Mediawijsheid MBO

Mediawijsheid MBO

Introductie

De opbouw
In deze reeks van 6 lessen ga je je verdiepen in Mediawijsheid. Er komen verschillende onderwerpen aan bod die belangrijk zijn om mediawijzer te worden. 

De eerste 5 lessen zijn themabijeenkomsten. Deze worden Onderwijs Activiteiten (OA) genoemd. Elke les wordt er een ander thema behandeld. In de zevende les werk je aan de eindopdracht. De eindopdracht komt in je portfolio. Voor deze opdracht ga je laten zien dat je mediawijs bent, dus het is belangrijk dat je na elke les je gemaakte werk bewaart, zodat je dit kan gebruiken voor je eindopdracht. 

Door op de Onderwijs Activiteit te klikken, open je de introductie-pagina van dat thema. In het menu verschijnen dan ook knoppen om naar de theorie van de les te gaan, en naar de opdrachten van de les (als deze er zijn). Deze kan je voorafgaand aan de les al doornemen, maar dit is niet verplicht. 

De eerste 4 lessen hebben theorie. Les 6 is een presentatie die de docent geeft.

Wanneer je een les mist, maak je in ieder geval de laatste opdracht van de les (les 1 t/m 4). Elke opdracht draagt bij aan de eindopdracht, waarbij er gepresenteerd wordt.


Mediawijsheid
Wanneer je mediawijs bent, dan betekent dit dat je kunt reflecteren op media en dat je deze begrijpt. Het gaat echter niet alleen om kennis. Om mediawijs te worden, heb je ook een aantal vaardigheden nodig. Hoe behendig je bent online zou je ook mediawijsheid kunnen noemen. 

De onderstaande video geeft een korte introductie op wat mediawijsheid nou eigenlijk inhoudt. 

 

 

Online en Privacy

Introductie
Deze les bestaat uit 2 onderdelen. Het eerste onderdeel gaat over hoe jij je online gedraagt, en welke regels er gelden op social media zoals Facebook, Twitter, LinkedIn en Instagram. Het tweede onderdeel gaat over privacy. Privacy is meer dan alleen je Facebook afschermen voor onbekenden. 


Doelen
Aan het eind van de les weet je welke social media waarvoor geschikt zijn.
Aan het eind van de les kun je wat vertellen over je eigen social media gebruik.
Aan het eind van de les kun je je mening geven over social media en privacy.
Aan het eind van de les weet je wat je kunt doen om je eigen (online) privacy te waarborgen.

Theorie

1. Online Aanwezigheid
Hoe je online aanwezig bent, zegt vaak veel over hoe je bent als persoon in het echte leven. Het is daarom vaak ook leuk om je ervaringen uit het echte leven online met je vrienden te delen (bijvoorbeeld door middel van Facebook, Instagram of Snapchat). Het is echter zo dat er ook online bepaalde normen en waarden gelden, net zoals in het echte leven. 

Het is echter zo dat wanneer je solliciteert voor een leuke baan, de kans bestaat dat het bedrijf of de instelling je eerst even gaat googlen. Zo kan er van te voren gekeken worden wat voor soort persoon je bent. Staan er op jouw Facebook alleen maar party foto’s, en rare teksten, dan bestaat de kans dat een bedrijf je liever niet uitnodigt. 

Een heel simpel voorbeeld (dat regelmatig voorkomt) is het volgende:
Je hebt geen zin om te werken, en meldt je ziek bij je baas. Dat kan natuurlijk een keer voorkomen. Vervolgens plaats je op Facebook een foto waarop te zien is dat je lekker bent shoppen met een vriend of vriendin. Een collega, die je op Facebook hebt toegevoegd, neemt jouw dienst over, maar ziet dat je helemaal niet ziek bent, en meldt dit bij je baas. (...) De rest kun je waarschijnlijk zelf wel invullen.

