Havo biologie: wat moet je weten

Havo biologie: wat moet je weten

Belangrijke begrippen tijdens jouw examen

Op deze pagina bieden we een overzicht van de begrippen die je moet kennen voor jouw examen. Weet je waar deze begrippen over gaan, herken je ze én kun je ze toepassen in een specifieke context? Dan ben je al een heel eind op de goede weg. De precieze leerdoelen voor dit vak staan in de syllabus.

M Molecuul- en celniveau

Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:

  • met behulp van de concepten homeostase, transport, assimilatie en dissimilatie verklaren hoe de stofwisseling van cellen van prokaryoten en eukaryoten verloopt, in de context van gezondheid en voeding;
  • met behulp van de concepten genexpressie en celdifferentiatie benoemen hoe de ontwikkeling van cellen verloopt, in de context van energie en gezondheid;
  • met behulp van het concept erfelijke eigenschap verklaren hoe eigenschappen worden overgedragen bij eukaryoten en prokaryoten, in de context van veiligheid en voedselproductie;
  • met behulp van de concepten DNA, mutatie, recombinatie en variatie verklaren hoe variatie in populaties tot stand komt, in de context van gezondheid en voedselproductie.

 

De onderwerpen en begrippen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

M2 Stofwisseling van de cel (subdomein B2)

 

M2.1 Homeostase

 

prokaryoot, bacterie, plasmide, celwand, cirkelvormig chromosoom

 

virus, eiwitmantel, DNA-virus, RNA-virus

 

eukaryoot, celkern, chromosoom, celwand, celmembraan, vacuole, cytoplasma, mitochondrie, (ruw) endoplasmatisch reticulum, golgi-systeem, plastiden, ribosoom, lysosoom, bladgroenkorrel, bladgroen, trilharen

 

homeostase

 

M2.2 Transport

 

diffusie, osmose, semi-permeabel membraan, selectief permeabel, receptoreiwit, ionentransport, actief transport, passief transport, endocytose, exocytose, glucose, zuurstof, koolstofdioxide (CO2), natriumchloride (NaCl)

 

isotonisch, hypotonisch, hypertonisch, osmotische waarde

 

plasmolyse, turgor

 

M2.3 Assimilatie en dissimilatie

 

atoom, molecuul, ion, energie, autotroof, heterotroof, assimilatie, dissimilatie

 

chemische energie, lichtenergie, kinetische energie, warmte, ADP, ATP, fosfaat

 

fotosynthese, bladgroenkorrel, glucose, zuurstof, koolstofdioxide

 

voortgezette assimilatie, bouwstof, brandstof, reservestof, koolhydraat, monosacharide, disacharide, polysacharide, zetmeel, glycogeen, cellulose, vet, vetzuur, glycerol, eiwit, aminozuur, essentieel aminozuur, niet-essentieel aminozuur, DNA, enzym, fosfolipide, tussencelstof, katalysator, wateroplosbaar, vetoplosbaar

 

energievoorziening, verbranding, aeroob, anaeroob, gisting, alcohol, melkzuur, glucose, zuurstof, koolstofdioxide

 

reactievergelijking, molecuulformule, structuurformule, calcium (Ca), chloor (Cl), fosfor (P), ijzer (Fe), kalium (K), koolstof (C), stikstof (N), natrium (Na), waterstof (H), zuurstof (O), ammoniak (NH3), koolstofdioxide (CO2), fosfaat (PO43-), glucose (C6H12O6), methaan (CH4), nitraat (NO32-), nitriet (NO2-), stikstofgas (N2), water (H2O), zuurstofgas (O2)

 

enzymwerking, katalyseren, substraat, enzym-substraatcomplex

 

pH, optimumkromme, indicator

 

biotechnologie, metabolisme, recombinant-DNA, micro-organisme  
M3 Zelforganisatie van cellen (subdomein C1)  
M3.1 Genexpressie  
DNA, RNA, eiwit, genetische code, nucleotidenvolgorde, gen, startcodon, stopcodon, niet-coderend DNA  
genexpressie  
enzym, receptor, membraaneiwit, transporteiwit, eiwithormoon, structuureiwit, antistof  
fenotype  
M3.2 Celdifferentiatie  
genoom  
celdifferentiatie  
genexpressie, celtype  
stamcel  
stamcelonderzoek, stamceltransplantatie  
M7 Erfelijke eigenschap (subdomein E4)  
M7.1 Erfelijke eigenschap  
gen, allel, genoom, genotype, fenotype, milieufactor  
chromosoom, autosoom, geslachtschromosoom, X-chromosoom, Y-chromosoom  
monohybride kruising, dominant, onvolledig dominant, recessief, intermediair, stamboom, kruisingsschema, homozygoot, heterozygoot, X-chromosomaal, multipele allelen, letale factor  
ethisch argument, biologisch argument  
M8 Selectie (subdomein F1)  
M8.1 DNA  
DNA, genetische informatie, genetische code  
DNA-analyse, verwantschap  
M8.2 Mutatie  
chromosoom, gen, allel, mutagene stof, mutagene straling, puntmutatie, genoommutatie
genotype, fenotype
 
overlevingskans  
M8.3 Recombinatie  
geslachtelijke voortplanting, meiose, homologe chromosomen, autosoom, geslachtschromosoom, genoom, gekoppelde genen  
M8.4 Variatie  
genetische variatie, mutatie, recombinatie, fenotype, genotype, genenpool  
genetische modificatie, transgeen  

