In ieders leven zijn er situaties waarin het tegenzit. Meestal zijn het kleine tegenslagen, die je na een aantal dagen weer vergeten bent. Anders is het wanneer je te maken krijgt met een groot verlies. Een dierbare overlijdt plotseling of je wordt ernstig ziek. Wie dagelijks werkt met mensen, moet weten welke impact een groot verlies op iemand heeft en hoe je het best kunt ondersteunen.
Door het bestuderen van de theorie over rouwverwerking, door in gesprek te gaan met elkaar, door het doen van oefeningen en maken van opdrachten, werken we toe naar het ontwerpen van een begeleidingsinstrument. Dit is ook de eindopdracht.
De digitale licentie van basiszorg Thieme Meulenhoff heb je nodig bij deze lessen
Ik ben mij bewust van de gevoeligheid van het onderwerp rouwverwerking. Ik wil jullie dan ook vragen om met een open en respectvolle houding met elkaar om te gaan.
Les 1 Wat is rouw
1.1 Rouw?
Rouw is de reactie op een groot verlies. Rouw is het proces van aanpassen aan de situatie die ontstaat na verlies. Je kunt rouwen om de dood van een dierbare, maar er zijn veel meer situaties die kunnen leiden tot rouw. Dat kan gaan om het verlies van een dierbare (dus na het overlijden) maar ook om het verlies van fysieke functies en toekomstplannen. In je werk als zorgverlener krijg je te maken met de uitingen van gevoelens die te maken hebben met verlies en rouw bij clienten.
Mensen gaan verschillend om met de verwerking van verlies en zullen dat op verschillende manieren uiten. Je komt mensen tegen die in meer of mindere mate verdrietig en angstig zijn. Sommige mensen zijn bedroefd of voelen zich kwetsbaar. Als de emoties de overhand krijgen kan dat leiden tot uitputting. Dit merk je als mensen erg moe worden of snel geirriteerd zijn. Als mensen de heftige emoties niet goed kunnen hanteren, kan dat leiden tot een depressie of een angststoornis.
Door het verlies verandert het leven van de rouwende. Ze maken een transitie door. Een transitie is een ingrijpende verandering. Een nieuw evenwicht zoeken is noodzakelijk bij een transitie. Rouw raakt iemand niet alleen emotioneel, maar heeft ook impact op iemands lichamelijke en mentale welzijn en heeft invloed op de plek van de persoon in zijn sociale omgeving. Bijvoorbeeld omdat iemand na het overlijden van zijn partner niet langer samen maar alleen woont. Of zoals iemand zei bij de crematie van zijn broer: "Het is net alsof er een aardbeving is geweest en ik opnieuw mijn plek in het leven moet vinden".
Oefening: Oefening 1 Wat kun je verliezen
Oefening: Oefening 1 Wat kun je verliezen
0%
Oefening 1:
Doel: nadenken over wat een mens kan verliezen.
Alles wat je kwijt kunt raken, kan rouw opwekken bij een mens. Van het verliezen van je lievelingsknuffel, horen dat Sinterklaas niet bestaat, verhuizen, echtscheiding tot het verliezen van een dierbare. Er zijn veel verschillende vormen van verlies.
Er wordt een whiteboard met je gedeeld. Schrijf hierop wat je allemaal kunt verliezen
Oefening: Oefening 2 Hoe is het om iets te verliezen wat je dierbaar is
Oefening: Oefening 2 Hoe is het om iets te verliezen wat je dierbaar is
0%
Oefening 2:
Doel: je kunt je inleven in hoe het is om iets te verliezen wat je dierbaar is.
Opdracht: Schrijf op een post-it
Jouw hobby
Jouw beste vriend/vriendin
Een lichaamsdeel waar je bij mee bent
De baan die je graag wilt
Je toekomstdroom.
Ga in tweetallen in gesprek hierover. Stel elkaar de vraag: Als jij ergens afscheid van moest nemen, wat zou het dan zijn? Bespreek met elkaar waarom je hiervoor gekozen hebt. Vouw daarna de briefjes dubbel.
Er wordt wat van jou afgenomen. Je klasgenoot pakt een dubbel gevouwen briefje van je af. Open later het briefje, wat is er van jou afgenomen. Hoe voelt dat?
Algemene Informatie
Titel
Oefening 2 Hoe is het om iets te verliezen wat je dierbaar is
Oefening:Oefening 2 Hoe is het om iets te verliezen wat je dierbaar is
1.2 Verschillende situaties die kunnen leiden tot rouw
- verlies van een dierbare
- verlies van werk
- verlies van je gezondheid
- verlies van een relatie
- verlies van je toekomstbeeld.
Verlies van een dierbare
Het meest ingrijpende verlies is het verlies van een dierbare. Wanneer iemand uit je naaste omgeving overlijdt, verandert je wereld. De ander is er niet meer, maar de wereld draait gewoon door. Dat is moeilijk. Zeker op oudere leeftijd. Ouderen hebben minder sociale contacten en zijn minder mobiel. Wanneer dan een dierbare wegvalt, is er een groete leegte die je niet meer kunt opvullen. De leegte confronteert je ook met de eigen eindigheid. Voor ouderen is het moeilijker om de draad weer op te pakken.
Verlies van werk
Rouw kan ook ontstaan door verlies van werk. Werk is belangrijk voor mensen. Door te werken verdien je geld. Je hebt collega's en hoort bij een groep. Werk geeft je structuur en een doel in je leven. Je verwerft hiermee een bepaald aanzien. Je werk geeft anderen een beeld van wie je bent. Wanneer het werk wegvalt, ontstaat er een leegte. Ineens ziet de dag er heel anders uit. Er is geen vast ritme meeren de contacten met collega's vallen weg. Veel mensen vinden het moeilijk wanner ze hun baan verliezen. Het vaste toekomstbeeld is ineens weg. Er ontstaan zorgen over geld. Wanneer iemand is ontslagen vanwege zijn slechte functioneren, is er ook nog een gevoel van schaamte en schuld.
Verlies van gezondheid
Wanneer je je gezondheid verliest, kan dit leiden tot rouw. Iemand die door een verkeersongeval in een rolstoel belandt, moet hiermee leren omgaan. Ineens is het niet meer mogelijk de trap op te lopen of een winkel binnen te stappen. De wereld staat op zijn kop. Wat altijd zo vanzelfsprekend was, is nu weg. De plannen die er waren, zijn misschien niet meer haalbaar. Verlies van je gezondheid betekent dat je opnieuw je leven moet vormgeven. Dat is moeilijk. Zeker als je merkt dat je omgeving wel doorgaat. Vrienden gaan nog stappen en dansen. Misschien zonder jou. Doordat je niet meer alles kunt, sta je voor je gevoel soms aan de zijllijn. Dat doet pijn.
