Je maakt op basis van het project van vorig jaar een verdiepende opdracht. Je uitgangspunt is de instelling van vorig jaar. Onderstaande onderwerpen zullen deze periode aan de orden komen tijdens de lessen en de kennis kun je gebruiken voor het uitwerking van de verschillende deelproducten. De producten die je inlevert gaan vooral over het voortraject in de hulpverlening. Hoe en door wie wordt een client bij jullie in de instelling geplaatst.
Onderwerpen die aan bod komen en waar jullie onderzoek naar zullen moeten doen zijn:
Visie/Missie van de organisatie
Expertise van de organisatie
Financiering
Begeleidingsmethodieken
Begeleidingsdoelen
Psychische aandoeningen
Werkwijze start project
Werkvorm: presenteer in de eerste les aan elkaar nogmaals het project die je voor de zomer hebt ontwikkeld. Bepaal nu met elkaar welke instelling je het meeste aanspreekt. Op basis van voorkeuren worden de groepen door de docent ingedeeld. Jullie werken aan de hand van de onderstaande criteria deze periode aan de verdieping van het project.
Aan het einde van de periode lever je een wegwijzer in met daarin onderstaande deelproducten. Een aantal thema’s zullen in de lessen (deels online) behandeld worden.
Tijdens het online moment is er een docent beschikbaar voor vragen, zie daarvoor het rooster. Maak hier gebruik van!
Samenwerking en reflectie
Daarnaast maak je goede afspraken over de samenwerking. Dit doe je in de projectgroep. Individueel formuleer je leervragen. Een leervraag gaat in ieder geval over jouw rol in de samenwerking. Benoem in het verslag ook hoe je van plan bent aan je leervragen te werken. Deze verslagen lever je in lesweek 3 in.
Aan het einde reflecteer je gezamenlijk op de samenwerking en maken jullie hier een verslag van. En individueel maak je een reflectieverslag met daarin een uitgebreide reflectie op jouw leervragen.
Mogelijke leervragen/verdiepingsonderwerpen kunnen zijn:
Hoe begeleid ik mijn (project)doelgroep?
Hoe begeleid ik bij veranderprocessen?
Wat zijn passende begeleidingsmethodieken bij mijn doelgroep?
Project laten aansluiten bij de organisaties die de studenten gemaakt hebben in periode 8?
Koppeling met WMO maken.
Waar komen financiën voor de werknemers vandaan?
CAO uitzoeken en contact opnemen FNV/CNV hoe dit werk. Welke CAO geldt voor de werknemers?
Deelproducten
Onderstaand de producten die deel uitmaken van jullie eindproduct.
Deelproduct 1: Signaleringsschema
Wanneer een inwoner zich meldt bij het WMO-loket, kan dit voor uiteenlopende ondersteuningsvragenzijn. Als medewerker is het belangrijk om de aanwezigheid van een psychische aandoening te herkennen, zodat de ondersteuning past bij de situatie van de inwoner. Is behandeling bijvoorbeeld niet de eerste stap die gezet dient te worden alvorens ondersteuning vanuit de gemeente in te zetten?
En ligt een psychische aandoening wellicht ten grondslag aan de problemen die een inwoner
presenteert? Je maakt een signaleringsschema voor psychische aandoeningen. Neem de volgende
punten in acht:
• Voor een medewerker bij het WMO-loket moet duidelijk worden, na het lezen van dit
signaleringsschema, of er al dan niet aanwijzingen zijn voor een psychische aandoening bij de
inwoner die zich meldt bij het WMO-loket.
• Je maakt een algemeen schema voor alle psychische stoornissen tezamen. Je spitst je dus niet toe
op iedere stoornis afzonderlijk.
• Neem aspecten zoals ‘algemene indruk’, ‘het gedrag tijdens het gesprek’, ‘de cognitie’ en dergelijke
op in je schema.
Deelproduct 2: Invulformulier
Wanneer er daadwerkelijk sprake blijkt te zijn van een psychische aandoening, al bekend doordat de
inwoner reeds in behandeling is of door signalering, brengt een medewerker de problemen en
ondersteuningsbehoeften in kaart. Maak een lay-out voor een invulformulier dat een medewerker
van het WMO-loket kan invullen en waardoor de volgende zaken verduidelijkt worden:
• verheldering van de problematiek
• verheldering van de aanwezige psychische problematiek
• inventarisatie van de wensen en behoeften van de inwoner
• specifieke mogelijkheden en beperkingen van de inwoner
• ondersteuningsbehoeften en mogelijkheden
• of er eventueel sprake is van urgentie
• of de inwoner onder behandeling staat.
