Huisvesting & Hygiëne P4

Huisvesting & Hygiëne P4

Introductie

Beste student,

Welkom bij het lesmateriaal voor het vak Huisvesting en Hygiëne voor periode 4 van leerjaar 1.

Zo lang de scholen  gedeeltelijk dicht zijn gaan we jullie begeleiden bij het zelf studeren. Deze wikiwijs is dus nog niet gelijk helemaal gevuld, maar wordt week voor week voorzien van theorie en opdrachten.

Het is dus verstandig om voor je zelf een vast moment in te plannen waarop je deze opdrachten gaat maken. Dit is niet vrijblijvend. We reken er op dat je thuis serieus met je opleiding bezig gaat. De scholen zijn wel degeeltelijk dicht, maar je opleiding loopt gewoon door.

Mocht je vragen hebben over de lesstof dan kan je op drie manieren aan je antwoorden komen:

1. vraag klasgenoten of zij het wel begrijpen.

2. mail je docent met je vraag

3. plan een overleg met je docent via Microsoft Teams.

zie handleiding hieronder:

Week 1 Dierverzorging Huisvesting rund en varken

Hieronder vinden jullie een presentatie over geiten en schapen en een presentatie over runderen en varkens.

Opdracht Dierverzorging

Werk in een verslag uit de verschillende huisvestingstypen voor rund en varken. Doe dit voor de huisvestingstypen die in de presentatie voorkomen.

Beschrijf in je verslag:

- Huisvestingstype

- Voordelen en nadelen huisvestingstype

- Voedermethode

- Hoeveelheid dieren per m2

- Geschikt voor runderen en/of varkens

Week 1 Paraveterinair Huisvesting vogels

Huisvesting

De huisvesting van diverse vogelsoorten is afhankelijk van hun eigen leefomgeving. We kunnen aannemen dat bovenstaande stelling van belang is voor een goede huisvesting van onze vogels. Er zijn echter uitzonderingen.
Het oppervlak of liever gezegd de inhoud van de leefomgeving moet aan een aantal criteria voldoen.
Een vogel is een territorium dier en heeft een minimum nodig aan leefgebied.
Als het territorium te klein wordt, doordat er b.v. een andere vogel is binnen gedrongen, dan zou je een vechtpartij kunnen krijgen.
Wij zullen enkele vormen van huisvesting toelichten.

De volière

Als voorbeeld nemen we hier een buitenvolière. Een volière kan men het beste bouwen op een betonnen fundatie welke ongeveer 25 tot 30 cm in de grond is gegraven. Hiermee wordt voorkomen dat muizen ed. zich een weg kunnen graven naar de verblijfruimte van de vogels. Een nachthok is van belang als u vogels gaat houden welke geen nachtvorst kunnen verdragen.
Heeft men vogels die goed tegen de kou kunnen dan is een klein overdekt gedeelte voldoende. Als de vogels maar wel enkele beschutte plekken hebben. Het gedeelte wat men openlaat is heerlijk voor de vogels als er een regenbui valt. Je ziet de vogels dan genieten van de regen.

Het is van belang dat je goed uitzoekt welke vogels er bij elkaar in een volière kunnen. Het is ook aan te raden om niet te veel koppels te houden.

De beplanting kun je afstemmen op de toekomstige bewoners.
Bij tropen, cultuurvogels en kanaries kun je van hedera tot conifeer planten en bij parkieten kun je het beste alleen een boomstam en dode takken plaatsen.
Dit omdat de planten totaal opgevreten worden en ze toch willen knagen.

Als bodembedekking kun je het gedeelte waar een dak zich bevindt tegels leggen met daarop houtsnippers en waar de planten en bomen staan gewoon aarde laten liggen. Aarde is zeer voedselrijk. Hierin bevinden zich kleine insecten en wormen.

Als advies kan wel aanbeveelt worden om 1 keer per week de planten van de volière af te spuiten zodat uitwerpselen van de vogels niet op de planten blijven zitten.
Je houdt dan een schone volière en de planten leven langer.

Het is bij een buitenvolière wel aan te bevelen om 's nachts een klein lampje te laten branden. Dit tegen eventuele roofvogels of katten die 's nachts op de volière lopen. Wanneer de vogels hiervan schrikken kunnen ze toch nog een plekje vinden om rustig te zitten.