Verlies van een relatie
Een scheiding heeft een groete impact op mensen. Wie trouwt of een relatie aangaat, wil graag samen oud worden. Dat lukt helaas niet altijd. Als de relatie dan na jaren stopt, brengt dit rouw met zich mee. De hele levenssituatie verandert. Ineens ben je weer single. Vaak leidt een scheiding ook tot een verhuizing en tot een andere financiele situatie. Daarnaast verlies je soms vrienden, omdat die kiezen voor de andere partij. Wie jarenlang verbonden is geweest met een ander, moet na een scheiding ook zichzelf weer vinden. Een scheiding roept vragen op als: "Wie ben ik?", "Wat vind ik belangrijk in mijn leven?", "Hoe wil ik verder".
Verlies van toekomstbeeld
Rouw kan ook ontstaan doordat je toekomstbeeld instort. Iedereen heeft wel een beeld van hoe zijn leven er later uit moet zien. Sommige stellen zich een groot gezin voor met veel kinderen. Wanneer gaandeweg het leven blijkt dat die grote droom niet haalbaar is, kan dat leiden tot rouw. De vrouw die hoort dat ze nooit moeder al worden, moet dit nieuws verwerken. Ineens klopt het plaatje dat ze had van haar toekomst niet meer. Dat is confronterend. Deze vorm van verlies is anders dan voorgaande situaties. Hier raakt degene niet echt iets kwijt. Het gaat hier om het zelfbeeld dat iemand moet bijstellen. En dat kan ook zeer heftig zijn.
Oefening: Oefening 3 Eigen verlies
Oefening: Oefening 3 Eigen verlies
0%
Oefening 3
Doel: Je mag met elkaar delen wat je hebt mee gemaakt. Je mag het ook voor jezelf houden.
Opdracht: Je krijgt een envelop, papier en stiften. Op het papier schrijf je voor jezelf wat je hebt verloren in het leven. Dit briefje stop je in een envelop en plak je dicht. De buitenkant ga je bewerken op de manier waarop jij omgaat met het verlies wat in de envelop zit. Stel jezelf hierbij de vraag: wat ziet de buitenwereld van mijn verlies.
Een rouwproces is heel persoonlijk. Iedereen gaat anders om met rouw. Sommige mensen stoppen hun verdriet weg. Anderen worden juist heel boos of blijven in hun verdriet hangen. Hoewel iedereen anders is, zijn er ook overeenkomsten tussen mensen die rouwen. De meeste mensen doorlopen een aantal fases in hun rouwproces.
Er zijn modellen ontwikkeld die een handvat geven bij het begrijpen van wat er in mensen omgaat bij verlies en rouw. Ze helpen je de reacties van clienten te begrijpen.
1. Rouwtaken model van William Worden
De Amerikaanse psycholoog William Worden gaf rouwenden een meer actieve rol:
Taak 1. De realiteit van het verlies inzien en laten doordringen.
Nabestaanden moeten eerst de werkelijkheid van het verlies erkennen.In het begin is er vaak ontkenning. Daarom is het belangrijk dat mensen afscheid kunnen en mogen nemen.
Taak 2. De pijn en het verdriet doorleven.
Dan moet de nabestaande door de pijn van het verlies. Dit zijn de momenten waarop hij of zij wordt overvallen door hevige emoties. Een luisterend oor, dat deze emoties toelaat, is hierbij het meest helpend.
Taak 3. Het leven aanpassen.
Het leven weer oppakken, ook zonder de overledene. De nabestaande zelf, of eventueel iemand anders, moet een aantal praktische taken overnemen. Het is leren leven met het besef dat je zonder de ander verder moet.
Taak 4. Het verlies een plek geven en het leven opnieuw oppakken.
Je geeft de overledene een emotionele plek. Dit wil niet zeggen dat je de overledene moet vergeten. Wel dat je er weer in slaagt om van het leven te genieten en van mensen en dingen te houden.
2. Het duale model van Margaret Stroebe en Henk Schut
In dit model slingeren rouwenden heen en weer tussen een verliesgerichte en een herstelgerichte kant. Het ene moment zijn ze bezig met het verlies en de met de overledene. Het andere moment worden ze getrokken naar de realiteit van het leven en de toekomst. Vooral wie lang blijft vasthangen in de ene of de andere kant van de slinger, kan bijkomende professionele hulp nodig hebben.
3. Fases van het rouwproces volgens Kubler-Ross
a. Ontkenning:
De eerste reactie op een groot verlies is vaak ontkenning. Je spreekt van ontkenning als iemand het verlies nog niet inziet. Iemand die hoort dat zijn partner plotseling is overleden, kan dit niet direct bevatten. De eerste reactie is dan ook: "Dit is niet waar". De situatie is zo heftig dat het lichaam reageert met een soort verdoving. Je bent in een roes, waarin de ernst van de situatie nog niet doordringt. Zo'n manier beschermt je lichaam je tegen deze pijn. Zo kan langzaam de waarheid bij je binnenkomen.
b. Woede.
Als langzaam duidelijk wordt wat er is gebeurd, volgt de fase van woede. Van woede is sprake als je je afreageert op je omgeving. Een vrouw kan woedend zijn op haar man die haar heeft bedrogen.Of op haar werkgever die haar contract niet verlengt. Hoewel de woede zcih op anderen richt, is het een verwerking van de gebeurtenis. Eigenlijk is de persoon gewoon boos om wat er gebeurd is. Wanneer je mensen begeleidt die rouwen, kan het dus voorkomen dat de persoon boos wordt op jou. Dat is dan niet persoonlijk bedoeld.
c. Onderhandeling (marchanderen)
Als de woede afneemt, volgt de fase van onderhandeling. Dan stelt de rouwende zichzelf nieuwe doelen. Hij zoekt manieren zichzelf af te leiden. Ook is eht een fase waarin de rouwende probeert invloed uit te oefenen op het verlies. Wie hoort dat hij een ernstige ziekte heeft, kan ineens stoppen met roken of gezond gaan eten. Mensen kunen zich ook ineens richten tot hun geloof. Ze beloven dan dat ze een goed mens zullen zijn, als het verlies gecompenseerd wordt. Het gevoel dat het verlies toch nog ergens goed voor is, houdt de rouwende op de been.
d. Verdriet
Als doordringt dat het verlies definitief is, volgt de fase van intens verdriet. Dit is de meest herkenbare fase van rouw. Nu is er ruimte om het gemis onder ogen te zien. De rouwende voelt zich vaak machteloos en somber. Er is niets wat het verlies ongedaan kan maken. De fase van verdriet is bij iedereen anders. Niet iedereen zal het verdriet tonen. Sommige mensen hebben huilbuien. Anderen uiten het niet of huilen als ze alleen zijn. In deze fase kunnen mensen zich ook afsluiten voor anderen. Ze kunnen proberen hun verdriet weg te stoppen, door alcohol of drugs te gebruiken.
e. Acceptatie
Een rouwproces is afgerond als er acceptatie is. Bij acceptatie heeft de rouwende het verlies een plek gegeven in zijn leven. Een man die zijn baan is kwijteraakt, heeft hier vrede mee. Hij durft weer vorouit te kijken en nieuwe plannen te maken. Hij gaat nu op zoek naar een baan die beter bij hem past. Misschien laat hij zich omscholen. Bij acceptatie is het gemis naar de achtergrond verdwenen. De rouwende kan weer verder met zijn leven en pakt de draad weer op.
