Themaweek 2 EO

Themaweek 2 EO

Welkom

In themaweek 2 van leerjaar 3 ga je aan de slag met de onderwerpen sport en veiligheid. Tijdens deze week ga je een minute to win it toernooi organiseren voor je eigen klas. Hierbij leer je om een draaiboek te maken, leskaarten te maken, een planning te maken en andere elementen die nodig zijn bij het organiseren van een evenement.

Daarnaast ga je ook kennismaken met de economische kanten van sport en wat daar allemaal bij komt kijken. Denk hierbij aan bekende sportmerken, bekende sporters en goede doelen.

Naast dat er gewerkt wordt aan de vakken is er uiteraard ook tijd gemaakt voor sport en excursies. Zo gaan jullie op maandag bubbelvoetbal spelen in de gymzaal en gaan we woensdag met z'n allen naar Jump XL.

Alle docenten van de afdeling Economie & Ondernemen wensen jullie heel veel plezier deze themaweek!!

 

Sportevenement

Deze week ga je een 'minute to win it' toernooi organiseren voor je eigen klas. Dit toernooi zal op vrijdag worden gespeeld in de gymzaal.

3KEO2 - 9:10 - 10:15 uur (PEEE en LAMM)
3KEO1 - 10:15 - 11:15 uur (SCHD en KNID)
3KEO3 - 11:15 - 12:15 uur (TIEC en KNID)
3BEO12 - 12:15 - 13:15 uur (SCDA en STER)

Voor dat dit toernooi zal gaan plaatsvinden worden er voor verschillende vakken opdrachten gemaakt. Deze opdrachten worden allemaal uitgeprint en stop je in je eigen draaiboek (mapje).

Dit draaiboek mag jij aan het einde van de themaweek zelf houden. De opdrachten worden ingeleverd via Teams bij de lesgevende docent.

DEADLINE ALLE OPDRACHTEN VAN THEMAWEEK 2: VRIJDAG 25 MAART VÓÓR 15:00 UUR

(Filmpje 43 min)

Minute to win it

Economie

Iedereen loopt het risico dat hem iets vervelends overkomt. Sommige van deze risico kunnen we financieel aan, andere hebben zo’n impact dat we deze risico’s het liefst verzekeren. Het risico zelf kan niet worden verzekerd, maar wel de (financiële) gevolgen. Als tegenprestatie dien je wel maandelijks of jaarlijks de verschuldigde premie aan de verzekeraar te betalen.

 

 

BBL

Hieronder zie je een PowerPoint presentatie waarin stap voor stap wordt uitgelegd wat de opdracht is. Daarnaast kun je in de PowerPoint ook de beoordeling vinden.

Wat ga je doen?

Wat ga je doen?

Je gaat in een tweetal een verslag maken. Dit tweetal mag jezelf bepalen. In dit verslag leggen jullie je onderzoek vast naar de verzekeringen van een (sport) evenement. Jullie gaan zelf 7 deelvragen bedenken die de hoofdvraag: “Wat moet je verzekeren als je een (sport) evenement organiseert?” beantwoord. Hierbij kun je denken aan de volgende vragen:

· Welke verzekeringen zijn er allemaal?

· Welke verzekeringen hebben mensen al (verplicht) in Nederland, die nodig zijn voor een (sport) evenement?

· Welke verzekeringen zijn er voor een evenement?

· Welke schades kun je lopen als je je niet verzekerd?

· Etc.

 

De 7 deelvragen moet je beantwoorden. Je mag de voorbeeld deelvragen gebruiken in je onderzoek. Maak gebruik van je economie boek, maar vooral van internet om informatie op te zoeken.

Beoordeling BBL

KBL

Hieronder zie je een PowerPoint presentatie waarin stap voor stap wordt uitgelegd wat de opdracht is. Daarnaast kun je in de PowerPoint ook de beoordeling vinden.

Wat ga je doen?

Wat ga je doen?

Je gaat in een tweetal een verslag maken. Dit tweetal mag jezelf bepalen. In dit verslag leggen jullie je onderzoek vast naar de verzekeringen van een (sport) evenement. Jullie gaan zelf 10 deelvragen bedenken die de hoofdvraag: “Wat moet je verzekeren als je een (sport) evenement organiseert?” beantwoord. Hierbij kun je denken aan de volgende vragen:

· Welke verzekeringen zijn er allemaal?

· Welke verzekeringen hebben mensen al (verplicht) in Nederland, die nodig zijn voor een (sport) evenement?

· Welke verzekeringen zijn er voor een evenement?

· Welke schades kun je lopen als je je niet verzekerd?

· Etc.

