Les 3: Duurzaamheid

Les 3: Duurzaamheid

Welkom

Allemaal van harte welkom bij deze les!

Dit is de derde les uit het leerarrangement "Duurzaamheid". Vandaag gaan we kijken naar de 3 doelstellingen die Nederland zichzelf heeft opgelegd met betrekking tot de klimaatwet. Specifiek zullen we inzoomen op de klimaattafel "Landbouw". We gaan zien in hoeverre de doelstellingen bereikt zijn. De 3 doelstellingen zullen 1 voor 1 behandeld worden in deze les. De les wordt beëindigd met het invullen van een evaluatieformulier. Hier kunnen jullie aangeven hoe je de Wikiwijs-lessen hebben ervaren. Uiteraard is er de mogelijkheid om tips te geven, zodat de docent de les kan optimaliseren. Alvast bedankt voor jullie feedback.

Veel plezier met het volgen van de les.  

Instructie

Instructie voor het gebruik van dit arrangement:

1. Volg de "kopjes" van boven naar beneden. Begin bij welkom en loop de "kopjes" één voor één af. Hieronder wordt beschreven wat je onder ieder "kopje" kunt vinden.

* Welkom: Instructie en leerdoelen.

* Video: De landbouw kan groener!

* Kennis 1: 

* Kennis 2: 

* Kennis 3: 

* Opdracht: Invullen van een evaluatieformulier m.b.t. de Wikiwijs-lessen

2. Werk zelfstandig (individueel) aan dit arrangement.

3. Als hulpmiddel bij de lesstof is er een introductie-video bijgevoegd om te bekijken.

 

Leerdoelen

Leerdoel:

De student moet kunnen uitleggen wat de stand van zaken is met betrekking tot het behalen van de doelstellingen die zijn vastgelegd in de klimaatwet en dan specifiek met betrekking tot de landbouw.

Video

De landbouw kan groener!

Introductie: De doelstellingen vanuit de klimaatwet

De doelstellingen vanuit de klimaatwet:

Sign for my Future: ook retailers in de bres voor klimaat | RetailDetail

 

We weten inmiddels dat Nederland naar aanleiding van het Klimaatverdrag van Parijs haar eigen klimaatwet in het leven heeft geroepen. Om te kunnen bepalen in hoeverre de landbouw slaagt om haar doelen te bereiken, worden de doelstellingen hieronder benoemd. Vervolgens wordt er aan de hand van grafieken en cijfers onderbouwd of de Nederlandse landbouw in staat is de doelen te bereiken.

 

File:VET 3 (Cinema).png - Wikimedia Commons

Er zijn drie doelstellingen te benoemen waar Nederland zich op richt met betrekking tot de klimaatwet:

  1. In 2030 dient onze CO2-uitstoot met 49 procent te zijn verlaagd en in 2050 met 95 procent, ten opzichte van het jaar 1990.
  2. Er moet energie worden bespaard.
  3. Het aandeel duurzame energie moet in 2050 op 100 procent liggen.

(RVO, 2014)

 

De bovengenoemde drie doelstellingen zullen in de volgende hoofdstukken verder uitgewerkt worden.

Kennis 1: Doelstelling Reductie CO2-uitstoot

Doelstelling 1: De CO2-uitstoot:

Nederland loopt flink achter in reductie CO2-uitstoot | Agro&Chemie

In 1990 was de totale uitstoot aan broeikasgassen in Nederland ongeveer 228 miljoen ton CO2 (228 megaton, afgekort Mton, ofwel miljard kilogram; alle andere broeikasgassen zoals methaan en lachgas worden teruggerekend naar CO2-equivalenten). In 2030 moet die uitstoot 49% lager zijn, dus 116 Mton.

 

Zonder het Klimaatakkoord zou de uitstoot in 2030 op 165 Mton uitkomen. Het Klimaatakkoord moet dus zorgen voor nog eens 49 Mton minder broeikasgassen in het jaar 2030. Hieronder kun je zien of dit gelukt is.