Wel is het belangrijk bij de bouw van de volière rekening met wat voor soort vogels je wilt gaan houden. Het soort gaas is hiervan afhankelijk.

Vluchten

Over vluchten kunnen wij kort zijn. Vluchten zijn o.a. geschikt om binnenshuis te bouwen. Je kunt bijvoorbeeld een kamer (zolder) van uw woning inrichten als vogelkamer en hier een vlucht in maken.
Dit heeft als voordeel dat je vogels kunt houden die zich in de natuur als koloniebroeders gedragen. Denk b.v. aan Gouldamadines. Ook kunnen er betere kweekresultaten verkregen worden als de vrouwtjes zelf de mannetjes kunnen kiezen.

Kooien

Kooien worden heel vaak gekocht. Het belangrijkste punt is dat je een kooi aanschaft welke bij de vogel past. Een zebravink kan niet in een papegaaienkooi omdat hij zich tussen de tralies door naar buiten kan werken.
Laat je zich dus van tevoren goed informeren naar de kooivorm.

Kweekkooien

Een kweekkooi is normaliter een gesloten kooi met aan de voorzijde een voorfront van aluminium waarin 1 of 2 schuifdeurtjes zitten.
Om te kweken kan men aan het voorfront een nestkastje hangen maar men kan er ook over denken om een nestkastje in de kweekkooi te hangen.
In een kweekkooi houdt men normaal gesproken 1 koppel. Zij kunnen dan rustig broeden.

Aankoop van vogels

Enkele tips voor de beginnende vogelhouder betreffende het kopen
van vogels.

?  Koop geen vogels die nog moeten ruien.

?  Koop geen vogels die overdag zitten te slapen, je weet maar nooit!.

?  Koop geen vogels die spleetoogjes hebben.

?  Koop geen vogels die ontlasting rondom de aarsveertjes hebben.

?  Koop beslist geen vogels met een rood en soms opgezet onderlijf, waarvan de darmen als lussen op het onderlijf te zien zijn.

?  Koop geen vogels met een opgezette of extra grote lever.

?  Koop tenslotte geen te vette of te magere vogels..

Licht

Licht is een zeer belangrijk punt. Je moet het zonlicht zoveel mogelijk nabootsen. Vogels zijn erg gevoelig voor het soort licht. Er zijn tl-buizen te koop met daglichtlampen erin. Wil je niet broeden met de vogels, dan is 13 uur daglicht meer dan voldoende.

Filmpjes huisvesting

Bekijk de onderstaande filmpjes en maak een samenvatting over wat je geleerd hebt over de verschillende soorten huisvestingsvormen. Als je dit gedaan hebt, ga je naar de opdrachten die horen bij huisvesting.

Papegaaienpark

Vogelgek???

Tentoonstellingsvogels

Volieres inrichten

Opdracht paraveterinair

Opdracht 1:

a. Maak een collage van minstens drie verschillende huisvestingsvormen met daarbij toebehoren die      in de huisvesting horen

b. Verwerk de voordelen en nadelen van de verschillende huisvestingsvormen in je collage

c. Pas minstens twee verrijkingen toe bij de huisvestingsvormen

 

Opdracht 2:

Er komt een klant bij je met de vraag of je een voorstel wilt doen hoe deze een volière moet inrichten voor de hieronder geschetste volgende 5 situaties:

Dit ga je doen d.m.v. een voorlichtingsfolder/brochure  te maken en daarin ook een schets of platte grond tekening bijvoegen

hierbij ga je adviseren over :

  • de afmetingen ,
  • Materiaal
  • samenstelling vogelbestand en hoeveelheid vogels verantwoord
  • voeders en voederplaatsen, (denk ook aan de winterperiode)
  • bodembedekking
  • kooiverrijking
  • stokken
  • broedgelegenheid
  • plaats van volière (in tuin of op balkon)
  • Evt. beschutting tegen kou en warmte

 

De volgende situaties werk je uit:

  1.       Gezelschap volière met daarin : 5 grasparkieten, 4 valkparkieten , 8 zebravinken , 5       kanaries, 4 bichenows , 7 witte Japanse meeuwen en 3 rijstvogels en enkele diamantduifjes .

