Jaren 60, welvaart en jongerencultuur
Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:
- omschrijven waar de welvaartsstijging in Nederland in de jaren 60 vandaan kwam.
- uitleggen hoe deze stijging van welvaart een nieuwe cultuur onder jongeren deed ontstaan.
- minimaal twee kenmerken van deze jongerencultuur noemen en kort beschrijven.
Eindproduct-Beoordeling

Eindproduct
Als eindproduct van deze opdracht maak je met een klasgenoot een PowerPointpresentatie over de jaren zestig.
Moet een beeld geven van de jaren zestig en de jongerencultuur die in dat decennium ontstond. Met jouw bijdrage aan de PowerPointpresentatie laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.
Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling let jullie docent op:
- De inhoud: laat je bijdrage aan de PowerPointpresentatie zien dat je begrepen hebt waarom de welvaart in de jaren zestig toenam in Nederland en andere westerse landen, dat die welvaartsstijging een jongerencultuur deed ontstaan en dat je enkele kenmerken van die cultuur kunt herkennen en beschrijven?
- De vorm: is je bijdrage aan de PowerPointpresentatie met zorg geschreven? Zijn de teksten die je inspreekt helder? Sluiten de afbeeldingen en filmfragmenten die je voor je bijdrage aan de PowerPointpresentatie hebt gebruikt goed aan bij de teksten?
- Taalfouten: bevatten de teksten in jouw deel van de presentatie niet teveel taalfouten?
Werkwijze
Activiteiten
Stap |
Groepsgrootte |
Activiteit |
Stap 1 |
Alleen |
Tekst lezen over stijgende welvaart in de jaren zestig. |
Stap 2 |
Alleen |
Tekst lezen over het dagelijks leven in het begin van de jaren zestig. |
Stap 3 |
Alleen |
Tekst lezen over jongerencultuur in de jaren zestig. |
Stap 4 |
Samen met studiegenoot |
Een Powerpointpresentatie maken over de jaren zestig. |
Benodigdheden:
- Computers met internetaansluiting
- PowerPoint of Prezi
Tijd:
Voor deze opdracht heb je twee lesuren nodig.
Stap 1
 |
 |
Steeds meer mensen konden een
auto als deze goedkope Renault 4
of 'lelijke eend' kopen.
|
In de jaren vijftig en zestig hadden mensen in Nederland en andere westerse landen steeds meer geld te besteden. Of anders gezegd: in Nederland en andere westerse landen nam de welvaart in de jaren vijftig en zestig toe. Er ontstond zelfs zoiets als een consumptiemaatschappij.
Die stijging van de welvaart kwam niet uit de lucht vallen. Na de oorlog lag Europa in puin, letterlijk en figuurlijk. De economie was compleet stil komen te liggen en huizen en fabrieken waren op grote schaal vernield. Alles moest worden opgebouwd. In de naoorlogse jaren lag daar ook sterk de nadruk op. Het waren de jaren van de wederopbouw en het harde werken en de grote investeringen op allerlei terrein legden de fundamenten voor een economische bloeiperiode.
Hieronder lees je enkele specifieke aspecten uit de periode na de Tweede Wereldoorlog.
Hieronder lees je enkele specifieke aspecten uit de periode na de Tweede Wereldoorlog.
Sommige landen in Europa waaronder Nederland kregen geld uit dit Amerikaanse hulpprogramma dat van 1947 tot 1952 liep. Met dat geld herstelden deze landen wegen, spoorwegen, fabrieken, enzovoort die tijdens de Tweede Wereldoorlog waren beschadigd of vernield. |
Er was na de oorlog tekort aan alles. Fabrieken werden uit de grond gestampt om aan de behoefte aan goederen te voldoen. De industrie groeide sterk. Zware industrie, chemische industrie, consumentenproducten, enz. Naast de industrie groeide ook de dienstensector flink. Daardoor kwamen er zoveel nieuwe banen dat er meer werk was dan mensen. Er ontstond een schaarste op de arbeidsmarkt en dan gaan de lonen omhoog. |
In Nederland werd in 1968 het minimumloon ingevoerd voor mensen met een baan en een minimumleeftijd van tenminste 15 jaar. Tot je 23e werd het minimumloon elk jaar hoger met je leeftijd. Dankzij de invoering van het minimumloon kregen veel mensen met een baan ineens veel meer loon. |
Naast het minimumloon werden allerlei sociale voorzieningen en verzekeringen ingevoerd. In westerse landen ontstond langzamerhand een verzorgingsstaat. Dat wil zeggen: de overheid zorgde er met uitkeringen en andere steun steeds meer voor dat iedereen voldoende geld had om rond te komen. Armoede als gevolg van ziekte, arbeidsongeschiktheid of ouderdom werd uitgebannen met ziekengeld, uitkeringen en pensioenen.
Armoede als gevolg van een groot kindertal werd door de Algemene Kinderbijslagwet uit 1963 tegengegaan. Iedereen met kinderen kreeg kinderbijslag, geld om zijn kinderen te onderhouden. Tenslotte kwam er een stelsel van studiefinanciering waardoor meer en meer mensen een opleiding konden volgen. Ook als ze zelf daarvoor geen geld hadden. |
Bekijk nu het tweede fragment uit 'Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig'.