Afscheid nemen bestaat niet
Les 2 Het rouwproces
2.1 Omgaan met verlies
Iedereen is anders, dus elk rouwproces is uniek. Wanneer je veel met mensen werkt, signaleer je de uitingen en fases van rouw. Soms is iemand erg verward of slaapt hij slecht. Andere mensen trekken zich terug en zijn rusteloos. Het is goed om alert te zijn op signalen van rouw. Verder moet je weten wanneer een rouwproces vastloopt en wat je kunt doen om te ondersteunen.
Rouw uit zich op vele manieren. Iedere persoon is anders en rouwt anders. Er zijn veel soorten reacties op verlies:
- Lichamelijke reacties: Wanneer iemand rouwt, reageert het lichaam hierop. Vaak heeft de rouwende een verminderde eetlust. Het is daarom niet raar als een rouwende opeens gewicht verliest. Hij slaapt slecht en maakt een vermoeide indruk. Ook kan een rouwende klagen over hoofdpijn en spierpijn. Deze lichamelijke reacties zijn in de eerste periode van de rouw heel normaal.
- Emotionele reacties: Wij rouw spelen veel emoties een rol. Naast verdriet, zie je ook vaak angst, machteloofheid of woede. Door het heftige erlies ziet de wereld er ineens anders uit. Voor de rouwende heeft het leven niet veel zin meer. Dat uit zich in neerslachtigheid en somberheid. Vaak trekt een rouwende zich terug in zijn iegen wereld. Doordat hij zich niet begrepen voelt door de omgeving kan hij erg alleen komen te staan. Dan kan leiden tot eenzaamheid en isolement.
- Cognitieve reacties: Rouw heeft invloed op je denkvermogen. Iemand die rouwt, kan zich vaak minder goed concentreren. De rouwende moet steeds aan het verlies denken en is hierdoor snel afgeleid en verward. Op het werk presteert een rouwende dan ook slechter dan normaal. Voor de omgeving is het goed om te weten dat het concentratieverlies na een tijd vanzelf weer overgaat. Geef iemand die rouwt daarom de ruimte het wat rustiger aan te doen. Als het verlies verwerkt is, pakt hij vanzelf de draad weer op.
- Gedragsmatige reacties: Rouw uit zich ook in het gedrag van mensen. Mensen die rouwen, trekken zich vaak terug. Ze verwijden personen of situaties die voor hen confronterend zijn. Ze zijn snel geirriteerd. Elke prikkel uit de omgeving komt veel heftiger binnen dan anders. Zo kan het zijn dat een rouwende de radio te hard vindt staan, terwijl hij hier normaal nooit over klaagde. ook zie je een gebrek aan initiatief. Er is minder energie en de rouwende is lusteloos. Hij voelt zich minder waard. Een ander is juist heel rusteloos. Die is voortdurend op zoek naar iets en kan zijn draai niet vinden. Hij doet dingen die hij nooit heeft gedaan en slaat hierin soms door. Op deze manier probeert hij zijn gevoelens te onderdrukken.
2.2 Herkennen van de verschillende fases
Fase 1: ontkenning
Als een client het bericht krijgt dat hij een levensbedreigende aandoening heeft, kan hij met ongeloof reageren. Is de diagnose wel goed, zijn er geen uitslagen verwisseld? Dat ontkennen heeft een belangrijke functie: op die manier stelt iemand het nog even uit om de harde werkelijkheid echt door te laten dringen. Stukje bij beetje wordt duidelijkd at de uitslagen niet verwisseld zijn en de diagnose klopt, zeker als een second opinion deze bevestigt. BIj een second opinion gaat een andere arts de onderzoeken overdoen om te kijken of de diagnose klopt. Met name als de mededeling onverwacht komt, zal de ontkenning sterk zijn. BIj iedere persoon is de duur van deze fase anders.
Ontkenning bij een client kun je hieraan herkennen:
* De client zegt dat het allemaal wel meevalt en dat het allemaal goed zal komen
* De client gaat naar een andere arts voor een second opinion.
Tips voor de begeleiding:
* Geef de client de ruimte om te ontkennen wat er aan de hand is, en ga er niet tegenin. Als je dat wel doet, zal dit de ontkenning waarschijnlijk versterken.
Casus meneer Hijmen
Meneer Hijmen heeft te horen gekregen dat hij is uitbehandeld. De artsen kunnen niks meer voor hem doen. Elke ochtend als hij wakker wordt, is daar weer de harde werkelijkheid van de boodschap uit het ziekenhuis. Hij kan de boodschap niet aan en daarom roept hij elke morgen: "Dit kan niet, het is niet waar!". Zijn vrouw leest veel op internet over clienten die ook uitbehandeld zijn. Soms zit daar een verhaal tussen van een client die toch als door een wonder herstelde. Aan die verhalen klampen ze zich vast en ze hebben al twee keer gebeld met de huisarts om te vragen of er nog mogelijkheden zijn in Amerika.
Fase 2: woede
Op een gegeven moment worden de feiten en de informatie duidelijk voor de client. Dan kunnen er gevoelens van woede ontstaan. Voor de omgeving is het vaak moeilijk om met deze gevoelens en de bijbehorende uitingen om te gaan. De client verwijt de mensen in zijn omgeving van alles. BIjvoorbeeld dat de artsen laks zijn en eerder in actie hadden moeten komen. Of dat de verzorgenden hun werk niet goed doen. Vaak kan ook de familie niets meer goed doen. Dit trekt een grote wissel op de onderlinge relaties. De woede van de client is niet persoonlijk bedoeld, maar een reactie op het toenemende besef dat er iets aan de hand is.
Woede bij een client kun je hieraan herkennen:
* De client vraagt zich af waarom dit hem moet overkomen
* De client wordt boos om een kleinigheid.
Tips voor de begeleiding:
* Leg aan de client en zijn naasten uit dat woede erbij hoort en dat het een stap is in het geleidelijk aanvaarden vand e situatie.
* Leg uit dat de woede niet gericht is op de persoon, maar op de situatie
* Vat de woede naar jou als zorgverlener niet eprsoonlijk op en ga er niet tegenin.
Vervolg casus meneer Hijmen
Na een aantal dagen begint het besef bij Meneer Hijmen door te dringen. Hij wordt om het minste boos. Als het hem niet lukt om zijn kleren aan te trekken, gooit hij ze met een grote smak op de grond en begint hij te schreeuwen. Zijn vrouw moet het helemaal ontgelden. Meneer Hijmen is boos op haar, omdat ze maar doorgaat met het zoeken naar alternatieven op internet. Het helpt toch allemaal niet.