Wat betreft je professionaliteit is het dus belangrijk te weten wie wat kan lezen online. Uiteraard mag je op Facebook zeggen wat je wilt, maar het is verstandig te beseffen dat wanneer je je collega’s op Facebook toevoegt, je je niet negatief kan uitlaten over je werk, of kan “spijbelen” en dit delen op Facebook. 

Daarnaast zijn er nog een tal van regels die ook online gelden. Omdat je op het internet heel makkelijk overal op kan reageren, bestaat de kans dat je snel een conflict krijgt. Dit geldt ook voor berichtendiensten, zoals Whatsapp. Whatsapp is echter niet de gangbare plek om een conflict uit te vechten. Dit kan je veel beter “in real life” (irl) doen. Hetzelfde geldt voor het uitmaken van je relatie. Het uitmaken via Whatsapp is niet zo netjes. ;-)


2. Privacy
Waarschijnlijk weet je het wel: "Het is belangrijk om je Facebook af te schermen voor vreemden". Dit heb je misschien al meerdere keren gehoord. Privacy omvat echter meer dan alleen je Facebook afschermen. Social Media platforms zoals Facebook zijn namelijk niet voor niets gratis.

Waneer een dienst gratis is, betaal je vaak niet met geld, maar met je gegevens (data). Facebook is bijvoorbeeld helemaal gratis, maar verdient wel geld (erg veel geld zelfs!). Facebook pakt dit op een slimme manier aan. Alles wat jij post op Facebook, stuurt via Whatsapp (Whatsapp is gekocht door Facebook), of plaatst op Instagram, wordt opgeslagen op een server van Facebook. Op deze manier kan Facebook een duidelijk beeld krijgen wat voor soort persoon je bent. Hierop past Facebook de advertenties aan die je te zien krijgt. 

Probeer het volgende maar eens:

Google maar eens een week lang naar een nieuwe laptop, en plaats op Facebook een bericht dat je op zoek bent naar een nieuwe laptop. Je zult vanzelf een advertentie op Facebook voorbij zien komen van een computerwinkel, of van een laptop reseller. 

Flickr, een online foto platform, pakt het nog erger aan. Het volgende staat op de startpagina van Flickr:


De 1000 Gigabyte die elke gebruiker “gratis” krijgt, is natuurlijk helemaal niet gratis. De ruimte die dit namelijk inneemt op een server, kost geld, en dat geld moet het bedrijf achter Flickr natuurlijk wel verdienen om de ruimte te kunnen bieden. Dit gaat als volgt:

Wanneer je een foto op Flickr zet, dan staat er standaard ingesteld dat iedereen je foto mag gebruiken voor alles, ook voor commerciële doeleinden. Bedrijven weten dit, en betalen Flickr om gemakkelijk te kunnen zoeken tussen alle foto’s in de database. Hier verdient Flickr geld aan, waardoor de gebruiker gratis 1000 GB opslag kan krijgen. De gebruiker plaatst weer meer foto’s, waardoor Flickr weer meer geld verdient. 

Wil je meer weten over privacy, bekijk dan de volgende bronnen:
Artikel van Dimitri Tokmetzis over privacy
https://veiliginternetten.nl/

Opdrachten

Opdracht 1. Google je buurmens (25 minuten)
Vorm tweetallen, en google degene die naast je zit. Je gaat over deze persoon een poster maken, met alles wat je online kan vinden. Dit kan je in Word doen, of met een ander programma. 

Je krijgt 15 minuten de tijd om alles wat je kan vinden presenteerbaar te maken. Na 15 minuten kiest de docent een aantal studenten uit die wat gaan vertellen over een klasgenoot, aan de hand van informatie die gevonden is op Google. 

Denk bij het maken van de poster aan de volgende vragen:
- Staan er dingen online die een potentiële werkgever echt niet mag zien?
- Staan er dingen online die de ouders echt niet mogen zien?
- Zijn privé gegevens, zoals e-mail en telefoonnummer, online te vinden?

De docent bepaald, afhankelijk van de tijd, hoeveel studenten er presenteren. Na de presentaties bespreekt de docent kort met de klas het resultaat.