Deelproduct 3: Video voorbeeldcasus
Om de medewerkers bij het WMO-loket een voorbeeld te geven van hoe zij om kunnen gaan met een
inwoner met een psychische aandoening, maak je een video van een voorbeeldcasus. Maak een
filmpje waarbij het invulformulier van deelproduct twee wordt ingevuld. Eén student speelt de
inwoner van de gemeente met een psychische aandoening en een andere student speelt de consulent
van het WMO-loket. De nadruk ligt hierbij op de beroepshouding van de consulent. Op welke manier
verwerft de consulent de benodigde informatie?
Deelproduct 4: Checklist beschermd wonen
Elke medewerker bij een WMO-loket moet in staat zijn een eerste beoordeling te kunnen geven ten
aanzien van beschermd wonen. Vraag is hierbij: Komt de inwoner in aanmerking voor lokale
ondersteuning of is hij gebaat bij het verblijf in een beschermde woonvorm? Voordat de medewerker
van het WMO-loket de inwoner doorstuurt naar beschermd wonen, loopt hij dus eerst een checklist
door. Stel deze checklist op.
Deelproduct 4: Checklist beschermd wonen
Elke medewerker bij een WMO-loket moet in staat zijn een eerste beoordeling te kunnen geven ten
aanzien van beschermd wonen. Vraag is hierbij: Komt de inwoner in aanmerking voor lokale
ondersteuning of is hij gebaat bij het verblijf in een beschermde woonvorm? Voordat de medewerker
van het WMO-loket de inwoner doorstuurt naar beschermd wonen, loopt hij dus eerst een checklist
door. Stel deze checklist op.
Deelproduct 5: Organisatiebeschrijving
Verbeter of herschrijf het projectplan van vorig jaar. Vul aan met bovenstaande deelproducten. Maar werk de visie en missie en het organisatieplan beter uit. Zorg ervoor dat het voor een WMO medewerker duidelijk is welke client, met welke indicatie naar jullie kan worden doorverwijzen.
Deelproduct 6: De reflectieverslagen
Reflectieverslagen van de samenwerking in het projectteam en je individuele reflectieverslag op je leervragen
Heel veel succes!
Team Cohort 18
Opdracht les 1 WMO
Product 1: WMO op stage
Vraag op stage na op welke manier er gebruik gemaakt wordt van de WMO. Maak een kopie van lege aanvraagformulieren WMO en voeg deze toe aan je verslag incl. uitleg over deze formulieren.
Product 2: Signaleringsschema
Wanneer een inwoner zich meldt bij het Wmo-loket, kan dit voor uiteenlopende ondersteuningsvragen zijn. Als medewerker is het belangrijk om de aanwezigheid van een psychische aandoening te herkennen, zodat de ondersteuning past bij de situatie van de inwoner. Is behandeling bijvoorbeeld niet de eerste stap die gezet dient te worden alvorens ondersteuning vanuit de gemeente in te zetten? En ligt een psychische aandoening wellicht ten grondslag aan de problemen die een inwoner presenteert? Je maakt een signaleringsschema voor psychische aandoeningen, probeer dit te koppelen aan je eigen organisatie.
Neem de volgende punten in acht:
• Voor een medewerker bij het Wmo-loket moet duidelijk worden, na het lezen van dit signaleringsschema, of er al dan niet aanwijzingen zijn voor een psychische aandoening bij de inwoner die zich meldt bij het Wmo-loket.
• Je maakt een algemeen schema voor alle psychische stoornissen tezamen. Je spitst je dus niet toe op iedere stoornis afzonderlijk.
• Neem aspecten zoals ‘algemene indruk’, ‘het gedrag tijdens het gesprek’, ‘de cognitie’ en dergelijke op in je schema.
Product 3: Invulformulier
Wanneer er daadwerkelijk sprake blijkt te zijn van een psychische aandoening, al bekend doordat de inwoner reeds in behandeling is of door signalering, brengt een medewerker de problemen en ondersteuningsbehoeften in kaart. Maak een lay-out voor een invulformulier dat een medewerker van het Wmo-loket kan invullen en waardoor de volgende zaken verduidelijkt worden:
• verheldering van de problematiek
• verheldering van de aanwezige psychische problematiek
• inventarisatie van de wensen en behoeften van de inwoner
• specifieke mogelijkheden en beperkingen van de inwoner
• ondersteuningsbehoeften en mogelijkheden
• of er eventueel sprake is van urgentie en waarom
• of de inwoner onder behandeling staat.