Boekhouden 4EO

Boekhouden 4EO

Inleiding

Open bestand Introductieopdracht

Open bestand uitwerking introductie opdracht.xlsx

Wat is boekhouden?
Via de bovenstaande link kom je op een site waarop de inhoud, nut en noodzaak van boekhouden uitgelegd.

Boekhouden is het ordelijk en systematisch bijhouden van de financiele feiten in een organisatie. Organisaties zijn verplicht een boekhouding bij te houden. Door wie zou deze verplichting zijn opgelegd en met wat voor redenen?

Ordelijk betekent dat het netjes, accuraat en naar warheid moet worden gedaan. In het boekhouden zit een systeem. Bijna iedereen die in Nederland een boekhouding voert doet dat door middel van dezelfde systematiek. Financiele feiten zijn alle inkomsten en uitgaven. Het bijhouden van de personeelslijst valt onder de administratie maar is geen boekhouden.

Om boekhouden te leren heb je niet of nauwelijks voorkennis nodig. Het enige wat je moet kunnen is optellen en aftrekken en zelfs dat is eigenlijk met alle hulpmiddelen die we hebben ook al geen vereiste meer. De boekhouding kent twee kanten en die twee kanten zijn altijd in evenwicht, zo niet dan toch!

 

hoofdstuk 2 - De beginbalans

Uitleg (begin)balans

De boekhouding begint altijd met een beginbalans. Zo'n balans bestaat uit twee delen, een linker- en een rechterkant. De linkerkant heeft verschillende benamingen: debet, activa en bezittingen. De benamingen voor de rechterkant zijn credit, pasiva en schulden.

Open het onderstaande bestand.

 

Open bestand lege (begin)balans

Je hebt gezien dat de (begin)balans twee kanten heeft. Beide kanten hebben weer twee kolommen, een kolom om de naam van de grootboekrekening in te schrijven en een kolom om de waarde van de grootboekrekening in te noteren.

Grootboekrekeningen

Een grootboekrekening velmeldt de waarde van een bepaald item in de boekhouding. Het is altijd de waarde op een bepaald moment. Voorlopig zullen we werken met de volgende grootboekrekeningen:

  • pand/gebouw (Hierop de waarde vermeldt die een pand/gebouw op dit moment waard is, overigens alleen als dat pand/gebouw onze bezitting is.);
  • inventaris (Dit zijn alle spullen die we nodig hebben om onze bedrijfsvoering te kunnen doen. Bijvoorbeeld in een winkel, de schappen, de kassa en de toonbank.);
  • kas (Het contante geld wat aanwezig is.);
  • bank (Het banktegoed.);
  • debiteuren (Mensen of bedrijven van wie we nog geld krijgen, bijvoorbeeld omdat we verkopen op rekening hebben gedaan.).
  • voorraad goederen (De voorraad die we binnen ons bedrijf hebben TEGEN DE INKOOPPRIJS.);
  • banklening (Een lening bij de bank.);
  • hypotheek (Een schuld bij de bank waar tegenover onroerend goed staat (pand/gebouw).);
  • crediteuren (Mensen of bedrijven aan wie we een schuld hebben.);
  • eigen vermogen (Het eigen geld dat in het bedrijf zit.)

Open bestand Ingevulde Balans

Opdrachten

Hieronder vind je een bestand met daarin opdrachten. Maak opdracht 4 tot en met 10.

Ook vind je een lege (digitale) balans die je kunt gebruiken bij het maken van de opdrachten.

Open bestand digitale balans

Open bestand hoofdstuk 2 opdracht 4 tot en met 10.pdf

Open bestand uitwerkingen opdracht 4 tot en met 8 - de(begin)balans.xlsx

Open bestand uitwerkingen hoofdstuk 2 opdracht 9.xlsx

Open bestand uitwerkingen hoofdstuk 2 opdracht 10.xlsx

Financiele veranderingen

We hebben gewerkt met de (begin)balans. De balans is een momentopname, een foto. Het zegt iets over het bedrijf/organisatie op een moment. Nu is een bedrijf/organisatie geen statisch gebeuren. Er gebeurt van alles, waaronder financiele feiten/veranderingen. Die financiele feiten/veranderingen moeten in de boekhouding worden verwerkt. De eerste stap is het financiele feit 'verkort' opschrijven. Hiervoor gebruiken we een boekingstempel. Maar voordat we met de boekingsstempels aan de slag gaan maken we eerst afspraken over hoe we de boekingsstempels gaan invullen. De zogenaamde boekingsregels.