De 10 deelvragen moet je beantwoorden. Je mag de voorbeeld deelvragen gebruiken in je onderzoek. Maak gebruik van je economie boek, maar vooral van internet om informatie op te zoeken.

Beoordeling KBL

Nederlands

BBL

Opdracht Spelkaart

Samen met twee klasgenoten bedenk je een spel van ongeveer een minuut. Hiervoor maak je een spelkaart. Voor deze spelkaart krijg je met je groepje een cijfer.

De spelkaart bestaat uit de volgende onderdelen:

- Doel: Wat moeten de deelnemers bereiken?

- Doelgroep: Voor wie maak je dit spel?

- Duur: Hoe lang duurt het spel?

- Benodigdheden: Wat heb je nodig voor dit spel?

- Voorbereiding: Wat moet je klaarzetten en hoe?

- Spelverloop: Hoe wordt het spel gespeeld?

- Spelregels: Wat mag wel en wat mag niet?

- Score: Hoe wordt de score bepaald?

Voorwaarden

In deze spelkaart verwerk je 3 woorden van de paragrafen Woordenschat (dit mag van alle hoofdstukken zijn – zie bijlage). Deze woorden zet je vetgedrukt in je spelkaart. Kies andere woorden dan de woorden die in het voorbeeld worden genoemd.

 

Let op: Houd deze volgorde aan!

Zorg dat je spelkaart minimaal 200 woorden bevat!

Tips

Taalverzorging

- Controleer de tekst op taal- en spelfouten. Gebruik daarbij de theorie op bladzijde 150 (KBL) of bladzijde 220 (BBL) van je boek.

Opmaak

- Zorg dat de naam van het spel bovenaan de spelkaart staat.

- Zorg voor een overzichtelijke kaart in één A4. Maak bijvoorbeeld gebruik van een tabel.

- Zorg dat de lettertypes en lettergroottes van de kopjes gelijk zijn.

- Zorg dat de lettertypes en lettergroottes van de overige tekst gelijk zijn.

- Zorg ervoor dat alle onderdelen in de juiste volgorde staan. Zie stap 4.

- Voeg een afbeelding toe die de aandacht trekt of het spel duidelijker maakt. Deze kun je eventueel ook zelf maken.

Beoordeling

KBL

Opdracht Spelkaart

Samen met twee klasgenoten bedenk je een spel van ongeveer een minuut. Hiervoor maak je een spelkaart. Voor deze spelkaart krijg je met je groepje een cijfer.

De spelkaart bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Doel: Wat moeten de deelnemers bereiken?
  • Doelgroep: Voor wie maak je dit spel?
  • Duur: Hoe lang duurt het spel?
  • Benodigdheden: Wat heb je nodig voor dit spel?
  • Voorbereiding: Wat moet je klaarzetten en hoe?
  • Spelverloop: Hoe wordt het spel gespeeld?
  • Spelregels: Wat mag wel en wat mag niet?
  • Score: Hoe wordt de score bepaald?

DEADLINE: DONDERDAG 24 MAART VÓÓR 23:59 UUR.

Voorwaarden

In deze spelkaart verwerk je 3 woorden van de paragrafen Woordenschat (dit mag van alle hoofdstukken zijn – zie bijlage). Deze woorden zet je vetgedrukt in je spelkaart. Kies andere woorden dan de woorden die in het voorbeeld worden genoemd.

Let op: Houd deze volgorde aan!

Zorg dat je spelkaart minimaal 200 woorden bevat!

Tips

Tips bij het maken van de spelkaart

Taalverzorging

  • Controleer de tekst op taal- en spelfouten. Gebruik daarbij de theorie op bladzijde 150 (KBL) of bladzijde 220 (BBL) van je boek.

Opmaak

  • Zorg dat de naam van het spel bovenaan de spelkaart staat.
  • Zorg voor een overzichtelijke kaart in één A4. Maak bijvoorbeeld gebruik van een tabel.
  • Zorg dat de lettertypes en lettergroottes van de kopjes gelijk zijn.
  • Zorg dat de lettertypes en lettergroottes van de overige tekst gelijk zijn.
  • Zorg ervoor dat alle onderdelen in de juiste volgorde staan. Zie stap 4.
  • Voeg een afbeelding toe die de aandacht trekt of het spel duidelijker maakt. Deze kun je eventueel ook zelf maken.

Beoordeling

Engels

BBL

Voor het vak Engels maak je in de themaweek een praktische opdracht over het onderwerp Sport en Veiligheid. Wat houdt die praktische opdracht in?

Je gaat individueel een Padlet maken over een door jou gekozen sport. Je gaat het hebben over verschillende onderdelen van de sport en dat doe je natuurlijk in het Engels en in jouw eigen woorden.

Opdracht

Padlet is een eenvoudig programma waarmee je met een paar klikken een soort muur kan maken met foto’s en tekst.

