8. Voorbeelden van Street Law lessen van VU-studenten
In dit hoofdstuk laten we vijf lesplannen zien die VU-studenten hebben gemaakt en uitgevoerd. De lessen zijn op verschillende scholen gegeven. Zij bevatten verschillende focusers en werkvormen. Via een link zijn de volledige lesplannen te downloaden.
8.1 Moot Court: Deventer Moordzaak (4 HAVO)
Lesplan: Suhaila Ahmadkhan, Lisa Capel,Yemaro Hoogdorp
Op het Hervormd Lyceum West hebben de VU-studenten twee lessen gegeven over de Deventer Moordzaak. De lesdoelen van de eerste les waren als volgt. De leerlingen kunnen aan het eind van de les:
Uitleggen wat de rollen van de verschillende procespartijen zijn (advocaat, officier van justitie, rechter);
Vertellen waar de Deventer moordzaak over gaat;
Feiten juit de zaak koppelen aan de verschillende procespartijen (advocaat, officier van justitie, rechter);
Bewijs uit een strafzaak waarderen.
De les begon met een focuser waarin de leerlingen een spelletje deden (in tweetallen om de beurt tot drie tellen en geleidelijk de cijfers vervangen door de woorden 'moord', 'mes' en 'Deventer'. Vervolgens luisterden de leerlingen gezamenlijk naar een podcast over de Deventer Moordzaak.
De VU-studenten deelden de leerlingen in, in verschillende groepjes die allemaal een procespartij (advocaat, officier van justitie en rechter) vertegenwoordigden. Aan de hand van poster waar teksten op stonden die bij verschillende procespartijen hoorden, dachten de leerlingen na over de taken van deze procespartijen. De bevindingen van de leerlingen werden klassikaal besproken.
Daarna kregen de leeringen een A4 met de feiten van de Deventer moordzaak. De leerlingen moesten feiten onderstrepen die zij vanuit hun positie als advocaat, officier of rechter belangrijk vonden en waarom. De verschillende groepjes presenteerden hun bevindingen voor de klas.
Aan het slot van de eerste les dachten de leerlingen na over de vraag wie zij schuldig achten aan de moord.
Voor de tweede les golden dezelde vier leerdoelen als in de eerste les en werd er nog een vijfde leerdoel toegevoegd. De leerlingen kunnen na de les:
Uitleggen hoe het er in een rechtbank aan toe gaat.
De les startte met een quiz waarin de opgedane kennis uit de eerste les werd teruggehaald. Vervolgens gingen de leerlingen in hun groepjes langs poster met bewijs die aan de muren hingen. Op een formulier moesten de leerlingen aangeven of het bewijs van belang was voor de procespartij die zij vertegenwoordigden of niet en waarom. Vervolgens kozen de leerlingen welke argumenten zij wilden gaan gebruiken tijdens de daarop volgende moot court.
In verschillende rondes werd een rechtbank nagespeeld, waarbij steeds een advocaat, officier en rechter tegenover elkaar stonden en argumenten over één specifiek bewijsstuk naar voren brachten.
De VU-studenten sloten de les af met een terugkoppeling naar de echte zaak: hoe staat de zaak er nu voor?
Video nieuw bewijs in Deventer moordzaak (niet gebruikt tijdens de les)
8.2 Moot Court: Fictieve Moordzaak (4 VWO)
Deze moot court les is gegeven aan een 4 VWO klas op het Hervormd Lyceum West gedurende twee lesuren in twee opvolgende weken.
Het onderwerp was een fictieve moordzaak, waarin Laura werd vermoord en Adrian de enige verdachte is. De vraag is of bewezen kan worden dat Adrian Laura heeft vermoord.
De leerdoelen van voor beide lesse waren als volgt: De leerlingen kunnen na de les:
Bewijs waarderen: beargumenteren waarom het bewijs in het voordeel of in het nadeel van de verdachte uitwerkt;
Overtuigend argumenteren;
Uitleggen hoe een strafzaak eruitziet: de belangrijkste spelers (rechter, Officier van Justitie, advocaat) en overige spelers (deskundigen, slachtoffers, getuigen);
Beargumenteren waarom iemand veroordeeld of vrijgesproken moet worden aan de hand van bewijsstukken;
Uitleggen hoe een strafzaak eruitziet: de procedure (requisitoir, pleidooi, het laatste woord).