De Boekingsregels

In de boekhouding die wij tot nu toe bijhouden onderscheiden we drie soorten grootboekrekeningen.

  • Rekeningen van bezit (gebouw of pand, inventaris, kas, banktegoed, debiteuren en voorraad goederen).
  • Rekeningen van schuld (bankschuld, hypotheek en crediteuren)
  • Het eigen vermogen (is eigenlijk een schuld van het bedrijf aan de eigenaar/eigenaren van het bedrijf).

Voor die verschillende soorten rekeningen zijn boekingsregels (afspraken) opgesteld.

Boekingsregels

Wordt een rekening van bezit groter dan debiteren we de rekening. Wordt een rekening van bezit kleiner dan crediteren we de rekening.

Wordt een rekening van schuld groter dan crediteren we de rekening. Wordt een rekening van schuld kleiner dan debiteren we de rekening.

Wordt het eigen vermogen groter dan crediteren. Wordt het eigen vermogen kleiner dan debiteren.

Schematisch ziet het er als hieronder uit:

In het volgende filmpje worden de boekingsregels nog eens uitgelegd.

 

Boekingstempels

Hierboven zie je een voorbeeld van een boekingstempel. Het heet niet voor niets stempel. Omdat het vaak een stempel is wat op een op een boekingsstuk (facturen van in- en verkopen, kasstukken, afschriften van de bank, enz.). Op een boekingstemep wordt in het kort weergegeven welke grootboekreningen er veranderen, voor welk bedrag en debet of credit. Ook voor een boekingstempel geldt dat debet en credit alijd in balans zijn, net als bij de balans. Als je een boekingstempel maakt waarbij debet en credit niet in balans zijn weet je een ding zeker ..... je maakt een FOUT!

Hieronder een filmpje met uitleg over boekingsstukken en boekingstempels.

 

In het bovenstaande filmpje moet het gedeelte over de BTW maar even vergeten. Het gaat immers om het principe. Op een boekingstempel vul je het nummer van het boekingsstuk in (indien bekent) en je geeft aan welke rekningen er veranderen. In het onderstaande bestand zie je hier voorbeelden van.

Open bestand Voorbeelden en uitwerkingen boekingstempels

Hieronder vind je de eerste oefening met het maken van boekingstempels. Succes1

Open bestand OPDRACHT 1 OEFENEN MET BOEKINGSTEMPELS

Hieronder de uitwerking opdracht 1.

Open bestand UITWERKING OPDRACHT 1 OEFENEN MET BOEKINGSTEMPELS

Even ontspannen!

 

opdrachten boekingstempels

Open bestand opdrachten boekingstempels 13 tot en met 19

Open bestand lege boekingsstempels.xlsx

uitwerkingen boekingstempels hoofdstuk 3 opdracht 13 tot en met 16(I)

Open bestand uitwerking hoofdstuk 3 opdracht 13.xlsx

Open bestand uitwerking hoofdstuk 3 opdracht 14.xlsx

Open bestand uitwerking hoofdstuk 3 opdracht 15.xlsx

Open bestand uitwerking hoofdstuk 4 opdracht 16 (I).xlsx

Ondernemersvormen

Rekeningnummers

Hulprekeningen van het eigen vermogen

opdrachten

Hieronder vind je een link naar een bestand waarin de eerste opdrachten staan over hulprekeningen van het eigen vermogen.

Hieronder vind je een aantal bestanden die kunt gebruiken bij het maken van de opdrachten.

Open bestand opdrachten hulprekeningen van eigen vermogen.pdf

Open bestand digitale balans met rekeningen.xlsx

Open bestand boekingsstempels.xlsx

Open bestand grootboekrekeningen en kolommenbalans.xlsx

Open bestand resultatenrekening

Open bestand lege kolommenbalans.xlsx

uitwerkingen 4.1.1 tot en met 4.2.15

Hieronder vind je linkjes naar de uitwerkingen van de opdrachten 4.1.1 tot en met 4.2.15. Let op sommige uitwerkingen zijn gecombineerd.

Open bestand uitwerkingen 4.1.1 en 4.2.13

Open bestand uitwerkingen 4.1.2 en 4.2.14

Open bestand uitwerking 4.1.3

Open bestand uitwerkingen 4.1.4, 4.1.6 en 4.2.9

Open bestand uitwerking 4.1.5

Let op! De uitwerking van 4.1.7 heeft twee tabbladen. Een voor de boekingstempels en een voor het berekenen van de verandering van het eigen vermogen.

