Belangrijke begrippen tijdens jouw examen
Op deze pagina bieden we een overzicht van de begrippen die je moet kennen voor jouw examen. Weet je waar deze begrippen over gaan, herken je ze én kun je ze toepassen in een specifieke context? Dan ben je al een heel eind op de goede weg. De precieze leerdoelen voor dit vak staan in de syllabus.
Domein B Algebra en tellen
Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
- berekeningen uitvoeren met getallen en variabelen en kan daarbij gebruik maken van rekenkundige en algebraïsche basisbewerkingen
- telproblemen structureren en schematiseren
|
De begrippen en onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen
|
Dit weet ik
|
absoluut, relatief
|
|
rekenregels, machten, wortels, logaritmen
|
|
verhoudingen, percentages, breuken
|
|
vereenvoudigen
|
|
algebraïsche expressie
|
|
grootheden, samengestelde grootheden, maatsystemen
|
|
permutaties, combinaties
|
|
driehoek van Pascal
|
|
boomdiagram, wegendiagram, rooster
|
|
telprobleem
|
|
symmetrieoverwegingen
|
|
Domein C Verbanden
Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
- van eerstegraadsfuncties, tweedegraadsfuncties, machtsfuncties, exponentiële functies en logaritmische functies de verschillende representaties doelgericht gebruiken
|
De begrippen en onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen
|
Dit weet ik
|
eerstegraadsverbanden, tweedegraadsverbanden, lineair
|
|
machtsverbanden
|
|
exponentiële verbanden, exponent, beginwaarde, groeifactor
|
|
logaritmische verbanden
|
|
snijpunt, maximum(waarde), minimum(waarde), asymptotisch gedrag
|
|
(recht) evenredig, omgekeerd evenredig, constant product
|
|
periodieke verschijnsel, periode, amplitude, evenwichtswaarde
|
|
lineair interpoleren, lineair extrapoleren, meetwaarden
|
|
logaritmische schaalverdeling
|
|
halveringstijd/verdubbelingstijd
|
|
Domein D Veranderingen
Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
- het veranderingsgedrag van eerstegraadsfuncties, tweedegraadsfuncties, machtsfuncties, exponentiële functies en logaritmische functies en de regelmaat in rijen doelgericht beschrijven en gebruiken
|
De begrippen en onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen
|
Dit weet ik
|
intervallen, constant verloop, stijgend verloop, dalend verloop
|
|
helling
|
|
recursieve formule, directe formule
|
|
lineair verband, exponentieel verband.
|
|
Domein F Logisch redeneren
Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
- logische redeneringen analyseren op correct gebruik.
|
De begrippen en onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen
|
Dit weet ik
|
logische symbolen
|
|
conclusie, uitgangspunt, definitie, redeneerstap, correct, volledig, onvolledig
|
|
contradictie, paradox
|
|
redeneerstappen, “als-dan” redeneringen, “hier-uit-volgt” conclusie
|
|
Venn-diagram
|
|
nodige voorwaarde, voldoende voorwaarde
|
|
maatschappelijk debat, verifiëren
|
|
Domein G Vorm en ruimte
Als je alle examenstof hebt geleerd kun je:
- van een ruimtelijk object aanzichten en perspectieftekeningen maken, er berekeningen aan uitvoeren en op basis daarvan conclusies trekken over dit object.
|
De begrippen en onderwerpen die je bij dit domein in ieder geval moet kennen luiden als volgt:
Onderwerpen en begrippen
|
Dit weet ik
|
de stelling van Pythagoras
|
|
gulden snede als verhouding
|
|
Oppervlakte, rechthoek, driehoek, cirkel
|
|
Inhoudsformule, balk, prisma, cilinder, piramide
|
|
horizon, oogpunt, verdwijnpunt
|
|
regelmatige veelhoek
|
|
aanzichten
|
|
Éénpuntsperspectieftekening, tweepuntsperspectieftekening, veelhoek
|
|
vergrotingsfactor
|
|
gelijkvormigheid, symmetrie
|
|