2.1 Pinpas of portemonnee?

2.1 Pinpas of portemonnee?

Instaptoets

Maak allereerst deze toets. Wanneer je 80% of meer hebt behaald mag je de oefenopdracht overslaan en meteen doorgaan naar de eindtoets. Je mag hierbij geen boek gebruiken. De docent kan zien hoeveel je goed en fout hebt. Je mag wel een rekenmachine gebruiken. Ook maak je deze toets alleen.

 

De link voor de toets: https://forms.gle/8fXZTkibcRAVeoEbA

Theorie

Twee soorten geld

In de economie kennen we twee soorten geld, chartaal geld en giraal geld.

  • Chartaal geld => Dit is het cash geld dat in je portemonnee zit. Het is geld in de vorm van munten en briefjes (bankbiljetten). Het is tastbaar, je kunt het vastpakken.
  • Giraal geld => Dit is geld dat op je bankrekening staat. Dit geld kan je niet aanraken dus het is niet tastbaar. Met internetbankieren kun je zien welk bedrag op je bankrekening staat. Dit is je saldo.

Kleine tip: Chartaal geld begint met een C. De woorden ''Cash'' en ''Contant'' beginnen ook met een C. Hierdoor kan je chartaal en giraal geld makkelijker uit elkaar houden.

Saldo berekenen

Het saldo op je bankrekening verandert als je giraal geld ontvangt (de ontvangsten) of uitgeeft (de uitgaven). Je berekent het saldo als volgt:

Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten - uitgaven

Voorbeeld:

Oud saldo               €100,00  te goed

Bij (ontvangsten)    €10,00 + 

Af (uitgaven)           €5,00 - 

                              ----------------------------------

Nieuw saldo           €105,00 te goed

Kopen is ruilen

Als je iets koopt, betaal je met geld. Eigenlijk ruil je dan jouw geld voor goederen of diensten. Geld noem je daarom een ruilmiddel. Als je geld gebruikt bij het ruilen, heet dat indirecte ruil. Je kunt ook ruilen zonder geld. Dat noem je directe ruil. Je ruilt dan een goed of dienst tegen iets anders. Directe ruil kan lastig zijn, want je kunt niet altijd bepalen of het goed of de dienst die je ruilt evenveel waard is als wat je krijgt. Daarom komt indirecte ruil nu het meeste voor.

Onzichtbaar betalen

Betalen met chartaal geld is simpel: je geeft bankbiljetten en/of munten. Je kunt chartaal geld opnemen bij een geldautomaat. Om te betalen met giraal geld gebruik je in een winkel de betaalautomaat en je bankpas. Thuis gebruik je je tablet of pc, onderweg je telefoon. Betalen via internet of met je telefoon noem je elektronisch betalen. Het geld gaat van jouw bankrekening naar de bankrekening van de ontvanger. 

Ook voor bedrijven is dat handig. Ze kunnen snel en veilig hun aankopen betalen, ook ver weg. Elektronisch betalen gebeurt onzichtbaar. Op je bankpas zie je niet hoeveel geld je nog hebt. Zo geef je soms meer uit dan je van plan was. 

Opdrachten

Filmpje

Bekijk hier het filmpje dat ik gemaakt heb om de stof van paragraaf 1 nog beter te begrijpen: https://youtu.be/hSdTnwqCu-A

 

Leerdoelen

Leerdoelen zijn belangrijk om te controleren of je alles weet over de paragraaf. Voor paragraaf 1 moet je de volgende leerdoelen weten/kunnen:

  • Je weet in welke twee vormen geld voorkomt.
  • Je kunt een nieuw saldo berekenen.
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen directe en indirecte ruil.
  • Je weet op welke manieren je met geld kunt betalen.

Eindtoets

Deze toets maak je pas als je 80% bij de inleidingstoets gehaald hebt of als je alle oefensommen gemaakt hebt. De docent kan zien hoeveel je goed en fout hebt. Je mag een rekenmachine gebruiken. Je mag geen boek erbij gebruiken. Ook maak je deze toets alleen. 

 

Hierbij de link: https://forms.gle/uH1jnsj89wT59NS17

  • Het arrangement 2.1 Pinpas of portemonnee? is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Boite Kuin
    Laatst gewijzigd
    2021-10-20 11:55:22
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Leerdoelen: Je weet in welke twee vormen geld voorkomt. Je kunt een nieuw saldo berekenen. Je kunt het verschil uitleggen tussen directe in indirecte ruil. Je weet op welke manieren je met geld kunt betalen.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.