 

      2.      3 blauwe psethotus mannen met 2 blauwe psethotus poppen en een koppel                             halsbandparkieten

 

      3.      2 handtamme valkparkieten met  enkele bergparkieten en 4 Catharina parkieten

 

      4.       Een hoekje van de tuin van 50 m2 voor  een toom mandarijneenden , kuifeenden,  een       wintertaling en  Hollandse kwakers.

 

      5.        Een volière voor : een aantal (?) zonparkieten, agapornissen, Chinese kwartels, een koppel princes of Wales parkieten en splendidparkieten .

Week 2 en 3 Huisvestingsverrijking en klimaat

Lesson up:

https://www.lessonup.com/nl/lesson/923ByMxtkGWaX5g2J?utm_source=app&utm_campaign=shared-lesson-app&utm_content=1647861018783&utm_medium=shared-link

Deze week gaan we het hebben over huisvesting verrijking bij dieren. Hieronder kun je in diverse filmpjes zien hoe dat soms gaat of juist niet gaat.

Dieren gered uit slechte dierentuin

RTL - Bokito ontsnapt

NOS Jeugdjournaal - Actievoerders breken in

Kenniskiem boek - Dierenwelzijn en huisvesting

Kenniskiem boek - Verzorgen en onderhouden leefruimte

Opdracht studenten dierverzorging

Gebruik de opdracht uit week 1 als basis voor de verschillende huisvestingstypen bij schapen en geiten.

Opdracht:

1. Kies voor een schaap een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

2. Kies voor een geit een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

3. Kies voor een varken een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

4. Kies voor een rund een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

5. Beschrijf per diersoort hoe er verrijking plaats kan plaatsvinden binnen de huisvesting waar het dier verblijft en voldoet aan de behoeften van het dier. Doe dit voor de schaap-geit-varken-rund en behandel de onderstaande punten per diersoort in je verslag.

a) sociale verrijking

b) verrijkingsmateriaal

c) voerverrijking

 

Maak hiervan een verslag en lever deze uiterlijk ....... in bij je docent.

Opdracht studenten paraveterinair

1. Kies voor een vogelsoort een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

2. Kies voor nog 3 andere dieren ( eigen keuze ) een huisvestingsvorm waar je een huisvestings verrijking voor gaat maken. Beschrijf van dit huisvestingsstype, het comfort, klimaat en bewegingsvrijheid voor het dier.

3. Beschrijf per diersoort hoe er verrijking plaats kan plaatsvinden binnen de huisvesting waar het dier verblijft en voldoet aan de behoeften van het dier. Doe dit voor de schaap-geit-varken-rund en behandel de onderstaande punten per diersoort in je verslag.

a) sociale verrijking

b) verrijkingsmateriaal

c) voerverrijking

 

Maak hiervan een verslag en lever deze uiterlijk maandag 29 maart 2022 in bij je docent via de mail.

Week 4 Identificatie en registratie regeling van landbouwhuisdieren

Dieren in Nederland worden op verschillende manieren gehouden. Daarnaast hebben we ook nog te maken met een strenge wet en regelgeving in verschillende dierensectoren. Veehouderijen hebben weer andere regels dan onze huishond of dieren uit de dierentuin (wilde dieren). In elke huisvesting moeten we rekening houden met het dierenwelzijn en de veiligheid voor mensen.

Ga naar ontwikkelcentrum het Kenniskiem boek over ''Huisvesting en Welzijn'' en ''Verzorgen en onderhouden leefruimte'' en lees het door. Maak van het boek ''Huisvesting en Welzijn'' de toets. Zorg dat je een screenshot maakt van het resultaat van je toets. Sla de foto op zodat je deze in je document kunt plakken als bewijsstuk.

 

Opdracht 1 De verschillende soorten huisvestingen

Dieren kunnen op verschillende manieren gehouden worden, zolang de eigenaar het dierenwelzijn maar waarborgd. Om dieren te kunnen houden moet je weten waar je het dier voor wilt gebruiken. Alleen voor plezier of ook voor de productie van bijvoorbeeld melk. Veel dieren hebben bij de huisvesting ook een speciaal klimaat nodig om te kunnen overleven. Denk aan reptielen of exotische vogels.