Doelstelling 1: Doel CO2-uitstoot voor 2030 (in de landbouw)

 

 

Jaar

Uitstoot CO2 Mton

Jaar

Uitstoot CO2 Mton

Nederland

1990

228

2030

116

Landbouw

1990

31,5

2030

28

 

Resultaten doelstelling 1 t/m 2012

 

Jaar

Uitstoot CO2 Mton

Jaar

Uitstoot CO2 Mton

Nederland

1990

228

2012

193

Landbouw

1990

31,5

2012

25,6

 

In de bovenste tabel is de gewenste situatie geschetst voor de CO2-uitstoot in 2030, uitgesplitst in Nederland en in de landbouw.

In de onderste tabel is de werkelijke situatie van CO2-uitstoot weergegeven in 2012, uitgesplitst in Nederland en in de landbouw.

 

Conclusie:

De cijfers laten zien dat dit doel reeds in 2012 is behaald, omdat de CO2-uitstoot van de landbouw in 2012 nog maar 25,6 Mton bedroeg.

 

 

Kennis 2: Doelstelling Energie besparing

Doelstelling 2: Energiebesparing in de landbouw:

Doel voor de landbouw met betrekking tot energiebesparing is een minimale jaarlijkse besparing van 2%.

Coronacrisis: welke invloed heeft het op de landbouw? | Countus

De overheid stimuleert investeringen in energiebesparing en hernieuwbare energie. Technieken voor hernieuwbare energie kennen vaak lange terugverdientijden en soms ook exploitatierisico’s. Maar er worden ook subsidies aangeboden door de overheid.

Individuele aanvragers van subsidie zijn niet exact naar sector te herleiden, maar van de grotere projecten kan wel een schatting worden gemaakt wat gerelateerd is aan de agrosectoren. Dan blijkt dat de agrosectoren bij een groot deel van de energieprojecten betrokken zijn. In onderstaande grafiek is een globale schatting gepresenteerd over de afgelopen jaren van de toegezegde SDE-budgetten per indieningsjaar en het aandeel van de agrosectoren hierin (RVO, 2014).

 

 

Uit de bovenstaande figuren blijkt dat de agrosectoren fors bijdragen aan hernieuwbare energie via de SDE+. De primaire landbouw inclusief de verwerkende industrie verbruikt 6,7% van alle energie in Nederland. In de onderstaande figuur is de verdeling in 2012 weergegeven. (RVO, 2014)

 

Nu we gezien hebben hoe het energieverbruik in Nederland is verdeeld, gaan we kijken naar de energiebesparing.

De doelen voor energiebesparing zijn vermeld in de onderstaande tabel.

 

De Energie-Efficiëntie Richtlijn van de EU19 schrijft voor dat lidstaten ten minste 1,5% per jaar verbetering moeten realiseren. De richtlijn is niet eenduidig in de berekeningsmethode, dat is nog onderwerp van overleg tussen lidstaten. Wel is duidelijk dat energiebesparing bepaald moet worden op basis van de uitgevoerde maatregelen.

 

In de onderstaande grafiek is de ontwikkeling van de energie-efficiëntie in de glastuinbouw weergegeven, waar ca. 80% van het energieverbruik van de landbouw plaatsvindt. (RVO, 2014)

 

 

Uit de bovenstaande figuur blijkt dat de landbouw haar energie-efficiëntie in 2012 met ca. 48% heeft verbeterd ten opzichte van 1990. Dat komt overeen met jaarlijks gemiddeld ca. 2,1% verbetering. De glastuinbouw is de grootste energieverbruiker in de landbouw en juist de glastuinbouw heeft veel energiebesparing gerealiseerd. De energiekosten bedragen ca. 25% van de totale kosten van een glastuinbouwbedrijf. Voor de overige sectoren is dat slechts ca. 5%.

 

De efficiëntiewinst in de glastuinbouw over de afgelopen 20 jaar is voornamelijk te danken aan drie factoren van globaal gelijke betekenis:

- plaatsing van ca. 3000 Mwe aan WKK-vermogen met efficiënter gasgebruik

- intensivering van de productie (ca. 40% hogere productie op ca.

  2% groter areaal)

- uitvoering van besparende maatregelen zoals isolatie, energieschermen,  

  warmteopslagtanks en rookgascondensors.

 

Resultaten doelstelling 2: Energiebesparing voor 2030 (in de landbouw)

Doel voor de landbouw met betrekking tot energiebesparing is een minimale jaarlijkse besparing van 2%.

