De Overheid in Nederland bestaat uit vier verschillende 'overheden'
1. het Rijk (de landelijke Overheid)
2. de Provincie
3. de Waterschappen
4. de Gemeente
Bij iedere overheid staan we in deze opdracht even stil. Soms moet je echt informatie opzoeken, soms is dat wat minder nodig omdat je het gewoon al weet. Als laatste ga je ook nog even aan de slag met de Tweede Kamer en de politieke partijen die daarin zitten.
Veel succes met deze opdracht. De opdracht maak je alleen!!
De Opdracht uitgelegd
Je maakt deze opdracht in Word. Sla hem regelmatig op (in OneDrive). Op zo'n plek dat je de opdracht altijd weer kan terugvinden om er verder aan te werken. Je moet de opdracht inleveren in SOM.
Kijk goed wanneer de opdracht ingeleverd moet zijn.
De eisen van de opdracht zijn:
1. Je gebruikt lettertype Arial (12 punten) voor de gewone teksten.
2. Je maakt als eerste een voorblad (titelpagina) met de titel, je voor- en achternaam, je klas en een afbeelding die over het onderwerp gaat.
3. Op de helft van pagina 2 schrijf je eerst de titels op van de hoofdstukken (onder elkaar). Dat doe je met de stijl Kop 2 (in Word bij menu start kies je Kop 2 bij stijlen, de letters worden lichtblauw)
4. De verschillende hoofdstukken zijn:
1. Het Rijk
2. De Provincie
3. De Waterschappen
4. De Gemeente
5. De Tweede Kamer
Als je deze hoofdstukken getypt hebt ga je met je cursor (muis) bovenaan pagina 2 staan.
Je kiest in Word het tabblad Verwijzingen(bovenaan). In het menu verwijzingen staat helemaal links Inhoudsopgave. Je kiest voor inhoudsopgave 1 of 2
Nu kun je beginnen: Ga met je cursor (je muis) achter hoofdstuk 1. Het Rijk staan en druk op enter.
Je beantwoord de vragen die over het Rijk gaan. Maak zoveel mogelijk hele zinnen van je antwoorden. De vragen overtypen mag, maar hoeft niet.
Als je alle vragen van hoofdstuk 1.Het Rijk hebt beantwoord doe je de andere hoofdstukken op dezelfde manier. Ga met je muis achter de titel van hoofdstuk 2. De Provincie staan, druk op enter en beantwoord de vragen. Enzovoorts
Zorg dat er bij ieder hoofdstuk afbeeldingen (plaatjes, foto's, tekeningen, pictogrammen) komen te staan. Dat maakt het prettiger om te lezen. Als je denkt dat je klaar bent, controleer de spelling en of je niets vergeten bent en lever hem dan in....op tijd
Maak nu de volgende opdrachten:
het Rijk
Het Rijk of de Rijksoverheid is een belangrijk onderdeel van de Overheid in Nederland. De regels (wetten) die zij maken en controleren gelden voor alle Nederlanders. De Rijksoverheid moet heel veel regelen in Nederland. Al die taken zijn verdeeld over verschillende ministeries. Aan het hoofd van een ministerie staat een minister. Sommige ministeries hebben zoveel taken dat ze behalve een minister ook een staatssecretaris hebben (een soort hulp-minister)
In Nederland hebben we sinds het kabinet Rutte 4 bij elkaar 20 ministers en 9 staatssecretarissen.
Opdracht 1
Informatie voor vraag a,b en c kun je vinden op de volgende site ► ministeries klik hier op de bewindspersonen of maak gebruik van de volgende site:ministers
a. Schrijf 5 ministeries op onder elkaar
b. Schrijf bij ieder ministerie op wie op dit moment de minister(s) (bewindspersoon/bewindspersonen) daarvan is/zijn (niet de staatssecratarissen)
c. Schrijf bij elk van die 5 ministers in het kort 2 taken (wat ze doen) op
Tip: bij ieder ministerie wat je kiest (opdracht a) doe je meteen opdracht b en c, dan heb je alles bij elkaar.
