Welkom op deze Wikiwijs die je helpt bij het onder de knie krijgen van de Present Simple, Present Continuous, Past Simpleen Present Perfect.
Ten eerste zie je links in het menu "Instaptoetsen" staan, deze geven je een idee van je voortgang omtrent deze vier verschillende tijden in het Engels en zo kun je er ook achter komen wat je volgende stap hoort te zijn.
Na de instaptoetsen kun je verder met het "Lesmateriaal", oftewel de uitleg over deze vier Engelse tijden. Na het lesmateriaal staan er een aantal oefeningen voor je klaar.
Deze oefeningen vertellen je of je verder moet naar het "Verdiepend materiaal" omdat je de onderwerpen onder de knie hebt of dat je verder moet oefenen met het "Remediërend materiaal" om nog ietsjes sterker te worden maar dat komt helemaal goed!
We behandelen in ieder geval deze leerdoelen:
Je kent de regels van de Present Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Present Continuous en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Past Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Present Perfect en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de onregelmatige werkwoorden in het Engels uit je hoofd.
Je herkent signaalwoorden en weet daardoor of je de Present Simple, Present Continuous, Past Simple of Present Perfect moet gebruiken in een zin.
Good luck! You've got this!
Instaptoetsen
Door de instaptoetsen over deze vier Engelse tijden kun je een beeld krijgen van jouw vaardigheden.
Stel nou dat je het nog best lastig vindt, dan kun je daarna de lesstof over deze Engelse tijden bekijken en lezen waarna je met één of meer tijden aan de slag kunt gaan. Als je boven de 70% goed hebt, zit je al behoorlijk veilig!
Als je tussen de 0% en 70% goed hebt, zou ik nog wel even oefenen met deze onderwerpen.
Maar wat nou als het al toch wel best makkelijk gaat? Daar heb ik ook aan gedacht!
Dan kun je juist aan de slag met "Extra: verdiepend materiaal", kanjer!
Present Simple
Present Continuous
Past Simple
Present Perfect
Lesmateriaal
Onder het kopje "Lesmateriaal" links in het menubalkje zie je een aantal onderwerpen staan die je ook bij de "Instaptoetsen" hebt gedaan.
Bekijk de filmpjes en lees de uitleg goed door, maak daarna de oefeningen bij de Present Simple, PresentContinuous, Past Simple en Present Perfect onder het kopje "Oefenmateriaal". Succes!
Present Simple
Uitleg - Present Simple
De tegenwoordigetijdnoemen we in de Engelse taal de Present Simple.
In deze uitleg gaan we deze dingen behandelen: wanneergebruik je de Present Simple, hoemaak je de present simple en hoe ziet het eruit bij 'to be' en'to have'?
Wanneer gebruik je de Present Simple?
We gebruiken de Present Simple als we het hebben over:
feiten: Water boils at 100 degrees Celsius.
gewoonten: John always wears a white shirt.
dingen die we vaak doen: Mark and Ray often play games.
Vaak staan er in een zin signaalwoorden. Dan hebben we het over woorden die 'het signaal afgeven' dat de zin in de Present Simple staat, zoals: always, never, frequently, often, sometimes, on Friday, every weekend, every week.
Hoe maak je de Present Simple?
In het Nederlands kennen we bijvoorbeeld bij het werkwoord 'werken' de volgende vervoeging:
Ik werk, jij werkt, wij werken.
Maar hoe ziet de vervoeging van werkwoorden in de tegenwoordige tijd in het Engels eruit?
I work - Ik werk
You work - Jij werkt
He works - Hij werkt
She works - Zij werkt
It works - Het werkt
We work - Wij werken
You work - Jullie werken
They work - Zij werken
Zoals je al is opgevallen, voegen we een -s toe als je een werkwoord gebruikt bij de personen he, she en it: He runs fast, My brother plays hockey, my sister loves her son. Je kunt dit onthouden door een regel met een misschien wat bijzondere naam: SHIT!
In dit woord zitten de personen She, He en IT:
She - She works hard.
He - He works hard.
It - It works hard.
Bij alle andere personen gebruik je het helewerkwoord zonder 'to', dat noemen we ook wel de 'stam':
to run - They run across the street.
to speak - You speak very well.
to see - I see him over there.
Hieronder zie je nog een keer duidelijk het verschil:
I love our dog.
He loves our dog.
I sing my favourite song every day.
Susan sings her favourite song every day.
Als je een vraag wilt maken met de Present Simple gebruik je 'do' of 'does' plus het hele werkwoord:
Do I work? - Werk ik?
Do you work? - Werk jij?
Does he work? - Werkt hij?
Does she work? - Werkt zij?
Does it work? - Werkt het?
Do we work? - Werken wij?
Do you work? - Werken jullie?
Do they work? - Werken zij?
Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Simple gebruik je 'don't' of 'doesn't' plus het hele werkwoord:
I don't work. - Ik werk niet.
You don't work. - Jij werkt niet.
He doesn't work. - Hij werkt niet.
She doesn't work. - Zij werkt niet.
It doesn't work. - Het werkt niet.
We don't work. - Wij werken niet.
You don't work. - Jullie werken niet.
They don't work. - Zij werken niet.