  1. Zoek de verschillen tussen de volgende huisvestingen op en let hierbij op klimaat, stal en wet & regelgeving:
    • Dierentuin
    • Landbouwhuisdieren
    • Huisdieren
  2. Wat is het verschil tussen het houden van wilde dieren vroeger en nu? (denk bijvoorbeeld aan het circus).
  3. Bekijk het filmpje ''Dieren gered uit slechte dierentuin''. Hoe kun je op het filmpje zien dat het dierenwelzijn niet werd gewaarborgd?
  4. Bekijk het filmpje ''RTL - Bokito ontsnapt''. Geef antwoord op de volgende vragen:
    • Hoe is Bokito ontsnapt?
    • Was de aanval op de vrouw gericht? Leg uit waarom wel/niet.
    • Welke verwondingen had de vrouw van de aanval?
    • Als er zo'n situatie ontstaat wat is dan het belangrijkste voor de dierenverzorgers?
    • Wat heeft Diergaarde Blijdorp veranderd om er voor te zorgen dat de kans op ontsnapping minimaal is?
    • Welke richtlijnen zijn er voor Gorilla's?
  5. Zoek uit aan welke regels varkenshouders zich aan moeten houden als we kijken naar de huisvesting. Maak een lijst met minimaal 6 regels.
  6. Bekijk het filmpje ''NOS Jeugdjournaal - actievoerders breken in''. In Nederland zijn er al strenge regels voor het houden van landbouwhuisdieren, maar sommige activisten vinden dit niet genoeg en nemen hef in eigen hand. Geef antwoord op de volgende vragen:
    • Wat wilden de actievoerders met deze inbraak bereiken?
    • Wat vonden de (mede) boeren hiervan?
    • Welke reactie gaven de boeren?
    • Welke maatregelen hebben de activisten genomen om er voor te zorgen dat varkens niet ziek werden?
    • Wat vind jij van deze actie?
    • Ben je het eens met de activisten of de boeren? Onderbouw je antwoord.

 

Opdracht 2 Jouw ideale verblijf

Kies een landbouwhuisdier of een wild dier uit de dierentuin. Maak een plattegrond van een ideaal verblijf voor het dier. Denk hierbij ook aan:

  • dierenwelzijn
  • het klimaat.
  • buiten/binnenverblijf.
  • afvoer mest.
  • natuurlijke leefomgeving.
  • ventilatie.
  • licht.
  • vocht.
  • tocht.
  • verrijking.
  • wet & regelgeving.
  • ect.

Laat in een video zien hoe jouw plattegrond eruit ziet en waarom dit ideaal zou zijn voor het dier. Dit kun je doen door te vloggen, instructiefilmpje of alleen spraak bij een afbeelding.

leerdoel: De leerling weet hoe dieren moeten worden geïdentificeerd en geregistreerd.

Hé! Wie ben jij?

Net als dieren zijn ook bijna alle mensen geregistreerd en op een of andere manier te identificeren. Voorwaarde is dat je een UNIEK kenmerk kunt controleren. Bij mensen is dat vaak de vingerafdruk, iris, pasfoto of DNA.

De reden dat dit gebeurd is dat we als samenleving willen controleren. Ook bij dieren is dat belangrijk. Denk maar eens aan de handel. Bij een auto is altijd duidelijk 'op wie zijn naam' hij staat, maar bij dieren is dat niet altijd zo en dat kan nog wel eens tot vervelende situaties leiden.

Wist je dat er vroeger 'koeientekenaars' waren? En dat waren echt geen Rembrandts of Van Gogh's. Het waren vakmensen die van elke koe een unieke tekening maakten... lees https://moniquesutman.wordpress.com/2017/05/29/van-koeientekenaar-tot-oormerken/

Tegenwoordig zijn er veel modernere manieren om dieren te identificeren; chips, DNA testen, gesloten voetringen, oormerken, etc.  Maar niets is 100% zeker, er zijn altijd criminelen die voor geld proberen de wet te ontduiken. En die wet is er niet voor niets... die is er namelijk voor de volksgezondheid.

Als er een ziekte uitbreekt, dan is het belangrijk om de bron ervan te achterhalen en deze te isoleren. Net als met de Corona crisis is het beste om verspreiding tegen te gaan.