Opdracht 2. De kleine lettertjes (20 minuten)
Vorm groepjes van ongeveer 5 studenten. Samen met je groepje ga je kijken naar wat de privacy regels zijn van bepaalde online diensten. Ook praten jullie over dingen die mogelijk fout kunnen gaan. Daarnaast bekijken jullie ook de website https://veiliginternetten.nl/

Na 15 minuten bespreekt de docent klassikaal jullie bevindingen. Het is belangrijk dat je hierbij duidelijk je eigen mening kan verwoorden. Om dit goed te kunnen doen, is het handig dat je een discussie voert in je groepje ter voorbereiding.


Opdracht 3. Portfolio opdracht (10 minuten)
Maak individueel een lijst met Do's and Don't's. In deze lijst laat je zien wat wel online kan, en wat je beter kunt laten. Je laat in ieder geval iets zien over de scheiding van privé en professionaliteit (Bijvoorbeeld Facebook VS. LinkedIn) en geeft naast je lijst in ieder geval een voorbeeld van een iets dat fout kan gaan wanneer er niet aan jouw lijst voldaan wordt (het voorbeeld uit de theorie kan ter inspiratie dienen). 

Toevoegend geef je kort je mening over privacy issues. Hierbij kan je Facebook als voorbeeld gebruiken. Geef in ieder geval antwoord op de volgende vragen:
Zie jij privacy schending als een probleem? Leg uit waarom.
Heb jij wel eens iets online gezet dat iemand niet had mogen zien, maar wel zag? Geef een toelichting. (mag fictief)

Let op: Deze opdracht moet je bewaren. In de volgende les maak je online een map aan waar je alle portfolio opdrachten opslaat.

Productiviteit en Samenwerken

Introductie
In deze les ga je kijken naar hoe je gemakkelijk digitaal kan werken. Je gaat je verdiepen in de mogelijkheden die diensten als Whatsapp, Facebook, OneDrive, Google Drive, Dropbox etc. bieden. 


Doelen
Aan het eind van de les weet je welke mogelijkheden er zijn om online te werken.
Aan het eind van de les kun je vertellen waarom je een bepaalde tool verkiest boven een ander.
Aan het eind van de les kun je vertellen hoe er volgens jou het best online samengewerkt kan worden.

Theorie

In de vorige les heb je je verdiept in in online gedragsregels, privacy en verschillende social media. Deze les ga je je verdiepen in de mogelijkheden die een aantal van deze social media bieden. Zo kunnen Facebook en Whatsapp ook voor school ingezet worden, zijn er online opslagmogelijkheden zoals OneDrive, Google Drive en Dropbox, en zijn er uiteraard overal alternatieven voor, gebaseerd op persoonlijke voorkeur. 


Facebook
Op Facebook kan je alles delen wat je maar wilt. Je vakantiefoto's, waar je koffie bent wezen drinken, het nieuws dat je geslaagd bent (...), maar het is ook mogelijk om Facebook voor je opleiding te gebruiken. 

Facebook biedt de mogelijkheid een groep aan te maken. Deze groep kan "geheim" gemaakt worden, zodat niemand deze kan vinden, behalve de mensen die in de groep zitten. Hieronder een voorbeeld van een Facebookgroep.



 

Een Facebookgroep biedt de leden de mogelijkheid doelgericht te communiceren. Het handige aan een Facebookgroep is dat er makkelijk te reageren is op specifieke berichten, en dat het gezamenlijke doel de communicatie versterkt. Daarnaast is het ook een prima plek om elkaar te ondersteunen, vragen te stellen, of plannen te maken voor de leden (bijvoorbeeld een klassenactiviteit). 


Whatsapp
Smartphones zijn steeds populairder, en daarmee ook Whatsapp. In Whatsapp kan je ook een groep aanmaken. Deze groep zal wel een wezenlijk verschil hebben in vergelijking met een Facebookgroep. 