O Orgaan- en organismenniveau

Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:

  • met behulp van de concepten orgaan, fotosynthese, ademhaling, vertering, uitscheiding en transport uitleggen hoe de stofwisseling van organismen verloopt, in de context van gezondheid en voedselproductie, en benoemen hoe stoornissen daarin kunnen ontstaan en worden aangepakt;
  • met behulp van de concepten homeostase, hormonale regulatie en neurale regulatie verklaren hoe eukaryoten zichzelf reguleren, in de context van sport en voeding;
  • met behulp van het concept afweer uitleggen hoe eukaryoten zich beschermen tegen andere organismen, virussen en allergenen, in de context van gezondheidszorg en voedselproductie, en welke problemen daarbij kunnen ontstaan.

 

De onderwerpen en begrippen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

O1 Stofwisseling van het organisme (subdomein B3)

 

O1.1 Orgaan

 

cel, weefsel, orgaan, orgaanstelsel  
O1.2 Fotosynthese  
fotosynthese, koolstofassimilatie, voortgezette assimilatie, dissimilatie  
O1.3 Ademhaling  
gaswisseling, longen, luchtpijp, bronchie, longblaasje  
ademhalingsspieren, ventilatiebewegingen, longcapaciteit, vitale capaciteit, restvolume, dode ruimte  
diffusie, zuurstofconcentratie/zuurstofdruk, zuurstoftransport, hemoglobine, koolstofdioxideconcentratie/koolstofdioxidedruk, koolstofdioxidetransport  
O1.4 Vertering  
(spijs)vertering, speekselklier, slokdarm, maag, twaalfvingerige darm, alvleesklier, lever, galblaas, dunne darm, dikke darm, endeldarm, kringspier, lengtespier, darmperistaltiek  
voedingsstof, mechanische vertering, chemische vertering, verteringssap, enzymen voor koolhydraatvertering, enzymen voor eiwitvertering, enzymen voor vetvertering, emulgeren, gal, verteringsproduct  
resorptie, darmvlok, darmbacterie  
O1.5 Uitscheiding  
uitscheiding, lever, leverlobje, nier, niereenheid, niermerg, nierschors, kapsel van Bowman, glomerulus, nierbuisjes, urineblaas, long, huid, zweetklier  
gal, ureum, waterhuishouding, ultrafiltratie, reabsorptie/terugresorptie, urine, ADH, zweet  
O1.6 Transport  
grote bloedsomloop, kleine bloedsomloop, hart, hartklep, sinusknoop, hartslagfrequentie, slagvolume, slagader, ader, haarvat, bloeddruk, bovendruk, onderdruk  
bloedsamenstelling, bloedplasma, voedingsstof, afvalstof, cholesterol, rode bloedcel, witte bloedcel, bloedplaatje, beenmerg, zuurstoftransport, hemoglobine, koolstofdioxidetransport, bloedstolling, weefselvloeistof, lymfe  
bloedvatenstelsel, lymfesysteem, lymfevat  
O2 Zelfregulatie van het organisme (subdomein B4)  
O2.1 Homeostase  
zenuwstelsel, zintuigen, hormoonstelsel, receptor, inwendig milieu, uitwendig milieu, pH, temperatuurregulatie, koolstofdioxideconcentratie, zuurstofconcentratie, glucoseconcentratie  
regelkring, positieve terugkoppeling, negatieve terugkoppeling  
O2.2 Hormonale regulatie  
hormoon, hormoonklier, exocrien, endocrien, hormoonstelsel, hormoonconcentratie, positieve terugkoppeling, negatieve terugkoppeling, doelwitorgaan, hormoonreceptor  
hypothalamus, hypofyse, schildklier, nier, bijnier, eierstok, teelbal, eilandje van Langerhans, insuline, glucagon, adrenaline, schildklierhormoon, EPO  
O2.3 Neurale regulatie  
centraal zenuwstelsel, perifeer zenuwstelsel, grote hersenen, kleine hersenen, hersenschors, centra in de hersenschors, hersenstam, ruggenmerg, autonoom (vegetatief) zenuwstelsel, animaal zenuwstelsel, gevoelszenuwcel, schakelzenuwcel, bewegingszenuwcel, signaalverwerking, prikkel, impuls, cel van Schwann, myelineschede, synaps, impulsgeleiding, sprongsgewijze impulsgeleiding, neurotransmitter, temperatuurreceptor, lichtreceptor, tastreceptor, pijnreceptor  
regelkring, reflexboog  
O3 Afweer van het organisme (subdomein B5)  
O3.1 Afweer  
huid, slijmvliezen, bloed, lymfe, beenmerg, lymfeknoop, macrofagen, T-helpercel, cytotoxische T-cel, B-cel, plasmacel, geheugencel, mestcel  
aangeboren afweer, verworven afweer, natuurlijke immuniteit, kunstmatige immuniteit, actieve immuniteit, passieve immuniteit, lichaamseigen, lichaamsvreemd, antigeen, antistof, receptor, vaccinatie, transplantatie, bloedtransfusie, AB0-systeem, resusfactor, donor, acceptor  
virus, bacterie, antibioticum, resistentie  