 

Resultaten doelstelling 2 t/m 2012

 

Jaar

Jaarlijkse besparing

Landbouw

1990

n.v.t.

Landbouw

2012

2,9%

 

Conclusie:

Uit het bovenstaande overzicht kunnen we aflezen dat de landbouw de doelstelling met betrekking tot energiebesparing tot 2012 heeft behaald.

 

Kennis 3: Doelstelling Aandeel duurzame energie

Doelstelling 3: Status aandeel duurzame energie (in de landbouw):

Zelf duurzame energie opwekken voor bedrijven | EKB Nederland

Van het energieverbruik in Nederland moet in 2020 14% opgewekt zijn uit ‘hernieuwbare energiebronnen’ zoals zonnestraling, windkracht, aardwarmte, waterkracht en biomassa. Het belangrijkste beleidsinstrument dat Nederland inzet om de 14%-doelstelling voor 2020 te halen, is de subsidieregeling ‘Stimulering Duurzame Energieproductie plus’ (afgekort: SDE+) (Algemene Rekenkamer, 2015).

Met deze SDE+ worden bedrijven gestimuleerd om energie uit hernieuwbare bronnen in Nederland te produceren. Deze subsidieregeling is in 2011 ingesteld. In 2013 was de in Nederland verbruikte energie voor 4,5% afkomstig uit hernieuwbare bronnen. Dit betekent dat Nederland nog ver verwijderd is van zijn doelstelling voor 2020.

Deze uitkomst betekent dat de kans dat de leden van de doelgroep het gewenste gedrag door de overheid kiezen zeer klein is. Hieruit kan afgeleid worden dat de SDE+-regeling in Nederland geen effectief beleidsinstrument is (Arendse, 2015). Recent onderzoek laat zien dat de doelen hoogstwaarschijnlijk niet worden gehaald (Algemene Rekenkamer, 2015).

Nu we weten dat de doelen waarschijnlijk niet gehaald gaan worden, gaan we kijken naar de bijdrage aan hernieuwbare energie die wel wordt geproduceerd door de landbouwsector. (RVO, 2014).

Uit bovenstaande figuur blijkt dat in 2012 ca. 4 PJ wordt geproduceerd door windmolens die in eigendom zijn van één enkel landbouwbedrijf, hetgeen gehanteerd wordt als definitie in de

nationale statistiek. In 2012 werd ruim 11 PJ geproduceerd door molens op landbouwgrond. Het doel van 12 PJ op landbouwgrond is hiermee binnen handbereik.

De energie producerende technieken die op agrarische bedrijven worden toegepast zijn vermeld in de onderstaande tabel. (RVO, 2014)

De hoeveelheid hernieuwbare energie in de landbouw is substantieel. Uit de bovenstaande tabel blijkt dat in het finaal verbruik voor ruim 17 PJ aan hernieuwbare energie wordt gewonnen, ca. 13% van het totale aanbod in 2012. Dit is weergegeven in de volgende figuur. (RVO, 2014)

Het aantal agrarische bedrijven met hernieuwbare energie is weergegeven in de onderstaande figuur. n(RVO, 2014)

Volgens de Landbouwtelling van CBS28 steeg het totale aantal bedrijven in de primaire landbouw dat hernieuwbare energie opwekt van 5095 in 2010 naar 9347 in 2013, overeenkomend met 13,6% van het totaalaantal bedrijven. In de tabel valt verder op dat  zonnepanelen populair zijn in de agrarische sector. Mede door diverse stimuleringsmaatregelen en de prijsdaling is het aantal bedrijven met zonnepanelen en/of –collectoren gestegen van 615 in 2010 naar 2.760 in 2013. Zonnepanelen leveren echter nog een beperkte bijdrage aan de totale productie van hernieuwbare energie in de agrosectoren.

 

Waar de glastuinbouw sterk is in energiebesparing, produceren de akkerbouw en veehouderij de meeste hernieuwbare energie. In de onderstaande figuur is daarom het aandeel hernieuwbare energie van de overige landbouwsectoren zonder glastuinbouw weergegeven. (RVO, 2014)

 

Resultaten doelstelling 3: Het aandeel duurzame energie moet in 2050 op 100 procent liggen (in de landbouw)

 

Van het energieverbruik in Nederland moet in 2020 14% opgewekt zijn uit ‘hernieuwbare energiebronnen. In 2019 was het aandeel hernieuwbare energie 8,7 procent van het eindverbruik van energie (CBS, 2020).