Je gaat het hebben over jouw favoriete sport. Misschien zit je zelf op die sport of kijk je het graag. Je gaat laten zien wat de sport inhoudt, wat de regels zijn, hoe je blessures kunt voorkomen, hoe de veiligheid in die sport gewaarborgd/gegarandeerd wordt, welke materialen je nodig hebt bij deze sport (denk hierbij aan bijvoorbeeld wat voor een soort bal je nodig hebt, tennisracket of wat dan ook), van welk materiaal dit dan weer gemaakt. Zit je nou zelf ook op die sport, dan kun je daar uiteraard ook over vertellen, maar ook over de vereniging waar je bij zit (en het eventuele team waar je in zit). En vertel ook eens over hoe eventuele wedstijden en toernooien verlopen. Dan zou je ook eens kunnen denken aan je eigen ultieme sportheld en waarom dat jouw sportheld is, maar ook over waarom je het een leuke sport vindt.

 

https://www.youtube.com/watch?v=7SuAKOoXNsQ

Padlet

How To create a Padlet

Leerjaar 3 – level: 3BBL–C.T. Stork College

Hoe maak je een Padlet account?

· Ga naar padlet.com

· Kies: AANMELDEN

· Wij adviseren met je school e-mail een account te maken, maar je mag ook een van de andere mogelijkheden (Google, Microsoft of Apple) gebruiken.

· Vul je school e-mail adres in en vergeet niet een vinkje te zetten bij Ik ben mooi. Zo weet Padlet dat je geen robot bent…

· Selecteer het BASIC Free Forever membership.

· Klik op MAAK EEN SCHERMAFBEELDING in het midden van de pagina.

· Je krijgt een keuze uit een aantal soorten pagina indelingen te zien:

· Kies een lay-out en je kunt aan de slag.

· In het menu dat rechts opent, kun je aanpassen wat wilt: kleuren, achtergrond, indeling, titel etc. Leef je uit, maar zorg wel dat je de opdrachten uitvoert!

· Zorg ervoor dat de sport, jouw naam en klas in de titel staan!

Voorwaarden en beoordeling

Zorg ervoor dat de volgende onderwerpen in de Padlet zitten:

 

· Hoe komt de sport aan de naam?

· De regels (Veiligheid)

· Materialen

· De geschiedenis

· Bekende sporters

· Jouw eigen ervaringen met die sport.

 

Je mag het internet natuurlijk gebruiken maar zorg ervoor dat je niet alles zomaar kopieert. Daarnaast zijn eigen ideeën altijd goed, denk hierbij aan leuke weetjes, filmpjes, eigen foto’s etc. Hoe interessanter en leuker hoe beter!

KBL

Na de themaweek zullen jullie een mondeling krijgen bij het vak Engels. Deze mondeling kun je ook voorbereiden. Wil je werken aan de voorbereidingsopdracht van Engels? Vraag je begeleidende docent van vandaag. Deze is in het bezit van deze opdracht.

Duits

Film 1

Film 2

Film 3

CKV

Donderdag gaan jullie aan de slag met CKV samen met de afdelingen BWI en PIE. Jullie hebben je ingeschreven voor workshops naar jullie keuze. 

De planning EO, BWI en PIE:

Ronde 1 - Middaggroep A 12:15 - 13:45

Pauze 13:45 - 14:00

Ronde 2 - Middaggroep B 14:00 - 15:30

Afbouw 15:30 - 16:00

 

Veel plezier! 

 

Maatschappijleer

Omschrijving opdracht

Welkom timmerman, chauffeur, verpleegkundige, politieagent enz. enz. enz.,

Deze opdracht gaat over jouw toekomst. Je hebt in de bovenbouw een profiel gekozen. Dat heb je niet voor niets gedaan. De meeste van jullie hebben er al eens over nagedacht wat je later zou willen worden.

Door deze opdracht krijg je inzicht in wat je in de toekomst zou kunnen doen. Als je nog niet weet wat je wilt gaan doen dan is dat niet erg, je kiest dan een beroep wat past bij het profiel dat je hebt gekozen. Dus zit je op Zorg & Welzijn dan neem je bijvoorbeeld een verpleegkundige of verzorgende. Zit je op Economie & Ondernemen dan neem je bijvoorbeeld een administratief medewerker of een ondernemer.

BBL

Verschillende stappen

Stap voor stap ga je een onderzoek uitvoeren & maak je een A3 poster over jouw toekomstige baan. Je gaat beschrijven:

· Welke opleiding doe ik nu, waar ben ik goed in & wat interesseert me?

· Welke opleiding ga ik volgen voor het beroep dat ik wil?