Bij binnenkomst kregen alle leerlingen een naamsticker. De focuser was het spelletje Tik Tak Boem. Voor iedere ronde van het spel stelden de VU-studenten een vraag. Bijvoorbeeld: 'noem iets wat strafbaar is'. De leerlingen zaten in een kring en gooiden een zachte bal naar elkaar. De leerling die de bal kreeg moest zo snel mogelijk een antwoord geven op de vraag en de bal doorgooien naar de volgende leerling die ook weer een antwoord op dezelfde vraag moest geven. Na 30 seconden ging een bom af en was de leerling die de bal in zijn handen had af.
De VU-studenten legden na deze activiteit uit wat de leerlingen in de twee lessen zouden gaan doen. Vervolgens werden alle leerlingen ingedeeld naar rol: rechter, officier van justitie, advocaat, verdachte, getuigen, slachtoffers en deskundigen.Samen met de leerlingen namen de VU-studenten door wat ieders rol en/of functie was.
De studenten vertelden het verhaal van de moordzaak aan de klas aan de hand van plaatjes op een Power Point.
De opdracht werd aan de leerlingen uitgelegd: zij moesten verschillende bewijzen in de moordzaak waarderen. De VU-studenten deden één bewijsstuk samen met de leerlingen.
Daarna ging ieder groepje aan de slag met een eigen dossiertje met verschillende bewijsstukken erin. De VU-studenten schreven van elke leerling op welke rol zij hadden en vroegen studenten naar hun sterkste argument.
Aan het eind van de les was er een moment van reflectie en kondigden de VU-studenten aan wat er in de volgende les zou gebeuren.
De tweede les begon met eenn quiz waarin de kennis die de leerlingen de vorige les hadden opgedaan, werd geactiveerd. Vervolgens kregen de leerlingen nog 10 minuten om de zitting voor te bereiden. De VU-studenten hadden toga's meegenomen en de tafels in het lokaal in rechtbankopstelling gezet. De leerlingen kregen duidelijke instructies op papier hoe de rechtszitting zou verlopen en hoe ze de rechter moesten aanspreken. De leerlingen die rechts waren kregen de regie over de zitting. Om de beurt kwamen de leerlingen aan het woord. De rechters stelden de partijen vragen. De VU-studenten onderbraken soms de zitting even om een vraag te stellen aan leerlingen die op dat moment niet aan het woord waren. De rechters hebben zich na de sluiting van de zitting teruggetrokken en hebben vervolgens uitspraak gedaan.
8.3 Lachgas (MBO)
Deze les is gegeven aan MBO-studenten Geluidstechniek van het Mediacollege Amsterdam. De leerdoelen van de les waren als volgt. Na de Street Law les kunnen de MBO-studenten:
Uitleggen wat de huidige wet- en regelgeving over lachgas inhoudt;
Uitleggen wat de rol van de wetgever is;
Beredeneren of een bepaalde situatie al dan niet verboden zou moeten worden;
Betogen of en zo ja waarom zij vinden dat aan een bepaalde overtreding van een regel prioriteit gegeven moet worden.
De les begon met een focuser, waarbij de MBO-studenten zo snel mogelijk een ballon moesten opblazen. Daarna lichtten de VU-studenten toe wat het onderwerp en de leerdoelen van de les waren. De MBO-studenten kregen vervolgens een filmpje te zien over de lachgaskoning.
Na het filmpje kregen de MBO-studenten een aantal vragen voorgelegd. De VU-studenten lazen de vragen voor en de MBO-studenten liepen naar de linker- of rechterkant van het lokaal, afhankelijk van het antwoord op de vraag:
Aan de MBO-studenten werd gevraagd toe te lichten waarom zij voor een bepaald antwoord hadden gekozen.