 

Doel doelstelling 3

 

Jaar

Aandeel hernieuwbare energie

Nederland (Landbouw)

2050

100%

Nederland (Landbouw)

2020

14%

 

Resultaat doelstelling 3 t/m 2019

 

Jaar

Aandeel hernieuwbare energie

Nederland (Landbouw)

2050

100%

Nederland (Landbouw)

2019

8,7%

 

Conclusie:

Uit het bovenstaande overzicht kunnen we aflezen dat Nederland (landbouw) de doelstelling met betrekking tot het aandeel hernieuwbare energie tot 2020 niet heeft behaald.

Evaluatieformulier

https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=9ElCeeDcfkiBt7rM6FCp4m6xpj2kRQxNlIc1uTjWi2ZUN1pSOUZJWDJORzk1OTVTTjlaUlhPRzhTNS4u

Begrippenlijst

Begrippenlijst

CO2

Koolstofdioxide, ook kooldioxide of koolzuurgas genoemd, is een anorganische verbinding van koolstof en zuurstof, met als brutoformule CO2. In zuivere toestand is het een kleurloos en geurloos gas dat van nature in de aardatmosfeer voorkomt.

Duurzame energie

Duurzame energie is energie afkomstig van bronnen die nooit 'op' raken. Dit in tegenstelling tot fossiele brandstoffen als olie, gas en kolen, waarvan we weten dat er steeds minder van is. Voorbeelden van duurzame energie zijn windenergie, zonne-energie en waterkracht.

Hernieuwbare energie

Ook wel duurzame of groene energie genoemd, is energie afkomstig van natuurlijke bronnen die constant worden aangevuld. Dit is energie uit wind, waterkracht, zon, bodem, buitenluchtwarmte en biomassa.

SDE

Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++).

Europese Energie-Efficiency Richtlijn - EED

In 2012 is de Europese Energie-Efficiency Richtlijn (EED) vastgesteld. Deze richtlijn heeft tot doel om in 2020 20% minder energie te verbruiken in Europa. Daartoe bevat de richtlijn verplichtingen voor zowel lidstaten als bedrijven.

Mwe

Symbool van de eenheid megawatt voor elektrische energie.

Wkk

Warmte Kracht Koppeling. Het vermogen van een WKK wordt meestal uitgedrukt in kWelektrisch.

Areaal

Bepaald oppervlakte, met wat zich daarop bevindt.

Biomassa

Biologisch afbreekbaar deel van landbouwproducten en afvalstoffen, gebruikt voor energieopwekking. Voorbeelden zijn: organische materialen zoals diverse soorten hout, mest, gras, stro, maïs en industriële restproducten zoals aardappelschillen, vruchtenschillen, tarwegist- etc.

PJ

Natuurkundige eenheid van het symbool voor petajoule, een eenheid voor energie.

  • Het arrangement Les 3: Duurzaamheid is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Bob van Balen
    Laatst gewijzigd
    2021-05-27 12:59:05
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De studenten kennis laten maken met het "Klimaatakkoord van Parijs 2015". Vertellen wat dit akkoord inhoudt en welke invloed dit heeft op Nederland met betrekking tot "Duurzaamheid".
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    klimaatakkoord

    Bronnen

    Bron Type
    De landbouw kan groener!
    https://www.youtube.com/watch?v=q6BF4qRXpcE
    Video
    https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=9ElCeeDcfkiBt7rM6FCp4m6xpj2kRQxNlIc1uTjWi2ZUN1pSOUZJWDJORzk1OTVTTjlaUlhPRzhTNS4u
    https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=9ElCeeDcfkiBt7rM6FCp4m6xpj2kRQxNlIc1uTjWi2ZUN1pSOUZJWDJORzk1OTVTTjlaUlhPRzhTNS4u
    Link

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    van Balen, Bob. (2021).

    Les 2: Duurzaamheid

    https://maken.wikiwijs.nl/176572/Les_2__Duurzaamheid

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.