Indonesië en de West: slavernij in Suriname

Indonesië en de West: slavernij in Suriname

De eindopdracht

Voor de eindopracht voor het vak Indonesië en de West was het de bedoeling om een onderwerp passend bij dit vak uit te kiezen. Er moesten verschillende vragen beantwoordt worden over het uitgekozen onderwerp. Vragen zoals hoe dit onderwerp terug te zien is in het huidige onderwijs, leerdoelen omtrent het onderwerp, belangrijke gebeurtenissen, verschijnselen en personen en vanuit welk perspectief en narratief het onderwerp gegeven zou moeten worden.

Er was een vrije keuze voor de manier waarop wij als studenten deze vragen wilden beantwoorden. Ik heb gekozen om dit te doen in deze Wikiwijs.

Veel leesplezier!

 

Gemaakt door: Anouk Baas.

Studentnummer: 0942495.

Klas: VGES4B.

Wat moeten leerlingen weten over dit onderwerp?

Het onderwerp dat is gekozen voor de eindopdracht voor het vak Indonesië en de West is slavernij in Suriname. Links hiernaast zijn verschillende kopjes te vinden waar verschillende vragen uit de eindopdracht worden beantwoordt en toegelicht. 

Leerdoelen

  • Aan het einde van de les kunnen leerlingen de belangrijke gebeurtenissen benoemen gedurende de periode van slavernij in Suriname hebben afgespeeld
  • Aan het einde van de les kunnen leerlingen belangrijke personen uit de geschiedenis van de Surinaamse slavernij benoemen, zowel van de kolonisator als de gekoloniseerde.
  • Aan het einde van de les kunnen de leerlingen het leven op de plantages in Suriname omschrijven en hiervan voorbeelden geven.

Volgens de eindtermen

Gekeken naar de eindtermen voor het VMBO dan komt de slavernij van Suriname niet voor. De leerlingen leren over de kolonisatie van Nederlands-Indië maar daar blijft het bij. Slavernij en kolonisatie in het algemeen komt niet voor en er wordt daarnaast niet dieper ingegaan op bijvoorbeeld de slavernij in Suriname of de trans-Atlantische slavenhandel.

Gekeken naar de onderbouw dan zijn er vooral veel algemene kerndoelen opgesteld die de leerlingen moeten beheersen. Een voorbeeld is:

  • 37: de leerling leert een kader van tien tijdvakken te gebruiken om  gebeurtenissen, ontwikkelingen en personen in hun tijd te plaatsen.

Een verdere invulling wordt er echter niet gegeven. De algemene lijnen worden gehanteerd binnen de lesmethoden. Vaak komt hier maar kort de slavernij en de slavernij in Suriname naar voren.  

Mijn leerdoelen sluiten niet persé aan op de eindtermen die opgesteld zijn. Dit komt omdat de eindtermen erg globaal zijn en geen verdere invulling geven over de lesstof. Ik denk dat ik met mijn leerdoelen leerlingen meer kennis kan laten maken met gebeurtenissen uit de periode van slavernij in Suriname en belangrijke personen, zowel aansluitend bij de gekoloniseerde als de kolonisten.

De leerdoelen die ik heb opgesteld zijn redelijk globaal, dit is een bewuste keuze geweest. Doordat er nog niet veel lesaanbod is over dit onderwerp in de schoolboeken en in de eindtermen hoop ik de  leerlingen met deze leerdoelen meer inzicht te geven in de gebeurtenissen uit deze periode in de geschiedenis passend bij het onderwerp.

Tijdlijn

Ik heb ervoor gekozen om verschillende belangrijke gebeurtenissen wat betreft dit onderwerp op te zoeken en op chronologische volgorde hieronder te weergeven. Er komen belangrijke gebeurtenissen, verschijnselen en personen naar voren.

Periode 1525 – 1867: Trans-Atlantische slavenhandel

De handel die werd bedreven door de Europeanen waarbij slaven vanuit Afrika werden gehaald om op plantages te werken.

1650: start slavernij in Suriname

Start van blijvende kolonisatie in Suriname door de Engelsen onder leiding van Lord Willoughby.

