Biologie SE3 kader: De bouwstenen van organismen

Biologie SE3 kader: De bouwstenen van organismen

Introductie

Welkom bij de quest die jou op weg gaat helpen om een goed cijfer te halen voor het derde SE. 

Ook nu ga je weer leren uit het boekje "examenoverzicht" en krijg je opdrachten die je moet maken.

Het SE is deze keer een "papieren toets", dat wil zeggen, dat je in de SE-week een blad met vragen krijgt die je schriftelijk moet gaan beantwoorden, net als op het Centraal examen.

Veel plezier!

De onderzoeksvraag waar jij je deze quest mee bezig gaat houden is:

Uit welke bouwstenen zijn organismen opgebouwd?

Succes!

Tijdbesteding

(6 uur)

Begeleiding

Biologie is een mooi vak, maar soms wat lastig. Als je vragen hebt zoek mij dan op, dan gaat het vast lukken om goede antwoorden (en misschien zelfs weer nieuwe vragen!) te vinden. Ik ben iedere dag op HVX, behalve op woensdag, dus zoek mij gewoon even op.

Mate van vrijheid

Dit is een gestructureerde quest. Je bepaalt zelf wanneer en waar je deze quest doet. Het onderwerp en de vraagstelling zijn bepaald door de docent.

Attitude:

Bij het maken van deze quest train je alle spieren van de Building Learning Power.

Voor de hele quest geldt, dat je goed moet plannen (=Reflectie) Er zijn opdrachten waarbij er van je gevraagd wordt om logisch te redeneren (Vindingrijkheid), maar bovenal heb je doorzettingsvermogen (Veerkracht) nodig om tot een mooi resultaat te komen.

Ondersteuning

Heb je moeite met het lezen van de (soms lange) teksten? Jouw iPad kan deze teksten voor je voorlezen. Daarvoor moet je de volgende dingen doen.

1. Ga naar je instellingen.

2. Kies 'Toegankelijkheid'.

3. Kies 'Spraak'.

4. Tik op het schuifje achter 'Spreek selectie uit'. Het balkje wordt groen.

5. Selecteer de tekst in de wikiwijspagina die je wilt laten voorlezen.

6. Kies 'Spreek uit'.

Routeplanner

 

In de onderstaande tabel zie je welke opdrachten je per week moet maken om je goed te kunnen voorbereiden. Ook zie je welke opdrachten ingeleverd moeten worden in Seesaw

Je mag er natuurlijk ook altijd voor kiezen om "een eigen route" te maken, mits deze voldoet aan de leerdoelen die je in Egodact kunt vinden, het werk gemaakt en ingeleverd is voor 8/2 en natuurlijk altijd in overleg met mevrouw Buren.

De toets is verplicht, omdat dit een schoolexamen (SE) of PTA onderdeel is.

Kijk voordat je jouw opdracht inlevert goed of jouw post voldoet aan de eisen die wij heraan hebben gesteld.

Week Data Welk onderdeel moet je doen? Hoe laat je jouw leren zien in Seesaw
1 4/1 t/m 8/1 Cellen aan de basis
  • Maak tekeningen van een dierlijke cel, een plantaardige cel, een schimmelcel en een bacterie.
  • Beantwoordwoord onderstaande vragen:
    • Wat zijn gistcellen?
    • Wat is het verschil tussen een 1-cellige (bijvoorbeeld het pantoffeldiertje) en de dierlike cel van de koe?
  • De oefenvragen van blz 7 en 8 van "ExamenOverzicht"
  • De begrippenlijst
2 11/1 t/m 15/1 Cellen, weefsels en organen
  • Benoem 10 organen uit jouw lichaam en geef aan of deze zich in de borstholte/ de buikholte of in beiden bevindt.
  • De begrippenlijst
3 18/1 t/m 22/1 Orgaanstelsels
  • Geef bij alle stelsels die zijn beschreven op blz 9 en 10 van "ExamenOverzicht" minimaal 3 organen die daarbij horen. Zet dit in een overzichtelijke tabel.
  • De begrippenlijst
4 25/1 t/m 29/1 Levenskenmerken
  • Maak een woordweb met als uitgangspunt (dus het middelste rondje) "Levenskenmerken". Maak een poot voor ieder van de zes levenskenmerken en laat zien door welke orgaanstelsels het levenskenmerk wordt uitgevoerd.
  • De begrippenlijst
5 1/2 t/m 5/2 Chromosomen en celdelingen
  • Maak een korte samenvatting van alle gekeken video's
  • Maak een tabel met daarin minimaal 10 verschillende soorten en hun chromosoomaantallen en paren
6 8/2 t/m 12/2

Bijzondere cellen en cedelingen

 

  • Leg in jouw eigen woorden uit waarom geslachtscellen slechts 23 chromosomen hebben
  • Stel er staat in jouw chromosomen beschreven, dat je 1,90 meter kan worden en toch blijkt, dat je na de pubertijd "maar" 1,80 meter bent. Leg uit hoe dit zou kunnen komen.
  • Schermafbeelding van de oefentoets
7 15/2 t/m 19/2

SE 3:

Schriftelijke toets

 

 

Reis(blog)

In het reis(blog) vind je de opdrachten die je moet gaan uitvoeren. Er staat telkens een stukje introductietekst, de opdracht is beschreven en er staat stap voor stap uitgelegd hoe je de opdracht kan uitvoeren.

