis heb je 5 verschillende auto’s met elkaar vergeleken. Deze 5 auto’s kun je voor de volgende opdracht weer gebruiken. Tip: geef de opdracht per punt weer in overzichtelijke tabellen.

  1. Benoem voor alle vijf modellen van de vorige activiteit minimaal vijf verschillende  accessoires en wat het voordeel hiervan is voor de klant.
  2. Benoem voor alle vijf modellen minimaal vijf verschillende opties en wat het voordeel hiervan is voor de klant.
  3. Benoem voor alle vijf modellen de verschillende garantievoorwaarden en wat het voordeel hiervan is voor de klant.

Opdracht Klantentypologie

In deze opdracht ga je aan de slag met de kennis over verschillende soorten klanten.

Maak voor alle types klant (A, B, C en D) een persoonsbeschrijving:

  • Geef ze een naam die past bij het type, bijvoorbeeld Max Twijfel.
  • Geef een omschrijving van de persoon, bijvoorbeeld: man, 42 jaar, onzeker, boekhouder, alleenstaand, degelijk.
  • Geef aan in welke auto de persoon rijdt. Noem een merk en het model.
  • Geef aan voor deze persoon hoe ze de auto gebruiken.
  • Geef aan voor deze persoon wat de klantbehoeftes zijn.
  • Geef aan voor deze persoon wat de koopmotieven zijn.
  • Doe bovenstaande 4x: 1x voor type A, 1x voor type B, 1x voor type C en 1x voor type D.

Opdracht Koopmotieven

Bij deze opdracht koopmotieven  ga je bij elke koopmotief een product noemen en uitleggen waarom dit koopmotief voor dit product zou kunnen gelden. Leg dat in een duidelijke omschrijving uit. Bijvoorbeeld:

  • Het afsluiten van een verzekering past bij het koopmotief “zekerheid”. De klant heeft zojuist een huis gehuurd en heeft de behoefte om zijn inboedel te verzekeren, omdat het hem zekerheid geeft in het geval van schade etc.  Daarom sluit de klant een inboedelverzekering af.
  • Een moeder koopt nieuwe schoenen voor haar zoontje van 5 jaar, omdat zijn oude schoenen te klein zijn. Hier is sprake van het koopmotief “noodzaak”.

Dit zijn voorbeelden om je op weg te helpen. Jij bedenkt nieuwe / andere voorbeelden. Jouw voorbeelden hebben betrekking op de producten en of diensten uit de Mobiliteit.

Ook hier is een tabelvorm handig en overzichtelijk.

Koopmotief

Voorbeeld

Noodzaak

  • Een moeder koopt nieuwe schoenen voor haar zoontje van 5 jaar, omdat zijn oude schoenen te klein zijn. Hier is sprake van het koopmotief “noodzaak”.

 

 

Koopmotieven:

  1. Noodzaak
  2. Zelfontplooiing
  3. Uniciteit
  4. Saamhorigheid
  5. Zekerheid
  6. Prijs
  7. Geld
  8. Veiligheid
  9. Gemak
  10. Status
  11. Tijdsbepaling
  12. Vernieuwing
  13. Lust
  14. Schoonheid
  15. Actualiteit

Opdracht Klantbehoefte

In deze opdracht ga je klantbehoefte inventariseren.

Het eindproduct is een film, die je samen met een klasgenoot maakt. Je werkt in dezelfde tweetallen als waarmee je de presentatie van deze beroepsopdracht doet. Om de opdracht goed uit te voeren, doorloop je alle stappen van de opdracht.

Bij deze opdracht ga je een instructiefilm maken over het inventariseren van klantbehoefte. Het is de bedoeling dat de film van elk van de vier fasen van het klantgesprek (zie stap 1: oriënteren)  een DO- en een DON’T-variant bevat.

 

 

Plan van aanpak

In tweetallen ga je eerst afstemmen hoe je te werk gaat. Je gaat scenes bedenken, die je gaat spelen en filmen.

Script

De te spelen scenes schrijf je uit in een script. Het script zet je in het verslag.

 

Filmen

Als duidelijk is wat je gaat filmen, oefen de scene dan een keer en laat daarna de scene filmen. Vraag een ander tweetal om je te ondersteunen bij het filmen van jullie scene. Je kunt dit tweetal een dienst bewijzen door hen te ondersteunen bij deze opdracht.

