Digitaal Leermateriaal, trede 15

Digitaal Leermateriaal, trede 15

Welkom!

Wat kan ik hier eigenlijk allemaal?

 

Beste leerling,

 

Welkom op deze Wikiwijs die je helpt bij het onder de knie krijgen van de Present Simple, Present Continuous, Past Simple en Present Perfect.

Ten eerste zie je links in het menu "Instaptoetsen" staan, deze geven je een idee van je voortgang omtrent deze vier verschillende tijden in het Engels en zo kun je er ook achter komen wat je volgende stap hoort te zijn.

Na de instaptoetsen kun je verder met het "Lesmateriaal", oftewel de uitleg over deze vier Engelse tijden. Na het lesmateriaal staan er een aantal oefeningen voor je klaar.

Deze oefeningen vertellen je of je verder moet naar het "Verdiepend materiaal" omdat je de onderwerpen onder de knie hebt of dat je verder moet oefenen met het "Remediërend materiaal" om nog ietsjes sterker te worden maar dat komt helemaal goed!

 

We behandelen in ieder geval deze leerdoelen:

  • Je kent de regels van de Present Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Present Continuous en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Past Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Present Perfect en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de onregelmatige werkwoorden in het Engels uit je hoofd.
  • Je herkent signaalwoorden en weet daardoor of je de Present Simple, Present Continuous, Past Simple of Present Perfect moet gebruiken in een zin.

 

Good luck! You've got this!

Instaptoetsen

Door de instaptoetsen over deze vier Engelse tijden kun je een beeld krijgen van jouw vaardigheden.

Stel nou dat je het nog best lastig vindt, dan kun je daarna de lesstof over deze Engelse tijden bekijken en lezen waarna je met één of meer tijden aan de slag kunt gaan. Als je boven de 70% goed hebt, zit je al behoorlijk veilig!

Als je tussen de 0% en 70% goed hebt, zou ik nog wel even oefenen met deze onderwerpen.

Maar wat nou als het al toch wel best makkelijk gaat? Daar heb ik ook aan gedacht!

Dan kun je juist aan de slag met "Extra: verdiepend materiaal", kanjer!

 

Present Simple

Present Continuous

Past Simple

Present Perfect

Lesmateriaal

Onder het kopje "Lesmateriaal" links in het menubalkje zie je een aantal onderwerpen staan die je ook bij de "Instaptoetsen" hebt gedaan.

Bekijk de filmpjes en lees de uitleg goed door, maak daarna de oefeningen bij de Present Simple, Present Continuous, Past Simple en Present Perfect onder het kopje "Oefenmateriaal". Succes!

 

 

Present Simple

Uitleg - Present Simple

De tegenwoordige tijd noemen we in de Engelse taal de Present Simple.

In deze uitleg gaan we deze dingen behandelen: wanneer gebruik je de Present Simple, hoe maak je de present simple en hoe ziet het eruit bij 'to be' en 'to have'?

 

Wanneer gebruik je de Present Simple?

We gebruiken de Present Simple als we het hebben over:

  • feiten: Water boils at 100 degrees Celsius.
  • gewoonten: John always wears a white shirt.
  • dingen die we vaak doen: Mark and Ray often play games.

 

Vaak staan er in een zin signaalwoorden. Dan hebben we het over woorden die 'het signaal afgeven' dat de zin in de Present Simple staat, zoals: always, never, frequently, often, sometimes, on Friday, every weekend, every week.

 

Hoe maak je de Present Simple?

In het Nederlands kennen we bijvoorbeeld bij het werkwoord 'werken' de volgende vervoeging:

Ik werk, jij werkt, wij werken.

Maar hoe ziet de vervoeging van werkwoorden in de tegenwoordige tijd in het Engels eruit?

 

  • I work - Ik werk
  • You work - Jij werkt
  • He works - Hij werkt
  • She works - Zij werkt
  • It works - Het werkt
  • We work - Wij werken
  • You work - Jullie werken
  • They work - Zij werken

 

Zoals je al is opgevallen, voegen we een -s toe als je een werkwoord gebruikt bij de personen he, she en it: He runs fast, My brother plays hockey, my sister loves her son. Je kunt dit onthouden door een regel met een misschien wat bijzondere naam: SHIT!

In dit woord zitten de personen She, He en IT:

  • She - She works hard.
  • He - He works hard.
  • It - It works hard.

 

Bij alle andere personen gebruik je het hele werkwoord zonder 'to', dat noemen we ook wel de 'stam':

  • to run - They run across the street.
  • to speak - You speak very well.
  • to see - I see him over there.

 

Hieronder zie je nog een keer duidelijk het verschil:

  • I love our dog.
  • He loves our dog.
  • I sing my favourite song every day.
  • Susan sings her favourite song every day.

 

Als je een vraag wilt maken met de Present Simple gebruik je 'do' of 'does' plus het hele werkwoord:

  • Do I work? - Werk ik?
  • Do you work? - Werk jij?
  • Does he work? - Werkt hij?
  • Does she work? - Werkt zij?
  • Does it work? - Werkt het?
  • Do we work? - Werken wij?
  • Do you work? - Werken jullie?
  • Do they work? - Werken zij?

 

Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Simple gebruik je 'don't' of 'doesn't' plus het hele werkwoord:

  • I don't work. - Ik werk niet.
  • You don't work. - Jij werkt niet.
  • He doesn't work. - Hij werkt niet.
  • She doesn't work. - Zij werkt niet.
  • It doesn't work. - Het werkt niet.
  • We don't work. - Wij werken niet.
  • You don't work. - Jullie werken niet.
  • They don't work. - Zij werken niet.

 

Hoe ziet de Present Simple eruit bij 'to be' en 'to have'?