Omdat het vaak wettelijke eisen zijn is het belangrijk dat jij daar straks in je werk goed van op de hoogte bent.

Daarom gaan we eerst hoofdstuk 7 van het boek Diergezondheid bestuderen. Dit betekend dat je de tekst gaat lezen. Begrippen die je niet kent opschrijft en opzoekt.

Ga naar H7 Identificatie en Registratie

Informatie over registratie van dieren in Nederland

Opdracht 1: Identificatie en Registratie

Zoek uit op welke manier je de volgende dieren moeten worden geidentificeerd en geregestreerd volgens de wet. (gebruik o.a. de links uit H7 welke je eerder hebt bekeken)

a. Varken

b. Paard

c. Geit

d. Kat

e. Kalkoen

Maak voor jezelf een duidelijk overzicht, en kijk goed naar de verschillen tussen de dieren. Maakt het ook uit of het een 'voedseldier' of 'gezelschapsdier' is?

 

Opdracht 2: Identificatie schaap Je loopt stage bij een schaapskooi in het heuvelland. Hier zijn vandaag 5 lammeren geboren. De veehouder vraagt jou om zorg te dragen voor de I&R (identificatie en registratie) van deze lammeren. Je hebt zelf ook twee schapen thuis. Hierdoor denk je goed te weten wat je moet doen er zal toch geen verschil zijn? Beschrijf uitvoerig wat je moet doen en hoe je het moet aanpakken. Doorloop alle stappen.

Opdracht 3: Identificatie hond Je buurman heeft een nestje gefokt met z`n Mechelse herder, omdat jij een dieropleiding volgt vraagt hij jou om advies. Het zijn 7 puppy’s geworden. Dienen puppy’s geregistreerd te worden? Kunnen de puppy’s nog een stamboom krijgen? Beschrijf uitvoerig wat de buurman moet doen en hoe hij het moet aanpakken.

 

Opdracht 4: Identificatie konijn Je bent van plan met een konijnenras te gaan en wilt deze inschrijven voor tentoonstellingen. Je bent tenslotte geen broodfokker, maar je fokt om het ras te verbeteren. Mag een konijn zomaar ingeschreven worden voor tentoonstellingen? Licht je antwoord uitvoerig toe. Beschrijf uitvoerig wat je moet doen en hoe je het moet aanpakken.

 

Nederlandse Databank Gezelschapsdieren

Week 5 Volksgezondheid en meldplicht

Dierziekten - Nevedi

Vogelgriep - RTL Nieuws

Lijst met aangift plichtige dierziekten

Dierenartsen, ook voor de Volksgezondheid
Wist je dat dierenartsen ook deels verantwoordelijk zijn voor de volksgezondheid. Dat komt doordat enkele ziekten ook van dier op mens over kunnen gaan. Zoönose heet zo'n ziekte.

Lees het hoofdstuk Zoönose uit het Kenniskiem boek Infectieziekten

Dierziekten Rundvee (Kenniskiem boekje)

Meldingsplichtige ziektes

Voor een groot aantal dierziekten geldt dat zij aangifteplichtig zijn. Dat wil zeggen: de dierhouder of de dierenarts moet bij klinische verschijnselen die duiden op een van deze ziekten daarvan melding maken bij de Voedsel- en Warenautoriteit. Het is dan aan de overheid om verder te bepalen wat er moet gebeuren. Sommige dierziekten, zoals mond- en klauwzeer en klassieke varkenspest, zijn ook bestrijdingsplichtig. De overheid beschikt over draaiboeken waarin staat beschreven hoe te handelen bij een uitbraak van deze ziekten.

 

Lijst van meldingsplichten ziekten voor vee:

  • runderpest
  • mond- en klauwzeer
  • klassieke varkenspest
  • Afrikaanse varkenspest
  • rabiës
  • miltvuur
  • vesiculaire stomatitis
  • trichinellose
  • brucellose
  • endemische leukose bij runderen
  • tuberculose ten gevolge van Mycobacterium tuberculosis complex
  • bovine spongiforme encefalopathie, scrapie en andere overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE’s);
  • besmettelijke bovine pleuropneumonie
  • Teschener-ziekte (besmettelijke varkensverlamming)
  • vesiculaire varkensziekte
  • ziekte van Aujeszky
  • blue tongue
  • pest van de kleine herkauwer
  • Rift Valley koorts
  • schapen- en geitenpokken
  • nodulaire dermatose (lumpy skin disease)
  • Q-koorts.