Hoe ziet de Present Simple eruit bij 'to be' en 'to have'?
To be:
I am - Ik ben
You are - Jij bent
He is - Hij is
She is - Zij is
It is - Het is
We are - Wij zij
You are - Jullie zijn
They are - Zij zijn
To have:
I have - Ik heb
You have - Jij hebt
He has - Hij heeft
She has - Zij heeft
It has - Het heeft
We have - Wij hebben
You have - Jullie hebben
They have - Zij hebben
Klik hier om naar de oefeningen over de Present Simple te gaan:
Als je kijkt naar activiteiten of zinnen zoals hieronder, dan zie je dat deze mensen allemaal iets aan het doen zijn:
They are cycling.
I am driving a car.
She is dancing.
He is drinking.
We are shopping.
Als je wilt zeggen dat iemand iets nu aan het doen is of dat er iets nu aan de gang is, gebruik je daarvoor de Present Continuous. Dit wordt ook wel de -ing vorm genoemd.
Hoe maak je de Present Continuous?
Je gebruikt als eerste am, are of is en daarna het werkwoord waar je -ing achter plakt.
I am singing.
She is dancing.
We are working.
Je kunt de woorden am, are en is ook afkorten:
I'm singing.
She's dancing.
We're working.
Als je een vraag wilt maken met de Present Continuous ruil je am, are of is om met de persoon in de zin, je begint dus met am, are of is:
Am I singing?
Is she dancing?
Are we working?
Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Continuous zet je 'not' achter am, are of is:
I am not singing.
She is not dancing.
We are not working.
Hoe weet je dat je de Present Continuous moet gebruiken?
Je moet de Present Continuous gebruiken als je kunt zien of weet dat er nu iets bezig of aan de gang is, je kunt bijvoorbeeld bezig zijn met zijn huiswerk, dan zeg je: I am doing my homework now.
In de zin staan signaalwoorden als: now, right now, at the moment, currently, look! of listen!
Look! That man is crossing the street.
Listen! I think I hear my mum is calling me.
We are working on our presentation at the moment.
Klik hier om naar de oefeningen over de Present Continuous te gaan:
Als je in het Engels over iets wilt praten wat in het verleden gebeurd is gebruik je de Past Simple.
Er staat dan in de zin wanneer dit precies was zodat je dus kunt zien op welk moment iets is gebeurd, dit noem je dan een tijdsaanduiding. Voor de Past Simple zijn er tijdsaanduidingen als:last week, a month ago, yesterday, last year, in 2018.
Je kunt bijvoorbeeld vertellen over een vakantie van vorig jaar of een film die je gisterenavond hebt gezien:
I went on holiday to England last year.
I watched a great film on Netflix last night.
Hoe maak je de Past Simple?
Om hierachter te komen, moeten we eerst een verschil bekijken tussen regelmatige werkwoorden en onregelmatige werkwoorden.
Bij regelmatige werkwoorden plak je -ed achter het werkwoord:
Ahmed workedlast night, what did you do?
Well, Sheila watcheda film. Did Jenny do anything?
I think Jenny visitedher grandmother.
Achter de werkwoorden work, watch en visit is -ed geplakt om er een Past Simple van te maken.
Een onregelmatig werkwoord is anders, deze krijgen in de Past Simple een andere vorm.
I saw my girlfriend last night.
We took a friend to the cinema.
They went to a restaurant.
Dit zijn de verleden tijden van de werkwoorden: see, take en go.
De Past Simple is in de lijst het woord in de tweede rij: de verleden tijd. Het is slim als je deze woorden vaak oefent, want daardoor ken je ze al snel uit je hoofd.
Als je een vraag wilt maken met de Past Simple gebruik je 'did' plus het hele werkwoord:
Did I work? - Werkte ik?
Did you work? - Werkte jij?
Did he work? - Werkte hij?
Did she work? - Werkte zij?
Did it work? - Werkte het?
Did we work? - Werkte wij?
Did you work? - Werkte jullie?
Did they work? - Werkte zij?
Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Simple gebruik je 'didn't' plus het hele werkwoord:
I didn't work. - Ik werkte niet.
You didn't work. - Jij werkte niet.
He didn't work. - Hij werkte niet.
She didn't work. - Zij werkte niet.
It didn't work. - Het werkte niet.
We didn't work. - Wij werkten niet.
You didn't work. - Jullie werkten niet.
They didn't work. - Zij werkten niet.
Klik hier om naar de oefeningen over de Past Simple te gaan:
In het Engels is de Present Perfect de voltooid tegenwoordige tijd, dat wil zeggen dat er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of zien. In het Nederlands zeg je dan dingen als:
Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
Hij heeft een grote rond gelopen.
We hebben een goede wedstrijd gespeeld.
Wanneer gebruik je de Present Perfect?
Je kent de Past Simple nu al, die gebruik je voor dingen of gebeurtenissen die al klaar zijn.
De Present Perfect gebruik je als er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of het is nog bezig. Het is de voltooid tegenwoordige tijd en daardoor is het misschien al voltooid in het verleden maar kan het nog bezig zijn of invloed hebben in het nu. Misschien kun je wel een resultaat merken:
I have lived in Barendrecht since 2016.
