Vooraf en opdracht
De Europese Unie begon ooit als EEG met 6 leden en heeft er nu 27.
Niet alle Europese landen zijn lid van de EU. Welke landen kunnen er nog bij, waar ligt de grens van de Europese Unie?
Moet dat een geografisch geheel zijn, een cultureel geheel of is het van belang dat het een economische eenheid is?
Aan het eind van deze lessen:
- kun je de redenen waarom landen na de Tweede Wereldoorlog gingen samenwerken benoemen.
- kun je minimaal 5 voordelen van de EU geven.
- kun je minimaal 3 redenen geven waarom de EU soms weerstand oproept.
- kun je vertellen waarom Groot-Brittannië uit de EU stapt.
- kun je aangeven waarom een Europees land wel/niet bij de EU zit en welke relatie dit land heeft met de EU
- weet je welke 5 typen geografische vragen er zijn en kun je werken met deze 5 typen geografische vragen
- weet je wat schalen en dimensies zijn en hoe deze binnen aardrijkskunde kunnen worden toegepast
Eindproduct
Als eindproduct van deze opdracht maken jullie een website waarin jullie vragen stellen en antwoord geven. Als je de vragen en antwoorden leest, krijg je (onder andere) antwoord bij bovenstaande onderwerpen.
De website moet goed leesbaar zijn voor de leerlingen van onderbouw Gymnasium en een compleet beeld geven. Je mag natuurlijk foto's, filmpjes etc. gebruiken om de website te verlevendigen.
De leerling met de beste website kan beloond worden met publicatie van de website ten behoeve van leerjaar twee op deze school.
Beoordeling
Je krijgt een goede beoordeling als je:
- alle typen vragen hebt gebruikt zoals in B24 (Moodle) beschreven
- de antwoorden kloppen (en per onderwerp ongeveer tussen de 150 en 250 woorden lang zijn)
- de antwoorden in je eigen woorden gegeven zijn
- ergens in één antwoord minimaal twee dimensies (B8) goed hebt gebruikt (en deze duidelijk terug te vinden zijn)
- ergens in één antwoord 2 verschillende schalen (B7) goed hebt toegepast (en deze duidelijk terug te vinden zijn)
- goed doorwerkt in de les, de planning volgt
- een website hebt gemaakt die voor derden goed leesbaar en te begrijpen is (tip: laat een ouder of broer/zus lezen!)
- een korte inleiding op je website hebt geschreven. Na de inleiding heeft de lezer zin gekregen om verder te lezen en zich te verdiepen in jouw onderwerpen
een goede bronvermelding op je website hebt staan
Benodigdheden
EU
Europa of Europese Unie
In het dagelijks spraakgebruik hebben we het vaak over Europa terwijl we in feite de Europese Unie bedoelen. Hetzelfde geldt voor iemand die zich een Europeaan noemt.
Is een Europeaan iemand die uit de Europese Unie komt en een paspoort heeft met op de voorkant de naam van de Europese Unie en het land waar diegene vandaan komt? Of is dat iemand die uit het werelddeel Europa komt? Maar wat is dan iemand die uit Rusland of Turkije komt, landen die in twee werelddelen liggen?
Vaak kun je ook lezen: 'Je bent een Europaan als je je een Europeaan voelt.' Maar wat is typisch voor een Europeaan? Wat bindt de Europese burgers? Het motto van de Europese Unie is: Eenheid in verscheidenheid. Dus bestaat de Europeaan eigenlijk wel? De grenzen van de Europese landen zijn de afgelopen honderden jaren talloze malen verschoven.
1 Europa geografisch
2 De landen van de Europese Unie
3 Verschuivende grenzen in Europa
Aan het einde van deze les zou je:
-
de topografie van de EU moeten kennen
-
weten uit hoeveel landen de EU nu bestaat
-
weten hoe de EU georganiseerd is (Europees parlement, Europese commissie en Europese raad)
-
globaal weten wat de EU doet en wie de beslissingen neemt en wetten maakt of aanneemt
Haal je informatie hier vandaan (maar bedenk goed dat je vooral op zoek gaat naar informatie over de Europese Unie die voor jou nog onbekend is. Oefen niet de topgrafie, als je deze al kent. Leer geen hoofdsteden van alle landen van de Europa, want dit valt niet binnen het onderwerp EU).