 

To be:

  • I am - Ik ben
  • You are - Jij bent
  • He is - Hij is
  • She is - Zij is
  • It is - Het is
  • We are - Wij zij
  • You are - Jullie zijn
  • They are - Zij zijn

 

To have:

  • I have - Ik heb
  • You have - Jij hebt
  • He has - Hij heeft
  • She has - Zij heeft
  • It has - Het heeft
  • We have - Wij hebben
  • You have - Jullie hebben
  • They have - Zij hebben

 

 

 

Klik hier om naar de oefeningen over de Present Simple te gaan:

https://maken.wikiwijs.nl/171547/Digitaal_Leermateriaal__trede_15#!page-6487725

Present Continuous

Uitleg - Present Continuous

Als je kijkt naar activiteiten of zinnen zoals hieronder, dan zie je dat deze mensen allemaal iets aan het doen zijn:

  • They are cycling.
  • I am driving a car.
  • She is dancing.
  • He is drinking.
  • We are shopping.

 

Als je wilt zeggen dat iemand iets nu aan het doen is of dat er iets nu aan de gang is, gebruik je daarvoor de Present Continuous. Dit wordt ook wel de -ing vorm genoemd.

 

Hoe maak je de Present Continuous?

Je gebruikt als eerste am, are of is en daarna het werkwoord waar je -ing achter plakt.

  • I am singing.
  • She is dancing.
  • We are working.

 

Je kunt de woorden am, are en is ook afkorten:

  • I'm singing.
  • She's dancing.
  • We're working.

 

Als je een vraag wilt maken met de Present Continuous  ruil je am, are of is om met de persoon in de zin, je begint dus met am, are of is:

  • Am I singing?
  • Is she dancing?
  • Are we working?

 

Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Continuous zet je 'not' achter am, are of is:

  • I am not singing.
  • She is not dancing.
  • We are not working.

 

Hoe weet je dat je de Present Continuous moet gebruiken?

Je moet de Present Continuous gebruiken als je kunt zien of weet dat er nu iets bezig of aan de gang is, je kunt bijvoorbeeld bezig zijn met zijn huiswerk, dan zeg je: I am doing my homework now.

In de zin staan signaalwoorden als: now, right now, at the moment, currently, look! of listen!

  • Look! That man is crossing the street.
  • Listen! I think I hear my mum is calling me.
  • We are working on our presentation at the moment.

 

Klik hier om naar de oefeningen over de Present Continuous te gaan:

https://maken.wikiwijs.nl/171547/Digitaal_Leermateriaal__trede_15#!page-6487726

Past Simple

Uitleg - Past Simple

Als je in het Engels over iets wilt praten wat in het verleden gebeurd is gebruik je de Past Simple.

Er staat dan in de zin wanneer dit precies was zodat je dus kunt zien op welk moment iets is gebeurd, dit noem je dan een tijdsaanduiding. Voor de Past Simple zijn er tijdsaanduidingen als: last week, a month ago, yesterday, last year, in 2018.

 

Je kunt bijvoorbeeld vertellen over een vakantie van vorig jaar of een film die je gisterenavond hebt gezien:

  • I went on holiday to England last year.
  • I watched a great film on Netflix last night.

 

Hoe maak je de Past Simple?

Om hierachter te komen, moeten we eerst een verschil bekijken tussen regelmatige werkwoorden en onregelmatige werkwoorden.

Bij regelmatige werkwoorden plak je -ed achter het werkwoord:

  • Ahmed worked last night, what did you do?
  • Well, Sheila watched a film. Did Jenny do anything?
  • I think Jenny visited her grandmother.

 

Achter de werkwoorden work, watch en visit is -ed geplakt om er een Past Simple van te maken.

 

Een onregelmatig werkwoord is anders, deze krijgen in de Past Simple een andere vorm.

  • I saw my girlfriend last night.
  • We took a friend to the cinema.
  • They went to a restaurant.

Dit zijn de verleden tijden van de werkwoorden: see, take en go.

Een overzicht van de meest voorkomende onregelmatige werkwoorden vind je op: http://wp.digischool.nl/engels/oefenen/grammatica/onregelmatige-werkwoorden/

 

De Past Simple is in de lijst het woord in de tweede rij: de verleden tijd. Het is slim als je deze woorden vaak oefent, want daardoor ken je ze al snel uit je hoofd.

 

Als je een vraag wilt maken met de Past Simple gebruik je 'did' plus het hele werkwoord:

  • Did I work? - Werkte ik?
  • Did you work? - Werkte jij?
  • Did he work? - Werkte hij?
  • Did she work? - Werkte zij?
  • Did it work? - Werkte het?
  • Did we work? - Werkte wij?
  • Did you work? - Werkte jullie?
  • Did they work? - Werkte zij?

 

Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Simple gebruik je 'didn't' plus het hele werkwoord:

  • I didn't work. - Ik werkte niet.
  • You didn't work. - Jij werkte niet.
  • He didn't work. - Hij werkte niet.
  • She didn't work. - Zij werkte niet.
  • It didn't work. - Het werkte niet.
  • We didn't work. - Wij werkten niet.
  • You didn't work. - Jullie werkten niet.
  • They didn't work. - Zij werkten niet.

 

Klik hier om naar de oefeningen over de Past Simple te gaan:

https://maken.wikiwijs.nl/171547/Digitaal_Leermateriaal__trede_15#!page-6487727

Present Perfect

Uitleg - Present Perfect

In het Engels is de Present Perfect de voltooid tegenwoordige tijd, dat wil zeggen dat er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of zien. In het Nederlands zeg je dan dingen als:

  • Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
  • Hij heeft een grote rond gelopen.
  • We hebben een goede wedstrijd gespeeld.

 

Wanneer gebruik je de Present Perfect?

Je kent de Past Simple nu al, die gebruik je voor dingen of gebeurtenissen die al klaar zijn.