Fase 3: marchanderen
Marchanderen is een ander woord voor onderhandelen. Mensen in deze fase willen het gevoel hebben iets te kunnen doen. Ze gaan onderhandelen door te denken: "Als ik iets doe, dan kan ik misschien nog wel genezen."Ze gaan bijvoorbeeld alternatieve behandelingen proberen of een bepaald dieet volgen. Je kunt ook denken aan iemand die nog graag de geboorte van een kleinkind wil meemaken. Deze persoon kan denken: "Ik zal goed de behandelingen volgen, zodat ik de geboorte nog kan meemaken. "Mensen onderhandelen in feite in gedachten met zichzelf of (als iemand gelovig is) met God.
Marchanderen kun je hieraan herkennen
* De client is gemotiveerd om dingen te veranderen die bij zijn levensstijl horen
* De client gaat met zichzelf onderhandelen. Hij stelt voor zichzelf een doel, dat hij kan halen asl hij bepaalde dingen doet of juist laat.
Tips voor de begeleiding:
* Respecteer de keuzes van de client om bepaalde dingen te doen of juist te laten om zijn doelen te bereiken.
* In deze fase helpt lotgenotencontact. Stimuleer de client om lotgenoten op te zoeken, bijvoorbeeld via een praatgroep.
Vervolg casus meneer Hijmen
Meneer Hijmen heeft op internet gelezen over een methode waardoor zieke mensen zich beter gaan voelen en soms zelfs genezen. Hij besluit die methode te gaan volgen. Deze bestaat uit een combinatie van koud douchen en ademhalingsoefeningen. Hij gaat hier fanatiek mee aan de slag en gaat zelfs een cursus volgen. Hij heeft tegen zichzelf gezegd dat als hij de hele cursus volgt, hij nog Kerstmis kan vieren voor hij sterft.
Fase 4: verdriet en depressie
Wanneer de client en zijn omgeving gaandeweg tot de ontdekking komen dat ontkennen, boos worden of marchanderen niet helpt, volgt vaak een depressieve fase. Deze fase wordt grotendeels veroorzaakt door de machteloosheid die je als rouwende voelt: er is niets wat je kunt veranderen aan de situatie. De werkelijkheid dringt steeds meer door tot de client en dat maakt dat hij zich verdrietig voelt.
Verdriet en depressie bij een client kun je hieraan herkennen:
* De client wordt stil en praat niet meer over zijn gevoelens, of hij wordt juist heel emotioneel
* De client blijft het liefst hele dag in bed liggen
* De client heeft geen eetlust meer (of eet juist heel veel)
* De client verzorgt zichzelf niet meer goed.
Tips voor de begeleiding:
* Deze periode is zwaar, zowel voor de client als voor zijn omgeving. Let op overbelsting van de sociale omgeving. Neem wat taken van hen over en stimuleer hen om ondersteuning te zoeken. eht is belangrijk dat de sociale omgeving af en toe afstand kan nemen.
* Benoem de gevoelens van de client die je waarneemt. Muziek kan helpen om de gevoelens te verwerken.
Vervolg casus meneer Hijmen
De afgelopen week is meneer Hijmen opeens heel stil. Zijn vrouw wil met hem praten over de situatie, maar daar gaat hij niet op in of hij begint te huilen. Ook het eten smaakt hem de laatste dagen niet meer. Zowel zijn vrouw als de zorgverleners vinden dat hij veranderd si. Hij was de afgelopen weken zo strijdbaar en daar is niks meer van te merken.
Fase 5: aanvaarding
Als de client ryuite geeft aan zijn emoties, zwakken deze op een gegeven moment af. De client kan bijkomen van de moeilijke momenten die hij heeft doorlopen in de vorige fasen. Niet iedereen haalt deze fase. Het verdriet krijgt een plaats en het slechte nieuws wordt aanvaard. De client berust in zijn situatie en gaat zich richten op de dingen en mensen die echt belangrijk voor hem zijn.
Aanvaarding bij een client kun je hieraan herkennen:
* De client praat rustig over zijn situatie
* De client praat over zijn wensen rondom het sterven en de uitvaart.
Tip voor de begeleiding:
* Praat in deze fase met de client over wat hij belangrijk vindt ind e zorg tijdens de laatste levensfase. Dit is een goed moment, omdat de client er nu voor openstaat om hierover na te denken.
Vervolg casus meneer Hijmen
Als de huisarts op bezoek komt, begint meneer Hijmen zelf te praten voer euthanasie. Zijn vrouw is verbaasd dat hij daar nu over begint. Als zij dat eerder ter sprake bracht, kapte hij dat af. Nu praat hij open over zijn euthanasiewens.
2.3 Je houding als begeleider
je krijgt met rouw en verlies te maken bij clienten in de terminale fase, bij clienten die net een naaste hebben verloren en bij clienten die te horen hebben gekrgen dat zij een levensbedreigende aandoening hebben. Wanneer je als zorgverlener betrokken bent bij een client of een omgeving waar sprake is van verlies en rouw, vraagt dat een bepaalde houding van jou als begeleider.
In je houding laat je zien:
- Dat je oprechte belangstelling hebt. Je neemt daar de tijd voor.
- Je luistert naar wat de client je vertelt of vraagt. Pas LSD toe.
- Ondersteun de client bij het uiten van zijn gevoelens.
- Je bent eerlijk en betrouwbaar.
- Je hebt respect voor de manier waarop de client omgaat met zijn ziekte of verlies.
- Je stimuleert de client bij het nemen van zijn eigen beslissingen en ondersteunt hem daarin.
- Je vindt het belangrijk dat de client zo lang mogelijk zelfstandig kan blijven.
Oefening: Oefening 5 Schrijf een advies
Oefening: Oefening 5 Schrijf een advies
0%
Als een client binnenkort zal overlijden, heeft dat grote gevolgen voor de naasten van die client. Ook zij kunnen dan psychische ondersteuning nodig hebben. Welke ondersteuningsbehoefte ze hebben, is afhankelijk van de fase van rouw waarin ze verkeren. Daarnaast heeft natuurlijk ook de client zelf ondersteuning nodig.
Opdracht: Schrijf een advies voor de gewenste begeleiding van een naaste.
- Beschrijf in welke fase van rouw de naaste zit volgens het model van Kubler-Ross
- Beschrijf wat de kenmerken zijn van deze fase van rouw.
- Noem 3 interventies die zorgverleners kunnen doen om de naaste zo goed mogelijk te ondersteunen.
- Zoek op internet 2 geschikte boekjes uit voor Stijn (12 jaar) en Isa (6 jaar) die passen bij hun leeftijd, en gaan over sterven en afscheid nemen.