1667: kolonie van Nederland en vrede van Breda

In de vrede van Breda werd Suriname als kolonie van Nederland aangewezen. Suriname werd een kolonie in ruil voor Nieuw-Nederland en Nieuw-Amsterdam.

Periode van 1667 tot 1682

Aanvallen inheemse bevolking. De plantages werden aangevallen en kolonisten werden gedood. Buddingh (2017) omschrijft dat de kolonie Suriname steeds zwakker werd. Rond 1678 begon een inheemse guerrilla die een bedreiging voor het voortbestaan van de kolonie zorgde. Daarnaast werden er verschillende aanvallen uitgeoefend op de plantages. De kolonie ging tot 1682 een onrustige periode tegemoet.

1682: overname door de WIC

De WIC had haar bloeitijd gehad en wilde Suriname overnemen om daar een monopolie te vestigen en meer te kunnen verdienen aan haar slavenhandel.

1683: Cornelis van Aerssen van Sommelsdijck en de geoctrooieerde sociëteit van Suriname

De kosten voor de WIC om alleen Suriname in handen te hebben was te groot. De kolonie werd gedeeld met onder andere Cornelis van Aerssen van Sommelsdijck. Hij richtte de geoctrooieerde sociëteit van Suriname op. Zij kochten 1/3 deel van Suriname, hetzelfde werd gedaan door Amsterdam en de WIC. Dit betekende dat Suriname vanaf dat moment volledig in handen was van Nederlandse partijen.

Periode van 1712  tot 1742

Gouverneurs wisselen elkaar af. De slavenhandel en het aantal plantages nam in een rap tempo toe in deze periode. Naast het verbouwen van suiker werd er nu ook koffie, katoen en verbak verbouwd op de plantages. Ook werd er in deze periode strenger opgestreden tegenover marrons.

1742: Komst gouverneur Johan Jacob Mauricus

In 1742 kwam er een nieuwe gouverneur die naar Suriname werd gestuurd, Johan Jacob Mauricus. De Kom (2020) beschrijft dat de voornaamste verdiensten van deze nieuwe gouverneur de nieuwe tactiek tegenover de marrons was. Hij trachtte na aanval op marrons met een deel vrede te sluiten zodat zij hem zouden helpen met het aanpakken van andere marrons. Hij wilde koste wat het kost voorkomen dat groepen marrons zich met elkaar zouden verenigen.

1762: doodslag weggelopen slaaf gemaakte

Een nieuwe straf die werd opgelegd aan slaaf gemaakte die werden opgepakt nadat zij weggelopen waren van de plantages.

1765: Boni neemt leiderschap op zich

Boni besloot in 1765 het leiderschap op zich te nemen wat betreft het aanvallen van de slaaf houdende. Hij werkte samen met Baron en Joli Coeur.

Deze opperhoofden wisten onder de opstandige Surinamers tucht en orde in te voeren en een krijgsmacht te vormen, die jarenlang opgewassen bleek tegen de goed georganiseerde macht der Hollanders' (De Kom, 2020, p. ).

1770: start Boni oorlogen

De strijd tegen de kolonisator ging van start. Deze strijd worden ook wel de Boni oorlogen genoemd.

1792: de WIC gaat failliet

De WIC ging failliet en Amsterdam en de sociëteit kochten de aandelen van Suriname van de WIC over.

1814: afschaffing van de slavenhandel

In 1814 werd de slavenhandel grondwettelijk verboden, dit betekende echter nog niet dat er een einde was aan de slavernij zelf. Wel werden de levensomstandigheden van de slaven iets verbeterd.

1868: definitieve afschaffing van de slavernij

Nederland was als laatste met de afschaffing van de slavernij in haar koloniën. Dit betekende ook voor Suriname dat er na al deze ellendige jaren eindelijk sprake was van de afschaffing van de slavernij.

