Assenstelsels & Grafieken

Assenstelsels & Grafieken

Welkom

Op deze site ga je herhalen wat je de afgelopen weken hebt geleerd. Hiermee ga je jezelf zo goed mogelijk voor te bereiden op de SO die we binnenkort gaan maken. De SO gaat over paragraaf 1 t/m 3 van hoofdstuk 9, grafieken en vergelijkingen

Hoe ga je te werk? Aan de linkerkant van je scherm heb je verschillende kopjes waar de paragrafen staan. Deze kopjes zijn vervolgens weer ingedeeld in theorie en oefeningen. Je begint bij het eerste kopje met de uitleg en daarna ga je oefenen. Dit doe je ook bij de andere kopjes.
Als je een bepaald kopje al goed beheerst mag je deze overslaan en kun je bijvoorbeeld meer tijd besteden aan een kopje wat je nog wat lastig vind. Als je uiteindelijk alles goed beheerst, dan mag je de eindtoets maken, deze is goed te vergelijken met de SO die je krijgt.
Als je de eintoets al gemaakt hebt en je hebt een goed resultaat behaald, dan kun verder met de extra opdracht.

Wat heb je nodig? Om aan de slag te kunnen heb je deze Wikiwijs en eventueel een rekenmachine nodig. Als je het fijn vind mag je tijdens de oefeningen je boek erbij houden, maar let er wel op dat dit bij de so natuurlijk niet mag. Je mag ook pen en papier erbij houden als je dit fijn vind.

Je mag uiteraard vragen stellen aan de leraar en af en toe stilletjes overleggen met je buurman/buurvrouw.

Succes met het oefenen en het voorbereiden op de SO!

 

De lesdoelen

Bij deze lessen horen natuurlijk ook een aantal lesdoelen. De doelen van deze les zijn : 

  • Je kent de begrippen; coördinaten, assenstelsel, oorsprong, horizontale as, verticale as en scheurlijn.
  • Je kan coördinaten aflezen en tekenen in een grafiek volgens de haaknotatie.
  • Je kent de opbouw van bijzondere formules en herkent deze in grafieken.
  • Je kan een assenstelsel tekenen voor een grafiek.
  • Je kan som- en verschilformules opstellen en tekenen.

 

Voorkennis

Dit is de voorkennis, als je dit al goed beheerst, mag je het overslaan en kun je beginnen aan de andere kopjes. 

Op deze pagina wordt de theorie over de voorkennis nog kort even behandeld in een kennisclip. 
Deze kennisclip kun je vinden onder het kopje 'uitleg - assenstelsels', dit is ook gelijk al de eerste oefening. Probeer de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden, dit kun je doen door tijdens de kennisclip goed op te letten.

Lukt het nog niet helemaal, dan kun je door op "rewatch" de klikken nog even terugspoelen om het opnieuw te bekijken.

Onder het kopje 'Coördinaten van een punt' kun je nog extra oefenen met het bepalen van verschillende coördinaten in een assenstelsel. 

 

Uitleg assenstelsels

Voorkennis uitleg

Coördinaten van een punt

Door op de onderstaande linkt te klikken kun je aan de slag met de oefening. Hierbij kun je zien wat er gebeurdt met de positie van een punt als je de coördinaten verandert. 

Oefening coördinaten van een punt

Paragraaf 1

Hoofdstuk 9 paragraaf 1

 

Paragraaf 1 gaat over assenstelsels en grafieken. In de kennisclip onder het kopje 'uitleg assenstelsels' wordt de theorie van deze paragraaf uitgelegd. Nadat je deze kennisclip hebt bekeken, kun je oefenen onder het kopje 'assenstelsels herkennen'. Een oefening om coördinaten in een assenstelsel te herkennen staat onder het kopje 'coördinaten herkennen'.Onder het kopje 'assenstelsel tekenen' kun je een stappenplan vinden over hoe je dit moet aan pakken.

Als je nog extra uitleg wilt, kun je de kennisclip bekijken waarin opgave 13 uit het boek nogmaals besproken en uitgelegd wordt.

Uitleg assenstelsels

Uitleg paragraaf 1 - assenstelsels

Assenstelsels herkennen

Hier kun je op verschillende manieren oefenen met het herkennen van kenmerken in een assenstelsel. Linksonder in het hoekje kun je kiezen voor verschillende leermethoden, kies uit welke methode jou het leukst lijkt en ga aan de slag met de opdrachten, succes!

Assenstelsels herkennen

Coördinaten herkennen

Als je coördinaten al goed kan aflezen en tekenen in de assenstelsel, mag je deze opdracht overslaan en kun je verder met het volgende kopje. 

Door op de onderstaande linkt te klikken kun je aan de slag met de oefening. Hierbij kun je door de opdrachten te maken beter herkennen hoe de coördinaten in elkaar zitten.