Omdat mensen in een Whatsappgroep gebruikelijk direct een melding krijgen op hun mobiel wanneer er een bericht verzonden is binnen de groep, geeft het een gevoel van urgentie. Een voorbeeld waarvoor een Whatsappgroep bijzonder handig is, is bijvoorbeeld wanneer er een roosterwijziging is. Dan is de hele klas namelijk direct op de hoogte (ervan uitgaand dat iedereen regelmatig op zijn/haar mobiel kijkt). 

Telegram
Voorheen was Whatsapp eigendom van een klein bedrijfje. Door het razende succes van de app kregen veel grote bedrijven interesse in de app. In 2014 kocht Facebook Whatsapp. Sindsdien is ook alles dat verzonden wordt via Whatsapp eigendom van Facebook. 

Hoewel Facebook je gegevens goed beschermd tegen hackers, verkoopt Facebook je gegevens vaak wel anoniem door aan adverteerders (zonder je naam).

Voor degenen die zich zorgen maken om privacy, is er voor Whatsapp een erg bruikbaar alternatief; Telegram. Telegram werkt vrijwel hetzelfde als Whatsapp, maar biedt ook de mogelijkheid om met mensen te "appen" op basis van een gebruikersnaam. Als je dus niet iemand je nummer wil geven, kan kan je nog steeds "appen". Daarnaast is er ook de mogelijkheid om een geheime chat te starten, die automatisch verwijderd wordt als het gesprek is afgelopen. 

Het voornaamste verschil tussen Whatsapp en Telegram is dat Telegram privacy hoog in het vaandel heeft staan. Het bedrijf gebruikt je gegevens niet om advertenties te genereren; iets dat Facebook wel doet met je gegevens uit Whatsapp. "Waarom zit niet iedereen op Telegram?" zul je je misschien afvragen. Iedereen heeft Whatsapp, dus je vrienden ook, wat het veel makkelijker maakt om met iedereen contact te maken via Whatsapp, dan met Telegram. 


Drives (werken in de cloud)
Naast social media platforms, zijn er ook online opslagmogelijkheden, waaronder Google Drive, Dropbox en OneDrive. Bij MBO Utrecht gebruiken we OneDrive, wat onderdeel is van Office 365.

Bovengenoemde platforms bieden de mogelijkheid om documenten, foto's, videos, muziek en meer online op te slaan. Daarnaast bieden OneDrive en Google Drive ook de mogelijkheid om documenten online te bewerken. Zo kan je in OneDrive ook nieuwe documenten aanmaken in je online mapjes, waardoor het bureaublad en de programma's zoals Word ineens een heel andere betekenis krijgen. 

Een enorm voordeel aan OneDrive (en andere diensten), is dat je je bestanden niet kwijt kunt raken. Zeker wanneer je een document maakt in Word Online (het programma dat werkt met OneDrive), zul je je bestanden zelden kwijt raken, omdat het programma je bestanden automatisch opslaat, constant. Hierdoor zul je dus nooit je werk kwijtzijn wanneer je computer vastloopt. Daarnaast zorgt het online opslaan van je documenten ervoor dat zelfs wanneer je laptop/tablet kapot gaat, je bestanden nog steeds bewaard blijven. Deze kan je gewoon terug vinden door in te loggen op je OneDrive, vanaf welk apparaat dan ook. 

Hoewel het creëren van bestanden in diensten als OneDrive en Google Drive vrij gemakkelijk gaat, gaat bij veel mensen de voorkeur nog steeds uit naar het offline werken. Het gebeurt nog geregeld dat mensen zich op een plek begeven waar geen wifi is, waardoor clouddiensten niet altijd bereikbaar zijn. 

Mogelijk, wanneer mensen zich altijd op een plek begeven waar internettoegang is, zullen mensen nog meer werken in de cloud. 

Tip: Sla je schoolwerk dus ook op in de cloud (in OneDrive heb je daar genoeg ruimte voor). Zo blijft alles keurig bewaard.