 

Zelfgemaakte tijdlijn

Tijdvak, eindexamen en kenmerkende aspecten

Mijn onderwerp sluit globaal aan bij twee verschillende tijdvakken en de daar bijhorende onderwerpen. Deze tijdvakken en onderwerpen zijn als volgt:

  • Tijdvak 6: regenten en vorsten

Een wereldeconomie

  • Tijdvak 7: tijd van pruiken en revoluties

Kolonialisme en slavernij

Daarnaast sluit het onderwerp aan bij de volgende twee kenmerkende aspecten uit beide tijdvakken die hierboven zijn genoemd:

  • 6c: wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
  • 7c: uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme

Ik ben echter wel van mening dat het onderwerp slavernij in Suriname in beide tijdvakken en kenmerken nauwelijks aanbod komt in het onderwijs op het moment. Wat mij betreft zou er goed gekeken moeten worden naar de invulling van deze twee tijdvakken. Hierbij doel ik op het feit dat onderwerpen als kolonialisme en slavernij vaak vluchtig in één paragraaf worden besproken. Ik vind dat er gekeken moet worden naar een andere invulling. Er zou meer ruimte moeten komen voor kolonialisme en slavernij. De tijdvakken en de kenmerkende aspecten bieden hier naar mijn mening ruimte voor.

Hoe dient dit onderwerp gepresenteerd te worden?

Welk perspectief?

In het geschiedenisonderwijs wordt voornamelijk een eurocentrisch perspectief aangeboden. Vaak worden onderwerpen die zich bevinden rond de periode van de kolonialisme en slavernij vanuit het Europese en Nederlandse oogpunt beschreven. Veelal gaat het in de lesmethoden over wat wij Nederlanders hebben bereikt in deze specifieke tijd in verschillende kolonies. Hierbij worden naast de grote dingen die wij hebben bereikt ook de gruwelen beschreven. Toch blijft het vaak opvallend dat alles beschreven blijft uit een veelal Nederlands perspectief, met hier en daar een kort uitstapje naar een belangrijk persoon uit deze tijd en zijn of haar daden.

Naar mijn mening moet er meer ruimte zijn voor zowel het Nederlandse perspectief als in dit geval het perspectief van de slaaf gemaakte en de gekoloniseerde bevolking van Suriname. Ik denk dat meerdere perspectieven ervoor kunnen zorgen dat een les veel dynamischer wordt. Daarnaast biedt het de ruimte voor de leerling om een goed oordeel te vellen over een bepaalde periode aan de hand van meerdere of beide perspectieven. Alleen op deze manier kan er een goed en duidelijk beeld worden gevormd over de slavernij in Suriname.

Vanuit welk narratief?

Het master narratief wordt veelal geschetst door de bril van de dominante cultuur. In de geschiedeniswerkboeken zien wij dat dit vanuit de Europeanen en de Nederlanders wordt gedaan. Zoals hierboven genoemd ben ik van mening dat een onderwerp verteld moet worden vanuit verschillende perspectieven vanuit verschillende kanten. Wat betreft het narratief zou voor mij het juiste narratief een combinatie zijn van de heersende master en de counter narratieven die aanwezig zijn. Daarin vind ik het belangrijk dat zowel de kant van de Nederlanders als kolonisator wordt belicht maar ook de kant van de gekoloniseerde Surinamer en de slaaf gemaakte. Ik vind het belangrijk dat er feitelijke waarheden worden geschetst en dat in dit geval de leerling aan de hand van het master narratief een duidelijk beeld een oordeel heeft over de gebeurtenissen. Een heersende master narratief is niet erg zolang er ook ruimte is voor andere verhalen en narratieve om tot een feitelijk waarheid te komen.

Omdat het onderwerp zich vooral vestigt op de slavernij in Suriname zelf en de chronologische gebeurtenissen vind ik het tragedie als narratieve sjabloon het meest passende. Hierbij vooral gefocust op het onderdeel ‘les voor het publiek’. Hoe kunnen wij leren van de gebeurtenissen die toentertijd hebben plaatsgevonden, hoe heeft dit effect gehad op de samenleving in Suriname en de slaaf gemaakte?

Literatuurlijst

Buddingh’, H. (2017). Geschiedenis van Suriname. Rainbow.

Kom, A. (2020). Wij slaven van Suriname. Atlas Contact, Uitgeverij.

  • Het arrangement Indonesië en de West: slavernij in Suriname is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Anouk Baas
    Laatst gewijzigd
    2021-04-11 14:53:05
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.