· Wat zijn de werkzaamheden die ik ga doen?

· Wat zijn de voordelen (salaris/ werktijden)?

· Wat zijn de nadelen (fysiek of emotioneel zwaar werk, of beide)?

· Wat gebeurt er als ik dit werk niet meer kan doen?

· Als ik ander werk wil of moet gaan doen wat voor stappen neem ik dan?

Aan het einde lever je dus individueel een poster in over jouw toekomst.

Opdracht 1

Opdracht 1: Wat wil ik & hoe kom ik daar?

Bij vraag 1 t/m 5 staat jouw (mogelijk) toekomstige baan centraal. Het is natuurlijk helemaal niet gezegd dat je dit beroep later ook echt gaat uitoefenen. Maar bij maatschappijleer leer je bij het hoofdstuk Werk onder anderen over arbeidsomstandigheden.

Stap 1: Maak een logisch stroomschema à zie voorbeeld blz. 3

Je start bij vraag 1 met het beschrijven van jezelf. Vervolgens het beroep dat je wilt gaan doen & als laatste zet je de mogelijke opleiding ertussen. Pas als je deze 3 ‘stappen’ op papier hebt ga je bij je beroep voor- & nadelen toevoegen. Daarbij vertel je wat over wat het werk zo interessant maar misschien wel zwaar maakt. Je gaat nu dus eerst deze 5 vragen op een creatieve manier beantwoorden op de voorkant van de poster:

 

1. Welke opleiding doe ik nu, waar ben ik goed in & wat interesseert me?

2. Welke opleiding ga ik volgen voor het beroep dat ik wil?

3. Wat zijn de werkzaamheden die ik ga doen?

4. Wat zijn de voordelen noem er minimaal 3 (salaris/ werktijden)?

5. Wat zijn de nadelen noem er minimaal 3 (fysiek of emotioneel zwaar werk, of beide)?

Voor een voorbeeld van hoe de poster er na vraag 5 uit zou kunnen zien kun je even doorbladeren naar de volgende bladzijde.

Checklist opdracht 1

Checklist opdracht 1: Wat wil ik & hoe kom ik daar?

–        +

Je naam & klas staan op de poster

 

De poster ziet er verzorgd en creatief uit.    

O O O O

Op de poster staan de antwoorden 5 vragen.

O O O O

Je maakt gebruik van plaatjes & er zit een logische volgorde in de poster, dus je begint met waar je nu staat & eindigt bij de baan, niet andersom.

O O O O

Je geeft antwoord in eigen kloppende zinnen

(dus geen knip en plakwerk).

O O O O

Voorbeeld

Kijk nog eens goed naar de checklist op de vorige bladzijde, zijn alle onderdelen verwerkt in je poster?

Als het goed is heb je na het beantwoorden van vraag 1 t/m 5 de voorkant van de poster gevuld. Voor de laatste 3 vragen ga je de achterkant van de poster gebruiken. Wat je moet doen staat op de volgende bladzijde.

Opdracht 2

Opdracht 2: Hoe flexibel ben ik?

Dit deel maak je op de achterkant van de poster.

Stap 1

Bij opdracht 2 ga je de laatste twee vragen van de opdracht beantwoorden op de achterkant van de poster:

  1. Wat gebeurt er als ik dit werk niet meer kan doen (sociale zekerheid)?
    • Heb ik wel of geen recht op een uitkering?
    • Wat voor invloed heeft het op mijn leven als ik (even) niet kan werken?
  2. Als ik ander werk wil of moet gaan doen wat voor stappen neem ik dan (5 manieren van werk vinden)?
    • Ga ik naar het UWV of kijk ik in mijn netwerk, als ik geen werk meer heb doordat ik niet meer kan werken, wie helpt me dan?

Tip: gebruik het hoofdstuk Werk uit je Maatschappijleer boek voor de laatste vraag! Als je deze drie vragen in je poster hebt verwerkt dan heb je als het goed is een poster gemaakt met een volle voor- & achterkant. Je ziet van alles over de mogelijkheden die je hebt & wat de voor- en nadelen zijn van jouw ideale beroep!

 

Checklist opdracht 2

Hieronder een checklist voor stap 2, heb je de checklist doorlopen dan ben je klaar om in te leveren!

Stap 2:

Checklist opdracht 2: Hoe flexibel  en ik?

           +

De achterkant van de poster ziet er verzorgd en creatief uit.

O O O O

Op de poster staan de antwoorden van vraag 6 en 7.

O O O O

Je hebt de theorie uit het hoofdstuk Werk gebruikt of op internet op gezocht.

O O O O

Je geeft antwoord in eigen goed lopende zinnen.