 

Opdracht 1 Dierenziekte

Er kunnen besmettelijke dierenziekten overgeven worden aan mensen (zoönosen). Bij het betreden van stallen of het werken met dieren brengt dit een risico met zich mee. Normaal gesproken zijn er geen dierenziekten op het bedrijf, maar jij als werknemer, werkgever of als leverancier kunnen deze ziekten meenemen in het bedrijf.

Wat moet je doen?

  1. Lees en bekijk alle links in de wikiwijs.
  2. Je ziet de lijst met meldplichtziekten van vee. Omschrijf bij elke ziekte het volgende:
    • Oorzaak ziekte.
    • Gevolg dier.
  3. Als er een ziekte uitbreekt, zitten hier gevolgen aan vast. Bedrijf de gevolgen voor een bedrijf die te maken krijgt met een meldingsplichtige ziekte.

 

Presentatie week 5

Week 6 Hobbymatig en bedrijfsmatig

WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN HOBBYMATIG EN BEDRIJFSMATIG HOUDEN VAN DIEREN?

Voor bedrijfsmatig gehouden dieren gelden veel meer regels dan voor hobbymatig gehouden dieren. Het verschil is bijvoorbeeld erg groot bij de kippen in geval van vogelgriep. Voor commercieel pluimvee geldt dan een ophokplicht, hobbyderhouders moeten hun pluimvee afschermen van contact met wilde vogels.


Ook zijn er verschillen in de regels voor het vervoer van dieren. En voor varkens is er zelfs een speciale status voor hobbyhouders, de RE-status. Zij mogen niet meer dan vier varkens houden.

https://www.levendehave.nl/vraag/wat-het-verschil-tussen-hobbymatig-en-bedrijfsmatig-houden-van-dieren

BIj het houden van Varkens in Nederland is er een duidelijk verschil te zien tussen professionele en hobbymatige houderij.

 

•A status is een fokkerijbedrijf.

•B status is vermeerderingsbedrijf en ontvangt meestal geslachtsrijpe zeugen van een C-bedrijf en houdt zeugen waarmee biggen worden geproduceerd.

•C status fokt meestal biggen op van een A- of E-bedrijf tot geslachtsrijpe zeugen.

•D status vleesvarkensbedrijf dat biggen opfokt tot de slachtrijpe leeftijd

•E status speenbiggenbedrijf, waar gespeende biggen van een fokkerijbedrijf (A-bedrijf) worden opgefokt.

•F status speenbiggenbedrijf en is vergelijkbaar met een E-bedrijf.

RE status zijn de zeer kleine of hobbybedrijven.

Ga nu aan de slag met de volgende opdracht. Lever je opdracht weer in als hij klaar is. 

 

Recent in het nieuws

Ophokplicht pluimvee weer opgeheven.

https://www.levendehave.nl/dierenwikis/pluimvee/hobbypluimvee-tijden-van-vogelgriep

Week 7 Ziekten uitbraken in de dierensector

Rijksoverheid - ziekte uitbraken

MKZ - nieuws

Vogelgriep - RTL Nieuws

Varkenspest - Nieuwe oogst

BSE - RTV Drenthe

Q-koorts

Opdracht 1 Ziekteuitbraken in de dierensector

In de dierensector krijg je wel eens te maken met ziekte uitbraken. De ziektes kunnen in sommige gevallen ook van dier op mens overgedragen kunnen worden. De andere vormen van de ziektes kunnen ook zoveel schade aanrichten dat de dieren geruimd moeten worden.

  1. Maak een lijst met ziekteuitbraken in Nederland.
  2. Zet de ziekteuitbraken in een tijdbalk met de jaartallen erbij (wanneer is het uitgebroken).
  3. Hoe kun je de ziektes herkennen bij de dieren? Kies één ziekteuitbraak uit (symptomen).
  4. Kunnen de dieren behandeld worden? (denk aan ontruimen of geneesmiddelen).
  5. Welke impact kan een uitbraak hebben op onze samenleving? (denk aan angst of verhuizing).