Volg je alle stappen goed op, dan gaat het je zeker lukken om een goed cijfer te behalen bij de toets.

Inleiding

Om deze quest goed te kunnen doorlopen is het de bedoeling, dat je én het boekje "Examenoverzicht" in jouw bezit hebt én de app van "Examenoverzicht" op jouw iPad hebt staan. Als het goed is, is dat laatste al gedaan en kun je gelijk aan de slag.

Cellen staan aan de basis

De theorie:

  • Lees het tekstblokje op blz 5 en 6 van "examenoverzicht"  A1: Cellen
  • Bekijk de onderstaande film over:
    • Cellen aan de basis

Cellen staan aan de basis

De opdrachten:

  • Maak tekeningen van een dierlijke cel, een plantaardige cel, een schimmelcel en een bacterie. Benoem  alle onderdelen van de cellen en geef met kleur aan welke onderdelen in IEDERE cel te vinden is en welke onderdelen er specifiek voor een bepaalde cel zijn.
  • Beantwoordwoord onderstaande vragen:
    • Wat zijn gistcellen?
    • Wat is het verschil tussen een 1-cellige (bijvoorbeeld het pantoffeldiertje) en de dierlike cel van de koe?
  • Maak de oefenvragen die je vindt op blz 7 en 8 van "Examenoverzicht"
  • Maak een begrippenlijst waarin je onderstaande begrippen uitlegt:
    • Cytoplasma
    • Celkern
    • Plastiden (bladgroenkorrels, kleurstofkorrels, zetmeelkorels)
    • Celmembraan
    • Celwand
    • Vacuole
  • Zet alles in Seesaw en stuur mij een berichtje via teams zodat ik het kan nakijken.

Cellen, weefsels en organen

De theorie:

In de theorie bij het onderdeel "cellen staan aan de basis" heb je geleerd, dat een meercellig organisme is opgebouwd uit hele kleine steentjes die wij cellen noemen.

Jouw lichaam bestaat uit heel veel verschillende soorten cellen, jij ben dan ook een meercellig organisme

  • Lees de tekst op blz 9 van "examenoverzicht": "Cellen in.....t/m.....één of meer functies

De opdrachten:

  • Benoem 10 organen uit jouw lichaam en geef aan of deze zich in de borstholte/ de buikholte of in beiden bevindt.
  • Maak een begrippenlijst waarin je laat zien, dat je onderstaande begrippen goed kunt uitleggen:
    • Meercellige organismen
    • Weefsel
    • Orgaan
    • Tussencelstof
  • Lever beide opdrachten in via Seesaw

Orgaanstelsels

De theorie:

  • Lees de tekst op blz 9 en 10 van "Examenoverzicht"
  • Bekijk onderstaande film over het orgaanstelsel "De huid"

Van cel tot stelsel

  • Scan de QR code op blz 10 van "ExamenOverzicht" en bekijk de video

De Opdrachten:

  • Geef bij alle stelsels die zijn beschreven op blz 9 en 10 van "ExamenOverzicht" minimaal 3 organen die daarbij horen. Zet dit in een overzichtelijke tabel.
  • Maak een begrippenlijst waarin je laat zien, dat je onderstaande begrippen goed kunt uitleggen:.
    • Verteringstelsel
    • Bloedvatenstelsel
    • Ademhalingsstelsel
    • Uitscheidingsstelsel
    • Zenuwstelsel
    • Zintuigstelsel
    • Hormoonstelsel
    • Geraamte/bottenstelsel
    • Spierstelsel
    • Voortplantingsstelsel

Levenskenmerken

De theorie:

  • Lees de tekst  op blz 8 van "ExamenOverzicht" vanaf:"Cellen maken.....t/m ....uit de omgeving reageren"
  • Bekijk deze link

De opdrachten:

  • Maak een woordweb met als uitgangspunt (dus het middelste rondje) "Levenskenmerken". Maak een poot voor ieder van de zes levenskenmerken en laat zien door welke orgaanstelsels het levenskenmerk wordt uitgevoerd.
  • Maak een begrippenlijst waarin je laat zien, dat je onderstaande begrippen goed kunt uitleggen:
    • Reageren op prikkls
    • Voortplanten
    • Groeien
    • Uitscheiden
    • Voeden/eten
    • Ademhalen
    • Levenskenmerken

Chromosomen en celdeling

De theorie:

Chromosomen zitten in de celkern van ieder organisme (behalve natuurlijk bij bacterien, maar dat wits je al).

Bij jou zijn dit er 46 in totaal ,maar deze liggen in paren. Er zijn dus 23 paar chromosomen.

Dit geldt voor de soort "Homo Sapiens" (=de mens), maar het aantal chromosomen is per soort verschillend. Het aantal chromosomen van een cavia is bijvoorbeeld 64 (dus 32 paar), die van een kikker 26 (dus 13 paar) en die van een tulp 24 (dus 12 paar)

Chromosomen zijn ingewikkelde structuren die bestaan uit de stof DNA. DNA bevat een code voor cellen zodat deze weten wat ze moeten gaan doen.