Opdrachten

Opdracht 1. Social media als werkplek (15 minuten)
In groepen van ongeveer 5 ga je een diepere kijk nemen in het werken met Facebookgroepen en Whatsappgroepen. 

Via deze link kom je op een document met 2 tabellen; één voor Facebook en één voor Whatsapp. Je kan het document downloaden via File > Download as, of je kan met je groepje de tabellen namaken. 

Samen met je groepje probeer je in 10 minuten de tabellen zo vol mogelijk te krijgen. Let er wel op dat je uitleg kunt geven bij alles dat je noteert. Na 10 minuten zal de docent elk groepje vragen kort naar voren te komen. Met je groepje presenteren jullie je bevindingen, en proberen jullie kritisch te zijn op de mogelijkheden (kritisch kan ook positief zijn). 


Opdracht 2. One dive (20 minuten)
In duo's neem je een duik in de mogelijkheden die OneDrive biedt. Jullie krijgen hier samen ongeveer 10 minuten de tijd voor. Na 10 minuten bespreekt de docent klassikaal jullie bevindingen. 

Zorg dat jullie in ieder geval de volgende vragen kunnen beantwoorden:
Welke programma's gebruiken jullie nu om documenten te maken?
Wat is het verschil tussen die programma's, en Word Online in OneDrive?
Welke programma's gebruiken jullie nu om presentaties te maken?
Wat is het verschil tussen die programma's, en PowerPoint Online?
Waar gaat jullie voorkeur naar uit? (+ toelichting)
Welke voordelen heeft online werken?
Welke nadelen heeft online werken?


Opdracht 3. Portfolio opdracht (10 minuten)
Je gaat individueel een verslag schrijven. Hierin vermeld je in ieder geval de volgende dingen:
Welke tools gebruik je het liefst voor samenwerken?
Welke tools zou je liever niet gebruiken?
Zou je een Facebookgroep en/of Whatsappgroep met de klas willen maken?
Werk je liever offline of online?

Bij bovengenoemde vragen geef je ook een korte toelichting. Daarnaast lees je de theorie door en schrijf je een korte visie over het onderwerp van deze les. 

Deze opdracht plaats je in je OneDrive. Hier maak je een speciale map aan voor Mediawijsheid in het MBO. Hier plaats je ook de portfolio opdracht van de vorige les, en de komende portfolio opdrachten.

. Presenteren en Tools

Introductie
In deze les ga je je verdiepen in verschillende tools die je kunt gebruiken voor het maken van een presentatie. Er is namelijk veel meer dan PowerPoint en Prezi. 


Doelen
Aan het eind van de les heb je kennis genomen van verschillende tools die je kunt gebruiken voor presenteren.
Aan het eind van de les heb je je verdiept in een tool en kan je vertellen wat deze applicatie uniek maakt.
Aan het eind van de les kan je kritisch vertellen waarom welke tool niet bij je past, en welke wel. 

Theorie

Presenteren is een veelvoorkomend onderdeel van vrijwel elke opleiding. Als toekomstig verzorgende of verpleegkundige is communicatie en presentatie een essentiëel onderdeel van je beroep. Je zal namelijk ook aan je collega's soms wat moeten presenteren. 

                                                                            

Wanneer je gaat presenteren, dan zul je waarschijnlijk snel naar PowerPoint of Prezi grijpen. Deze programma's worden dan ook veel gebruikt op school. PowerPoint wordt het meest gebruik op scholen door heel Nederland. Er zijn echter veel meer tools die je hiervoor kunt gebruiken. Juist door hier afwisseling in aan te brengen, maar je het voor je publiek interessanter om naar je presentatie te luisteren/kijken. 