De Present Perfect gebruik je als er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of het is nog bezig. Het is de voltooid tegenwoordige tijd en daardoor is het misschien al voltooid in het verleden maar kan het nog bezig zijn of invloed hebben in het nu. Misschien kun je wel een resultaat merken:

  • I have lived in Barendrecht since 2016.
  • Peter has played football for five years.
  • She has known Kyle since last year.

 

Je kunt ook iets zeggen over het verleden wat nu nog invloed heeft:

  • We have never eaten sushi.
  • Terry has seen this film nine times already.
  • Perry has lost his car keys.

 

Signaalwoorden die aangeven dat iets nu nog bezig is of dat je het resultaat kunt merken zijn: for, since, already, ever en never.

 

Als je de tijden die je tot nu toe hebt geleerd bij elkaar ziet, kun je het verschil zien:

  • I learn English - dit is de Present Simple en een feit.
  • I am learning English - dit is de Present Continuous en nu bezig.
  • I learned English - dit is de Past Simple, de actie is al klaar.
  • I have learned English - dit is de Present Perfect, je hebt Engels geleerd en je kent het nu nog steeds.

 

Hoe maak je de Present Perfect?

Je gebruikt have of has en zet daar het voltooid deelwoord achter:

  • I have lived in Barendrecht since 2016.
  • Peter has played football for five years.
  • She has known Kyle since last year.

 

Bij de regelmatige werkwoorden schrijf je -ed achter het werkwoord om er een voltooid deelwoord van te maken maar bij werkwoorden die al eindigen op een -e, hoef je alleen de -d nog maar erachter te plakken:

  • to bake: baked

 

Bij werkwoorden die eindigen op een -c, plak je -ked erachter:

  • to panic: panicked

 

Bij werkwoorden die eindigen op een -y met een medeklinker ervoor, schrijf je in plaats van de -y nu juist -ied:

  • to marry: married

 

Bij korte werkwoorden die maar één klinker hebben en waar maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ed:

  • to clap: clapped

 

Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met een klinker daarvoor schrijf je een extra 'l':

  • to travel: travelled

 

Bij de onregelmatige werkwoorden zoals seen (to see) en taken (to take) zul je goed moeten leren en oefenen om ze uit je hoofd te gaan kennen. Hieronder zie je een aantal onregelmatige werkwoorden:

  • to be - has / have been
  • to do - has / have done
  • to fall - has / have fallen
  • to fell - has / have felt
  • to make - has / have made
  • to speak - has / have spoken.

 

Als je een vraag wilt maken met de Present Perfect ruil je de persoon in de zin om met 'have' of 'has', je begint de zin dus met 'have' of 'has':

  • Have I lived in Barendrecht since 2016?
  • Has Peter played football for five years?
  • Has she known Kyle since last year?

 

Als je een ontkenning (iets wat niet zo is) wilt maken met de Present Perfect zet je 'not' na 'have' of 'has':

  • I have not lived in Barendrecht since 2016.
  • Peter has not played football for five years.
  • She has not known Kyle since last year.

Klik hier om naar de oefeningen over de Present Perfect te gaan:

https://maken.wikiwijs.nl/171547/Digitaal_Leermateriaal__trede_15#!page-6487728

Oefenmateriaal

Onder het kopje "Oefenmateriaal" links in het menubalkje zie je de onderwerpen staan die je ook bij de "Instaptoetsen" hebt gedaan én waarvan je net de uitleg hebt gekeken en gelezen.

Maak de oefeningen bij de Present Simple, Present Continuous, Past Simple en Present Perfect onder het kopje "Oefenmateriaal". Good luck!

 

 

Present Simple

Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Educaplay.

Zodra je klikt op 'Start' begint de tijd te lopen.

Je ziet dan aan de linkerkant zinnen staan waar één woord in de Present Simple is weggelaten, deze moet je kiezen uit de rechterkant. Klik dus eerst op een zin aan de linkerkant en daarna op het woord aan de rechterkant waardoor de zin weer compleet wordt.

Het zou kunnen dat er een 'cookieblocker' opent, daardoor moet je eerst even de 'cookies accepteren'.

 

Present Continuous

Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.

Deze oefening staat nu op de leermethode 'test' waardoor het eruit ziet als een kleine toets. Je moet hier dus bij de eerste oefening zelf het antwoord typen, bij de tweede oefening ga je de antwoorden aan de linker in de juiste zin aan de rechterkant zetten en bij de derde oefening kies je het juiste antwoord uit vier opties.

Rechtsonderin zie je ook 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Present Continuous zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.

Past Simple

Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.

Je ziet 74 kaarten over de onregelmatige werkwoorden in de Past Simple die je kunt leren. Zodra je klikt op 'start' gaat de tijd lopen. Je ziet dan werkwoorden in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd, je klikt dan éérst op het werkwoord in de tegenwoordige tijd en daarna op de vorm van dat werkwoord in de verleden tijd. Als je antwoord goed is, verdwijnen er twee tegeltjes en ga je verder tot je veld leeg is.

Rechtsonderin zie je 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Past Simple zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.

Present Perfect

Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Educaplay.

Zodra je klikt op 'Start' begint de tijd te lopen.

Je ziet door elkaar zinnen staan waar één woord in de Present Perfect is weggelaten en stukjes met have of has + voltooid deelwoord, deze moet je met elkaar combineren. Klik dus eerst op een zin aan waarbij een stukje is weggelaten en daarna op het stukje met have of has + voltooid deelwoord waardoor de zin weer compleet wordt.

Extra: verdiepend materiaal

Vind jij het stiekem al best wel makkelijk om deze Engelse tijden te gebruiken en om tijden uit elkaar te houden? Goed bezig, jij! Topper!

 

Onder het kopje "Extra: verdiepend materiaal" links in het menubalkje zie je een aantal nieuwe onderwerpen staan. Schrik niet hoor! Je bent al zo ver gekomen!

