Periode 1: Fini, les vacances!
Programme
Compréhension écrite
Votre prof vous dira quels textes vous pouvez lire.
Exercice pour chaque texte choisi:
- resumez chaque alinea
- faites une liste de vocabulaire que vous n' avez pas compris
examen niveau final VMBO TL
Compréhension orale
testez votre niveau (durée: 10 minutes)
exercice 1
A. Ecoutez la chanson de Louane, faites une liste de vocabulaire. On parlera en classe de ces paroles.
Grammaire
A. Il est important de connaitre:
- les verbes réguliers finissant en -er (p.e. donner), en -ir (p.e. finir) et en -re (p.e. vendre)
- les conjugaisons de ces verbes au présent-imparfait-passé composé-futur, futur du passé (ou conditionnel), impératif
Grammaire essentielle:
Chapitres 29
Chapitre 33
Chapitre 36 (sans exercices)
B. Il est important de:
- connaitre les verbes irréguliers avoir-être-faire-aller au présent-imparfait-passé composé-futur futur du passé (ou conditionnel), impératif
Grammaire essentielle:
Chapitre 38 en p. 92-100 (il faut savoir interpréter 'la liste des verbes irréguliers' )
C. Herhaling grammatica onderbouw:
chapitre 1-2-3 (lidwoord)
chapitre 5 (bijv nmw)
chapitre 7 (bijwoord)
chapitre 14 (bezittelijk vnmw)
chapitre 15 (aanwijzend vnmw)
Opdrachten krijg je via docent aangeleverd.
oefenprogramma werkwoorden
exercice plaats van bijvoeglijk naamwoord
verbes (tijden herkennen)
du of de
exercice supplémentaire adjectif (basis)
Op deze site kan je oefenen met het bijvoeglijk naamwoord.
exercice supplémentaire adjectif (1)
Production écrite
Production orale
SE production orale
Présentation
Je gaat jezelf voorstellen in een pitch met als titel: Ma vie à moi.
Praat over verleden (herinnering)-heden (dagelijks leven)-toekomst (dromen/plannen)
Gebruik een powerpoint met beeldmateriaal en evt steekwoorden
Zorg dat je op het eind ook vragen van de docent kunt beantwoorden.
Duur: min.5 minuten, max 6 minuten, excl vragen beantwoorden.
Portfolio
Vocabulaire
A. Maak ZELF in je schrift woordenlijsten van de woorden uit de teksten bij compréhension écrite én compréhension orale(je krijgt ze niet kant-en-klaar voorgeschoteld!)
B. Uit het boek ' Examenidioom Frans' (F-N en N-F, je mag de Nederlandse zinnetjes overslaan)
hoofdstuk 3 Boire et manger
hoofdstuk 5 Quantité, qualité et intensité
hoofdstuk 15 Verbes fréquents
Test periode 1
a. test grammaire & vocabulaire
vocabulaire examenidioom hoofdstuk 3, 5 (F-N/N-F)
grammaire: herhaling onderbouw grammatica en reg. ww -ir-er-re.
b. leestoets niveau VMBO (woordenboek toegestaan)
c. production orale: SE. Présentation (beschrijving bij production orale P1)
Periode 2: A Paris
Programme
Compréhension écrite
Compréhension orale
Paris sera toujours Paris
oefenluistertoetsen
Grammaire
A. Il est important de connaitre:
- les verbes réguliers finissant en -er (p.e. donner), en -ir (p.e. finir) et en -re (p.e. vendre)
- les conjugaisons de ces verbes au présent-imparfait-passé composé-futur et futur du passé (ou conditionnel)
Grammaire essentielle:
Chapitres 29
Chapitre 33 et 34
Chapitre 36 (sans exercices)
B. Il est important de:
- connaitre les verbes irréguliers avoir-être-faire-aller- pouvoir-voir-savoir-vouloir-venir-mettre-prendre au présent-imparfait-passé composé-futur -futur du passé (ou conditionnel)
Grammaire essentielle:
Chapitre 38 en p. 92-100 (il faut savoir interpréter 'la liste des verbes irréguliers' )
C. Il est important de connaitre:
les nombres-les heures-les dates
Grammaire essentielle:
chapitre 9 et exercices A et B
schema klok
exercice être
exercice avoir
verbes (tijden herkennen)
getallen-data-klok
oefenen werkwoorden
oefenen met verbuga.eu
Production orale
Littérature
We gaan een literair werk lezen in deze periode: Oscar et la Dame Rose.
De opdrachten die je hierbij zal moeten maken, dienen op nette wijze in je portfolio gestopt te worden, het resultaat telt mee bij het eindcijfer.