Peter has played football for five years.
She has known Kyle since last year.
Je kunt ook iets zeggen over het verleden wat nu nog invloed heeft:
We have never eaten sushi.
Terry has seen this film nine times already.
Perry has lost his car keys.
Signaalwoorden die aangeven dat iets nu nog bezig is of dat je het resultaat kunt merken zijn: for, since, already, ever en never.
Als je de tijden die je tot nu toe hebt geleerd bij elkaar ziet, kun je het verschil zien:
I learn English - dit is de Present Simple en een feit.
I am learning English - dit is de Present Continuous en nu bezig.
I learned English - dit is de Past Simple, de actie is al klaar.
I have learned English - dit is de Present Perfect, je hebt Engels geleerd en je kent het nu nog steeds.
Hoe maak je de Present Perfect?
Je gebruikt have of has en zet daar het voltooid deelwoord achter:
I have lived in Barendrecht since 2016.
Peter has played football for five years.
She has known Kyle since last year.
Bij de regelmatige werkwoorden schrijf je -ed achter het werkwoord om er een voltooid deelwoord van te maken maar bij werkwoorden die al eindigen op een -e, hoef je alleen de -d nog maar erachter te plakken:
to bake: baked
Bij werkwoorden die eindigen op een -c, plak je -ked erachter:
to panic: panicked
Bij werkwoorden die eindigen op een -y met een medeklinker ervoor, schrijf je in plaats van de -y nu juist -ied:
to marry: married
Bij korte werkwoorden die maar één klinker hebben en waar maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ed:
to clap: clapped
Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met een klinker daarvoor schrijf je een extra 'l':
to travel: travelled
Bij de onregelmatige werkwoorden zoals seen (to see) en taken (to take) zul je goed moeten leren en oefenen om ze uit je hoofd te gaan kennen. Hieronder zie je een aantal onregelmatige werkwoorden:
to be - has / have been
to do - has / have done
to fall - has / have fallen
to fell - has / have felt
to make - has / have made
to speak - has / have spoken.
Als je een vraag wilt maken met de Present Perfect ruil je de persoon in de zin om met 'have' of 'has', je begint de zin dus met 'have' of 'has':
Have I lived in Barendrecht since 2016?
Has Peter played football for five years?
Has she known Kyle since last year?
Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Perfect zet je 'not' na'have' of 'has':
I have not lived in Barendrecht since 2016.
Peter has not played football for five years.
She has not known Kyle since last year.
Klik hier om naar de oefeningen over de Present Perfect te gaan:
Onder het kopje "Oefenmateriaal" links in het menubalkje zie je de onderwerpen staan die je ook bij de "Instaptoetsen" hebt gedaan én waarvan je net de uitleg hebt gekeken en gelezen.
Maak de oefeningen bij de Present Simple, PresentContinuous, Past Simple en Present Perfect onder het kopje "Oefenmateriaal". Good luck!
Present Simple
Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Educaplay.
Zodra je klikt op 'Start' begint de tijd te lopen.
Je ziet dan aan de linkerkant zinnen staan waar één woord in de Present Simple is weggelaten, deze moet je kiezen uit de rechterkant. Klik dus eerst op een zin aan de linkerkant en daarna op het woord aan de rechterkant waardoor de zin weer compleet wordt.
Het zou kunnen dat er een 'cookieblocker' opent, daardoor moet je eerst even de 'cookiesaccepteren'.
Present Continuous
Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.
Deze oefening staat nu op de leermethode 'test' waardoor het eruit ziet als een kleine toets. Je moet hier dus bij de eerste oefening zelf het antwoord typen, bij de tweede oefening ga je de antwoorden aan de linker in de juiste zin aan de rechterkant zetten en bij de derde oefening kies je het juiste antwoord uit vier opties.
Rechtsonderin zie je ook 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Present Continuous zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.
Past Simple
Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.
Je ziet 74 kaarten over de onregelmatige werkwoorden in de Past Simpledie je kunt leren. Zodra je klikt op 'start' gaat de tijd lopen. Je ziet dan werkwoorden in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd, je klikt dan éérst op het werkwoord in de tegenwoordige tijd en daarna op de vorm van dat werkwoord in de verleden tijd. Als je antwoord goed is, verdwijnen er twee tegeltjes en ga je verder tot je veld leeg is.
Rechtsonderin zie je 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Past Simple zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.
Present Perfect
Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Educaplay.
Zodra je klikt op 'Start' begint de tijd te lopen.
Je ziet door elkaar zinnen staan waar één woord in de Present Perfect is weggelaten en stukjes met have of has + voltooid deelwoord, deze moet je met elkaar combineren. Klik dus eerst op een zin aan waarbij een stukje is weggelaten en daarna op het stukje met have of has + voltooid deelwoord waardoor de zin weer compleet wordt.
Extra: verdiepend materiaal
Vind jij het stiekem al best wel makkelijk om deze Engelse tijden te gebruiken en om tijden uit elkaar te houden? Goed bezig, jij! Topper!
Onder het kopje "Extra: verdiepend materiaal" links in het menubalkje zie je een aantal nieuwe onderwerpen staan. Schrik niet hoor! Je bent al zo ver gekomen!