Lees de uitleg eerst goed door, maak daarna de oefeningen bij de Past Simple of Present Perfect, Past Continuous, Past Simple of Past Continuous en de Future.

 

 

Past Simple of Present Perfect?

Het verschil tussen de Past Simple en de Present Perfect is voor mensen vaak best moeilijk, want in het Engels is er een groot verschil tussen de verleden tijd en de voltooide tijd, zelfs nog groter dan in onze eigen taal!

 

Past Simple:

Als je in het Engels over iets wilt praten wat in het verleden gebeurd is gebruik je de Past Simple.

Er staat dan in de zin wanneer dit precies was zodat je dus kunt zien op welk moment iets is gebeurd, dit noem je dan een tijdsaanduiding. Voor de Past Simple zijn er tijdsaanduidingen als: last week, a month ago, yesterday, last year, in 2018.

 

Je kunt bijvoorbeeld vertellen over een vakantie van vorig jaar of een film die je gisterenavond hebt gezien:

  • I went on holiday to England last year.
  • I watched a great film on Netflix last night.

 

Present Perfect:

De Present Perfect gebruik je als er iets is gebeurd of je hebt iets gedaan en je kan het resultaat nu nog merken of het is nog bezig. Het is de voltooid tegenwoordige tijd en daardoor is het misschien al voltooid in het verleden maar kan het nog bezig zijn of invloed hebben in het nu. Misschien kun je wel een resultaat merken:

  • I have lived in Barendrecht since 2016.
  • Peter has played football for five years.
  • She has known Kyle since last year.

 

Je kunt ook iets zeggen over het verleden wat nu nog invloed heeft:

  • We have never eaten sushi.
  • Terry has seen this film nine times already.
  • Perry has lost his car keys.

 

Wat zeg je nu eigenlijk met welke tijd?

Ik laat je hieronder het verschil duidelijk zin in het gebruik van de Past Simple en de Present Perfect.

 

I lived in Barendrecht for three years.

  • Je woonde 3 jaar in Barendrecht, je woont er nu niet meer.

 

I have lived in Barendrecht for three years.

  • Je woont nu al 3 jaar in Barendrecht, je woont er nog steeds.

 

Jake Smith wrote some amazing books in his life.

  • Toen Jake Smith leefde schreef hij geweldige boeken, hij is overleden.

 

Jake Smith has written some amazing books in his life.

  • Jake Smith heeft in zijn leven tot nu toe geweldige boeken geschreven en doet dat nog steeds.

 

 

 

Past Continuous

Als een gebeurtenis of activiteit in het verleden een langere tijd duurde, gebruik je in het Engels de Past Continuous.

Stel dat je in het verleden ergens mee bezig was, dan kun je zeggen:

  • Ik was aan het zingen
  • We waren televisie aan het kijken.
  • Hij stond te schreeuwen.
  • Jack zat te gamen.

 

Deze zinnen staan allemaal in de 'duurvorm' van de verleden tijd wat betekent dat het allemaal in het verleden gebeurde en een tijdje duurde. .

 

Wat is de Past Continuous?

Wil je zeggen dat je iets bijvoorbeeld een tijdje deed, dan gebruik je de Past Continuous, zoals hieronder:

  • Ik was aan het zingen, toen Jenny aankwam.
    • I was singing, when Jenny arrived.
  • Hij zat te schreeuwen, terwijl hij viel.
    • He was screaming, while he fell.
  • Zij was aan het slapen, terwijl haar vriendje het huis aan het opruimen was.
    • She was sleeping, while her boyfriend was cleaning the house.

 

Je kunt zien dat je de Past Continuous goed kunt gebruiken als er eigenlijk twee zinnen zijn je samenvoegt door 'when' of 'while' er tussen te zetten, dit zijn ook signaalwoorden. Er gebeurde iets toen of terwijl er al iets anders bezig was.

Vaak staat het eerste stukje van de zin dan in de Past Continuous, deze gebeurtenis of activiteit was al bezig:

  • They were singing, when .......
  • Paul was screaming, while .......
  • Cory was sleeping, while .......

 

Het tweede stukje van de zin kan dan in de Past Simple staan, dit is dan een kleine of korte gebeurtenis die niet zo lang duurde:

  • ....... when their grandmother arrived.
  • ....... while we his dog bit him.

 

Het tweede stukje kan ook in de Past Continuous staan omdat deze ook langer duurde terwijl er op dezelfde tijd iets anders bezig was:

  • ....... while his mother was cooking dinner.

 

Hoe maak je de Past Continuous?

Om de Past Continuous te maken heb je altijd twee werkwoorden nodig, je begint met was of were en daar zet je het werkwoord achter waar je -ing aan vast plakt.

Dit is bijna hetzelfde als de Present Continuous, het verschil is dat je hier géén am, are of is gebruikt maar juist was of were omdat deze in de verleden tijd staan.

 

Belangrijke uitzonderingen:

Bij werkwoorden die eindigen op een -e, krijg je -ing in plaats van de -e:

  • to bake: I was baking a cake when mum came in.
  • to drive: We were driving the car when we saw her.

 

Bij werkwoorden die eindigen op een -c, krijg je een -k erbij voordat je -ing eraan plakt:

 

  • to panic: Joey was panickingwhen he saw a clown.

 

Bij korte werkwoorden die maar één klinker hebben en maar één klemtoon kan, zet je er een extra medeklinker bij voordat je -ing er aan vastplakt:

  • to wrap: They were wrapping gifts while their dad was in the kitchen.

 

Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':

  • to travel: I was travelling to Engeland, when my mum called me .

Past Simple of Past Continuous?

In de verleden tijd ken je in het Engels nu twee vormen: de Past Simple en de Past Continuous.

De Past Simple gebruik je bij korte gebeurtenissen en de Past Continuous gebruik je om te zeggen of laten zien dat je iets een tijdje deed.

