Jullie gaan de komende 10 of 15 weken werken aan twee of drie verschillende casuïstieken. Deze casussen nemen je mee in het leven van twee of drie verschillende mensen. Je zult ontdekken wat de problemen zijn waar deze mensen mee te maken krijgen. Gaandeweg ga je leren wat jouw taken als verpleegkundige, in leerjaar 1, zijn in hun leven.
Op school heb je een BPV-plan gemaakt ter voorbereiding op je stage of je tijd op het Praktijkleercentrum. Hierin staan de werkprocessen en je persoonlijke leerdoelen waaraan je gaat werken, vermeld.
Als je eerst stage hebt gelopen en dan naar het PLC komt dan pas je je BPV-plan aan. Je hebt waarschijnlijk al een aantal opdrachten van werkprocessen afgerond en misschien al aan persoonlijke leerdoelen gewerkt of via feedback nieuwe persoonlijkeleerdoelen gekregen. Dit aanpassen doe je op het 1e dagdeel dat je op het PLC bent. Dit bespreek je met de docent.
Aan de hand van je beginsituatie, weet je waaraan je moet werken en wordt je in groepjes ingedeeld. Je werkt gedurende 5 weken in hetzelfde groepje aan dezelfde casus.
Per 5 weken werk je aan een casus. Per casus werk je aan alle werkprocessen en die je minimaal in de groene fase moet afronden. Mocht je tijdens je stage in het ziekenhuis al opdrachten van werkprocessen hebben afgerond, dan bespreek je samen met de docent op welke manier je op het PLC aan die opdrachten gaat werken en hoe je verdieping kunt laten aantonen.
Er zit een opbouw in de verschillende casuïstieken. Op je aftekenlijst staan 3 kleuren per casus. Die kleuren staan voor de mate van opbouw en complexiteit.
Groen = De verplichte opdrachten bij de werkprocessen moet je allemaal doorlopen hebben in deze groene fase. Daarmee voldoe je aan de minimale eisen om de werkprocessen te kunnen aftekenen. Als je op dit niveau een opdracht afrondt dan heb je level 1 aangetoond. Je voldoet hiermee aan de gestelde eisen, maar hebt geen verdieping aangetoond.
Oranje = Als je op dit niveau een opdracht afrondt dan heb je level 2 van verdieping aangetoond. Je rond hiermee een opdracht bij een werkproces af die niet verplicht is.
Rood = Als je op dit niveau een opdracht afrondt dan heb je level 3 van verdieping aangetoond. Je rond hiermee een opdracht bij een werkproces af die niet verplicht is.
Naast dat je wordt beoordeeld op de opdrachten, word je ook beoordeeld op je beroepshouding. Je wordt beoordeeld op houdingscomponent samenwerken, omgaan met feedback en reflecteren op je eigen handelen.