In sommige gevallen loopt een rouwproces vast. De rouwende blijft dan hangen in het verdriet. Zelfs na een langere tijd is het verdriet nog steeds aanwezig. Het verlies wordt dan nog niet geaccepteerd. Zo kan een weduwe een half jaar na het overlijden van haar man, nog steeds de tafel dekken met een extra bordje. Of de kledingkast van de overledene in tact laten. De rouwende is het liefst bij de spullen van de overledene. Ook kan iemand depressief zijn of het verdriet wegdrinken. Verder zie je vaak dat iemand na een langere tijd nog steeds slecht eet en slecht slaapt. Wanneer het rouwproces stagneert, is professionele ondersteuning nodig. Het is goed om dan een psycholoog in te schakelen.
Vandaag
Les 3 Activiteiten bij rouwverwerking
Activiteiten en rituelen kunnen helpen bij het verwerken van verlies. Het creeren van een plekje waar je de overledene kunt herdenken, is hiervan een mooi voorbeeld. Maak een hoekje of kamertje waar een foto van de overledene staat. Vul de ruimte op met bloemen, vaasjes of persoonlijke spullen van de overledene. Soms helpt het ook als er een boek ligt waarin iedereen iets kan schrijven. Als je werkt met woongroepen waarin iemand is overleden, kun je een gedicht voorlezen dat gaat voer rouw en verlies. Het is een mooie vorm om het verlies bespreekbaar te maken. Ook het kijken naar een bepaalde film of het luisteren naar muziek kan hierbij helpen. Bij kinderen is het goed om een activiteit te ondernemen. Laat samen ballonnen op of laat de kinderen samen een schilderij maken
Oefening: Eindopdracht ontwerpen van een begeleidingsinstrument
Oefening: Eindopdracht ontwerpen van een begeleidingsinstrument
0%
Eindopdracht: ontwerp een begeleidingsinstrument.
Je gaat een begeleidingsinstrument ontwikkelen. Met dit begeleidingsinstrument kun je rouw en verlies bespreekbaar maken met je doelgroep.Hierbij schrijf je een handleiding hoe het instrument gebruikt kan worden.
Oefening:Eindopdracht ontwerpen van een begeleidingsinstrument
Als het leven soms pijn doet
Les 4 De laatste levensfase
De lichamelijke zorg die je een client in zijn laatste levensfase geeft, is er volledig op gericht de client en zijn omgeving zoveel mogelijk comfort te bieden.
Pijn
Veel mensen hebben in de laatste levensfase pijnklachten. Pijn wordt vaak veroorzaakt door de ziekte. Het kan komen door tumorgroei, decubitus of algehele achteruitgang.Gelukkig zijn er veel manieren om de pijn in deze levensfase te verlichten. Bijvoorbeeld door bestraling, een operatie en goede pijnstilling. Morfine is een veelvoorkomend middel dat gegeven wordt in de laatste levensfase.
Benauwdheid
Mensen die benauwd zijn, zijn vaak bang om te sterven. Hun schrikbeeld is om te stikken omdat ze niet meer genoeg lucht krijgen. Mensen die benauwd zijn voelen zich vaak moe. Door het toedienen van zuurstof kan de benauwdheid behandeld worden.
Obstipatie
Dit kan komen doordat de client minder eet en drinkt of weinig beweegt, maar het kan ook een bijwerking zijn van medicijnen zoals morfine.
Misselijkheid, overgeven en verminderde eetlust
Dit kan komen door chemotherapie, medicatie, obstipatie maar ook door spanning en angst.
Vermoeidheid
Mensen in de laatste levensfase zijn doorgaans heel moe. De lichamelijke symptomen kunnen de clienten uitputten. Deze vermoeidheid hangt samen met het naderende einde.
Als zorgverlener kun je de client ondersteunen door samen te kijken naar een goede dagindeling met voldoende afleiding en rustmomenten.
Enkele dagen of uren voordat iemand overlijdt, zijn er lichamelijke (en soms ook geestelijke) veranderingen waar te nemen. Dat komt omdat het sterven een proces is. Een stervende is niet in een keer dood., tenzij hij bijvoorbeeld overlijdt door een ongeluk of een hersenbloeding. Tijdens het stervensproces gaan de verschillende lichaamsfuncties steeds verder achteruit.
Zintuigen
De zintuigen gaan achteruit tijdens het stervensproces. Meestal vermindert als eerste het gevoel, waardoor de client geen pijn meer voelt. Dit kan voor een opleving zorgen bij de client. Ook vermindert zijn gezichtsvermogen. Stervende mensen kunnen meestal nog heel lang horen.
Eten en drinken
Een client die stervende is, heeft steeds minder behoefte aan eten. De smaak kan veranderen en het eten gaat tegenstaan. De client zal langer behoefte houden aan drinken.
Ademhaling
Als het slikken niet meer gaat, hoopt er slijm op in de keel. Hierdoor maakt de client een rochelend geluid. Dit wordt ook wel de doodsreutel genoemd. Veel stervenden stoppen regelmatig tijdelijk met ademen; dit heet apneu. Een kenmerkende ademhaling voor stervenden is de Cheyne-Stokes-ademhaling. Daarbij wisselen diepe en oppervlakkige ademhalingen elkaar af, waarbij telkens een korte adempauze is waar te nemen.
Temperatuur
De lichaamstemperatuur van de client kan lager worden, waardoor zijn handen, voeten en neus koud aanvoelen. Terminale koorts komt ook voor in het stervensproces. Hierbij loopt de lichaamstemperatuur juist op tot wel 40 graden.
Incontinentie
De client gaat steeds minder plassen in de laatste dagen en uren voor het sterven. Dit komt omdat hij minder drinkt. De client wordt incontinent omdat de sluitspieren van de blaas en het rectum niet meer goed werken of verlamd zijn. Vlak voor het sterven kan hij opeens de ontlasting en urine laten lopen.
Angst
Ook op psychisch vlak kunnen in de stervensfase veranderingen optreden. Zo kan de client angstgevoelens krijgen. Deze angst kan te maken hebben met eerdere ervaringen rondom het sterven van mensen in de omgeving van de client, of voor de dood.
Sociale ondersteuning
Bespreek met de client en zijn naasten de dingen die geregeld moeten worden zodra het stervensproces in gang lijkt gezet.
Afscheid nemen
Zodra lichamelijke signalen erop wijzen dat het einde nadert of wanneer de client dit zelf aangeeft, is het tijd om afscheid te nemen. Overleg met de client en zijn naasten welke mensen hij nog graag wil zien. Bespreek met de client hoe hij dit afscheid wil vormgeven. Wil hij deze mensen individueel zien of in groepjes?
Waken
In de meeste gevallen willen naasten aanwezig zijn bij het sterven. Het is voor de client vertrouwd als zij erbij zijn en het helpt naasten bij de rouwverwerking. Het aanwezig zijn rondom het sterfbed en het met elkaar wachen op de dood heet waken.
