Van harte welkom op de online leeromgeving van het keuzedeel: omgaan met verschillende mensen. Door de corona crisis beginnen we het keuzedeel online. Het keuzedeel bestaat uit 6 lessen. We beginnen iedere les online en daarna ga je zelf in deze omgeving aan de slag!
Voor vragen kan je mij altijd via Teams bereiken. Stuur mij een chat en ik geef zo snel mogelijk antwoord.
Groeten,
Annamieke Noordbruis.
Klassikale afspraken
Hierbij nogmaals de lijst met afspraken! Want keuzedelen telt dit jaar mee voor je diploma.
Kom op tijd in de (online) les
Voldoende aanwezigheid
Alle opdrachten zijn gemaakt
Actieve werkhouding
En regelmatig vragen stellen via Teams chat naar mij!
Uitleg | Hoe werkt het?
Online lessen
Online lessen worden gegeven via Teams.
Ga naar Teams: OMVM 2021 en dan staat er in het overzicht een geplande vergadering om 13.50 uur.
Kan je de online les niet vinden? Stuur dan een chat naar Annamieke Noordbruis!
De tegel van het team van omgaan met verschillende mensen (OMVM)
De omgeving waar de vergaderingen te vinden zijn.
Opdrachten maken
Opdrachten maken
Na iedere online les ga je zelfstandig aan de slag met de opdrachten. Dit doe je op deze site! Ieder menu bevat een aantal opdrachten en iedere week komen er meer opdrachten bij.
Opdrachten maak je het beste in Word. Dit kan op school als je thuis geen laptop hebt. Lukt het echt niet anders? Dan mag het met pen en papier. Dan maak je een foto.
Let op: het is niet de bedoeling dat je gelijk alle opdrachten gaat maken. Dit doe je pas na de online les.
Opdrachten inleveren
Opdrachten lever je als volgt in:
Ga naar Teams
Ga naar OMVM 2021!
Ga dan naar opdrachten (opdrachten les 1 doe je bij les 1)
Klik op: werk toevoegen
Voeg je opdrachten toe, je kan meerdere dingen toevoegen
Verzenden!
Lukt het niet? Stuur een chat bericht via Teams! Dan kan ik jou helpen met het inleveren.
Les 1 | Introductie normen & waarden
Opdracht 1 | Kennismaken & Introductie
Deze opdracht heb je uitgewerkt tijdens de eerste les van het keuzedeel.
Was je afwezig? Geef dit dan aan bij je docent!
De vragen kan de kennismaking:
Waarvan word je chagrijnig?
Wat kan je kwaad maken?
Wanneer ben je het meest blij met jezelf?
Hoe belangrijk is je familie voor je?
Geloof jij in toeval?
Waar wordt jij blij van?
Wat is een slechte eigenschap van jezelf?
Wanneer heb je voor het laatst iemand geholpen?
Opdracht 2 | Rolmodel
In deze opdracht ga jij aan de slag met jouw rolmodel! Een rolmodel is iemand die jou inspireert en waar jij tegenop kijkt. Het kan iedereen zijn! Een president, vrede-activist, oorlogsheld, acteur, artiest of bijvoorbeeld je eigen vader of moeder.
Het gaat erom dat jij iemand kiest doe een rolmodel voor jou is.
Maar eerst ga je het filmpje bekijken. Hierin wordt precies uitgelegd wat een rolmodel inhoudt en deze kennis heb je nodig voor de opdracht. Daarna geef je antwoord op de vraag en ga je aan de slag met de opdracht. Succes!
Bekijk deze video en luister goed!
Wie is jouw rolmodel?
De opdracht:
Klik op de link hieronder voor de opdracht. Werk het uit en lever de opdracht in via Teams bij opdrachten.
Voor velen een groot rolmodel: Martin Luther King jr. Hij won een nodelprijs voor vrede en zette zich in voor de burgerrechten van Afro-Amerikanen.
Maak alle opdrachten en lever deze in. Lees de tekst goed en de vragen. Bekijk ook alle beeldmateriaal!
Opdracht 3 | Normen & waarden
Normen en waarden, je komt het overal tegen. Vanuit je opvoeding, in je omgeving, op school en in je werk. In feite overal waar jij mensen tegenkomt heb je te maken met normen en waarden. We hebben er dus veel mee te maken maar wat is het nu precies? En welke normen en waarden zijn voor jou van belang? En hoe komen deze terug in jouw werk en beroep? In deze les ga je daar meer over leren!
Wat ga je leren? Je leert ...
Wat normen zijn
Wat waarden zijn
Welke normen en waarden jij belangrijk vindt
Welke invloed normen en waarden op jouw beroep hebben
Reflecteren op je eigen handelen
Let op! Maak de vragen onder de video. Maak van vraag 5 een foto of screenshot en lever die in!
Voordat je verder gaat is het goed om te weten wat normen en waarden zijn. Bekijk daarvoor deze video. Hierin wordt heel duidelijk uitgelegd wat normen en waarden zijn. Maak daarna de vragen onder de video.
