IBS 3.3 Ondernemen in de teelt
Toetsing
Plantenteelt granen
Planning
Lesstof en opdracht
https://maken.wikiwijs.nl/bestanden/86354/TEELTHANDLEIDING_WINTERTARWE.pdf
Overige teelten
Planning en beoordeling
Opdracht
Opdracht Overige Teelten IBS3.3
Inleiding:
Voor het vak Overige Teelten ga je de volgende opdracht uitvoeren met een studiegenoot.
Je gaat samen met je studiegenoot een samenvatting maken m.b.t. de teelt van een gewas wat in de regio wordt geteeld, maar niet als vak op school wordt besproken.
De volgende vakken worden op school besproken:
- Gras
- Mais
- Aardappelen
- Suikerbieten
- Granen
Dit zijn de meest voorkomende gewassen in de regio. Daarnaast wordt in de regio nog andere gewassen geteeld zoals wortelen, aardbeien, prei, uien en nog veel meer. Samen met je studiegenoot kies je een gewas waarmee jij te maken hebt. Je gaat hier een uitgebreide samenvatting van maken. Houd hierbij de volgende volgorde aan:
- Voorblad
- Voorwoord
- Inhoud
- Inleiding
- Gewas waar je het over gaat hebben, waaronder fysiologie, geschiedenis, areaal, economische gegevens, kenmerken, gebruik, voor- en nadelen.
- Grondsoort waarop het gewas geteeld wordt
- Grondbewerking
- Bemesting
- Zaaien, poten of planten (rassenkeuze)
- Verzorging (bemesten, vochtvoorziening, gewasbescherming)
- Oogst
- Bewaring/verwerking
- Teeltkosten en –opbrengsten
- Nawoord (wat heb je geleerd?)
Maak gebruik van foto’s. Haal gegevens van internet en ga vooral naar telers in de regio om informatie op te vragen. Indien mogelijk organiseer je een excursie naar een bedrijf waar het gewas geteeld wordt.
In de toetsweek lever je de samenvatting ieder voor zich in.
Succes.
Werktuigen
Planning
Opdracht
Opdracht werktuigen IBS3.3 2019-2020
De afgelopen schooljaren heb je informatie gekregen van diverse werktuigen die gebruikt worden in het agrarisch loonwerk. Ook heb je tijdens de stages ervaring opgedaan tijdens het werken met verschillende werktuigen. Een onderdeel van de opleiding is dat je instructies kunt geven aan collega’s over het gebruik van machines en werktuigen. In deze IBS ga je werken aan vier instructiekaarten. Deze instructiekaarten moeten beknopt, maar volledig, weergeven hoe een collega met een machine/werktuig moet werken.
Je werkt in tweetallen aan de opdracht. Gedurende de lessen heeft de docent een begeleidende rol.
De instructiekaarten moeten in ieder geval over de volgende machines gaan:
- Bemestingsmachine (organische mest of kunstmest)
- Grondbewerkingsmachine (hoofdgrondbewerking, stoppelbewerking of zaaibedbereiding)
- Zaai- of pootmachine
- Oogstmachine
Je kiest met je studiegenoot de machines uit waarvoor je een instructiekaart gaat maken. Je mag machines kiezen die op school, thuis of het BPV-bedrijf staan in overleg met de docent. De instructiekaarten moeten voorzien zijn van duidelijke afbeeldingen ter ondersteuning, een goed leesbaar lettertype en duidelijke eenduidige lay-out. De instructiekaarten moeten minimaal de volgende onderdelen bevatten:
Groepsindeling
Trekker
Opdracht
Opdracht IBS3.3 Trekker
Bij het vak ‘werktuigen’ moet je instructiekaarten maken. Bij het vak ‘trekker’ ga je hierbij een instructiekaart maken voor een trekker. Dit houdt het volgende in: Kies één werktuig die je hebt gebruikt bij het vak ‘werktuigen’ en zoek uit welke trekker je nodig hebt bij dat werktuig. Je gaat een instructie maken van de trekker zoals je hem gaat gebruiken bij het betreffende werktuig. Deze trekker moet voorzien zijn van GPS.
De volgende onderdelen moeten worden beschreven in de instructie:
- Merk, type en bouwjaar.
- Motorvermogen (kW/pk).
- Vermogen op de aftakas.
- Bandenmaat, spoorbreedte.
- Afmetingen en gewicht van de trekker.
- Hoe het werktuig aan de trekker gekoppeld moet worden.
- Afstelmogelijkheden en veiligheidsaspecten m.b.t. transport.
- Mechanische afstelmogelijkheden van de trekker m.b.t. de werkzaamheden.
- Digitale afstelmogelijkheden m.b.t. de werkzaamheden
- Dagelijks onderhoud en stalling.
Maak gebruik van duidelijke afbeeldingen die je zelf hebt gemaakt. Gebruik een duidelijk lettertype en een uitnodigende lay-out.
Inleveren van de opdracht in de laatste week van periode 3. De opdracht wordt op de volgende punten beoordeeld:
Onderhoud
Opdracht