Naast de verschillende tools zijn er uiteraard meer regels waaraan een goede presentatie moet voldoen. Er zijn er meer, maar dit zijn een aantal belangrijke (met presentatie wordt in deze lijst het visuele aspect bedoeld):
- In een presentatie staan weinig woorden (vrijwel nooit meerdere zinnen achter elkaar).
- Een presentatie voegt toe aan het verhaal dat je te vertellen hebt, dus is niet het belangrijkst.
- Een presentatie is geen spiekbriefje, maar een tool om je publiek te ondersteunen bij het luisteren.
- Een presentatie bevat bij voorkeur afbeeldingen. Het is immers een visueel hulpmiddel.
- Een presentatie volgt een duidelijke structuur, zodat je publiek weet wat er te wachten staat. 


 

Opdrachten

Opdracht 1. Presenteren met nieuwe tools (45 minuten)
De klas wordt in 5 groepen verdeeld. Elk groepje krijgt een tool toegewezen, waarmee zij een presentatie moeten maken. De tools zijn:
- slid.es
- bunkr
- swipe
- smore
- popplet


Met je groep maak je een presentatie over wat Mediawijsheid voor jullie betekent. Dit kan natuurlijk per groepslid verschillen. Je probeert als groep de tool zo effectief mogelijk te gebruiken, om zo aan de rest van de klas ook te laten zien hoe de tool werkt. 

De presentatie moet een duidelijke visie (of meerdere visies) weergeven. Het is dus belangrijk dat je goed nadenkt over verschillende thema's die met mediawijsheid te maken hebben. Hiervoor kan je door de wiki bladeren. 

De tools zijn erg verschillend, wat betekent dat de presentaties die gegeven worden ook erg uiteenlopend zullen zijn wat betreft de vorm. 

Je krijgt 30 minuten de tijd om de presentatie te maken met je groep. Zorg er dus voor dat je veel opschrijft, en veel brainstormt met elkaar. Na een half uur beginnen de presentaties. Dit duurt zo'n 25 minuten.

Na elke presentatie wordt er geïnventariseerd hoe je groep de presentatie tool ervaren heeft. 


Opdracht 2. Portfolio opdracht (15 minuten)
Je hebt nu verschillende visies te horen gekregen, en zelf een visie gevormd over mediawijsheid. Daarnaast heb je verschillende presentatie tools gezien, en hun effectiviteit besproken. 

Je gaat nu invidivueel een verslag schrijven over welke tool je nieuwsgierigheid heeft gewekt (als dit van toepassing is). Misschien blijf je wel PowerPoint gebruiken. Dan schrijf je waarom je hiervoor kiest. Daarnaast schrijf je ook kort een samenvatting van de visies die je vandaag te horen hebt gekregen. 

Het verslag bewaar je in de OneDrive, voor later gebruik. 

De docent zal ter afsluiting van de les een onderwijsleergesprek voeren.

Netwerken en Social Media

Introductie
In deze les ga je een blik werpen op Social Media en je eigen (digitale) netwerk. Je kijkt naar je eigen gedrag online, en reflecteert hierop. Daarnaast denk je na over gedragsregels bij privégebruik van Social Media.


Doelen
Aan het eind van de les heb je verschillende Social Media platformen verkent, en weet je verschillen te benoemen.
Aan het eind van de les heb je verteld over hoe jouw netwerk er uit ziet.
Aan het eind van de les heb je je eigen gedrag op Social Media in kaart gebracht.
Aan het eind van de les kan je kritisch reflecteren op de invloed van moderne Social Media.

Theorie

Eigenlijk heeft iedereen een sociaal netwerk. Een netwerk is namelijk niet meer dan de relaties die jij hebt met andere mensen. Met de één heb je een persoonlijke relatie, met de ander heb je een professionele relatie. Soms is de relatie een mix van beiden, bijvoorbeeld een collega met wie je goed op kan schieten. 

Als we het hebben over netwerken, dan hebben we het over het opbouwen van je netwerk. Dit kan erg handig zijn in heel veel professionele situaties. Als je na je afstuderen opzoek bent naar een baan, dan helpt het als je veel mensen kent die in het werkveld. Zij kunnen je mogelijk aanbevelen, of helpen met solliciteren. 