Kijk je liever naar filmpjes:
Of oefen je graag met een quiz:
En vergeet de topografie niet:
Structuur website maken
Je gaat een website maken, maar nog helemaal zonder inhoud:
-
maak een account op bijvoorbeeld: https://sites.google.com, http://nl.jimdo.com/, https://www.wix.com, http://www.123website.nl/, https://www.webnode.nl/, http://www.weebly.com
-
Geef je site een duidelijke naam, zodat je deze zelf ook weer terug kunt vinden
-
Geef je site een mooie, overzichtelijke, duidelijke lay-out (maak deze zelf of gebruik een template. Gebruik niet het template voor een blog want dan is het heel onhandig om onderwerpen in een andere volgorde te zetten)
-
Geef je site een duidelijke structuur:
-
je begint met een introductie/inleiding
-
er komen 5 onderwerpen in
-
je moet ergens de bronnen die je gaat gebruiken vermelden
Je maakt de website in tweetallen of individueel. Je mag natuurlijk overleggen over hoe je een website maakt: wissel tips&tricks uit!
Eindopdracht
Eindproduct:
Als eindproduct van deze opdracht maken jullie een website waarin jullie vragen stellen en antwoord geven. Als je de vragen en antwoorden leest, krijg je (onder andere) antwoord bij onderstaande onderwerpen.
De website moet goed leesbaar zijn voor de leerlingen van onderbouw Gymnasium en een compleet beeld geven. Je mag natuurlijk foto's, filmpjes etc. gebruiken om de website te verlevendigen.
Je gaat de website vullen met vragen en antwoorden. In dit artikel uit de Seven Days zie je een mooi voorbeeld van vragen met antwoorden. Op deze manier wordt de lezer bij de vraag meteen geboeid en leest nieuwsgierig verder op zoek naar het antwoord.
De website wordt gevuld met 4 verplichte onderwerpen en 1 onderwerp naar keuze.
De 4 verplichte onderwerpen zijn:
- de geschiedenis van de EU
- de voor- en nadelen van de EU
- hoe werkt de EU?
- EU en vluchtelingen
Voor het keuze onderwerp kies je één Europees land. Over dit land moet je aangeven waarom het land wel of niet bij de EU hoort en wat de relatie is tussen het land en de EU. Het is niet toegestaan om te kiezen voor Duitsland of het Verenigd Koninkrijk.
LET OP, naast de ondwerpen moet je het volgende ook in je website verwerken:
- In minimaal één antwoord moet je 2 verschillende dimensies (zie B8, Moodle) gebruiken
- In minimaal één antwoord moet je met 2 verschillende schaalniveaus werken (lokaal, regionaal, nationaal, continentaal of mondiaal)
Beoordeling
Je krijgt een goede beoordeling als je:
- alle typen vragen hebt gebruikt zoals in B24 (Moodle) beschreven
- de antwoorden kloppen (en per onderwerp heb je ongeveer tussen de 150 en 250 woorden gebruikt)
- de antwoorden in je eigen woorden gegeven zijn
- ergens in één antwoord minimaal twee dimensies (B8) goed hebt gebruikt (en deze duidelijk terug te vinden zijn. Zet tussen haakjes de dimensie die je hebt gebruikt achter de tekst!)
- ergens in één antwoord 2 verschillende schalen (B7) goed hebt toegepast (en deze duidelijk terug te vinden zijn. Zet tussen haakjes de schaal die je hebt gebruikt achter de tekst!)
- goed doorwerkt in de les, de planning volgt
- een website hebt gemaakt die voor derden goed leesbaar en te begrijpen is (tip: laat een ouder of broer/zus lezen!)
- een korte inleiding op je website hebt geschreven. Na de inleiding heeft de lezer zin gekregen om verder te lezen en zich te verdiepen in jouw onderwerpen. De inleiding is tussen de 100 - 150 woorden.
- een goede bronvermelding op je website hebt staan