 

Nu gaan we bekijken hoe je precies kunt weten wanneer je welke van deze twee tijden moet gebruiken én nemen we allebei de tijden nog een keertje door.

 

Hoe kun je weten welke of je de Past Simple of Past Continuous moet gebruiken?

Je hebt al een keertje gelezen over de signaalwoorden, dat zijn woorden of stukjes in een zin die aangeven in welke tijd de zin moet staan.

Voor de Past Simple zijn er signaalwoorden als: last week, last year, last month, yesterday, three days ago, in 2018.

 

Voor de Past Continuous zijn er signaalwoorden als: when, while, at the same time.

 

Door zulke woorden kun je goed zien welke tijd je precies moet gebruiken, maar soms staan ze wel eens niet in een zinnetje. Denk er dan aan dat je de Past Continuous gebruikt als iets in het verleden een langere tijd duurde.

 

Hoe maak je de Past Simple met een regelmatig werkwoord?

De regel is dat je een regelmatig werkwoord in de verleden tijd zet door -ed achter het werkwoord te zetten en dat het niet uitmaakt bij welke persoon dit is:

  • to watch: I watched television last night.
  • to play: We played Call of Duty last week.
  • to talk: Bart talked to his girlfriend this morning.

 

Er zijn wel een paar belangrijke regels of uitzonderingen:

Bij werkwoorden die eindigen op -e, plak je alleen nog maar -d erachter omdat de -e er al staat:

  • to bake: My mum baked a delicious cake for my birthday.

 

Bij werkwoorden die eindigen op -c, plak je -ked erachter:

  • to panic: My brother panicked when he heard his cat was ill.

 

Bij werkwoorden die eindigen op -y met een medeklinker ervoor, gebruik je -ied in plaats van de -y:

  • to party: She partied a lot when she was 16 years old.

 

Bij werkwoorden die kort zijn of maar één klinker hebben en waarbij maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ed:

  • to trap: My dad trapped a mouse because my mum is afraid of mice.

 

Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':

  • to travel: Patrick travelled to Spain a month ago.

 

Hoe maak je de Past Simple met een onregelmatig werkwoord?

Onregelmatige werkwoorden moet je eigen leren door ze vaak door te lezen en veel mee te oefenen, want ze zijn (zoals de naam al zegt) onregelmatig qua vorm.

Een paar voorbeelden van onregelmatige werkwoorden in de Past Simple zijn:

  • to be - was/were
  • to have - had
  • to do - did
  • to see - saw
  • to come - came
  • to take - took
  • to begin - began
  • to drink - drank

 

Hoe maak je de Past Continuous?

Om de Past Continuous te maken gebruik je was of were en een werkwoord waar je -ing achter plakt:

  • I was doing my homework.
  • Sheila was visiting her grandmother.
  • Patty was watching television.
  • You were drawing a picture of our cat.
  • They were playing on their new console.

 

Belangrijke uitzonderingen in de Past Continuous:

 

Bij werkwoorden die eindigen op -e, krijg je -ing en haal je de -e weg:

 

  • to bake: My grandmother was baking a cake when I visited her.

 

Bij werkwoorden die eindigen op -c, krijg je een 'k' erbij voor -ing:

  • to panic: Patricia was panicking, when she saw a rat.

 

Bij werkwoorden die kort zijn of één klinker in zich hebben en waar maar één klemtoon kan, schrijf je een extra medeklinker voor -ing:

  • to clap: They were clapping for the band when the show ended.

 

Bij werkwoorden die eindigen op een 'l' met maar één klinker ervoor schrijf je een extra 'l':

  • to travel: Chester was travelling to Holland when his girlfriend called him.

 

Future: 'Be going to' & Will

Je kunt in het Engels over de toekomst praten door een vorm van 'be' te gebruiken met going to en het hele werkwoord: am, are of is going to.

 

Am/are/is going to + hele werkwoord:

Stel dat je iets wilt voorspellen, zoals bijvoorbeeld regen, of je hebt een plannetje voor de toekomst dan gebruik je 'be going to'.  Als je wilt zeggen dat het morgen gaat regenen en dat je volgende week naar de bioscoop gaat, zeg je:

  • It is going to rain tomorrow.
  • I am going to visit the cinema next week.

.

Hoe gebruik je ‘be going to’ in een zin:

Je kiest eerst am, are of is, daar zet je going to met het hele werkwoord achter:

  • I think it is going to rain today.
  • Paul is going to visit his grandparents next month.
  • We are going to eat at a restaurant next week.

 

‘Will’ + hele werkwoord:

Als je al zeker weet dat iets gaat gebeuren gebruik je 'will' met daarachter het hele werkwoord om iets over de toekomst te zeggen:

  • I will see her tonight.
  • Jenny will ask Paul if he wants to come too.

 

Hoe gebruik je ‘will’ in een zin:

Je schrijft 'will' met daarachter het hele werkwoord:

  • Piet Paulusma says it will be a fantastic summer.
  • If the sun shines, the snow will melt.

 

Extra: remediërend materiaal

Vind je het nog een klein beetje lastig om één van deze Engelse tijden te gebruiken of is het lastig om tijden uit elkaar te houden? Dan ben je hier op de juiste plek! Wat goed van je!

Het is slim om de uitleg nog een keertje door te lezen en de uitlegfilmpjes te kijken, maak daarna de oefeningen bij de Present Simple, Present Continuous, Past Simple en Present Perfect onder het kopje "Extra: remediërend materiaal" links in het menubalkje.

 

 

Present Simple

Present Continuous

Past Simple

Present Perfect

Onregelmatige werkwoorden

Hieronder zie je een oefening die gemaakt is in Quizlet.

Deze oefening staat nu op de leermethode 'leren' waardoor je goed kunt oefenen. Als je twee keer het juiste antwoord hebt gekozen, zal de kaart verdwijnen tot je alle onregelmatige werkwoorden of Irregular Verbs hebt weggespeeld.