P Populatie- en ecosysteemniveau

Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:

  • met behulp van de concepten energiestroom, kringloop, dynamiek en evenwicht uitleggen hoe ecosystemen zichzelf reguleren, in de context van duurzaamheid, en beargumenteren hoe maatregelen van de mens de zelfregulatie van ecosystemen en het systeem Aarde kunnen beïnvloeden;
  • met behulp van de concepten voedselrelatie en interactie met (a)biotische factoren uitleggen welke relaties tussen populaties in ecosystemen bestaan, in de context van duurzaamheid en voedselproductie, en beargumenteren hoe vraagstukken hierover kunnen worden benaderd;
  • met behulp van de concepten populatie, variatie, selectie en soortvorming uitleggen hoe nieuwe soorten kunnen ontstaan, in de context van gezondheid en wereldbeeld.

 

De onderwerpen en begrippen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:

Onderwerpen en begrippen

Dit weet ik

P1 Regulatie van ecosystemen (subdomein B8)

 

P1.1 Energiestroom

 

energiestroom, ecosysteem, producent, consument, reducent  
autotroof, heterotroof, organische stof, anorganische stof  
fossiele brandstof, biobrandstof, biomassa, energiebesparing  
P1.2 Kringloop  
kringloop, fotosynthese, dissimilatie, koolstofkringloop, stikstofkringloop, organische stof, anorganische stof, aeroob, anaeroob, koolstof, ammoniak, ammonium, nitraat, nitriet, methaan, stikstofgas  
uitspoeling, eutrofiering  
hergebruik, recyclen, broeikaseffect, gevolgen voor de biodiversiteit  
P1.3 Dynamiek en evenwicht  
ecosysteem, habitat, levensgemeenschap, soortensamenstelling  
biotische factor, abiotische factor, dynamiek, geboorte, sterfte, migratie, beperkende factor, tolerantie, optimum  
concurrentie, populatie  
exoot, natuurbeheer  
P3 Interactie in ecosystemen (subdomein D4)  
P3.1 Voedselrelatie  
voedselrelatie, trofisch niveau, predatie, vraat  
voedselketen, producent, consument, reducent, symbiose, parasitisme, mutualisme, commensalisme  
voedselweb  
P3.2 Duurzame ontwikkeling  
duurzaamheid, duurzame ontwikkeling, biologisch afbreekbaar  
energieproductie, hernieuwbare energiebron, energiebesparing  
voedselproductie, bestrijdingsmiddel, biologische landbouw  
accumulatie, persistent, resistent  
P4 Soortvorming (subdomein F2)  
P4.1 Populatie  
soort, populatie  
genotype, fenotype  
P4.2 Variatie  
genetische variatie, mutatie, allelfrequentie, genenpool  
P4.3 Selectie  
adaptatie, natuurlijke selectie, fitness, selectiedruk, homologie, analogie  
kunstmatige selectie, veredeling  
P4.4 Soortvorming  
soort, geslacht (genus), reproductieve isolatie  
verwantschap, afstamming, evolutionaire stamboom  
  • Het arrangement Havo biologie: wat moet je weten is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2024-12-02 14:50:44
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Wat moet je weten voor het centraal eindexamen? Je kunt hier per examenonderdeel lezen wat je globaal moet kunnen. De begrippen, onderwerpen en/of opvattingen die je in ieder geval moet kennen, vind je hier. Maar let goed op! Deze begrippen, onderwerpen, en/of opvattingen moet je altijd kunnen duiden. Je moet de begrippen met elkaar verbinden, in een specifieke context herkennen en toepassen of elders weer gebruiken. Sec alleen het uit je hoofd leren van de begrippen is lang niet voldoende om je examen te halen. Vraag dus altijd aan je docent om je bij het leren te helpen.
    Leerniveau
    HAVO 4; HAVO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    centraal eindexamen, eindexamen, voexamen, watmoetjeweten

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Wat moet je kennen - LVHE. (z.d.).

    Disclaimer

    https://maken.wikiwijs.nl/176566/Disclaimer

    Wat moet je kennen - LVHE. (z.d.).

    Sjabloon wat moet je weten

    https://maken.wikiwijs.nl/174792/Sjabloon_wat_moet_je_weten

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.