De VU-studenten stelden de MBO-studenten algemene vragen over lachgas: wat is het, hoe wordt het gebruikt, wat zijn de effecten en risico's? De MBO-studenten kregen vervolgens nog een fimpje te zien over de risico's van het gebruik van lachgas. Zo kregen de studenten een goed beeld van wat het gebruik van lachgas inhoudt.
Samen met de MBO-studenten keken de VU-studenten naar de huidige wet- en regelgeving over lachgas: uitspraken van de Hoge Raad en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en de tekst van de Warenwet.
.
De MBO-studenten werd in twee groepen verdeeld. De ene groep kreeg de rol van wetgever, de andere groep vertegenwoordigde jongeren (hun eigen perspectief). De VU-studenten hadden aan de muur van het lokaal verschillende situaties opgehangen die de MBO-studenten langs gingen. Per situatie bekeken zij vanuit hun rol of zij vonden of de situatie strafbaar moest zijn of niet. Dit schreven zij op een formulier dat de VU-studenten van tevoren hadden uitgedeeld. De argumenten die de MBO-studenten voor of tegen strafbaarheid hadden bedacht, werden vervolgens klassikaal besproken.
Tot slot werd aan de MBO-studenten nog eens dezelfde stellingen voorgelegd als aan het begin. Zij besproken of zij van mening waren veranderd tijdens de les.
De les eindigde met een korte reflectie.
8.4 Medeplegen, medeplichtigheid en uitlokken (VMBO)
In deze les over medeplegen, medeplichtigheid en uitlokking waren de leerdoelen als volgt. De leerlingen kunnen na deze les:
Het verschil uitleggen tussen medeplegen, medeplichtig, uitlokken
Begrijpen wat de verschillen zijn tussen de gevolgen voor een opdrachtgever en een uitvoerder
In verschillende casus zien wie de uitlokker, medepleger, medeplichtige is van een strafbaar feit
Uitleggen wat medeplegen, medeplichtig en plegen inhoudt en ook de hoogte en verschillen in straffen kennen
Standpunten innemen in casus op basis van eigen mening en op basis van de wet
De les begon met een focuser waarin de VU-studenten verschillende situaties naspeelden en de leerlingen moesten bedenken wie het meeste straf zou krijgen en waarom. Vervolgens discusieerden de leerlingen daarover.
De VU-studenten legden daarna aan de hand van een Power Point in 10 minuten uit wat het verschil is tussen medeplegen, medeplichtigheid en uitlokking. De leerlingen gingen vervolgens zelf aan de slag met een casus. Zij bedachten voor hun casus of er sprake was van medeplegen, medeplichtigheid of uitlokking en waarom. Zij droegen hun betoog voor de klas voor en reageerden op elkaar. Iedere leerling kwam daarbij aan het woord.
De les werd afgesloten met een korte reflectie.
8.5 Kroongetuigen (VMBO)
De leerdoelen van de les waren als volgt. Leerlingen kunnen na de les:
Vertellen wat een kroongetuige is
Een onderscheid maken tussen kroongetuigen in Nederland en Amerika
Hun mening met argumenten onderbouwen
Discussiëren met hun medeleerlingen.
Vertellen wie Nabil B. is.
De focuser in deze les was het spelletje 'moordenaartje'. Een leerling is de politie. Hij/zij gaat de klas uit, terwijl de klas een moordenaar aanwijst. De moordenaar kan door het geven van een knipoog andere leerlingen 'vermoorden'. De politie komt terug in de klas en probeert uit te vinden wie de moordenaar is, voordat alle leerlingen 'vermoord' zijn.
De leerlingen kregen vervolgens een aantal filmpjes van het Jeugdjournaal te zien over liquidaties en kroongetuigen, waarna de VU-studenten het concept kroongetuige hebben uitgelegd.
Hierna werd aan de leerlingen een aantal stellingen voorgelegd over kroongetuigen.
Leerlingen gingen naar links of rechts naar gelang zij het al dan niet eens waren met de stelling. Daarna kregen zij drie minuten om argumenten ter onderbouwing van hun mening te verzinnen. Een van de leerlingen presenteerde de argumenten. Vervolgens gingen leerlingen met elkaar in discussie.
Het arrangement 08. Voorbeelden van lesplannen van VU-studenten is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.