Lees de uitleg eerst goed door, maak daarna de oefeningen bij de Past Simple of Present Perfect,Past Continuous, Past Simple of Past Continuous en de Future.
Past Simple of Present Perfect?
Het verschil tussen de Past Simple en de Present Perfect is voor mensen vaak best moeilijk, want in het Engels is er een groot verschil tussen de verleden tijd en de voltooide tijd, zelfs nog groter dan in onze eigen taal!
Past Simple:
Als je in het Engels over iets wilt praten wat in het verleden gebeurd is gebruik je de Past Simple.
Er staat dan in de zin wanneer dit precies was zodat je dus kunt zien op welk moment iets is gebeurd, dit noem je dan een tijdsaanduiding. Voor de Past Simple zijn er tijdsaanduidingen als:last week, a month ago, yesterday, last year, in 2018.
Je kunt bijvoorbeeld vertellen over een vakantie van vorig jaar of een film die je gisterenavond hebt gezien:
I went on holiday to England last year.
I watched a great film on Netflix last night.
Present Perfect:
De Present Perfect gebruik je als er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of het is nog bezig. Het is de voltooid tegenwoordige tijd en daardoor is het misschien al voltooid in het verleden maar kan het nog bezig zijn of invloed hebben in het nu. Misschien kun je wel een resultaat merken:
I have lived in Barendrecht since 2016.
Peter has played football for five years.
She has known Kyle since last year.
Je kunt ook iets zeggen over het verleden wat nu nog invloed heeft:
We have never eaten sushi.
Terry has seen this film nine times already.
Perry has lost his car keys.
Wat zeg je nu eigenlijk met welke tijd?
Ik laat je hieronder het verschil duidelijk zin in het gebruik van de Past Simple en de Present Perfect.
I lived in Barendrecht for three years.
Je woonde 3 jaar in Barendrecht, je woont er nu niet meer.
I have lived in Barendrecht for three years.
Je woont nu al 3 jaar in Barendrecht, je woont er nog steeds.
Jake Smith wrote some amazing books in his life.
Toen Jake Smith leefde schreef hij geweldige boeken, hij is overleden.
Jake Smith has written some amazing books in his life.
Jake Smith heeft in zijn leven tot nu toe geweldige boeken geschreven en doet dat nog steeds.
Oefening: Past Simple or Present Perfect?
0%
Bij deze oefening kun je aan de slag gaan met de Past Simple en de Present Perfect:
Als een gebeurtenis of activiteit in het verleden een langere tijd duurde, gebruik je in het Engels dePast Continuous.
Stel dat je in het verleden ergens mee bezig was, dan kun je zeggen:
Ik was aan het zingen
We waren televisie aan het kijken.
Hij stond te schreeuwen.
Jack zat te gamen.
Deze zinnen staan allemaal in de 'duurvorm' van de verleden tijd wat betekent dat het allemaal in het verleden gebeurde en een tijdje duurde. .
Wat is de Past Continuous?
Wil je zeggen dat je iets bijvoorbeeld eentijdjedeed, dan gebruik je de PastContinuous, zoals hieronder:
Ik was aan het zingen, toen Jenny aankwam.
I wassinging, when Jenny arrived.
Hij zat te schreeuwen, terwijl hij viel.
He wasscreaming, while he fell.
Zij was aan het slapen, terwijl haar vriendje het huis aan het opruimen was.
She wassleeping, while her boyfriend wascleaning the house.
Je kunt zien dat je de Past Continuousgoed kunt gebruiken als er eigenlijk twee zinnen zijn je samenvoegt door 'when' of 'while' er tussen te zetten, dit zijn ook signaalwoorden. Er gebeurde iets toen of terwijl er al iets anders bezig was.
Vaak staat het eerste stukje van de zin dan in de Past Continuous, deze gebeurtenis of activiteit was al bezig:
They weresinging, when .......
Paul wasscreaming, while .......
Cory wassleeping, while .......
Het tweede stukje van de zin kan dan in de Past Simple staan, dit is dan een kleine of korte gebeurtenis die niet zo lang duurde:
....... when their grandmother arrived.
....... while we his dog bit him.
Het tweede stukje kan ook in de Past Continuous staan omdat deze ook langer duurde terwijl er op dezelfde tijd iets anders bezig was:
....... while his mother was cooking dinner.
Hoe maak je de Past Continuous?
Om de Past Continuous te maken heb je altijd twee werkwoorden nodig, je begint met was of were en daar zet je het werkwoord achter waar je -ing aan vast plakt.
Dit is bijna hetzelfde als de Present Continuous, het verschil is dat je hier géén am, are of is gebruikt maar juist was of were omdat deze in de verleden tijd staan.
Belangrijke uitzonderingen:
Bij werkwoorden die eindigen op een -e, krijg je -ing in plaats van de -e:
to bake: I was baking a cake when mum came in.
to drive: We were driving the car when we saw her.
Bij werkwoorden die eindigen op een -c, krijg je een -k erbij voordat je -ing eraan plakt:
to panic: Joey was panicking, when he saw a clown.