5.2 Euthanasie
Zorgvuldigheidseisen rondom euthanasie (bespoedigen van de dood bij ongeneeslijk zieken)
Een patiënt moet voor euthanasie of hulp bij zelfdoding altijd zelf een euthanasieverzoek doen. Familie kan niet om euthanasie vragen, tenzij de patiënt zijn wil niet kan uiten en er een schriftelijke wilsverklaring is. De arts voert de euthanasie uit volgens de eisen zoals die in de wet zijn beschreven.
De arts moet bij het voorbereiden en uitvoeren van euthanasie of hulp bij zelfdoding voldoen aan de zorgvuldigheidseisen.
De arts moet:
ervan overtuigd zijn dat er sprake is van een vrijwillig en weloverwogen verzoek van de patiënt;
ervan overtuigd zijn dat er sprake is van uitzichtloos en ondraaglijk lijden van de patiënt;
de patiënt informeren over de situatie waarin deze zich bevindt en over diens vooruitzichten;
met de patiënt tot de overtuiging komen dat er voor de situatie waarin deze zich bevindt geen redelijke andere oplossing is;
ten minste één andere, onafhankelijke arts raadplegen, die de patiënt ziet en schriftelijk zijn oordeel geeft over de zorgvuldigheidseisen, bedoeld in de onderdelen 1 tot en met 4;
de levensbeëindiging of hulp bij zelfdoding op medisch zorgvuldige wijze uitvoeren.
Toetsing door onafhankelijke arts
Een van de zorgvuldigheidseisen in de wet is dat de behandelend arts ten minste één onafhankelijke arts raadpleegt. Dat betekent dat deze arts niet betrokken is bij de behandeling van de patiënt, noch een (persoonlijke) band heeft met de behandelend arts of de patiënt.
De onafhankelijke arts (consulent) moet de patiënt persoonlijk zien en beoordelen of de arts die het verzoek om levensbeëindiging overweegt, aan de zorgvuldigheidseisen voldoet. De consulent doet hiervan schriftelijk verslag. Ook bij een verslag met een negatief oordeel, mag de arts tot uitvoering over gaan (in de praktijk gebeurt dit zelden).
SCEN-artsen
In Nederland is een netwerk opgebouwd van artsen die zijn getraind om deskundige consultatie te verlenen. Dit netwerk heet SCEN, oftewel Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland en is verbonden aan artsenfederatie KNMG.
De behandelend arts is niet verplicht gebruik te maken van een SCEN-arts. De arts die het verzoek om levensbeëindiging overweegt kan ook zelf een onafhankelijke arts zoeken.
U kunt niet zelf een onafhankelijke arts inschakelen. Dat kan alleen uw behandelend arts.
Zorgvuldige uitvoering
Sinds augustus 2012 is er in Nederland een nieuwe richtlijn voor de uitvoering van euthanasie. Wanneer de medicatie door een arts direct in een ader wordt ingespoten (levensbeëindiging op verzoek), wordt voor personen tot 150 kilo 2 gram thiopental toegediend of 1 gram propofol. Deze stoffen veroorzaken bijna direct een diepe coma.
Zodra coma is ingetreden dient de arts een spierverslappend middel toe. De huidige keuzes hiervoor zijn cisatracurium (30 milligram), atracurium (100 mg) of rocuronium (150 mg). Dit veroorzaakt een ademstilstand en het daardoor ontstane zuurstoftekort leidt tot een hartstilstand.
Nadat euthanasie of hulp bij zelfdoding heeft plaatsgevonden
Als een patiënt overlijdt door euthanasie, dan is dit een niet-natuurlijke dood. De arts moet daarom zijn handelen melden aan de gemeentelijk lijkschouwer (arts van GG&GD). Daarnaast zorgt de arts dat de gemeentelijk lijkschouwer over alle informatie beschikt zodat deze kan beoordelen of er sprake is van euthanasie of hulp bij zelfdoding.
Wat is de rol van de lijkschouwer?
Nadat de lijkschouwer heeft geconstateerd dat het om euthanasie of hulp bij zelfdoding gaat, licht deze de officier van justitie in. Dit is noodzakelijk omdat het gaat om een niet-natuurlijke dood. Bij een niet-natuurlijke dood moet de officier van justitie toestemming geven voor begraven of cremeren.
De lijkschouwer zorgt er ook voor dat de volgende documenten bij de regionale toetsingscommissie in zijn of haar regio terecht komen: de informatie van de behandelend arts (meldingsformulier), de verslaglegging van de onafhankelijke arts en eventueel het schriftelijk euthanasieverzoek van de patiënt.
Toetsingscommissie
Er zijn vijf regionale toetsingscommissies die de melding op zorgvuldigheidseisen toetsen in geval van euthanasie of hulp bij zelfdoding. Een commissie bestaat uit drie leden en drie plaatsvervangend leden. In de commissie hebben zitting een jurist, tevens voorzitter, een arts en een ethicus. De commissie stelt een oordeel vast bij meerderheid van stemmen. Als een commissie oordeelt dat een arts voldaan heeft aan de zorgvuldigheidseisen dan wordt de zaak geseponeerd en de arts wordt daarvan op de hoogte gesteld.
De leden van de commissies worden benoemd door de Minister van Justitie en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, voor een periode van vier jaar met mogelijke benoeming voor nogmaals vier jaar.
Als een commissie oordeelt dat een arts niet heeft voldaan aan de zorgvuldigheidseisen, worden het Openbaar Ministerie (OM) en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) op de hoogte gebracht. Het OM en de IGZ beoordelen dan ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid of vervolgstappen nodig zijn.
Nederland is al eeuwen lang een multiculturele samenleving, waar veel verschillende culturen en religies naast elkaar bestaan. Dit betekent ook dat er verschillende uitvaartrituelen- en regels zijn. Wij kunnen ons voorstellen dat je niet alle uitvaartrituelen in andere culturen kent.
Het is echter in sommige gevallen wel handig om kennis op te doen over uitvaartrituelen in andere culturen. Zeker als je wordt uitgenodigd voor een uitvaart van iemand met een andere culturele achtergrond. Zo weet je wat je ongeveer kan verwachten en waar je rekening mee kan houden op de uitvaart. Daarom hebben wij de belangrijkste uitvaartrituelen in andere culturen -die veel in Nederland voorkomen- voor je op een rijtje gezet.
Uitvaartrituelen in andere culturen; wat kun je verwachten?
Caribische uitvaartrituelen
Het overgrote deel van de Caribische Nederlanders is rooms-katholiek. De uitvaart wordt vaak georganiseerd volgens de regels van de kerk waar de familie van de overledene toe behoort. Er vindt op de dag van de uitvaart een mis plaats in de kerk. Meestal wordt zwarte of witte kleding gedragen.