Netwerken doe je ook op Social Media (Facebook, Twitter, Instagram). Eigenlijk draagt alles wat je doet bij aan je sociale netwerk. Op deze platformen gedraagt iedereen zich anders. Jij zal je ongetwijfeld anders gedragen dan je klasgenoten. De docent gaat met jullie hierover het gesprek aan, en vertelt wat over zijn/haar sociale netwerk.

Opdrachten

Opdracht 1. Je netwerk in beeld (20 minuten) 
Individueel maak je een Popplet, waarin je je netwerk visualiseert. Je maakt inzichtelijk wie er dichtbij je staat, en wie verder weg. Ook laat je zien welke Social Media je hiervoor gebruikt. Gelden er voor verschillende contacten, verschillende gedragsregels? Dan probeer je dit ook te visualiseren. Voor de voorbereiding krijg je ongeveer 15 minuten de tijd. Na dit kwartier ga je in groepen van 4 zitten en bespreek je je Popplet in het groepje.


Opdracht 2. Wat heb ik te bieden? (15 minuten)
In een netwerk valt niet alleen wat te halen. Als je een netwerk goed wilt onderhouden, dan moet je ook wat te bieden hebben. 

Individueel bereid je een elevator pitch voor. Dit is een presentatie van ongeveer 30 seconden. In deze 30 seconden ga jij de klas vertellen wat jij te bieden hebt. Je krijgt 5 minuten om de speech voor te bereiden. Daarna gaat iedereen klassikaal presenteren.


Opdracht 3. Portfolio opdracht (15 minuten)
Je hebt je verdiept in je sociale netwerk, en hoe je kan investeren in je sociale netwerk. Hiervoor gebruiken de meeste mensen ook Social Media. Je hebt het thema 'Social Media' ook besproken in de klas. 

Je gaat nu een tekst schrijven over de rol van Social Media in onze maatschappij. Je zoekt informatie online over Social Media, en schrijft op hoe jij Social Media ziet in jouw leven, en het leven van anderen.

Worden we er socialer van, of juist asocialer?
Zijn we verslaafd aan onze telefoon?
Is netwerken makkelijker geworden?

De tekst die je schrijft, sla je op in je OneDrive.

Online omgangsvormen

De Invloed van Media

Introductie
In deze les denk je na over de invloed van de media op je gedrag, en wat dat betekent voor onze maatschappij. Ook wordt er kort samengevat wat er de afgelopen lessen besproken is.


Doelen
Aan het eind van de les kun je antwoord geven op de vraag: "Hoe beïnvloed de media mij?"
Aan het eind van de les heb je geflecteerd op de afgelopen lessen.

Presentatie Thema Media

Eindopdracht

In groepjes van 3 ga je een presentatie maken. De docent maakt deze groepjes.

Je gaat met je groepje een presentatie geven over Mediawijsheid. Omdat dit een breed onderwerp is, kun je kiezen over welk specifiek thema/onderwerp je het gaat hebben.

Je krijgt 20 minuten de tijd om een presentatie te maken. Dit is vrij kort, je moet dus snel gaan nadenken met je groepje over het onderwerp van jullie presentatie, en wat jullie willen vertellen.

De presentaties moeten zo'n 6 minuten duren. In de presentatie laat je in ieder geval zien wat Mediawijsheid voor jullie betekent.

Elke presentatie wordt nabesproken door de docent.

Ter afsluiting wordt de lessenserie Mediawijsheid kort geëvalueerd.

  • Het arrangement Mediawijsheid MBO is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Het Perron
    Laatst gewijzigd
    2020-12-17 11:05:43
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Aangepast voor Het Perron Veenendaal Lessen voor het MBO
    Leerniveau
    MBO, Niveau 2: Basisberoepsopleiding; VSO;
    Leerinhoud en doelen
    Computervaardigheden/ICT;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Presentatie Thema Media
    https://docs.google.com/presentation/d/1TboY-HrYYTm4PerN2QQqDRk_d9bvBp6e1B2FTv9gCTw/edit?usp=sharing
    Link
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.