Routeplanner

 

In de onderstaande tabel zie je welke opdrachten je per week moet maken om je goed te kunnen voorbereiden. Ook zie je welke opdrachten ingeleverd moeten worden in Seesaw

Je mag er natuurlijk ook altijd voor kiezen om "een eigen route" te maken, mits deze voldoet aan de leerdoelen die je in Egodact kunt vinden, het werk gemaakt en ingeleverd is voor 8/2 en natuurlijk altijd in overleg met mevrouw Buren.

De toets is verplicht, omdat dit een schoolexamen (SE) of PTA onderdeel is.

Kijk voordat je jouw opdracht inlevert goed of jouw post voldoet aan de eisen die wij heraan hebben gesteld.

Week Data Welk onderdeel moet je doen? Hoe laat je jouw leren zien in Seesaw
1 4/1 t/m 8/1 Cellen aan de basis
  • Maak tekeningen van een dierlijke cel, een plantaardige cel, een schimmelcel en een bacterie.
  • Beantwoordwoord onderstaande vragen:
    • Wat zijn gistcellen?
    • Wat is het verschil tussen een 1-cellige (bijvoorbeeld het pantoffeldiertje) en de dierlike cel van de koe?
  • De oefenvragen van blz 7 en 8 van "ExamenOverzicht"
  • De begrippenlijst
2 11/1 t/m 15/1 Cellen, weefsels en organen
  • Benoem 10 organen uit jouw lichaam en geef aan of deze zich in de borstholte/ de buikholte of in beiden bevindt.
  • De begrippenlijst
3 18/1 t/m 22/1 Orgaanstelsels
  • Geef bij alle stelsels die zijn beschreven op blz 9 en 10 van "ExamenOverzicht" minimaal 3 organen die daarbij horen. Zet dit in een overzichtelijke tabel.
  • De begrippenlijst
4 25/1 t/m 29/1 Levenskenmerken
  • Maak een woordweb met als uitgangspunt (dus het middelste rondje) "Levenskenmerken". Maak een poot voor ieder van de zes levenskenmerken en laat zien door welke orgaanstelsels het levenskenmerk wordt uitgevoerd.
  • De begrippenlijst
5 1/2 t/m 5/2 Chromosomen en celdelingen
  • Maak een korte samenvatting van alle gekeken video's
  • Maak een tabel met daarin minimaal 10 verschillende soorten en hun chromosoomaantallen en paren
6 8/2 t/m 12/2

Bijzondere cellen en cedelingen

 

  • Leg in jouw eigen woorden uit waarom geslachtscellen slechts 23 chromosomen hebben
  • Stel er staat in jouw chromosomen beschreven, dat je 1,90 meter kan worden en toch blijkt, dat je na de pubertijd "maar" 1,80 meter bent. Leg uit hoe dit zou kunnen komen.
  • Schermafbeelding van de oefentoets
7 15/2 t/m 19/2

SE 3:

Schriftelijke toets