Voorbeeld: (deze mag je natuurlijk niet gebruiken)
1. Ministerie van Algemene zaken (minister president) (a)
De minister-president is Mark Rutte (b)
zijn taken zijn: (c)
- voorzitter van de ministerraad
- lid van de Europese Raad
- alles wat met het Koninklijk Huis te maken heeft
2. Ministerie ......enzovoort....
Kijk even naar het volgende filmpje:
De Rijksoverheid heeft voor al die taken natuurlijk veel geld nodig. Veel geld komt er binnen door de belastingdienst.
d. De belastingdienst is een grote organisatie. Zoek op hoeveel mensen er (ongeveer) bij de belastingdienst werken en noteer dat aantal bij deze vraag
e. Schrijf de twee belangrijkste soorten belastingen op die we in Nederland allemaal moeten betalen.
f. De belastingdienst is de laatste tijd niet zo positief in het nieuws geweest. Schrijf het onderwerp op waardoor de belastingdienst zo slecht in het nieuws kwam (door dit onderwerp is zelfs het kabinet Rutte 3 is gevallen vorig jaar). Leg ook kort uit waar dat onderwerp over gaat.
g. De overheid rekent ook accijnzen om aan geld te komen. Accijnzen zitten op maar een paar producten. Noteer drie groepen producten waarbij accijnzen worden gerekend door de overheid.
h. Behalve belastingen zorgen ook boetes voor verkeersovertredingen voor inkomsten van de overheid. Een boete kan aardig oplopen. Hoeveel boete moet je betalen als je als bestuurder je smartphone vasthoudt tijdens het rijden?
de Provincie
De volgende overheid die we wat meer gaan bekijken is de Provincie.
Opdracht 2
Kijk naar het volgende filmpje en beantwoord dan de volgende vragen:
In het filmpje worden de belangrijkste taken van de provincie uitgelegd.
a. Schrijf drie taken van de provincie op en leg ze in het kort uit (in je eigen woorden)
b. Net als het Rijk heeft ook de Provincie geld nodig. Wat is de belangrijkste inkomsten(bron) van de provincie?
c. Nederland kent 12 provincies. Schrijf deze op
d. Aan het hoofd van de Provincie staat de Commissaris van de Koning. Wie is de commissaris van de koning van Zuid-Holland? Schrijf de naam van die persoon op.
e. De Commissaris van de Koning heeft een aantal taken. Schrijf 2 taken op die deze persoon moet uitvoeren.
De Waterschappen
Iets minder bekend zijn de Waterschappen. Toch doen zij heel belangrijk werk.
Opdracht 3
a. Zoek met behulp van Google op wat de taken van de Waterschappen zijn in Nederland. Schrijf er 4 op.
Waarom de waterschappen nodig zijn laat het volgende filmpje zien:
Nederlanders zijn beroemd als het gaat om het water 'tegen te houden'. In Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant hebben we de Deltawerken uitgevoerd. Kijk op ► site deltawerken
en beantwoord de volgende vragen:
b. Welke ramp zorgde ervoor dat de Deltawerken werden gebouwd?
c. Uit welke onderdelen bestaan de Deltawerken?
d. In welk jaar werd er begonnen met het aanleggen van de Deltawerken?
e. En in welk jaar waren de Deltawerken officieel pas klaar?
f. Zoek op en noteer hoeveel de Deltawerken totaal ongeveer hebben gekost.
g. Aan het hoofd van het Rijk staat officieel de Koning. In de provincie is het hoofd: de Commissaris van de Koning. Hoe noemen we het hoofd van een Waterschap?
de Gemeente
De Gemeente als laatste overheid. De Gemeente is waarschijnlijk de meest bekende overheid voor jou. Waarom? Omdat je zelf in een gemeente woont.
Het dagelijks bestuur van de gemeente bestaat uit de Burgemeester en Wethouders.