Rechtsonderin zie je ook 'Kies een leermethode' staan. Je kunt hier kiezen uit verschillende soorten om te oefenen met de Irregular Verbs zodat je iets kunt kiezen wat bij jou past.

 

 

Overzicht van de onregelmatige werkwoorden:

Hieronder vind je een overzicht van de meest voorkomende onregelmatige werkwoorden.

De werkwoorden staan in alfabetische volgorde. Bij de spelling is het Brits-Engels aangehouden.

Om de verschillende vormen te leren, kun je ze het best uit je hoofd leren en vaak oefenen. Na verloop van tijd blijven ze dan vanzelf in je hoofd zitten:

 

 

Hele werkwoord

 

Verleden tijd

 

Voltooid deelwoord

 

Betekenis

1

to be

-

was/were

-

been

-

zijn; worden

 

to beat

-

beat

-

beaten

-

slaan

 

to become

-

became

-

become

-

worden

 

to begin

-

began

-

begun

-

beginnen

5

to bend

-

bent

-

bent

-

buigen

 

to bet

-

bet

-

bet

-

wedden

 

to bleed

-

bled

-

bled

-

bloeden

 

to blow

-

blew

-

blown

-

blazen

 

to break

-

broke

-

broken

-

breken

10

to breed

-

bred

-

bred

-

fokken

 

to bring

-

brought

-

brought

-

brengen

 

to broadcast

-

broadcast

-

broadcast

-

uitzenden

 

to build

-

built

-

built

-

bouwen

 

to burn

-

burnt

-

burnt

-

(ver)branden

15

to buy

-

bought

-

bought

-

kopen

 

to catch

-

caught

-

caught

-

vangen

 

to choose

-

chose

-

chosen

-

kiezen

 

to come

-

came

-

come

-

komen

 

to cost

-

cost

-

cost

-

kosten

20

to cut

-

cut

-

cut

-

snijden; knippen

 

to deal (with)

-

dealt

-

dealt

-

omgaan met

 

to dig

-

dug

-

dug

-

graven

 

to do

-

did

-

done

-

doen

 

to draw

-

drew

-

drawn

-

tekenen; trekken

25

to dream

-

dreamt

-

dreamt

-

dromen

 

 

to drink

-

drank

-

drunk

-

drinken

 

to drive

-

drove

-

driven

-

rijden (auto)

 

to eat

-

ate

-

eaten

-

eten

 

to fall

-

fell

-

fallen

-

vallen

30

to feed

-

fed

-

fed

-

voeden; voeren

 

to feel

-

felt

-

felt

-

voelen

 

to fight

-

fought

-

fought

-

vechten

 

to find

-

found

-

found

-

vinden

 

to fly

-

flew

-

flown

-

vliegen

35

to forbid

-

forbade

-

forbidden

-

verbieden

 

to forget

-

forgot

-

forgotten

-

vergeten

 

to forgive

-

forgave

-

forgiven

-

vergeven

 

to freeze

-

froze

-

frozen

-

vriezen

 

to get

-

got

-

got

-

krijgen

40

to give

-

gave

-

given

-

geven

 

to go

-

went

-

gone

-

gaan

 

to grow

-

grew

-

grown

-

groeien

 

to hang

-

hung

-

hung

-

hangen

 

to have

-

had

-

had

-

hebben

45

to hear

-

heard

-

heard

-

horen

 

to hide

-

hid

-

hidden

-

verbergen

 

to hit

-

hit

-

hit

-

slaan; raken

 

to hold

-

held

-

held

-

vasthouden

 

to hurt

-

hurt

-

hurt

-

pijn doen

50

to keep

-

kept

-

kept

-

houden; bewaren

 

 

to know

-

knew

-

known

-

weten; kennen

 

to lead

-

led

-

led

-

leiden

 

to lean

-

leant

-

leant

-

leunen

 

to leave

-

left

-

left

-

(ver)laten

55

to lend

-

lent

-

lent

-

lenen aan

 

to let

-

let

-

let

-

laten; verhuren

 

to lie

-

lay

-

lain

-

liggen

 

to lose

-

lost

-

lost

-

verliezen

 

to make

-

made

-

made

maken

60

to mean

-

meant

-

meant

-

betekenen; bedoelen

 

to meet

-

met

-

met

-

ontmoeten

 

to pay

-

paid

-

paid

-

betalen

 

to put

-

put

-

put

-

zetten; leggen

 

to read

-

read

-

read

-

lezen

65

to ride

-

rode

-

ridden

-

rijden (paard/fiets)

 

to ring

-

rang

-

rung

-

bellen

 

to rise

-

rose

-

risen

-

stijgen; toenemen

 

to run

-

ran

-

run

-

rennen

 

to say

-

said

-

said

-

zeggen

70

to see

-

saw

-

seen

-

zien

 

to sell

-

sold

-

sold

-

verkopen

 

to send

-

sent

-

sent

-

(ver)zenden; (ver)sturen

 

to set

-

set

-

set

-

zetten; plaatsen; instellen

 

to shake

-

shook

-

shaken

-

schudden

75

to shine

-

shone

-

shone

-

schijnen

 