O O O O

Beoordeling BBL

Beoordeling Maatschappijleer opdracht 1 en 2

Inhoud 

max. 18 punten

Je zinnen bevatten antwoord in eigen woorden (dus geen knip en plakwerk),

2p

Opdracht 1:

  1. Er is beschreven welke opleiding je nu doet, waar je goed in bent en wat jou interesseert.
  2. De gekozen opleiding sluit aan bij het beroep dat je wilt uitoefenen.
  3. Je hebt beschreven welke werkzaamheden je gaat doen (let op dat dit je meerdere werkzaamheden benoemd).
  4. Je hebt de voordelen van het beroep benoemd.
  5. Je hebt de nadelen van het beroep benoemd.

Totaal 5 punten

 

Per vraag is er 1 punt te behalen.

Opdracht 2:

  1. Je hebt beschreven wat er met jou kan gebeuren als je het gekozen beroep niet meer kunt uitoefenen.
  2. Je hebt beschreven als je andere werk wilt uitoefenen, welke verschillende stappen je dan neemt.

Totaal 6 punten

 

3 punten per goed beantwoorde vraag.

Je hebt de theorie uit het boek, van internet & uit de lessen correct toegepast

2p

Er is een logische volgorde te zien op de poster, van de huidige situatie tot uiteindelijk de gewenste baan, er zijn duidelijk stappen beschreven.

Max. 3 punten

Opmaak (vorm / lay-out)

max. 4 punten

De poster ziet er verzorgd & netjes uit.

1p

De poster bestaat uit een ingevulde voor- & achterkant & is voorzien van naam & klas.

1p

Mate van creativiteit, netheid en gebruik van plaatjes.

2p

Deadline

2 punten

De poster is op tijd ingeleverd voorzien van naam & klas.

2p

Totaal aantal behaalde punten:

 

24 punten

Cijfer:

 

 

KBL

Verschillende stappen

Stap voor stap ga je een onderzoek uitvoeren & maak je een A3 poster over jouw toekomstige baan. Je gaat beschrijven:

· Welke opleiding doe ik nu, waar ben ik goed in & wat interesseert me?

· Welke opleiding ga ik volgen voor het beroep dat ik wil?

· Wat zijn de werkzaamheden die ik ga doen?

· Wat zijn de voordelen (salaris/ werktijden)?

· Wat zijn de nadelen (fysiek of emotioneel zwaar werk, of beide)?

· Wat gebeurt er als ik dit werk niet meer kan doen?

· Als ik ander werk wil of moet gaan doen wat voor stappen neem ik dan?

· Wat betekent dat voor mijn plek in de maatschappij (maatschappelijke ladder)?

Aan het einde lever je dus individueel een poster in over jouw toekomst.

Opdracht 1

Opdracht 1: Wat wil ik & hoe kom ik daar?

Bij vraag 1 t/m 5 staat jouw (mogelijk) toekomstige baan centraal. Het is natuurlijk helemaal niet gezegd dat je dit beroep later ook echt gaat uitoefenen. Maar bij maatschappijleer leer je bij het hoofdstuk Werk onder anderen over arbeidsomstandigheden.

Het eerste wat je dus op je poster zet dat ben je zelf. Vervolgens het beroep dat je wilt gaan doen & als laatste zet je de mogelijke opleiding ertussen. Pas als je deze 3 ‘stappen’ op papier hebt ga je bij je beroep voor- & nadelen toevoegen. Daarbij vertel je wat over wat het werk zo interessant maar misschien wel zwaar maakt. Je gaat nu dus eerste deze 5 vragen op een creatieve manier beantwoorden op de voorkant van de poster:

· Welke opleiding doe ik nu, waar ben ik goed in & wat interesseert me?

· Welke opleiding ga ik volgen voor het beroep dat ik wil?

· Wat zijn de werkzaamheden die ik ga doen?

· Wat zijn de voordelen (salaris/ werktijden)?

· Wat zijn de nadelen (fysiek of emotioneel zwaar werk, of beide)?

Voor een voorbeeld van hoe de poster er na vraag 5 uit zou kunnen zien kun je even doorbladeren naar de volgende bladzijde.

Checklist opdracht 1

Checklist stap 1:

Checklist opdracht 1: Wat wil ik & hoe kom ik daar?

–        +

De poster ziet er verzorgd uit.    

O O O O

Op de poster staan de antwoorden op alle vier de vragen.

O O O O

Je naam & klas staan op de poster.  

O O O O

Je maakt gebruik van plaatjes & er zit een logische volgorde in de poster, dus je begint met waar je nu staat & eindigt bij de baan, niet andersom.

O O O O

Jullie geven antwoord in jullie eigen woorden (dus geen knip en plakwerk).

O O O O

Voorbeeld

Kijk nog eens goed naar de checklist op de vorige bladzijde, zijn alle onderdelen verwerkt in je poster?