Normen & waarden
Gelukt?
Alle vragen goed beantwoord? Dan ben je goed op de hoogte van wat normen en waarden zijn!
Nu kan je verder gaan kijken naar jouw normen en waarden. Begin nu opdracht 2 te maken!
Opdracht 4 | Jouw normen & waarden
Nu je de kennis hebt over normen en waarden gaan we inzoomen op je eigen normen en waarden. In je werk krijg je altijd de maken met andermans normen en waarden. Het is daarom verstandig om eerst eens je eigen normen en waarden onder de loep te nemen. Wat vind jij belangrijk namelijk?
Om daar achter te komen, ga je een test doen door op de link te klikken! Door de test krijg je meer inzicht in je eigen waarden. Die hebt je straks nodig voor de volgende opdracht.
De uitslag van de test laat een top 4 zien (of top 5) van waarden die voor jou belangrijk zijn. Maak nu de onderstaande opdracht. In deze opdracht ga je zelf een norm bedenken die aan de waarde past van jouw uitkomst. Het is belangrijk dat de normen die je verzint wel echt bij jou persoonlijk passen. Je hebt ze dus zelf bedacht.
Heb je inspiratie nodig? Kijk dan even terug bij opdracht 1 | Normen & waarden om je kennis op te helderen.
Je hebt nu vanalles geleerd over normen en waarden en over jouw eigen normen en waarden. Nu ga je reflecteren hierop door antwoord te geven op de vragen in de opdracht. Je geeft uitgebreid antwoord. Dus niet: geen idee, goed of wel oké. Je gaat echt duidelijk antwoord geven op wat er wordt gevraagd. Les daarom eerst de vragen goed door voordat je begint.
Zelfreflectie = reflecteren op eigen gedrag, op de eigen rol, op de eigen professionele beroepshouding of op het eigen persoonlijk functioneren.
Nu ga je nog reflecteren met behulp van vragen. In de toekomst heb je geen vragen meer nodig om te kunnen reflecteren. Dan stel je jezelf automatisch vragen.
Lever de uitwerking in via Teams -> Opdrachten les 2!
Maak alle opdrachten en werk ze uit in Word en sla deze goed op. Geen computer? Schrijf ze op en lever de foto in! Noteer ook altijd op welke opdracht je antwoord geeft.
In totaal bevat cultuur en subcultuur 5 opdrachten.
Wat moet ik weten en kunnen aan het eind?
Weten wat het verschil is tussen een cultuur en een subcultuur.
Uitleggen welke soorten subculturen er zijn.
Opdracht 1 | Cultuur
(Sommige woorden zijn blauw, dat betekend dat je erop kan klikken. Doe dit als je een woord niet begrijpt, dan kom je op een pagina die er uitleg over geeft.)
Je hebt vast wel eens gehoord van het woord cultuur. De Limburgse cultuur, de Marokkaanse cultuur, de joodse cultuur of een jeugdcultuur. Zelf zul je op school, met je bijbaan of in je vriendengroep al te maken hebben met verschillende culturen. Het is onderdeel van ieder zijn samenleving en zelf bevind jij je ook in een cultuur, misschien zelfs wel meerdere!
Cultuur is alles
Cultuur is alles? Ja! Alles wat de mensen maken en doen valt onder cultuur. De taal die we spreken, de kleren die we dragen, het eten dat we bereiden, hoe we ons huis inrichten en de liedjes die we zingen. Het is allemaal cultuur. En cultuur verschilt per plaats. Want: Niet overal spreken ze dezelfde taal, hebben ze hetzelfde geloof, zingen ze dezelfde liedjes of hebben ze dezelfde dingen in huis.
Cultuur is dus een verzameling van allerlei kenmerken van een groep. We omschrijven cultuur dan ook het beste met de gemeenschappelijke waarden, normen, gewoonten, feestdagenen tradities van een groep. De cultuur die veel aanwezig is noemen we een dominante cultuur. Je ziet het overal terug in de samenleving en de meeste mensen hebben dezelfde cultuur.
Sommige dingen zijn typisch voor de Nederlandse cultuur. Het standaardlijstje: kaas, klompen, tulpen en molens, maar bijvoorbeeld ook hoe we wijken bouwen, het tijdstip waarop we eten en het vieren van het Sinterklaasfeest zijn allemaal voorbeelden van de Nederlandse cultuur.
Vraag 1 en 2 gemaakt? Ga dan door naar opdracht 2 en maar daar vraag 3, 4 en 5. Maar lees eerst goed de tekst door en bekijk de video's.
Opdracht 2 | Subcultuur
Naast dominante culturen hebben we ook subculturen. Dit zijn kleinere groepen met een gemeenschappelijke cultuur. En daar zijn er veel van. Want alle groepen mensen die hun eigen waarden, normen en gewoonten hebben zijn een subcultuur. We maken daarom nog onderscheid tussen vijf soorten subculturen:
Etnische subculturen
Het woord etniciteit (etnisch) betekent een groep met een gemeenschappelijke afkomst (een bevolkingsgroep). In Nederland wonen bijna 3 miljoen mensen met een andere afkomst. Bijvoorbeeld Duits, Belgisch, Marokkaans, Surinaams of Indonesisch. Deze mensen kennen vaak ook nog de dominante cultuur van het land van afkomst en nemen deze mee naar Nederland. Vaak voeden ze hun kinderen hier voor een deel mee op.