 

Youtube

Je kunt de film bewerken. Je kunt er tekst en/ of muziek onder zetten. Zorg er voor dat goed en duidelijk overkomt wat je wilt aantonen. Zet je film in je eigen Youtube -kanaal. Zet de film op privé, dan is de film niet voor iedereen zichtbaar. De link plaats je in je verslag.

 

Link plaatsen in je persoonlijke BO-verslag.

 

Opdracht Techniek

In deze periode heb je het vak techniek gevolgd: Het thema voertuigen kwam aan de orde.

Maak een film waarin je een reflectie geeft over het vak techniek, betreffende afgelopen periode, op basis van onderstaande punten. Het filmpje duurt minimaal 1 minuut en maximaal 2 minuten.

Tip: werk van tevoren onderstaande reflectiepunten uit, zodat je daarna weet wat je in het filmpje moet zeggen.

  1. Geef aan wat je bij het vak techniek deze periode over voertuigtechniek hebt geleerd.
  2. Wat vond je het interessantste thema en waarom?
  3. Wat vond je het leerzaamste thema en waarom?
  4. Geef jezelf een top over het vak techniek, deze periode. ( Waar ben je trots op, wat heb je zo goed gedaan)
  5. Geef jezelf een tip over het vak techniek, deze periode ( Wat zou je anders  kunnen doen, wat kan beter, wat moet je nog ontwikkelen)

 

BO 1.2 Presentatie

Wat            presentatie houden

Wie            in tweetallen, iedere student presenteert 5-7 minuten

Hoe            middels een PowerPoint

Wanneer    op afspraak, aan het eind van de periode

 

Je geeft een presentatie, samen met een klasgenoot. Het thema is “Mobiliteit”.  Je bedenkt samen waar jullie presentatie over gaat. Je maakt het thema kleiner. Voorbeelden zijn:

  • de toekomst van mobiliteit
  • mobiliteit en duurzaamheid
  • ontwikkelingen in de mobiliteit

Heb je een titel bedacht? Vraag de docent om een go, zodat je aan de slag kunt.

 

Tips:

  • Zet weinig tekst op de PP!
  • Gebruik een goed lettertype en goede kleuren in je PP
  • Houd rekening met je publiek
  • Begin je presentatie met een aandachttrekker;
  • Test je presentatie van te voren op het digibord / scherm
  • Vergeet niet te genieten van je presentatie.

GO! Pro - 7 sleutels van presenteren

Verantwoording kwalificatiedossier

Verantwoording Kwalificatiedossier

Deze beroepsopdracht sluit aan bij het kwalificatiedossier:

(After-) Sales Mobiliteitsbranche – crebo 79060

B1- K2 à Verkoopt producten en / of diensten in de mobiliteitsbranche:

  • B1-K2-W1 Presenteert producten en /of diensten
  • B1-K2-W2 Begeleidt en adviseert klanten van producten en / of diensten en handelt transacties af

 

Tijdens deze beroepsopdracht word je beoordeeld op onderstaand gedrag en aangetoond resultaat:

 

Gedrag:

  • Stelt open en gesloten vragen aan de klant om diens exacte wensen en verwachtingen ten aanzien van het gewenste voertuig te achterhalen.
  • Vraagt zijn leidinggevende of een ervaren technicus om ondersteuning bij vragen van de klant die hij niet kan beantwoorden.
  • Geeft deskundige uitleg bij (motor)voertuigen en geeft advies over mogelijke accessoires, opties en garanties, waarbij hij met tempo en taalgebruik aansluit bij het (technisch) begrip van de klant.
  • Toont inzicht in het assortiment door de wens van de klant vlot aan de mogelijkheden van het assortiment te relateren en past hierbij de geschikte verkooptechnieken toe.
  • Werkt samen, overlegt, presenteert, past vakdeskundigheid toe, richt zich op de behoeften en verwachtingen van de klant.

 

Aangetoond resultaat:

 

De leerling kent de behoeftebepaling en heeft relevant aanbod geselecteerd en aan de klant gepresenteerd. Alle vragen van de klant zijn op deskundige en begrijpelijke wijze beantwoord.

  • Het arrangement BO1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Mobiliteit
    Laatst gewijzigd
    2022-10-24 10:27:20
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Beroepsopdracht 1 periode 1 cohort 22
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.