Met deze wikiwijs gaan we aan de slag met het herhalen van grammatica vormen 'adjectives & adverbs'.
Wanneer de je dit leerarrangement hebt afgerond beschik je over de volgende doelen:
- Je kan een adjective en adverb herkennen in een zin.
- Je kan bij het gebruiken van een adjective of adverb de juiste vorm gebruiken in een zin.
Je zal in ieder kopje informatie tegenkomen. Dat kan herhaling van de grammatica zijn, maar ook verschillende opdrachten over de stof.
Zorg er dus voor dat je alles goed doorleest en probeert te doorlopen. Je hebt het arrangement succesvol doorlopen als je alle kopjes hebt doorgenomen, de final test hebt gemaakt en de evaluatie hebt ingeleverd.
Veel succes en veel plezier!
Meneer Faraj
Go to the next heading: Let's rehearse!
Let's rehearse!
Ga door naar het Adjectives
Adjectives
Uitleg
Bekijk dit korte filmpje over adjectives die hieronder is weergeven. Lees daarna de extra uitleg onder het filmpje.
Herhaling adjectives
Recap: (herhaling)
Een adjective word in het Nederlands een bijvoegelijk naamwoord genoemd. Dit verteld iets over de noun in een zin. (noun = zelfstandig naamwoord) Dit is een functie die wat verteld over het zelfstandig naamwoord. Voorbeelden hiervan kunnen zijn: Goed, slecht, beter, hard, mooi, langzaam, snel.
Een adjective kan op 2 plekken staan:
- Voor een noun:
A fast car
A nice girl
A big smile
- Of achter een linking verb:
They are fast
She seems nice
I look pretty
Example sentences: (voorbeeldzinnen)
1. I want to visit the new museum.
- new dat zegt iets over het museum. Er word door het woordje new nieuwe informatie gegeven over de museum. (Dat het nieuw is) In deze zin is geen linking verb te zien, dus de adjective (old) staat voor een noun (museum)
2. Julia looks beautiful today.
- beautiful zegt iets over Julia. Het geeft extra informatie, namelijk dat Julia er mooi uit ziet. Hier staat wél een linking verb (looks) dus de adjective (beautiful) staat niet voor Julia (de noun) maar achter de linking verb (looks).
3. Tim is fast with his new running shoes.
- In deze zin staan 2 adjectives. Fastzegt iets over Tim, maar new zegt ook iets over de running shoes. Allebei de adjectives geven meer informatie over een noun (Tim en running shoes), ze vertellen dat Tim snel is, en dat zijn hardloopschoenen nieuw zijn. We zien ook de linking verb 'are' staan (van 'to be'). Fast staat daarom achter de linking verb, terwijl new voor running shoes (noun) staat.
Oefeningen
Oefening: Opdracht adjectives
0%
Hier kan je een paar oefeningen vinden om te kijken of je het hebt begrepen. Lees alles goed door om onnodige fouten te voorkomen!
Bekijk hieronder een kort filmpje over adverbs. Lees daarna goed de uitleg onder het filmpje goed door.
Herhaling adverbs
Recap:
Adverbs (bijwoorden) vertellen op welke manier of hoe vaak iets gebeurt.
Een adverb kan over 3 woordsoorten iets zeggen:
- werkwoord (verb)
- adjective (bijvoeglijk naamwoord)
- andere adverb (bijwoord)
Adverbs maak je door de adjective vorm te pakken en -ly erachter te plakken (beautiful - beauifully)
Adverbs of frequency geven aan hoe vaak iets gebeurt, voorbeelden: never, always, usually. Deze staan voor het werkwoord. Andere adverbs staan achter het werkwoord of voor een adjective.
Exceptions (uitzonderingen):
Sommige bijwoorden veranderen anders dan de standaard (+ -ly) of veranderen helemaal niet als je er een bijwoord van maakt.
- Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -y --> -ily (easy --> easily)
- Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -le --> de -e valt weg (terrible --> terribly)
- good --> well (dus niet: goodly) (He is good --> He runs well)
- Bij sommige bijvoeglijke naamwoorden plak je géén -ly erachter om een adverb te vormen, die blijven in dezelfde vorm:
LET OP!
- Bij linking verbs komt er géén adverb, maar een adjective:
Het arrangement ADL grammar practice is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Didar Faraj
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2022-01-30 22:50:31
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Opdracht adjectives
Opdracht adverbs
Oefenen met Adverbs & adjectives
Oefenen met Adverbs & adjectives
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.