Bij korte werkwoorden die maar één klinker hebben en maar één klemtoon kan, zet je er een extra medeklinker bij voordat je -ing er aan vastplakt:
to wrap: They were wrapping gifts while their dad was in the kitchen.
Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':
to travel: I was travelling to Engeland, when my mum called me .
Oefening: Past Continuous
0%
Deze oefening gaat over de Past Continuous, je ziet straks dat er een zin niet helemaal compleet is en dat er nog een stukje bij moet. Je krijgt steeds twee keuzes en jij moet de goede vorm van de Past Continuous kiezen.
In de verleden tijd ken je in het Engels nu twee vormen: de Past Simple en de Past Continuous.
De Past Simple gebruik je bij korte gebeurtenissen en de Past Continuous gebruik je om te zeggen of laten zien dat je iets een tijdje deed.
Nu gaan we bekijken hoe je precies kunt weten wanneer je welke van deze twee tijden moet gebruiken én nemen we allebei de tijden nog een keertje door.
Hoe kun je weten welke of je de Past Simple of Past Continuous moet gebruiken?
Je hebt al een keertje gelezen over de signaalwoorden, dat zijn woorden of stukjes in een zin die aangeven in welke tijd de zin moet staan.
Voor de Past Simple zijn er signaalwoorden als: last week, last year, last month, yesterday, three days ago, in 2018.
Voor de Past Continuous zijn er signaalwoorden als: when, while, at the same time.
Door zulke woorden kun je goed zien welke tijd je precies moet gebruiken, maar soms staan ze wel eens niet in een zinnetje. Denk er dan aan dat je de Past Continuous gebruikt als iets in het verleden een langere tijd duurde.
Hoe maak je de Past Simple met een regelmatig werkwoord?
De regel is dat je een regelmatig werkwoord in de verleden tijd zet door -ed achter het werkwoord te zetten en dat het niet uitmaakt bij welke persoon dit is:
to watch: I watched television last night.
to play: We played Call of Duty last week.
to talk: Bart talked to his girlfriend this morning.
Er zijn wel een paar belangrijke regels of uitzonderingen:
Bij werkwoorden die eindigen op -e, plak je alleen nog maar -d erachter omdat de -e er al staat:
to bake: My mum baked a delicious cake for my birthday.
Bij werkwoorden die eindigen op -c, plak je -ked erachter:
to panic: My brother panickedwhen he heard his cat was ill.
Bij werkwoorden die eindigen op -y met een medeklinker ervoor, gebruik je -ied in plaats van de -y:
to party: She partied a lot when she was 16 years old.
Bij werkwoorden die kort zijn of maar één klinker hebben en waarbij maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ed:
to trap: My dad trapped a mouse because my mum is afraid of mice.
Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':
to travel: Patrick travelled to Spain a month ago.
Hoe maak je de Past Simple met een onregelmatig werkwoord?
Onregelmatige werkwoorden moet je eigen leren door ze vaak door te lezen en veel mee te oefenen, want ze zijn (zoals de naam al zegt) onregelmatig qua vorm.
Een paar voorbeelden van onregelmatige werkwoorden in de Past Simple zijn:
to be - was/were
to have - had
to do - did
to see - saw
to come - came
to take - took
to begin - began
to drink - drank
Hoe maak je de Past Continuous?
Om de Past Continuous te maken gebruik je was of were en een werkwoord waar je -ing achter plakt:
I was doing my homework.
Sheila was visiting her grandmother.
Patty was watching television.
You were drawing a picture of our cat.
They were playing on their new console.
Belangrijke uitzonderingen in de Past Continuous:
Bij werkwoorden die eindigen op -e, krijg je -ing en haal je de -e weg:
to bake: My grandmother was baking a cake when I visited her.
Bij werkwoorden die eindigen op -c, krijg je een 'k' erbij voor -ing:
to panic: Patricia was panicking, when she saw a rat.
Bij werkwoorden die kort zijn of één klinker in zich hebben en waar maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ing:
to clap: They were clapping for the band when the show ended.
Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':
to travel: Chester was travelling to Holland when his girlfriend called him.
Oefening: Past Simple or Past Continuous?
0%
Deze oefening gaat over de Past Simple en Past Continuous. Je ziet straks een stukje tekst waarbij een aantal worden zijn weggelaten en nog buiten de tekst staan. Het is de bedoeling dat je goed kijkt welk woord of stukje daar past qua werkwoord maar ook in welke tijd dit dan zou moeten staan. Je kunt de stukjes naar de goede plek slepen. Good luck!
Je kunt in het Engels over de toekomst praten door een vorm van 'be' te gebruiken met going to en het hele werkwoord: am, are of is going to.
Am/are/is going to + hele werkwoord:
Stel dat je iets wilt voorspellen, zoals bijvoorbeeld regen, of je hebt een plannetje voor de toekomst dan gebruik je 'be going to'. Als je wilt zeggen dat het morgen gaat regenen en dat je volgende week naar de bioscoop gaat, zeg je:
It is going to rain tomorrow.
I am going to visit the cinema next week.
.
Hoe gebruik je ‘be going to’ in een zin:
Je kiest eerst am, are of is, daar zet je going to met het hele werkwoord achter:
I think it is going to rain today.
Paul is going to visit his grandparents next month.