Als het goed is heb je na het beantwoorden van vraag 1 t/m 5 de voorkant van de poster gevuld. Voor de laatste 3 vragen ga je de achterkant van de poster gebruiken. Wat je moet doen staat op de volgende bladzijde.

 

Opdracht 2

Opdracht 2: Hoe flexibel ben ik?

Dit deel maak je op de achterkant van de poster.

Stap 2

Bij stap 2 ga je de laatste vier vragen van de opdracht beantwoorden op de achterkant van de poster:

· Wat gebeurt er als ik dit werk niet meer kan doen (sociale zekerheid)?

o Heb ik wel of geen recht op een uitkering?

o Wat voor invloed heeft het op mijn leven als ik (even) niet kan werken?

· Als ik ander werk wil of moet gaan doen wat voor stappen neem ik dan (5 manieren van werk vinden)?

o Ga ik naar het UWV of kijk in mijn netwerk, als ik geen werk meer heb doordat ik niet meer kan werken, wie helpt me dan?

· Wat betekent dat voor mijn plek in de maatschappij (maatschappelijke ladder)?

o Kijk naar het hoofdstuk Werk, denk bijvoorbeeld aan je inkomen & aanzien als je je baan verliest.

Tip: gebruik het hoofdstuk Werk uit je Maatschappijleer boek voor de laatste vraag! Als je deze drie vragen in je poster hebt verwerkt dan heb je als het goed is een poster gemaakt met een volle voor- & achterkant. Je ziet van alles over de mogelijkheden die je hebt & wat de voor- en nadelen zijn van jouw ideale beroep!

Checklist opdracht 2

Hieronder een checklist voor stap 2, heb je de checklist doorlopen dan ben je klaar om in te leveren!

Stap 2:

Checklist opdracht 2: Hoe flexibel  en ik?

           +

De achterkant van de poster ziet er verzorgd uit.

O O O O

Op de poster staan de antwoorden op alle drie de vragen.

O O O O

Je hebt de theorie uit het hoofdstuk Werk gebruikt.

O O O O

Je geeft antwoord in eigen woorden.

O O O O

Beoordeling KBL

Beoordeling Maatschappijleer opdracht 1 en 2

Inhoud 

max. 19 punten

Jullie geven antwoord in jullie eigen woorden (dus geen knip en plakwerk).

2p

Alle acht vragen zijn correct beantwoord, ook de subvragen, bij een fout antwoord 1 punt aftrek.

Max. 5 punten

Vraag 6 t/m 8 is correct ingevuld (inclusief subvragen)

Max. 5 punten

Je hebt de theorie uit het boek & de lessen correct toegepast

3p

Er is een logische volgorde te zien op de poster, van de huidige situatie tot uiteindelijk de gewenste baan, er zijn duidelijk stappen beschreven.

Max. 3 punten

Opmaak (vorm / lay-out)

max. 4 punten

De poster ziet er verzorgd & netjes uit.

2p

De poster bestaat uit een ingevulde voor- & achterkant & is voorzien van naam & klas.

1p

Mate van creativiteit, netheid en gebruik van plaatjes.

2p

Deadline

2 punten

De poster is op tijd ingeleverd voorzien van naam & klas. Voor elke dag dat je te laat bent een punt aftrek.

2p

Totaal aantal behaalde punten:

 

25 punten

Cijfer:

 

 

 

E&O

Opdracht 1: Communicatie

Opdracht: Communicatie
Groepsgrootte: 1 persoon
Vak: Economie & Ondernemen | Secretarieel
Doel: Een uitnodiging in een digitale omgeving maken, rekening houdend met lettergrootte, lettertype, vlakverdeling, passende afbeeldingen en huisstijl

De opdracht:
Bij een sportdag hoort natuurlijk een passende uitnodiging. De uitnodiging ga je maken in word. Je houdt daarbij rekening met de lettergrootte, lettertype, vlakverdeling, passende afbeeldingen en vooral de huisstijl van het C.T. Stork College. De uitnodiging wordt je voorkant van je draaiboek.  

Wat ga je doen?

Stap 1: Open een word document. Klik op nieuw en type uitnodiging in de zoekbalk. Zoek een mooi format bijpassend voor de sportdag. Zie het voorbeeld hieronder:

Stap 2: Het volgende staat op de uitnodiging:

  • Titel van de themaweek: Just do it!

  • Datum

  • Tijd

  • Locatie

  • Afbeelding C.T. Stork logo

  • Bijpassende afbeelding voor een sportdag

  • Eventueel een prijs voor de winnaar

Beoordeling

De beoordeling

Punten  

De uitnodiging

  • Is creatief

  • Uitnodigende tekst

  • Titel: Just do it!