NB. Omdat je het oude eigen vermogen niet weet kun je ook niet het nieuwe eigen vermogen uitrekenen. Je kunt alleen het de verandering uitrekenen. In dit geval een toename (winst) van euro 1.110.

Open bestand uitwerking 4.1.7

Open bestand uitwerking 4.2.8

Open bestand uitwerking 4.2.10

Open bestand uitwerking 4.2.11

Open bestand lege kolommenbalans

Open bestand uitwerking 4.2.12

een volledige boekingsgang

Je hebt inmmidels zoveel kennis dat je een volledige boekingsgang kan maken. Een volledige boekingsgang zit er als volgt uit:

  • grootboekrekeningen openen vanaf de beginbalans
  • boekingstempels maken naar aanleiding van de financiele veranderingen
  • boekingstempels verwerken in het grootboek
  • vanuit het grootboek de kolommenbalans opmaken

We gaan een volledige boekingsgang maken voor Anniek en Eric. Zij zijn eigenaar van tennisshop Ace. Ze hanteren voor hun boekhouding het onderstaande rekeningschema.

Open bestand een volledige boekingsgang - opdracht 4.2.17

Hieronder vind je de digitale uitwerkbladen (bestanden) voor opdracht 4.2.17. Het zijn twee bladen. Blad 1 met de beginbalans en boekingstempels. Blad 2 met de grootboekrekeningen en kolommenbalans.\

Succes!

Open bestand uitwerkblad 4.2.17 (1) beginbalans en boekingstempels

Open bestand uitwerkblad 4.2.17 (2) grootboekrekeningen en kolommenbalans

Open bestand opdracht 4.2.17 beginbalans en boekingstempels - UITWERKINGEN

Open bestand uitwerkblad 4.2.17 grootboekrekening en kolommenbalans - UITWERKINGEN

BTW (belasting toegevoegde waarde)

BTW! Weg ermee!

Regelmatig 'stunt' een van de aanbieders van elektronica in ons land met de prijzen. Of dit echt 'stunten' is laten we hier maar even in het midden. Tijdens zo'n actie geeft MediaMarkt aan de BTW voor de klant te betalen. Dit zou in de praktijk een korting geven van 21% op de producten.

MediaMarkt

Uiteindelijk betaalt de consument (=eindgebruiker) alle BTW. We zullen dit door een voorbeeld toelichten.

Robert gaat bij zijn ouders het huis uit. Hij heeft een mooie kamer gevonden en wil daar een mega televisie op hebben. Hij gaat naar winkel en koopt daar voor euro 2.200 een schitterdende televisie. Wanneer hij de winkel uit wil lopen wordt hij door de verkoper, nu verkleed als belastinginspecteur, tegengehouden. 'Meneer, ik krijg nog BTW van u!' 'De BTW over een televisie is 21% van het verkoopbedrag, dus euro 462.' Uiteindelijk moet Robert voor de televisie euro 2.662 betalen (= euro 2.200 + euro 462).

Media Markt ontvangt euro 2.662, maar moet daarvan euro 486 afdragen aan de belastingdienst. In een schema ziet het er als volgt uit.

 

Verschillende BTW tarieven

In Nederland hebben we drie verschillende BTW tarieven en dan zijn er nog producten en diensten die vrijgesteld zijn van BTW. Hiergaan we niet diepvoerig in op de verschillende tarieven. De scheiding is grofweg als volgt:

  • 6% BTW voor alle goederen of diensten die onder eerste levensbehoeften vallen (sommige diensten nemen hierin een aparte plaats in, bijvoorbeeld omdat de overheid ze (tijdelijk) wil stimuleren (beroepen in de bouw), maar ook kappers);
  • 21% BTW voor alle luxe goederen of diensten (hieronder vallen ook de 'luxe' levensbehoeften als frisdranken);
  • 0% BTW vooral medische zaken zoals behandelingen van artsen en voorgeschreven medicijnen.

Hieronder de link naar de website van de belastingdienst naar informatie over de verschillende BTW tarieven (voor de liefhebber).

 

informatie BTW tarieven

Geef bij de onderstaande producten of diensten aan onder welk BTW tarief ze vallen.

 

Voor het verwerken van de BTW in de boekhouding hoef je nu niet te weten onder welk tarief de verschillende producten of diensten vallen.

BTW in de boekhouding

Zoals eerder gezegd, uiteindelijk wordt alle BTW door de consument (= eindgebruiker) betaald. Toch vormen de ondernemingen een essentiele schakel bij het innen van de BTW. Zij zorgen ervoor dat de BTW uiteindelijk bij de overheid terecht komt. Ze voren dus eigenlijk een stukje van de boekhouding van de overheid. Een niet belangrijk stukje. In de begroting van 2016 is ruim 46 miljard opgenomen aan opbrengsten BTW. Dat is bijna 20% van alle overheidsinkomsten.