  • Lees nogmaals de tekst op blz 5 A1: Cellen
  • Bekijk de onderstaande video's

DNA, puzzel stukjes van het lichaam

Celdeling

DNA zit in al jouw cellen

Hoe werkt DNA?

De opdrachten:

  • Maak een korte samenvatting van alle gekeken video's
  • Maak een tabel met daarin minimaal 10 verschillende soorten en hun chromosoomaantallen en paren
  • Lever beiden in via Seesaw

Bijzondere cellen en celdelingen

De theorie:

Tijdens de vorige onderdelen heb je geleerd, dat er in alle kernen van jouw cellen chromosomen zitten.

Toch is er in jouw lichaam één cel die maar de helft van deze chromosomen heeft, dus 23. Deze chromosomen liggen dan ook niet in paren, maar zijn enkelvoudig.

  • Bekijk goed alle onderstaande filmpjes

 

 

Chromosomen in een geslachtscel

Ook heb je geleerd op welke wijze cellen zich delen. Mocht je dit vergeten zijn, bekijk dan nog even de vorige onderdelen van deze Quest.

Helaas gaat er bij dit delen soms iets fout en ontstaan er zogenaamde tumoren.

  • Bekijk onderstaande video

Hoe ontstaat een tumor?

Er zijn ook soorten, die zichzelf voortplanten door middel van klonen. De mens heeft dit proces in laboratoria nagebootst met "Schaap Dolly" als resultaat.

  • Bekijk onderstaande video

 

Wat is klonen?

De opdracht:

  • Leg in jouw eigen woorden uit waarom geslachtscellen slechts 23 chromosomen hebben
  • Stel er staat in jouw chromosomen beschreven, dat je 1,90 meter kan worden en toch blijkt, dat je na de pubertijd "maar" 1,80 meter bent. Leg uit hoe dit zou kunnen komen.
  • Maak de examenopgaven en maak een screenshot van het resultaat
  • Stuur alles in via Seesaw

Show

Inleiding:

In leerjaar één en twee kregen jullie de opdracht om de quest af te sluiten met een show. Vanaf dit  leerjaar heet dit geen show meer, maar noemen we het een PTA (=programma voor toetsing en afsluiting) of ook wel een SE (=schoolexamen) en telt het mee voor de cijfers op jouw diploma.

Dit PTA kan een presentatie zijn, een mondelinge overhoring, maar ook een schriftelijke toets.

Op welke wijze een onderdeel getoetst gaat worden, kan je vinden op de site van het HVC (hvc.nl) in de zogenaamde PTA gids. Let op: sommige PTA's zijn herkansbaar, maar sommige helaas niet.

Ik ga jullie vanaf nu, dan ook beoordelen met cijfers in plaats van met sterren.

De cijfers zitten op een schaal van 1 tot en met 10 waarbij een 1 het laagste cijfer is en 10 het hoogste.

Om het PTA zo goed mogelijk voor te kunnen bereiden, staan er ook Rubrics in de quest met daarin alle gestelde eisen.

Mocht je nog vragen hebben, kom dan even langs.

Uitvoering:

Deze stof wordt afgesloten met een schriftelijke toets waarin je laat zien wat je hebt geleerd tijdens deze quest. In de week van 15/2 tot en met 19/2 zal de schriftelijke toets worden afgenomen

 

Je moet ervoor zorgen, dat je over alle onderdelen die behandeld zijn in deze quest vragen kunt beantwoorden. In Egodact kan je ook nog eens controleren of je echt over alle onderdelen iets weet.

Om biologie te leren, kan je ook gebruik maken van de tips die in deze quest zijn gegeven.

Heel veel succes.

Tips om het vak biologie goed te leren

Inleiding:

Biologie is een prachtig vak, maar wordt door sommige leerlingen wel ervaren als een vak waar je heel veel voor moet leren. En dat is ook zo.

Met behulp van onderstaande tips gaat dat leren echt een stuk gemakkelijker:

Tip 1:

Maak een uittreksel in eigen woorden. Dit heb je eigenlijk al gedaan, door alle moeilijke woorden te omschrijven aan het eind van ieder onderwerp in deze quest.

Tip 2:

Maak flipkaartjes. Hierbij zet je het onderwerp op de ene kant en op de andere kant de omschrijving. Als je gaat leren kan je de kaartjes die je al kent op een ander stapeltje leggen zodat je "de moeilijke gevallen" wat vaker kunt oefenen.

Tip 3:

Als je de stof goed geleerd hebt, vertel hierover aan jouw ouders/vrienden/docent. Je onhoudt het beste als je de stof aan een ander vertelt.

Tip 4:

Maak op biologiepagina.nl de examenopgaven per onderdeel, zodat je alvast went aan de maknier van vragen op het centraal examen.

Tip 5:

Als je iets (nog) niet begrijpt, kom vooral even langs.

Veel succes!

Bronnen