  • Datum is benoemd

  • Tijd is benoemd

  • Locatie is benoemd

  • Afbeelding van het C.T. Stork college is toegevoegd

  • Bijpassende afbeelding voor een sportdag

  • Eventueel een prijs voor de winnaar

 

  • 5 punten

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

 

Totaal

13 punten

 

Cijfer basis: aantal behaalde punten : 13 x 8 + 2

Cijfer kader: aantal behaalde punten : 13 x 9 + 1

Opdracht 2: Kostenoverzicht

Opdracht: Kostenoverzicht
Groepsgrootte: 2 personen
Vak: Economie & Ondernemen | Administratie
Doel: Het verkrijgen van een financieel overzicht

 
De opdracht:
Om een sportdag te organiseren is het ook handig om te weten wat de kosten zijn. Daarom gaan jullie een kostenoverzicht maken in Excel.

Wat ga je doen?

In Excel ga je een kostenoverzicht maken van alle producten die je nodig hebt voor  de minute to win it spelletjes. Onder aan de pagina is een voorbeeld overzicht te zien. Maak gebruik van formules.

 

Beoordeling

De beoordeling

Punten  

Het kostenoverzicht

  • Lettertype Arial

  • Lettergrootte 16 (kop) en 12 (rest)

  • De bovenste rij is vet, grijs gearceerd en in het midden gecentreerd (elk ontbrekend aspect is 0 punten)

  • Het kostenoverzicht is duidelijk afgewerkt met randen

  • De kosten passen bij de spellen

  • 4 – 5 spellen opgenomen in het kostenoverzicht (excl. voorbeeld)

  • 6 – 8 spellen opgenomen in het kostenoverzicht (excl. voorbeeld)

  • 8 – 10 spellen opgenomen in het kostenoverzicht (excl. voorbeeld)

  • Overal zijn juiste formules gebruikt in excel

 

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 1 punt

 

  • 1 punt

  • 1 punt

  • 2 punten

  • 3 punten

  • 4 punten

  • 2 punten

Totaal

16 punten

 

Cijfer basis: aantal behaalde punten : 16 x 8 + 2

Cijfer kader: aantal behaalde punten :16 x 9 + 1

Opdracht 3: Planning

Opdracht: Planning
Groepsgrootte: 2 personen
Vak: Economie & Ondernemen | Secretarieel
Doel: Het organiseren en plannen van een bijeenkomst

De opdracht:
Elke week maakt GoSport een planning voor de trainers, hiervoor schakelen ze hulp in van de leerlingen van het C.T. Stork College. Voor volgende week vrijdag en zaterdag moet de trainersplanning nog gemaakt worden.

Wat ga je doen?

Wat ga je doen:

Voordat je begint

 Open het bestand vr_trainersplanning_kb en sla het op als  
vr_trainersplanning_kb_[jouw naam].

Uitvoering

 Druk op de knop Start om te beginnen.

 Lees onder de knop Uitleg hoe je de trainers kunt inplannen.

 Bekijk de beschikbaarheid van de verschillende trainers in de tabel naast de planning.

 In de planning is aangegeven hoeveel trainers per dagdeel nodig zijn.

 Plan de juiste trainers op de juiste momenten in.

 Gebruik de tabel met de beschikbaarheid van de trainers.

Als je klaar bent

 Lever je de opdracht in via Teams

Beoordeling

De beoordeling

Punten  

Planning

  • De planning is volledig en juist ingevuld (-1 per fout)

  • De planning is binnen 20 minuten afgerond

  • De planning is niet binnen 20 minuten afgerond

 

  • 4 punten

  • 2 punten

  • 0 punten

Totaal

6 punten

 

Cijfer BBL: aantal behaalde punten : 6 x 8 + 2

Cijfer KBL: aantal behaalde punten : 6 x 9 + 1

Wiskunde

De opdracht voor het vak wiskunde gaat over de activiteit Bubble Ball, die jullie op de maandag gaan uitvoeren en de olympische spelen van 2022. Deze werd afgelopen februari in Peking gehouden.

Nederland heeft hier goed gepresteerd en met name op het onderdeel schaatsen meerdere medailles kunnen binnenhalen.

Als sporter is het erg belangrijk om fit te zijn en op gewicht te blijven. Voeding is daarom ook erg belangrijk.

Voorwaarden

Er zijn wel voorwaarden waaraan de opdracht moet voldoen:

- De opdrachten maak je in tweetallen.

Als je in een klas zit met een oneven aantal leerlingen, zal er 1 drietal zijn.

- Er moet op het internet gegoogeld worden om informatie te verzamelen.

- Tijdens de sportactiviteit Bubble Ball, moet je meerdere gegevens opschrijven.