Er wordt over het algemeen gekozen voor begraven in plaats van cremeren. Het idee hierachter is dat het lichaam van de overledene ongeschonden het graf in gaat om aan de laatste reis te beginnen. Voordat men bij de begraafplaats aankomt wordt er nog een rondje in of om het huis van de overledene gemaakt met de kist. Op deze manier wordt het afscheid definitief. Nabestaanden geven de overledene vaak nog persoonlijke dingen mee in de kist maar ook goede wensen of vragen voor eerder gestorvenen. Na de begrafenis zijn er acht dagen van rouw waarbij er wordt gebeden. Tijdens deze rouwperiode wordt er niet alleen gepraat en gehuild, maar ook veel muziek gedraaid en soms zelfs gedanst. Op de achtste dag na de begrafenis doen de nabestaanden alle ramen open zodat de geest van de overledene hen rustig kan verlaten oftewel 'manda spiritu bai', letterlijk vertaald: stuur de geest weg.
Chinese uitvaartrituelen
Ook de Chinezen kiezen traditioneel gezien voor begraven in plaats van cremeren. Een bijzonder uitvaartritueel dat voorafgaat aan een Chinese begrafenis is dat de nabestaanden nepgeld (of zoals zij het noemen: geestengeld) verbranden. Dit geld staat voor de rijkdom die de nabestaanden de doden toewensen in het hiernamaals. De Chinezen zien rood als de kleur van geluk en feest, dus het is niet gebruikelijk rode kleding te dragen op een uitvaart. Je kan het beste wit dragen, omdat zij dit zien als een geschikte kleur voor rouw. De nabestaanden kleden zich daarom volgens de traditie in witte kleding van ongebleekt katoen. De aanwezigen houden tussen beide handen wierookstokjes vast en maken hier driemaal een buiging mee.
Net zoals bij veel uitvaartrituelen in andere culturen zijn er ook hier heel wat rituelen die te maken hebben met het verjagen van geesten. Wanneer de kist het graf inzakt draaien de aanwezigen zich om zodat zij dit niet hoeven te zien. Ook dit heeft er mee te maken dat de geesten ver weg blijven en niet met ze mee naar huis gaan. Ook mag er nooit een paraplu worden opgestoken op de begraafplaats, omdat de geest van de overledene hier onder zou kunnen schuilen. Dus hoe hard het ook regent... de paraplu blijft dicht!
Hindoestaanse uitvaartrituelen
Zoals bij veel uitvaartrituelen in andere culturen voeren de Hindoestanen ook rituelen uit die gericht zijn op het eren van de doden vóór en tijdens de uitvaart. Bij de Hindoestanen is het de gewoonte om te cremeren, omdat het lichaam dan het snelst terugkeert naar de 'bron'. Tijdens de uitvaart wordt meestal witte of zwart met witte kleding gedragen. Alleen een mannelijk familielid (de oudste zoon) mag de uitvaartrituelen uitvoeren. Hiervoor scheert hij zijn hoofd kaal als teken van rouw en respect.
Vooraf loopt hij eerst een aantal keer met een brandende diya (een traditioneel kommetje van klei met een watje van katoen als lont) rond de kist en brengt deze in aanraking met de mond van de overledene. Dit wordt de kus van de dood genoemd en staat symbool voor het lichaam dat wordt gecremeerd. Als laatste afscheid strooien de directe nabestaanden bloemblaadjes, kruiden en geurrijk water over het lichaam van de overledene. Daarna wordt de kist gesloten en mag de oudste zoon de kist in de oven doen om de verbranding in gang te zetten. Het lichaam van de overledene mag niet buiten het zicht van de familie worden verbrand.
Islamitische uitvaartrituelen
Bij een islamitische uitvaart komen veel rituelen kijken die zij streng naleven. Zo mogen moslims niet worden gecremeerd, maar moeten ze (het liefst) binnen 24 uur begraven worden. Dit is in strijd met de regels hier in Nederland (minimaal 36 uur), maar tegenwoordig kan daar een ontheffing voor worden aangevraagd.
Het gebed op de dag van de uitvaart vindt plaats bij de moskee. Er worden buiten de moskee drie rijen gemaakt waarbij iedereen in de richting van Mekka staat. De mannen staan op de eerste rij, in het midden staan de kinderen en op de laatste rij staan de vrouwen. Na het gebed wordt de kist naar de begraafplaats gebracht. De dragers van de kist wisselen elkaar regelmatig af. Omdat het dragen van de kist wordt gezien als een goede daad willen veel mannen hier bij helpen. Het kan zo zijn dat je geen vrouwen ziet op de begrafenis. In sommige islamitische gemeenschappen moeten de vrouwen namelijk thuis blijven of buiten de begraafplaats wachten. Zij mogen pas vanaf de dag erna het graf bezoeken. Dit hangt af van de geloofsrichting en de rituelen van de familie van de overledene. Bij een islamitische uitvaart is het niet de bedoeling om bloemen, kaarsen of andere spullen bij het graf achter te laten. In ons artikel Islamitische uitvaart: gebruiken en rituelen lees je nog meer over islamitische uitvaartrituelen.
Joodse uitvaartrituelen
Bij een joodse uitvaart is het een ritueel om het lichaam te begraven in plaats van te cremeren. Kenmerkend voor een joodse uitvaart is dat er veel somberheid heerst. Bij de orthodoxe joden zijn bijvoorbeeld net zoals bij de moslims bloemen niet toegestaan. In plaats van bloemen worden er steentjes bij het graf neergelegd om te laten blijken dat de overledene niet vergeten wordt. Na de rouwdienst wordt de kist naar het graf gebracht, waarna de aanwezigen rondom het graf gaan staan. Eerst gooien de familieleden ieder drie scheppen met aarde op de kist en vervolgens doen de overige aanwezigen hetzelfde. Bij de liberale joden mogen zowel vrouwen als mannen hier aan deelnemen, maar bij de orthodoxe joden mogen alleen de mannen dit doen.
Goed om te weten is dat ze het op prijs stellen als je hen pas troost nadat de overledene is begraven. Zij vinden dat de nabestaanden zich eerst bezig moeten houden met het respecteren van de doden in plaats van het troosten van de levenden zolang het lichaam nog niet begraven is. In ons artikel Joodse uitvaart: gebruiken en rituelen lees je meer over de joodse uitvaart.
Kaapverdische uitvaartrituelen
Over het algemeen zijn Kaapverdianen Rooms-Katholiek. Er wordt voornamelijk gekozen voor begraven, maar ook cremeren is gebruikelijk. Over het algemeen zijn er geen strenge Kaapverdische uitvaartrituelen. Voorafgaand aan de uitvaart vindt er een mis plaats in een Rooms-Katholieke kerk. Tijdens deze mis krijgen de aanwezigen de kans om langs de open kist te lopen om voor het laatst afscheid te nemen. Dit kan vaak lang duren, omdat er wel honderden mensen aanwezig kunnen zijn. Familie is namelijk erg belangrijk bij de Kaapverdianen en het komt vaak voor dat er ook grote groepen familieleden over komen vliegen vanuit Kaapverdië. Ook kan je er voor kiezen om een kaarsje aan te steken in de kerk met de overledene en zijn naaste familie in gedachten.