We are going to eat at a restaurant next week.
‘Will’ + hele werkwoord:
Als je al zeker weet dat iets gaat gebeuren gebruik je 'will' met daarachter het hele werkwoord om iets over de toekomst te zeggen:
I will see her tonight.
Jenny will ask Paul if he wants to come too.
Hoe gebruik je ‘will’ in een zin:
Je schrijft 'will' met daarachter het hele werkwoord:
Vind je het nog een klein beetje lastig om één van deze Engelse tijden te gebruiken of is het lastig om tijden uit elkaar te houden? Dan ben je hier op de juiste plek! Wat goed van je!
Het is slim om de uitleg nog een keertje door te lezen en de uitlegfilmpjes te kijken, maak daarna de oefeningen bij de Present Simple, Present Continuous, Past Simple en Present Perfectonder het kopje "Extra: remediërend materiaal" links in het menubalkje.
Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.
Deze oefening staat nu op de leermethode 'leren' waardoor je goed kunt oefenen. Als je twee keer het juiste antwoord hebt gekozen, zal de kaart verdwijnen tot je alle onregelmatige werkwoorden of Irregular Verbs hebt weggespeeld.
Rechtsonderin zie je ook 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Irregular Verbs zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.
Hieronder vind je een overzicht van de meest voorkomende onregelmatige werkwoorden.
De werkwoorden staan in alfabetische volgorde. Bij de spelling is het Brits-Engels aangehouden.
Om de verschillende vormen te leren, kun je ze het best uit je hoofd leren en vaak oefenen. Na verloop van tijd blijven ze dan vanzelf in je hoofd zitten:
Hele werkwoord
Verleden tijd
Voltooid deelwoord
Betekenis
1
to be
-
was/were
-
been
-
zijn; worden
to beat
-
beat
-
beaten
-
slaan
to become
-
became
-
become
-
worden
to begin
-
began
-
begun
-
beginnen
5
to bend
-
bent
-
bent
-
buigen
to bet
-
bet
-
bet
-
wedden
to bleed
-
bled
-
bled
-
bloeden
to blow
-
blew
-
blown
-
blazen
to break
-
broke
-
broken
-
breken
10
to breed
-
bred
-
bred
-
fokken
to bring
-
brought
-
brought
-
brengen
to broadcast
-
broadcast
-
broadcast
-
uitzenden
to build
-
built
-
built
-
bouwen
to burn
-
burnt
-
burnt
-
(ver)branden
15
to buy
-
bought
-
bought
-
kopen
to catch
-
caught
-
caught
-
vangen
to choose
-
chose
-
chosen
-
kiezen
to come
-
came
-
come
-
komen
to cost
-
cost
-
cost
-
kosten
20
to cut
-
cut
-
cut
-
snijden; knippen
to deal (with)
-
dealt
-
dealt
-
omgaan met
to dig
-
dug
-
dug
-
graven
to do
-
did
-
done
-
doen
to draw
-
drew
-
drawn
-
tekenen; trekken
25
to dream
-
dreamt
-
dreamt
-
dromen
to drink
-
drank
-
drunk
-
drinken
to drive
-
drove
-
driven
-
rijden (auto)
to eat
-
ate
-
eaten
-
eten
to fall
-
fell
-
fallen
-
vallen
30
to feed
-
fed
-
fed
-
voeden; voeren
to feel
-
felt
-
felt
-
voelen
to fight
-
fought
-
fought
-
vechten
to find
-
found
-
found
-
vinden
to fly
-
flew
-
flown
-
vliegen
35
to forbid
-
forbade
-
forbidden
-
verbieden
to forget
-
forgot
-
forgotten
-
vergeten
to forgive
-
forgave
-
forgiven
-
vergeven
to freeze
-
froze
-
frozen
-
vriezen
to get
-
got
-
got
-
krijgen
40
to give
-
gave
-
given
-
geven
to go
-
went
-
gone
-
gaan
to grow
-
grew
-
grown
-
groeien
to hang
-
hung
-
hung
-
hangen
to have
-
had
-
had
-
hebben
45
to hear
-
heard
-
heard
-
horen
to hide
-
hid
-
hidden
-
verbergen
to hit
-
hit
-
hit
-
slaan; raken
to hold
-
held
-
held
-
vasthouden
to hurt
-
hurt
-
hurt
-
pijn doen
50
to keep
-
kept
-
kept
-
houden; bewaren
to know
-
knew
-
known
-
weten; kennen
to lead
-
led
-
led
-
leiden
to lean
-
leant
-
leant
-
leunen
to leave
-
left
-
left
-
(ver)laten
55
to lend
-
lent
-
lent
-
lenen aan
to let
-
let
-
let
-
laten; verhuren
to lie
-
lay
-
lain
-
liggen
to lose
-
lost
-
lost
-
verliezen
to make
-
made
-
made
–
maken
60
to mean
-