Vergeet niet dit te noteren, dit is namelijk wat je nodig hebt bij opdracht 1.

- Laat duidelijk zien hoe je aan je antwoorden komt (BEREKENINGEN).

(tip: Weet je niet meer hoe je iets moet berekenen, pak dan hoofdstuk 8 erbij of google het onderwerp)

- Je werkt samen, dus iedereen draagt evenveel bijdrage in het maken van de opdrachten.

- Je levert de opdracht in via Microsoft Teams, uiterlijk vrijdag 25 maart voor 14:00.

Opdracht 1

Sport

Opdracht 1 Grote getallen en wetenschappelijke notatie

Met de activiteit Bubble Ball ga jij meerdere metingen doen, die je nodig hebt om de opdracht te kunnen maken

  1. Bereken de oppervlakte in m2 van het speelveld waarop je Bubble Ball speelt.

Om dit te berekenen bepaal je eerst de omtrek van een Bubble Ball.

Je mag de manier waarop je de omtrek van de bal bepaalt zelf bedenken, maar beschrijf wel hoe jij die bepaald hebt.

Daarna kijk je hoeveel omwentelingen je in de breedte en hoeveel omwentelingen je in de lengterichting van de sportzaal kunt maken.

(je hoeft hierbij zelf niet plaats te nemen in de Bubble Ball)

De omtrek van de bal is:. . . . . . . .. .  meter.

Hoeveel omwentelingen kun je met de bal in de breedte van het speelveld maken?

Breedte: . . . . . . . . . . omwentelingen

Lengte:. . . . . . . . . . . .omwentelingen

Bereken nu de breedte van het speelveld:. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . meter

Bereken ook de lengte van het speelveld: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . meter

Bereken nu de totale oppervlakte van het speelveld uit, in m2.

Schrijf jouw berekening op!

  1. Bereken hoeveel dit is in mm2.

Schrijf jouw berekening op!

  1. Noteer dit getal in de wetenschappelijke notatie.
  2. En hoeveel km2 is dit?

Schrijf je berekeningen op!

  1. Noteer dit in de wetenschappelijke notatie.

Opdracht 2

Omgeving

Het olympische spelen was dit jaar in Peking gehouden.

Opdracht 2

  1. Zoek uit hoeveel mensen in Peking wonen.
  2. Schrijf de aantal inwoners als een getal en daarnaast ook als een getal en het woordje miljoen.
  3. Wanneer je dit als wetenschappelijke notatie zou schrijven, welke notatie krijg je dan? Rond het getal af op 1 decimaal.

Opdracht 3

Voeding.

Eerste regel voor topsporters is: heel gevarieerd eten. Dus veel verschillende soorten gezond voedsel.

Moet je lang achter elkaar presteren, dan heb je koolhydraten nodig. Pasta of rijst. Als je langere tijd op een lagere intensiteit sport, dan kan je lichaam af met meer vetten. En gaat het bij de sport om kracht, dan gebruik je meer eiwitten.’’

Opdracht 3

  1. Zoek een gezond recept met koolhydraten, wat zou jij graag willen eten als topsporter.
  1. Pas dit recept aan voor 13 personen.
  2. Laat zowel het oude recept als het aangepaste recept zien.

Opdracht 4

Verblijf

Opdracht 4

Zoek uit hoeveel dagen de Olympische Spelen heeft geduurd.

  1. Bereken hoeveel uren dit zijn.
  2. Bereken hoeveel maanden dit zijn.
  3. Bereken hoeveel jaar dit is.

Opdracht 5

Elfstedentocht

Opdracht 5

Evert van Benthem heeft in 1985 de Elfstedentocht geschaatst.

  1. Zoek uit hoeveel km heeft hij toen heeft geschaatst en wat zijn tijd was.
  2. Zet zijn tijd om naar seconden.
  3. Bereken wat zijn snelheid is geweest in m/s.

Inleveren?

Wanneer de aftekenlijst helemaal is ingevuld door de lesgevende docenten ben je klaar om de opdrachten in te leveren. De opdrachten moeten via Teams worden ingeleverd voor 25 maart 15:00 uur.

Bij het te laat inleveren van opdrachten worden bij alle vakken punten in mindering gebracht. Zorg dus dat de opdrachten compleet en optijd worden ingeleverd bij je lesgevende docent via Teams.

Het draaiboek (mapje) mag je zelf houden en mee naar huis nemen.

  • Het arrangement Themaweek 2 EO is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Daphne Knijff
    Laatst gewijzigd
    2022-03-21 17:20:07
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Sport en Veiligheid
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Minute to win it
    https://www.youtube.com/watch?v=YBF1UedYqmY
    Link
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.