Hoe werkt dat boekhoudkundig?

Wanneer een bedrijf een product/dienst inkoopt moet zij daarover BTW betalen (Raar!!! De consument betaalt toch alle BTW! Daarover later.), maar krijgt de betaalde BTW weer terug van de belastingdienst. Even terug naar het voorbeeld van Robert. De televisie die Robert heeft gekocht heeft de Media Markt voor euro 1.200 (exclusief = zonder BTW) ingekocht bij Philips. Wat moet Media Markt aan Philips aan betalen? Euro 1.200 + 21% BTW = euro 1.200 + euro 252 = euro 1.452. Die 21% BTW (=euro 252) mag Media Markt aan de belastingdienst terugvragen. Philips moet de euro 252 aan de belastingdienst afdragen. Hieronder in een schema.

Ondernemingen boeken de BTW die ze mogen terugvragen van de belastingdienst op een aparte grootboekrekening. Deze rekening staat altijd in rubriek 1. Een veel gebruikt(e) nummer en naam voor deze rekening is: 1710 te vorderen BTW.

Media Markt maakt van de inkoop van de televisie het volgende boekingstempel (er is gekocht op rekening):

grootboekrekening debet credit
7000 voorraad goederen 1.200  
1710 te vorderen BTW 252  
1400 crediteuren   1.452

 

Media Markt verkoopt de televisie aan Robert voor euro 2.200 (exclusief BTW) aan Robert. Bij de kassa moet Robert euro 2.686 afrekenen (euro 2.200 en euro 486 BTW). De BTW die door Robert wordt betaald aan Media Markt moet door Media Markt worden afgedragen aan de belastingdienst. Het totale plaatje ziet er nu als volgt uit:

Voor de BTW die Robert heeft betaald en die moet worden afgedragen gebruikt Media Markt de rekening 1720 Te betalen BTW. Media Markt boekt de verkoop aan Robert als volgt:

grootboekrekening debet credit
1000 kas 2.662  
8500 opbrengst verkopen   2.200
1720 te betalen BTW   462
8000 inkoopwaarde verkopen 1.200  
7000 voorraad goederen   1.200

 

Hoeveel ' winst' heeft Media Markt gemaakt op de verkoop van de televisie?

Hoeveel BTW krijgt Media Markt terug van de belastingdienst?

Hoeveel BTW moet Media Markt afdragen aan de belastingdienst?

Hoeveel BTW draagt Media Markt per saldo (afdragen - terug krijgen) af aan de belastingdienst?

Hoeveel BTW heeft Philips afgedragen aan de belastingdienst?

Hoeveel BTW heeft Robert betaald?

Wanneer je de bovenstaande vragen en antwoorden met elkaar vergelijkt. Wie betaalt dan uiteindelijk alle belastingen?

 

 

hulpdocumenten bij maken opdrachten

Open bestand digitale balans.xlsx

Open bestand boekingsstempels.xlsx

Open bestand grootboekrekeningen en kolommenbalans.xlsx

opdrachten BTW en geld onderweg

Open bestand opdrachten geld onderweg en BTW.pdf

uitwerkingen hoofdstuk 5

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 1 tot en met 4

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 5

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 6

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 7

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 9

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 10

Open bestand uitwerking hoofdstuk 5 opdracht 11

boekingstempels zijn (bijna) altijd hetzelfde

Boekingstempels zijn bijna altijd hetzelfde. Dat moet ook wel, anders zou de boekhouding een chaos worden. Hieronder vind je twee documenten. Een document waarin je zelf de boekingstempels moet invullen (oefenblad boekingstempels) en volgende document zijn de uitwerkingen (uitwerking oefenblad boekingstempels).

Stel je bij het maken van de boekingstempels altijd de volgende vragen:

  • Welke rekeningen moet is gebruiken?
  • Is het een rekening van bezit, schuld of eigen vermogen?
  • Wordt de rekening groter of kleiner?
  • Dus, debet of credit?

Een boekingstempel is debet en credit altijd gelijk!

Vul nu het document oefenblad boekingstempels in.

 

Open bestand oefenblad boekingstempels

Open bestand uitwerking oefenblad boekingstempels

Open bestand opdracht hoofdstuk 3 introductie grootboek 1 tot en met 12.pdf