 

to shoot

-

shot

-

shot

-

schieten

 

to show

-

showed

-

shown

-

tonen; laten zien

 

to shut

-

shut

-

shut

-

dicht doen

 

to sing

-

sang

-

sung

-

zingen

80

to sink

-

sank

-

sunk

-

zinken

 

to sit

-

sat

-

sat

-

zitten

 

to sleep

-

slept

-

slept

-

slapen

 

to smell

-

smelt

-

smelt

-

ruiken

 

to sow

-

sew

-

sown

-

zaaien

85

to speak

-

spoke

-

spoken

-

spreken

 

to spell

-

spelt

-

spelt

-

spellen

 

to spend

-

spent

-

spent

-

doorbrengen; uitgeven

 

to spill

-

spilt

-

spilt

-

verspillen

 

to spit

-

spit

-

spit

-

spugen

90

to split

-

split

-

split

-

splijten

 

to spoil

-

spoilt

-

spoilt

-

knoeien; verpesten

 

to spring

-

sprang

-

sprung

-

springen

 

to stand

-

stood

-

stood

-

staan

 

to steal

-

stole

-

stolen

-

stelen

95

to stick

-

stuck

-

stuck

-

plakken

 

to sting

-

stung

-

stung

-

steken

 

to stink

-

stank

-

stunk

-

Stinken

 

to strike

-

struck

-

struck

-

(in)slaan

 

to swear

-

swore

-

sworn

-

zweren; vloeken

100

to sweep

-

swept

-

swept

-

Vegen

 

 

to swim

-

swam

-

swum

-

Zwemmen

 

to swing

-

swung

-

swung

-

zwaaien; schommelen

 

to take

-

took

-

taken

-

nemen

 

to teach

-

taught

-

taught

-

onderwijzen

105

to tear

-

tore

-

torn

-

scheuren; trekken

 

to tell

-

told

-

told

-

vertellen

 

to think

-

thought

-

thought

-

denken

 

to throw

-

threw

-

thrown

-

gooien; werpen

 

to understand

-

understood

-

understood

-

begrijpen; verstaan

110

to wake (up)

-

woke

-

woken

-

wakker worden

 

to wear

-

wore

-

worn

-

dragen (kleding)

 

to weep

-

wept

-

wept

-

wenen (huilen)

 

to win

-

won

-

won

-

winnen

 

to write

-

wrote

-

written

-

schrijven

Oefentoetsen

Wat ben jij goed bezig! Je hebt nu alle lesstof doorlopen, maar voordat je de eindtoets gaat maken is het misschien verstandig om deze oefentoetsen te doen. Dan kun je voor jezelf checken hoeveel je gegroeid bent in vergelijking met de instaptoetsen.

Uitleg - Samenvatting

Oefentoets - Present Simple

Oefentoets - Present Continuous

Oefentoets - Past Simple

Oefentoets - Present Perfect

Eindtoets

Wauw! Je bent al bij de Eindtoets gekomen, wat goed van je! Hiermee kun je dit arrangement afsluiten want dit is het laatste onderdeel wat je hier maakt. Ik duim voor je dus zet 'm op, kanjer!

Dit zijn de leerdoelen die terugkomen:

 

  • Je kent de regels van de Present Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Present Continuous en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Past Simple en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de regels van de Present Perfect en kunt deze gebruiken in een zin.
  • Je kent de onregelmatige werkwoorden in het Engels uit je hoofd.
  • Je herkent signaalwoorden en weet daardoor of je de Present Simple, Present Continuous, Past Simple of Present Perfect moet gebruiken in een zin.

 

 

Zodra je klaar bent met de de 'Eindtoets' kun je zien of je nog met een bepaald onderwerp moet oefenen. Check hier het bestand waarmee je kunt kijken wat er dan precies nog niet helemaal goed is gegaan bij het maken van de eindtoets en waarom:

Evaluatie

Je zou mij een enorm plezier doen als je deze korte evaluatie of beoordeling in wilt vullen. Ik wil graag weten of ik jullie op deze manier beter heb kunnen helpen en ik wil het ook weten als er iets is wat ik misschien anders kan doen voor jullie. Alvast ontzettend bedankt!

 