Production écrite
Vocabulaire
A. Maak ZELF in je schrift woordenlijsten van de woorden uit de teksten bij compréhension écrite & compréhension orale (je krijgt ze niet meer kant-en-klaar voorgeschoteld!)
Voor de toets komen er woorden terug uit de tekst Demain le grand Paris en uit het chanson Ils est 5 heures, Paris s'éveille. (F-N)
B. Uit het boek ' Examenidioom Frans' (F-N en N-F)
hoofdstuk 7 Moyens de transport et transports en commun
hoofdstuk 15 Verbes fréquents
hoofdstuk 20 Adverbes, conjonctions et prépositions
Test periode 2
1. Test vocabulaire et grammaire: zie periode 2 grammaire en vocabulaire voor leerstof!
2. test compréhension écrite: compréhension écrite niveau vmbo/havo.
Periode 3
Programme période 3
Compréhension écrite
Compréhension orale
luisteroefeningen
Op havo 4 oefen je in ieder geval op A2 niveau, als je dat goed af gaat kun je ook oefeningen maken op B1 niveau
Grammaire
pronom interrogatif
ordre des mots
Production écrite
Production orale
Vocabulaire
In de proefwerkweek word je geacht de woorden (F-N én N-F) te kennen uit de volgende examenidioomhoofdstukken: chapitre 1 (Relations), chapitre 4 (Habitudes et sentiments), chapitre 20 (Adverbes etc.)
Portfolio
Test periode 3
1. test de compréhension orale niveau havo (20)
2. proefwerkweek: vocabulaire-grammaire incl werkwoorden en P3 (10), voor de exacte leerstof kijken bij vocabulaire en grammaire P3 wikiwijs.
Programme période 4
Compréhension écrite
Lisez les textes, résumez chaque alinéa et rédigez votre liste de vocabulaire personnel
Grammaire
A. Il est important de connaitre:
- les verbes réguliers finissant en -er (p.e. donner), en -ir (p.e. finir) et en -re (p.e. vendre)
- les conjugaisons de ces verbes au présent-imparfait-passé composé-futur et futur du passé (ou conditionnel)
Grammaire essentielle:
Chapitres 29
Chapitre 33 et 34
Chapitre 36 (sans exercices)
B. Il est important de:
- connaitre les verbes irréguliers avoir-être-faire-aller- pouvoir-vouloir-venir-tenir-mettre-prendre- dire-voir-savoir-sortir-falloir-croire-connaître-devoir au présent-imparfait-passé composé-futur -futur du passé (ou conditionnel)-impératif
Grammaire essentielle:
Chapitre 38 en p. 92-100 (il faut savoir interpréter 'la liste des verbes irréguliers' )
C. Il est important de:
- connaître le pronom personnel (chapitre 10-11-12 grammaire essentielle)
- connaître le pronom relatif (chapitre 16 grammaire essentielle)
uitleg betrekkelijk voornaamwoord
uitleg persoonlijk voornaamwoord
Vocabulaire
examenidioom:
H 8 Sports et loisirs
H 15 Verbes fréquents
H 20 Adverbes, conjonctions, prépositions
Production écrite
materiaal: syllabus schrijfvaardigheid H1 t/m H5 en extra oefenopdrachten
Tijdens de les wordt er gewerkt aan de opdrachten en slotbrieven als voorbereiding op het SE schrijfvaardigheid in de maand juli.
Zorg dat de slotbrieven ook in je portfolio terecht komen, inclusief verbeteringen.
Test periode 4
De toetsen die plaatsvinden in deze laatste periode:
1. PTO toets vocabulaire en grammatica periode 4 (zie leerstof die genoemd wordt bij de onderdelen vocabulaire en grammaire P4)
2. portfolio inleveren
3. SE schrijfvaardigheid
Portfolio
21 juni: Inleveren portfolio via It's Learning (in één document,zorg dat je je aan de volgorde houdt, gebruik de kopjes zoals in format, maak het overzichtelijk en makkelijk voor de docent, netjes, originele exemplaren, als je zichtbaar iets met de feedback doet krijg je extra punten) óf op papier tijdens de les.
Zie ook: beschrijving beoordelingsformulier
Verplichte inhoud:
- production écrite période 1 (présentation)
- production écrite période 2 (photo)
- projet Oscar et la Dame Rose
- production écrite période 4 (alle opdrachten en slotbrieven syllabus incl oefen SE1)
extra's: voeg de woordpuzzels van periode 1 en 2 toe als je die hebt gemaakt.
exercices supplémentaires
exercice compréhension écrite
oefenen tekstbegrip
tekstbegrip
très of beaucoup