meant
-
meant
-
betekenen; bedoelen
to meet
-
met
-
met
-
ontmoeten
to pay
-
paid
-
paid
-
betalen
to put
-
put
-
put
-
zetten; leggen
to read
-
read
-
read
-
lezen
65
to ride
-
rode
-
ridden
-
rijden (paard/fiets)
to ring
-
rang
-
rung
-
bellen
to rise
-
rose
-
risen
-
stijgen; toenemen
to run
-
ran
-
run
-
rennen
to say
-
said
-
said
-
zeggen
70
to see
-
saw
-
seen
-
zien
to sell
-
sold
-
sold
-
verkopen
to send
-
sent
-
sent
-
(ver)zenden; (ver)sturen
to set
-
set
-
set
-
zetten; plaatsen; instellen
to shake
-
shook
-
shaken
-
schudden
75
to shine
-
shone
-
shone
-
schijnen
to shoot
-
shot
-
shot
-
schieten
to show
-
showed
-
shown
-
tonen; laten zien
to shut
-
shut
-
shut
-
dicht doen
to sing
-
sang
-
sung
-
zingen
80
to sink
-
sank
-
sunk
-
zinken
to sit
-
sat
-
sat
-
zitten
to sleep
-
slept
-
slept
-
slapen
to smell
-
smelt
-
smelt
-
ruiken
to sow
-
sew
-
sown
-
zaaien
85
to speak
-
spoke
-
spoken
-
spreken
to spell
-
spelt
-
spelt
-
spellen
to spend
-
spent
-
spent
-
doorbrengen; uitgeven
to spill
-
spilt
-
spilt
-
verspillen
to spit
-
spit
-
spit
-
spugen
90
to split
-
split
-
split
-
splijten
to spoil
-
spoilt
-
spoilt
-
knoeien; verpesten
to spring
-
sprang
-
sprung
-
springen
to stand
-
stood
-
stood
-
staan
to steal
-
stole
-
stolen
-
stelen
95
to stick
-
stuck
-
stuck
-
plakken
to sting
-
stung
-
stung
-
steken
to stink
-
stank
-
stunk
-
Stinken
to strike
-
struck
-
struck
-
(in)slaan
to swear
-
swore
-
sworn
-
zweren; vloeken
100
to sweep
-
swept
-
swept
-
Vegen
to swim
-
swam
-
swum
-
Zwemmen
to swing
-
swung
-
swung
-
zwaaien; schommelen
to take
-
took
-
taken
-
nemen
to teach
-
taught
-
taught
-
onderwijzen
105
to tear
-
tore
-
torn
-
scheuren; trekken
to tell
-
told
-
told
-
vertellen
to think
-
thought
-
thought
-
denken
to throw
-
threw
-
thrown
-
gooien; werpen
to understand
-
understood
-
understood
-
begrijpen; verstaan
110
to wake (up)
-
woke
-
woken
-
wakker worden
to wear
-
wore
-
worn
-
dragen (kleding)
to weep
-
wept
-
wept
-
wenen (huilen)
to win
-
won
-
won
-
winnen
to write
-
wrote
-
written
-
schrijven
Oefentoetsen
Wat ben jij goed bezig! Je hebt nu alle lesstof doorlopen, maar voordat je de eindtoets gaat maken is het misschien verstandig om deze oefentoetsen te doen. Dan kun je voor jezelf checken hoeveel je gegroeid bent in vergelijking met de instaptoetsen.
Uitleg - Samenvatting
Oefentoets - Present Simple
Oefentoets - Present Continuous
Oefentoets - Past Simple
Oefentoets - Present Perfect
Eindtoets
Wauw! Je bent al bij de Eindtoetsgekomen, wat goed van je! Hiermee kun je dit arrangement afsluiten want dit is het laatste onderdeel wat je hier maakt. Ik duim voor je dus zet 'm op, kanjer!
Dit zijn de leerdoelen die terugkomen:
Je kent de regels van de Present Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Present Continuous en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Past Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de regels van de Present Perfect en kunt deze gebruiken in een zin.
Je kent de onregelmatige werkwoorden in het Engels uit je hoofd.
Je herkent signaalwoorden en weet daardoor of je de Present Simple, Present Continuous, Past Simple of Present Perfect moet gebruiken in een zin.
Zodra je klaar bent met de de 'Eindtoets' kun je zien of je nog met een bepaald onderwerp moet oefenen. Check hier het bestand waarmee je kunt kijken wat er dan precies nog niet helemaal goed is gegaan bij het maken van de eindtoets en waarom:
Je zou mij een enorm plezier doen als je deze korte evaluatie of beoordeling in wilt vullen. Ik wil graag weten of ik jullie op deze manier beter heb kunnen helpen en ik wil het ook weten als er iets is wat ik misschien anders kan doen voor jullie. Alvast ontzettend bedankt!
