Opdracht: Beeldspraak - v456

Opdracht: Beeldspraak - v456

Beeldspraak

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je

  • omschrijven wat beeldspraak is.
  • beeldspraak gebruikt als vergelijking herkennen (vergelijking, metafoor en personificatie).
  • beeldspraak gebruikt zonder vergelijking herkennen (metonymia, synesthesie).

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Activiteit

Beeldspraak

Bestudeer de Kennisbank en de voorbeelden. Bekijk de video's over beeldspraak.

★ Aan de slag 1 + 2

Maak de oefeningen over vergelijkingen en soorten beeldspraak.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Samenvattend

Hier vind je de Kennisbank die hoort bij deze opdracht.

Eindopdracht

Maak de toets over beeldspraak.

Extra opdracht

 

Maak de extra opdracht over vergelijkingen.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht staan 3,5 SLU.

Aan de slag

Beeldspraak

Bij beeldspraak wordt iets niet bij naam genoemd, maar aangeduid met een beeld.
Beeldspraak is altijd figuurlijk. Het beeld dat je oproept is niet het letterlijke van wat je bedoelt. Er zijn twee varianten van beeldspraak. De eerste berust op overeenkomst tussen het beeld en dat wat je bedoelt (het object).

Bekijk de voorbeelden.

Voorbeeld 1

"Wat een rund ben ik toch!"
Je bedoelt hier dat je dom bezig bent geweest. De overeenkomst tussen de ‘ik’ en het rund is de domheid.
De andere variant berust op een ander verband dan overeenkomst.


Voorbeeld 2

"De hele bus ging lunchen bij het wegrestaurant aan de A2."
Er is geen overeenkomst, maar een verband tussen voorwerp (bus) en inhoud (de passagiers).


Bekijk de video over beeldspraak.

Lees meer over beeldspraak, de verschillende soorten en voorbeelden in de Kennisbank.

Beeldspraak


Bekijk ook deze video.

★ Aan de slag 1

Een vergelijking is een vorm van beeldspraak.

Maak de twee oefeningen.

★ Aan de slag 2

In de volgende oefening staan een aantal zinnen waarin de beeldspraak vetgedrukt staat.
Maak een keuze tussen: vergelijking, metafoor, personificatie of metonymia.

Afronding

Samenvattend

Hier vind je de Kennisbank die hoort bij deze opdracht.

Beeldspraak

Eindopdracht

Je sluit dit onderdeel af met het maken van een toets.

Extra oefeningen

Veel oefenen helpt.
Maak ook deze twee oefeningen.

Terugkijken

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je (met behulp van voorbeelden) de verschillende vormen van beeldspraak herkennen?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    In de onderbouw is het onderwerp Vergelijkingen al eerder behandeld.
    Wist je er nog veel van? Welke termen waren nieuw voor je?
  • Eindopdracht
    Heb je de toets met vergelijkingen goed gemaakt?
    Was je tevreden met je score?
  • Extra opdracht
    Kende je de meeste vergelijkingen al in de extra oefeningen?
  • Het arrangement Opdracht: Beeldspraak - v456 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2021-05-19 10:49:25
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema Stijlmiddelen en maakt deel uit van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor het vak Nederlands op het vwo456-niveau. Tijdens deze opdracht leer je wat beeldspraak inhoudt. Je leert verschillende vormen van beeldspraak te herkennen, zowel wanneer deze als vergelijking wordt gebruikt (vergelijking, metafoor en personificatie) als wanneer beeldspraak zonder vergelijking wordt ingezet (metonymie, synesthesie). Om de opdracht af te sluiten maak je een toets, daarnaast zijn er extra oefenopgaven beschikbaar. Veel succes!
    Leerniveau
    VWO 6; HAVO 3; VWO 4; VWO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Schrijven; Nederlands; Schrijfvaardigheid; Begrijpen; Interpreteren; Literatuur; Woordgebruik en woordenschat (Nederlands); Lezen van fictionele teksten en literaire teksten (Nederlands); Tekstkenmerken;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    3 uur en 30 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, beeldspraak, metafoor, metonymie, nederlands, personificatie, stercollectie, synesthesie, vergelijking, vwo456

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Nederlands. (2020).

    Beeldspraak - h45

    https://maken.wikiwijs.nl/163713/Beeldspraak___h45