Opdracht 4
a. Maak een kort verslag over de Burgemeester van jouw gemeente. In dat verslag (een beetje een verhaaltje) komen de volgende onderdelen:
de naam van de Burgemeester en een foto van hem/haar en zijn/haar geboortedatum
vanaf welke datum is hij of zij al burgemeester van jouw woonplaats?
welke studie heeft jouw burgemeester gedaan en welke andere banen heeft de burgemeester al gehad voordat hij/zij burgemeester van jouw woonplaats werd?
b. In jouw woonplaats zijn er ook wethouders. Schrijf twee namen op van die wethouders en noteer per wethouder wat zijn of haar taak is, waar hij of zij zich mee bezig houdt (officieel noemen we dat de portefeuille)
c. Jij hebt zelf de gemeente ook wel eens nodig. Je moet voor bepaalde zaken naar het gemeentehuis om iets te kunnen krijgen/kopen of regelen. Noem twee zaken die je op het gemeentehuis moet krijgen/kopen of regelen.
d. De gemeente heeft ook geld nodig. Schrijf twee soorten inkomsten op van een gemeente.
de Tweede Kamer
Dan nog iets over de Tweede Kamer. In Nederland mogen we stemmen (als je 18 jaar of ouder bent) voor de leden van de Tweede Kamer (de 2e kamer wordt samen met de 1e kamer het parlement genoemd) Wij hebben in Nederland een parlementaire democtratie (demos = grieks woord voor volk) Het volk (wij) kiest dus het parlement. Zo, dan weet je dat ook weer.
In het filmpje hieronder wordt dat uitgelegd:
In die tweede kamer zitten allerlei politieke partijen. Iedere politieke partij heeft een lijsttrekker (de belangrijkste persoon die moet zorgen voor zoveel mogelijk stemmen van de inwoners)
Iedere politieke partij heeft ook plannen die ze willen gaan uitvoeren als ze veel stemmen hebben gekregen na de verkiezingen. Die plannen staan in het verkiezingsprogramma van de partij.
Opdracht 5
a. Bijna iedere partij kennen we als afkorting. Zoek op en noteer wat de afkortingen van de volgende politieke partijen betekenen: PvdA, VVD, CDA en FvD
b. Zoek op en noteer de 'Partijleiders' van de volgende politieke partijen: D'66 , VVD , GROEN LINKS en SP
c. Deze opdracht (c) is alleen voor de leerlingen die KBL of GTL doen.
Iedere partij heeft zo zijn plannen/standpunten. Die standpunten vinden zij als partij belangrijk. Hieronder staan 2 politieke partijen. (de VVD en het CDA)
Je gaat op zoek naar 3 plannen/standpunten van die 2 partijen en schrijf die plannen/standpunten op. Niet alleen de onderwerpen van die plannen opschrijven maar ook kort in je eigen woorden opschrijven wat ze met die onderwerpen willen gaan doen.
1. De VVD (schrijf 3 plannen/standpunten op van de VVD) gebruik deze link: ► VVD plannen
2. Het CDA(schrijf 3 plannen/standpunten op van het CDA) gebruik deze link:► CDA plannen
In de 2e kamer zitten 16 officiële politieke partijen. Je zou denken: er is keuze genoeg.Toch zijn er bij iedere verkiezingen weer nieuwe partijen die mee willen doen.
De laatste opdracht is een persoonlijke: (deze opdracht is weer voor iedereen, BBL,KBL en GTL)
Jijgaat een politieke partij oprichten omdat je hele goede plannen/standpunten hebt voor Nederland. Jij hebt bijvoorbeeld een heel goed plan wat met de Corona crisis te maken heeft
d. Verzin een (normale) naam voor jouw politieke partij. Hoe zou die partij gaan heten?
e. Schrijf drie plannen op die jij graag zou willen gaan uitvoeren met jouw eigen politieke partij.
(welke drie plannen of standpunten vind jij belangrijk voor Nederland?) Leg ook uit waarom jij die plannen / standpunten belangrijk vindt.
Als je helemaal klaar bent, vergeet dan niet de inhoudsopgave die je aan het begin gemaakt hebt bij te werken. Ga op de inhoudsopgave staan met je muis. Klik op bijwerken ► alleen paginanummers bijwerken. Dan past Word vanzelf de paginanummers aan in je PO.
Het arrangement Praktische Opdracht "De Overheid" is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Ruud den Broeder
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2022-01-18 14:51:27
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.