Bronnen
“Be going to” - exercises. (z.d.-a). Agendaweb. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/going-to-questions-2
“Be going to” - exercises. (z.d.-b). Agendaweb. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/going-to-write-3
CH Luijendijk. (2021a, januari 13). Welkom op Wikiwijs! [Video]. YouTube. https://youtu.be/fyHYrjbIZjs
CH Luijendijk. (2021b, januari 15). YouTube [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=esfXIiA9bcI&feature=youtu.be
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Alex schonewille. (z.d.). Past Continuous - oefening. Digischool. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van http://static.digischool.nl/en/grammatica/pastcont-vraag.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-a). T087 - Present Perfect Tense - Simple Form. English-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t087-present-perfect-tense.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-b). T101 - The Wrong Person. English-grammar. Geraadpleegd op 21 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t101-the-wrong-person.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-c). T108 - Present Perfect and Past Tense. English-grammar. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t108-present-perfect-past.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-a). PAST SIMPLE and PAST CONTINUOUS - Negative sentences. Montsemorales. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PastSimpContSw2-6-2.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-b). THE PAST (Past Simple and Past Continuous) - 1. Montsemorales. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PastSimpContSw2-6-3.htm
Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-c). THE PRESENT PERFECT (1). Montsemorales. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PresPerf1.htm
Ending -ed in the Simple Past - Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_ed2.htm
English Exercises: Dislike(does not like & do not like). (z.d.). Englishexercises. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.englishexercises.org/makeagame/viewgame.asp?id=4599
English Exercises: future be going to. (z.d.). Englishexercises. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://www.englishexercises.org/makeagame/viewgame.asp?id=2792
English Grammar: The Present Perfect. (z.d.). English-at-home. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.english-at-home.com/grammar-present-perfect/
Forms of irregular verbs in English - Test. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/verbs/index.php
GbR, L. (z.d.-a). Exercise on Past Progressive - 04 - English Grammar. Ego4u. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/past-progressive/exercises?04
GbR, L. (z.d.-b). Exercise on Present Perfect Simple - 03 - English Grammar. Ego4u. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/present-perfect-simple/exercises?03
GbR, L. (z.d.-c). Present Progressive, Exercises on form - form02 :: Form02. Ego4u. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/present-progressive/form/exercises?form02
Grammar Practice. (z.d.-a). Spraz-ila. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.spraz-ila.de/grammar/ppspquiz1.htm
Grammar Practice. (z.d.-b). Spraz-ila. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.spraz-ila.de/grammar/ppspquiz2.htm
Irregular Verbs Exercise 1. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-1.html
Irregular Verbs Exercise 2. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-2.html
Irregular Verbs Exercise 3. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-3.html
Irregular Verbs Exercise 4. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-4.html
Nardella, R. (z.d.). PRESENT PERFECT - GRAMMATICA INGLESE GRATIS. Nspeak. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.nspeak.com/newbasic/grammatica/presperfect.htm
Negations in the Simple Present, don’t or doesn’t - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_present_negation2.htm
Oxford University Press. (z.d.-a). English Language Teaching | Oxford University Press. English Language Teaching | Oxford University Press. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://elt.oup.com/student/englishfile/beginner/a_grammar/file07/grammar07_b01?cc=global&selLanguage=en
Oxford University Press. (z.d.-b). Present Simple | English Language Teaching | Oxford University Press. English Language Teaching | Oxford University Group. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://elt.oup.com/student/project3rdedition/level1/unit6/grammar/exercise2?cc=nl&selLanguage=nl
Past Continuous vs Past Simple exercise. (z.d.). Focus.olzstyn. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van http://www.focus.olsztyn.pl/en-exercises-past-continuous-test-2.html
Past Progressive Questions - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/questions/past_progressive2.htm
Past Simple - forms -ed/-ied. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/past-simple-regular-d-ed-ied.htm
Past Simple - regular verbs. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/past-simple-regular
Past Simple - Regular verbs. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/verbs/past-simple-regular/index.html
Past Simple Past Continuous exercises. (z.d.). Focus.olzstyn. Geraadpleegd op 21 december 2020, van http://www.focus.olsztyn.pl/en-past-simple-past-continuous-exercises.html
Pöhland, J. (z.d.). Simple Past or Present Perfect - Exercise. Englisch-Hilfen. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_present_perfect.htm
Present Continuous. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://agendaweb.org/verbs/present-continuous/index.html
Present Perfect or Simple Past - Online Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_present_perfect4.htm
Present Progressive - Statements - Long forms - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/present_progressive_statements_long2.htm
Present Progressive Exercises. (z.d.). Really-learn-english. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.really-learn-english.com/present-progressive-exercises.html
Present Simple. (z.d.). Elovivo. Geraadpleegd op 24 december 2020, van http://elovivo.com/introenglish/en/intro_english/lessons_wordlist/basic_english_lesson_03/lesson03b_ex.html
Present Simple - negative. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/present-negative
Questions in the Past Progressive - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/questions/past_progressive.htm
Sentences and questions in the Past Progressive. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/past_progressive_mix.htm
Simple Present Tense - Subject Agreement. (z.d.). EFLnet. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://eflnet.com/grammar/presentagreement.php
The Ending -ed in the Simple Past in an Online execise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_ed.htm
Together we’ve got this. (z.d.). [Illustratie]. Clovis Unified School District. https://www.cusd.com/GalleryImages/Togetherlogo.png
will-future or going to-future - Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/will_going_to_future.htm
You rock. (z.d.). [Illustratie]. Minilearners. https://www.minilearners.com/wp-content/uploads/2018/02/You-rock.png
Het arrangement Digitaal Leermateriaal, trede 15 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Nick Luijendijk
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2021-02-28 19:02:13
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Past Simple or Present Perfect?
Past Continuous
Past Simple or Past Continuous?
'To be going to' or will?
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.