 

oefening coördinaten herkennen

Assenstelsels tekenen

Als je al goed weet welke stappen je moet nemen om een assenstelsel te tekenen, mag je dit stukje overslaan en kun je verder met het volgende kopje.

Op deze pagina volgt een stappenplan die je handig kunt gebruiken bij het tekenen van een assenstelsel voor een grafiek.

Zoals we hebben geleerd tekenen we grafieken in een assenstelsel. Het assenstelsel is niet altijd gegeven, dus je moet je die af en toe zelf gaan tekenen. De volgende 3 punten zijn daarbij erg belangrijk.

1. De variabele voor het = teken hoort bij de verticale as.

2. De informatie over hoe ver de assen moeten gaan, kun je halen uit de gegevens, de vraag en de formule.

3. Maak de assen in je schrift of op je blad niet langer dan ongeveer 10 cm. Je kunt je stapgrootte daar aan aanpassen.

Stappenplan met behulp van een voorbeeld
Stappenplan met behulp van een voorbeeld

Extra uitleg

De kennisclip hieronder dient als extra uitleg van paragraaf 1. Als je paragraaf 1 nog lastig vind kun je deze kennisclip bekijken die waarin opgave 13 van paragraaf 1 uit jullie boek wordt besproken.

 

Paragraaf 1 opgave 13

Paragraaf 2

Hoofdstuk 9 paragraaf 1

 

Paragraaf 2 gaat over  bijzondere formules en grafieken. In de kennisclip onder het kopje 'uitleg bijzondere forumules' wordt de theorie van deze paragraaf uitgelegd, daar onder volgt nog extra theorie. Nadat je deze kennisclip hebt bekeken, kun je oefenen onder het kopje 'bijzondere formules'.

Uitleg bijzondere formules

Uitleg paragraaf 2 - bijzondere grafieken

Tot nu toe hebben we het gehad over formules met een vast getal en twee variabelen. Het kan ook zo zijn dat er éém variabele is en een vast getal.

  • Bij een horizontale lijn is de y-coördinaat steeds hetzelfde getal.
    Het maakt hier dus niet uit welke waarde x aanneemt, want y blijft gelijk.
    Voorbeeld van deze grafiek is y = 6.
  • Bij een verticale lijn is de x-coördinaat steeds hetzelfde getal.
    Het maakt hier dus niet uit welke waarde y aanneemt, want x blijft gelijk.
    Voorbeeld van deze grafiek is x = -3

Deze grafieken noemen we bijzondere grafieken.

  • De grafiek y = x is ook een bijzondere grafiek,omdat de x-coördinaat steeds hetzelfde is als de y-coördinaat.
    Deze grafiek gaat bijvoorbeeld door de punten (0, 0), (1, 1), (25, 25) etc.

Oefening bijzondere formules

Oefening: Bijzondere grafieken

Start

paragraaf 3

Deze paragraaf gaat over som- en verschilformules, hier wordt de theorie over paragraaf 3 behandeld in een kennisclip.
Deze kennisclip kun je vinden onder het kopje 'uitleg som- en verschilformules', dit is ook gelijk al de eerste oefening. Probeer de vragen zo goed mogelijk te beantwoorden, dit kun je doen door tijdens de kennisclip goed op te letten.

Lukt het nog niet helemaal, dan kun je door op "rewatch" de klikken nog even terugspoelen om het opnieuw te bekijken.

uitleg som- en verschilformules

Uitleg paragraaf 3 - som- en verschilformules

Eindtoets

Eindtoets

Extra opdracht

Dit is een extra opdracht voor als je al snel klaar bent met het oefenen van de opdrachten en/of als je het al goed beheerst. Je maakt de opdrachten op papier en kan dit aan het einde van de les inleveren bij de docent of je mailt foto's van je antwoorden.

Wat heb je nodig? Je hebt pen, papier, rekenmachine, geodriehoek en potlood nodig om deze extra te kunnen maken.

 

Opgave Kaarsen

Thomas heeft twee kaarsen die allebei verschillen van lengte, geur en kleur.
Hij steekt een roze kaars van 27,5 cm aan.
De formule die hoort bij het afbranden van deze kaars is: Lroze = 27,5 - 4,5t

Hij steekt ook de blauwe kaars van 35 cm aan.
De formule die hoort bij het afbranden van deze kaars is: Lblauw = 35 -5t

In beide formules is t : tijd in uren en L : lengte in cm

Opdracht 1: teken de grafieken van beide formules in één assenstelsel. Je moet zelf bedenken welke getallen bij de assen staan.

Opdracht 2: na hoeveel uur is de eerste kaars opgebrand? en de tweede?

Opdracht 3: Bereken de verschilformule van de langste kaars - de kortste kaars. Teken de grafiek hiervan in de assenstelsel.

Opdracht 4: vul t=3 in, in de verschilformule. Wat betekent de uitkomst?