Bronnen

  • “Be going to” - exercises. (z.d.-a). Agendaweb. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/going-to-questions-2
  • “Be going to” - exercises. (z.d.-b). Agendaweb. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/going-to-write-3
  • CH Luijendijk. (2021a, januari 13). Welkom op Wikiwijs! [Video]. YouTube. https://youtu.be/fyHYrjbIZjs
  • CH Luijendijk. (2021b, januari 15). YouTube [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=esfXIiA9bcI&feature=youtu.be
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Alex schonewille. (z.d.). Past Continuous - oefening. Digischool. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van http://static.digischool.nl/en/grammatica/pastcont-vraag.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-a). T087 - Present Perfect Tense - Simple Form. English-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t087-present-perfect-tense.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-b). T101 - The Wrong Person. English-grammar. Geraadpleegd op 21 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t101-the-wrong-person.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Klaus Rosmanitz. (z.d.-c). T108 - Present Perfect and Past Tense. English-grammar. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.english-grammar.at/online_exercises/tenses/t108-present-perfect-past.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-a). PAST SIMPLE and PAST CONTINUOUS - Negative sentences. Montsemorales. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PastSimpContSw2-6-2.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-b). THE PAST (Past Simple and Past Continuous) - 1. Montsemorales. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PastSimpContSw2-6-3.htm
  • Created with Hot Potatoes by Half-Baked Software, registered to Montse Morales. (z.d.-c). THE PRESENT PERFECT (1). Montsemorales. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.montsemorales.com/gramatica/PresPerf1.htm
  • Ending -ed in the Simple Past - Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_ed2.htm
  • Engels - Past simple - EngelsAcademie.nl. (2016, 6 februari). [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=zRY7AT_9X7w&feature=emb_imp_woyt
  • Engels - Present continuous - deel 1 - EngelsAcademie.nl. (2015, 2 oktober). [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=UuRFQT5v6mw&feature=emb_imp_woyt
  • Engels - Present Perfect - EngelsAcademie.nl. (2018, 18 februari). [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=GybzGoTc6Dw&feature=emb_imp_woyt
  • English Exercises: Dislike(does not like & do not like). (z.d.). Englishexercises. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.englishexercises.org/makeagame/viewgame.asp?id=4599
  • English Exercises: future be going to. (z.d.). Englishexercises. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://www.englishexercises.org/makeagame/viewgame.asp?id=2792
  • English Grammar: The Present Perfect. (z.d.). English-at-home. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.english-at-home.com/grammar-present-perfect/
  • Forms of irregular verbs in English - Test. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/verbs/index.php
  • GbR, L. (z.d.-a). Exercise on Past Progressive - 04 - English Grammar. Ego4u. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/past-progressive/exercises?04
  • GbR, L. (z.d.-b). Exercise on Present Perfect Simple - 03 - English Grammar. Ego4u. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/present-perfect-simple/exercises?03
  • GbR, L. (z.d.-c). Present Progressive, Exercises on form - form02 :: Form02. Ego4u. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.ego4u.com/en/cram-up/grammar/present-progressive/form/exercises?form02
  • Grammar Practice. (z.d.-a). Spraz-ila. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.spraz-ila.de/grammar/ppspquiz1.htm
  • Grammar Practice. (z.d.-b). Spraz-ila. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.spraz-ila.de/grammar/ppspquiz2.htm
  • Irregular Verbs Exercise 1. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-1.html
  • Irregular Verbs Exercise 2. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-2.html
  • Irregular Verbs Exercise 3. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-3.html
  • Irregular Verbs Exercise 4. (z.d.). Perfect-english-grammar. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.perfect-english-grammar.com/irregular-verbs-exercise-4.html
  • Nardella, R. (z.d.). PRESENT PERFECT - GRAMMATICA INGLESE GRATIS. Nspeak. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://www.nspeak.com/newbasic/grammatica/presperfect.htm
  • Negations in the Simple Present, don’t or doesn’t - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_present_negation2.htm
  • Oxford University Press. (z.d.-a). English Language Teaching | Oxford University Press. English Language Teaching | Oxford University Press. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://elt.oup.com/student/englishfile/beginner/a_grammar/file07/grammar07_b01?cc=global&selLanguage=en
  • Oxford University Press. (z.d.-b). Present Simple | English Language Teaching | Oxford University Press. English Language Teaching | Oxford University Group. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://elt.oup.com/student/project3rdedition/level1/unit6/grammar/exercise2?cc=nl&selLanguage=nl
  • Past Continuous vs Past Simple exercise. (z.d.). Focus.olzstyn. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van http://www.focus.olsztyn.pl/en-exercises-past-continuous-test-2.html
  • Past Progressive Questions - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/questions/past_progressive2.htm
  • Past Simple - forms -ed/-ied. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/past-simple-regular-d-ed-ied.htm
  • Past Simple - regular verbs. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/past-simple-regular
  • Past Simple - Regular verbs. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 27 december 2020, van https://agendaweb.org/verbs/past-simple-regular/index.html
  • Past Simple Past Continuous exercises. (z.d.). Focus.olzstyn. Geraadpleegd op 21 december 2020, van http://www.focus.olsztyn.pl/en-past-simple-past-continuous-exercises.html
  • Pöhland, J. (z.d.). Simple Past or Present Perfect - Exercise. Englisch-Hilfen. Geraadpleegd op 22 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_present_perfect.htm
  • Present Continuous. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://agendaweb.org/verbs/present-continuous/index.html
  • Present Perfect or Simple Past - Online Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 13 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_present_perfect4.htm
  • Present Progressive - Statements - Long forms - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/present_progressive_statements_long2.htm
  • Present Progressive Exercises. (z.d.). Really-learn-english. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://www.really-learn-english.com/present-progressive-exercises.html
  • Present Simple. (z.d.). Elovivo. Geraadpleegd op 24 december 2020, van http://elovivo.com/introenglish/en/intro_english/lessons_wordlist/basic_english_lesson_03/lesson03b_ex.html
  • Present Simple - negative. (z.d.). Agendaweb. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://agendaweb.org/exercises/verbs/present-negative
  • Questions in the Past Progressive - English. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/questions/past_progressive.htm
  • Sentences and questions in the Past Progressive. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/past_progressive_mix.htm
  • Simple Present Tense - Subject Agreement. (z.d.). EFLnet. Geraadpleegd op 24 december 2020, van https://eflnet.com/grammar/presentagreement.php
  • The Ending -ed in the Simple Past in an Online execise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 17 januari 2021, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/simple_past_ed.htm
  • Together we’ve got this. (z.d.). [Illustratie]. Clovis Unified School District. https://www.cusd.com/GalleryImages/Togetherlogo.png
  • Welcome. (z.d.). [Illustratie]. Cise-egypt. https://cise-egypt.com/wp-content/uploads/2019/09/WELCOME-ST-IVES.jpg
  • will-future or going to-future - Exercise. (z.d.). Englisch-hilfen. Geraadpleegd op 23 december 2020, van https://www.englisch-hilfen.de/en/exercises/tenses/will_going_to_future.htm
  • You rock. (z.d.). [Illustratie]. Minilearners. https://www.minilearners.com/wp-content/uploads/2018/02/You-rock.png
  • Het arrangement Digitaal Leermateriaal, trede 15 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Nick Luijendijk Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2021-02-28 19:02:13
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Wat kan ik hier eigenlijk allemaal?
    https://youtu.be/fyHYrjbIZjs
    Video
    Uitleg - Present Simple
    https://youtu.be/_CTlCkHMt7c
    Video
    Uitleg - Present Continuous
    https://youtu.be/UuRFQT5v6mw
    Video
    Uitleg - Past Simple
    https://youtu.be/zRY7AT_9X7w
    Video
    Uitleg - Present Perfect
    https://youtu.be/GybzGoTc6Dw
    Video
    Uitleg - Samenvatting
    https://youtu.be/esfXIiA9bcI
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Past Simple or Present Perfect?

    Past Continuous

    Past Simple or Past Continuous?

    'To be going to' or will?

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.