Er wordt niet zo zeer op de kleding gelet zolang je er maar netjes uit ziet. Je zult wel merken dat er vooral zwart wordt gedragen en geen kleur tenzij dit is afgesproken. Net zoals bij uitvaartrituelen in andere culturen is het gebruikelijk dat de familie en vrienden de kist naar de laatste rustplaats brengen na de mis in de kerk. Er komt vaak veel gehuil en geschreeuw bij kijken. Bij de Kaapverdianen is dit onder de vrouwen zeer normaal.
Molukse uitvaartrituelen
De meeste Molukkers zijn protestant en vaak wordt er gekozen voor een begrafenis. Een belangrijk uitvaartritueel binnen de Molukse gemeenschap is de troostdienst die wordt gehouden op de avond vóór de begrafenis. Dit wordt de ‘malam penghiburan’ genoemd wat letterlijk 'de avond van de troost' betekent. Deze troostdienst is vaak zelfs belangrijker dan de uitvaart zelf. Er zijn veel meer mensen bij zo een troostdienst dan op de uitvaart zelf. De nabestaanden worden tijdens deze dienst door de predikant getroost met het gesproken woord.
Bij een Molukse uitvaart wordt er op de dag van de uitvaart eerst een dienst gegeven waarna ze naar de begraafplaats gaan met de kist. Eenmaal aangekomen bij het graf wordt er vaak door een dominee een stuk uit de bijbel gelezen terwijl de aanwezigen rondom het graf staan. Nadat het 'Onze Vader' wordt gebeden gooien de naasten met bloemblaadjes. Soms worden er ook parfumflessen meegegeven in het graf. Nadat de kist is gezakt schept ieder familielid aarde over de kist.
Surinaamse uitvaartrituelen
Een typische Surinaamse uitvaart bestaat eigenlijk niet. Dit komt omdat Surinamers onder te verdelen zijn in onder andere Chinezen, Creolen, Hindoestanen, Indianen en Javanen. Iedere groep heeft eigen uitvaartrituelen en tradities. Over de Hindoestaanse uitvaartrituelen hebben we hierboven geschreven. Wij gaan hier kort in op de uitvaartrituelen van de Surinaamse Creolen, omdat dit ook een grote groep is in Nederland. Creoolse uitvaarten zijn vrij uitbundig. Surinamers zeggen dat ze dansend naar hun laatste rustplaats willen worden gebracht. Dit dansen wordt in hun cultuur gezien als een vorm van rouwverwerking, omdat je door het dansen niet denkt aan de pijn en verdriet van het verlies en omdat op die manier de ziel van de overledene zonder verdriet het lichaam kan verlaten.
De avond voordat de uitvaart plaatsvindt wordt er eerst nog een dodenwake gehouden. Deze dodenwake gaat heel de nacht door tot in de ochtend. De familieleden praten, zingen, dansen, bidden en eten samen. Op de dag van de uitvaart wordt er een plechtigheid gehouden in een uitvaartcentrum. Na deze plechtigheid wordt de kist naar de begraafplaats gebracht. De aanwezigen lopen vaak zingend achter de kist aan. De dragers van de kist maken ook bepaalde dansbewegingen, zodat de kwade geesten hun pad naar de begraafplaats niet kunnen volgen. Het is belangrijk dat je op een Creoolse uitvaart let op je kleding, de aanwezigen dragen bijna altijd wit en de vrouwelijke nabestaanden dragen een hoofddoek, de 'anjisa' genaamd.
Oefening: Oefening 8 Maak een moodboard van een culturele begravenis
Oefening: Oefening 8 Maak een moodboard van een culturele begravenis
0%
Voor deze opdracht kies je alleen, of in tweetallen een cultuur uit waarover jij een moodboard gaat maken,
In dit moodboard laat je zien hoe in deze cultuur het sterven/begraven wordt gedaan
Algemene Informatie
Titel
Oefening 8 Maak een moodboard van een culturele begravenis
Oefening:Oefening 8 Maak een moodboard van een culturele begravenis
Les 7 Afscheidsdienst
Voordat iemand wordt begraven of gecremeerd vindt er meestal een afscheidsdienst plaats. Deze kan worden gehouden in een kerk, een uitvaartcentrum of crematorium of aula bij de begraafplaats. De plechtigheid wordt ingevuld naar de wensen van de overledene of de nabestaanden, al dan niet bijgestaan door een dominee, pastoor of spreker. De nabestaanden kunnen de plechtigheid geheel of gedeeltelijk zelf invullen. Bijvoorbeeld door middel van toespraken, het voorlezen van een gedicht, het spelen van muziek.
Oefening: Oefening 9 E.D.I.T
Oefening: Oefening 9 E.D.I.T
0%
Je verwerkt de informatie en ervaringen die je hebt opgedaan tijdens deze lessen in een E.D.I.T. (En Dit Is Tien)
Het is een gedicht van 10 regels. Je begint met een zin van 1 woord en eindigt met een zin van 10 woorden. Iedere zin beingt op een nieuwe regel.
Voorbeeld:
Rouw
Kwijt raken
Rollercoaster van emoties
Iemand of iets verliezen
Fases doorlopen op eigen manier
Ontkennen, je ziet het niet in
Woede, het beseffen en het boos worden
Onderhandeling, je gaat nieuwe doelen opstellen voor jezelf
Gemis onder ogen kunnen zien, dat is verdriet binnen laten
Het verlies heeft een plek gekregen bij de rouwende, acceptatie.
Het arrangement Rouw en Verlies is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteurs
ellen haagsma
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2024-02-08 14:01:37
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
In deze periode gaan jullie kennis maken met het onderwerp Rouw en Verlies.
We gaan in om het begrip Rouw en Verlies, de verschillende fases en wat rouw en verlies betekent voor jezelf en in je bpv/werk
In deze periode gaan jullie kennis maken met het onderwerp Rouw en Verlies.
We gaan in om het begrip Rouw en Verlies, de verschillende fases en wat rouw en verlies betekent voor jezelf en in je bpv/werk
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Oefening 1 Wat kun je verliezen
Oefening 2 Hoe is het om iets te verliezen wat je dierbaar is
Oefening 3 Eigen verlies
Oefening 4 Omgaan met verlies
Oefening 5 Schrijf een advies
Eindopdracht ontwerpen van een begeleidingsinstrument
Oefening 6: Rotterdamse hospice Cadice Laurens
Oefening 7 Documentaire levenseinde kliniek
Oefening 8 Maak een moodboard van een culturele begravenis
Oefening 9 E.D.I.T
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.