Cultuurkenmerken Suriname
In de video hierboven wordt gekeken naar de cultuurkenmerken van Suriname. Open de opdracht en maak vraag 3. Ga daarna verder.
Religieuze subculturen
Een religie is een ander woord voor godsdienst. Ongeveer 45% van de Nederlanders heeft een geloof. Dat zie je dan ook terug in onze samenleving.
Nederland kent drie grote godsdiensten met de meeste gelovigen:
het Christendom
het Jodendom
de Islam
Maar er zijn ook kleinere religieuze subculturen, zoals het boeddhisme, hindoeïsme of het sikhisme. Binnen een religie zijn het gebedshuis, de feestdagen en de kledingdracht belangrijk.
JODENDOM:
Gebedshuis Synagoge
Feestdagen Pesach, Jom-Kippoer
Kledingdracht Keppeltje
CHRISTENDOM:
Gebedshuis Kerk
Feestdagen Kerstmis, Pasen
Kledingdracht Ketting met een kruisje
ISLAM:
Gebedshuis Moskee
Feestdagen Offerfeest, Suikerfeest
Kledingdracht Hoofddoek, nikab
Jeugdculturen
In de fase tussen kind en volwassene gaan jongeren hun ouders vaak minder belangrijk vinden en hun leeftijdsgenoten juist belangrijker. Jongeren zoeken graag een groep op waar ze ‘bij kunnen horen’. Hierdoor ontstaan jeugdculturen.
Jeugdculturen zijn groepen jongeren die zich van hun ouders en andere groepen onderscheiden met eigen muziek, kleding, straattaal en omgangsvormen.
YouTuber Kalvijn
Regionale subculturen
De provincie Friesland heeft echt zijn eigen cultuur binnen Nederland. Ze hebben een eigen taal, ze staan bekend als trots, koppig of nuchter en kennen hun eigen Friese tradities, zoals bijvoorbeeld Skûtsjesilen of Fierljeppen.
De meeste provincies hebben net als Friesland eigen cultuurkenmerken. Maar ook streken als de Achterhoek, de Waddeneilanden of Het Gooi hebben hun eigen cultuur. Een regio, dit kan een provincie, streek, stad, dorp of soms zelfs een buurt zijn, kan ook zijn eigen cultuurkenmerken hebben.
Generaties
“Vroeger was alles beter.” Dit is typisch een opmerking van een eerdere generatie. Mensen die zijn opgegroeid in een andere tijd. Iedere tijd heeft zijn eigen cultuurkenmerken: denk aan de opkomst van de tv of het internet. Nieuwe muziek, belangrijke wereldwijde gebeurtenissen, het heeft allemaal invloed op een generatie en hun cultuur
Dit waren de 5 subculturen waarin onderscheid wordt gemaakt. In totaal heb je nu 5 vragen uitgewerkt! Lever die in via Opdracht in Teams bij Les 3 | cultuur en subcultuur.
Les 3 | Grensoverschrijdend gedrag
Iedereen kan met grensoverschrijdend gedrag te maken krijgen. Jezelf maar ook jouw collega, je cliënt of in je vriendenkring. Het is van belang dat je kennis op doet over wat jij kan doen maar vooral, wat is grensoverschrijdend gedrag nu precies? Dat leer je in les 4 van keuzedeel: omgaan met verschillende mensen.
Neem de PowerPoint door en maak daarna de opdracht!
Ga naar teams OMVM 2021 en dan naar opdrachten, zoek: les 4 | grensoverschreidend gedrag op en open de opdracht. Je kan erin werken! Klik als je klaar bent op sluiten en daarna op inleveren! Succes.
In deze les heb jij een van de volgende onderwerpen uitgekozen waarover jij informatie gaat zoeken en een presentatie gaat geven tijdens de laatste les van het keuzedeel omgaan met verschillende mensen.
Gegeneraliseerde angststoornis
AHDH
Autisme spectrum stoornis (ASS)
Posttraumatisch stress stoornis (PTSS)
Depressie
ADD
Bipolaire stoornis
Dwangstoornis (OCD)
Bronnen:
Voor betrouwbare informatie kan je terecht op de volgende sites:
Het arrangement VL: Omgaan met verschillende mensen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Annamieke Noordbruis
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2023-06-22 10:23:27
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Omgaan met verschillende mensen is onderdeel van verrijking leervaardigheden voor studenten entree van ROC Friese Poort. Ontworpen door Annamieke Noordbruis, docent entreeopleidingen.
Omgaan met verschillende mensen is onderdeel van verrijking leervaardigheden voor studenten entree van ROC Friese Poort. Ontworpen door Annamieke Noordbruis, docent entreeopleidingen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.