Je kunt de werking van zintuigen beschrijven. Je kunt aangeven waar de gezichtszintuigen, gehoorzintuigen en evenwichtszintuigen liggen en wat de adequate prikkels zijn.
Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels.
In zintuigen ontstaan onder invloed van prikkels impulsen.
Drempelwaarde: de zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt.
Adequate prikkel: het type prikkel waar een zintuigcel speciaal gevoelig voor is.
Voor deze prikkel heeft de zintuigcel een lage drempelwaarde.
De drempelwaarde is niet altijd even hoog.
Gewenning: wanneer een prikkel enige tijd aanhoudt, ontstaan in de zintuigcellen minder impulsen.
Motivatie beïnvloedt de drempelwaarde.
Je hersenen kunnen je waarnemingen beïnvloeden.
Zintuigen
Ligging
Adequate prikkel
Gezichtszintuig
In de ogen
Licht
Gehoorzintuig
In de oren
Geluid
Evenwichtszintuig
In de oren
Zwaartekracht
Doelstelling 2
Je kunt de werking van de zintuigen in je huid, de reukzintuigen en de smaakzintuigen beschrijven. Je kunt aangeven waar ze liggen en wat de adequate prikkels zijn.
Zintuig
Ligging
Adequate prikkel
Tastzintuig
In de huid
Lichte aanraking
Drukzintuig
In de huid
Druk
Koudezintuig
In de huid
Temperaturen lager dan 37 C
Warmtezintuig
In de huid
Temperaturen hoger dan 35 C
Reukzintuig
In de neus
Geur
Smaakzintuig
In de tong
Smaak
Tastzintuig: tastknopjes vlak onder de opperhuid.
Drukzintuig: dieper in de huid. Belangrijk bij het regelen van de kracht waarmee je voorwerpen vastpakt.
Reukzintuig: zintuigcellen met reukharen in het neusslijmvlies.
Smaakzintuig: smaakknopjes aan de zijkanten van groefjes in de tong.
Met de smaakknopjes proef je alleen zoet, zout, bitter, zuur en umami.
BIj het proeven van andere smaken speelt het reukzintuig een belangrijke rol.
Pijn neem je waar met uiteinden van bepaalde zenuwen (pijnpunten).
Pijnpunten komen overal in het lichaam voor.
Doelstelling 3
Je kunt de inwendige en uitwendige delen van een oog noemen met hun functies en kenmerken.
Wenkbrauwen: zorgen ervoor dat zweet en ander vocht langs de ogen loopt en niet erin.
Oogkassen: beschermen de ogen.
Oogspieren: draaien het oog in allerlei richtingen.
Wimpers: beschermen de ogen tegen vuil en te fel licht.
Traanklieren: maken traanvocht.
Traanvocht beschermt de ogen tegen uitdroging en spoelt kleine stofjes en prikkelende stoffen weg.
Traanbuizen: voeren traanvocht af naar de neusholte.
Oogleden: verspreiden traanvocht over de ogen.
Harde oogvlies: stevig, wit vlies dat het oog beschermt.
Hoornvlies: de voortzetting van het harde oogvlies aan de voorkant. Doorzichtig, laat licht door.
Vaatvlies: bevat veel bloedvaten. Het bloed brengt voedingsstoffen en zuurstof naar het oog en voert afvalstoffen af.
Iris (regenboogvlies): de voortzetting van het vaatvlies aan de voorkant van het oog.
Pupil: opening in de iris. Hierdoor komt licht verder in het oog.
Lens: achter de iris en de pupil.
Kringspieren rondom de lens: zorgen ervoor dat een scherp beeld op het netvlies ontstaat.
Netvlies: bevat zintuigcellen en zenuwcellen. Over het netvlies lopen bloedvaten.
Gele vlek: plaats in het centrum van het netvlies.
Oogzenuw: geleidt impulsen naar de hersenen.
Blinde vlek: plaats waar de uitlopers van zenuwcellen (oogzenuw) door het netvlies, het vaatvlies en het harde oogvlies gaan.
Glasachtig lichaam: gevuld met geleiachtige massa. Helpt het netvlies op zijn plaats te houden.
Het arrangement Thema 6 - Zintuigen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Chris Brandwijk
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-03-27 15:17:56
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.