Dankzij deze ontdekking kon Nederland voor een groot deel in zijn eigen energiebehoefte voorzien. En de vondsten in Groningen konden worden verkocht aan het buitenland. Het leverde de Nederlandse schatkist veel geld op. |
Vragen:
- Aan welke zaken was het te danken dat de welvaart in Nederland en andere westerse landen steeg?
- Wat voor soort bodemschat werd er in Groningen gevonden?
Stap 2
Wijdere blik op de wereld
Dagelijks leven begin jaren zestig
Begin jaren zestig had iedereen een duidelijke rol. De man was de kostwinner van het gezin en de baas in huis. De vrouw deed het huishouden en zorgde voor de kinderen. De kinderen moesten hun ouders, hun leraren en andere gezagsdragers gehoorzamen en met respect met hen omgaan. In Nederland betekende dat bijvoorbeeld met twee woorden spreken en u zeggen. Spaarzaamheid en zekerheid waren waarden die hoog in aanzien stonden. Een groot deel van de Nederlanders was gelovig en ging wekelijks naar de kerk. Wie dat niet deed, werd erop aangesproken.
Nederland was ook nog eens sterk verzuild. Dat wil zeggen dat iedereen behoorde bij zijn eigen groep: mensen met hetzelfde geloof of dezelfde levensovertuiging, met hun eigen tijdschriften en organisaties, met eigen scholen, kerken en bedrijven. Leden van een zuil kwamen alleen in aanraking met mensen uit dezelfde zuil. Was je bijvoorbeeld rooms-katholiek, dan werd je in een rooms-katholiek ziekenhuis geboren. Je ging naar een rooms-katholieke school, werd lid van rooms-katholieke sport- of andere verenigingen en las alleen een rooms-katholieke krant. Werd je erg ziek, dan ging je naar een rooms-katholiek ziekenhuis. Ten slotte werd je op een rooms-katholiek kerkhof begraven. Zo zat de wereld in elkaar, helder en overzichtelijk, begin jaren ’60. En toen begon die wereld te wankelen.
Mensen kregen bredere kijk op de wereld
Gedurende de jaren zestig konden steeds meer mensen een tv kopen en een auto. Ze hadden meer te besteden aan vakanties en konden bijvoorbeeld met het vliegtuig naar een bestemming in het buitenland reizen. Zo werden de Spaanse stranden in de jaren zestig een favoriete vakantiebestemming. De tv en de reizen brachten de wereld binnen. Nederlanders maakten kennis met muziek, films, kunstvoorwerpen, mode, levensovertuigingen en producten uit andere landen. Amerikanen hadden zich als bevrijders van West-Europa al behoorlijk populair gemaakt, dankzij de tv kregen we ook zicht op de ‘American way of life’. De cultuur in Nederland kreeg er Amerikaanse trekjes van. Dat noemt men veramerikanisering. Maar de Nederlanders keken niet alleen over de grenzen, ook in eigen land breidden de contacten zich uit tot over de grenzen van de eigen zuil. Het zette een ongekend proces in werking, dat van de ontkerkelijking en ontzuiling.
Jongeren profiteerden volop van al die veranderingen. Bekijk het derde fragment uit “Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig”.
Vragen:
- Waardoor werd de “hippe vrijheid van de jeugd” mogelijk?
- Over welke twee dingen konden jongeren in de jaren zestig beschikken?
Dankzij de welvaart konden jongeren ook langer doorleren voordat ze aan het werk moesten. En de keuze van de opleiding werd bepaald door talent en belangstelling. Als hun ouders de opleiding niet (helemaal) konden betalen, sprong de overheid financieel bij.
Het gaf jongeren de vrijheid de wereld te ontdekken en nieuwe dingen te leren kennen. Door eigen muziek, kleding en levensstijl werden jongeren langzamerhand anders dan hun ouders. Niet langer jeugdige kopieën van hun vaders en moeders, maar jongeren met eigen uitdrukkingsvormen en opvattingen, met een eigen cultuur, een jongerencultuur.
Die cultuur kreeg in de loop van de jaren zestig een grote plaats in het dagelijks leven. Jongeren vormden in die tijd een groot deel van de bevolking. En dat kwam door de naoorlogse babyboom. Vanaf 1947 was het aantal geboorten sterk gestegen.

Kijk nu naar het vierde fragment uit “Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig”.
Vragen:
- Wat vond er in 1967 plaats in Rotterdam (in het filmfragment aangeduid als “Maasstad”)?
- Wie profiteerden van de opkomst van de jongerencultuur?
Stap 3
Jongerencultuur in de jaren zestig
Jongeren hechtten weinig waarde aan spaarzaamheid en zekerheid. Door de welvaart hoefden ze niet bang te zijn voor armoede. Hun belangrijkste waarde was vrijheid. Ze wilden zelf kunnen uitmaken naar wat voor muziek ze luisterden, ook al viel die muziek niet in de smaak bij hun ouders. Ze luisterden het liefst naar rock-’n-roll of een ander soort popmuziek. Ze wilden zelf kunnen uitmaken wat voor kleren ze aantrokken en hoe ze zich verzorgden, ook al vonden hun ouders hun uiterlijk niet mooi, niet netjes of onfatsoenlijk. Veel jongeren kleedden zich net als hun idolen uit de wereld van de film of de popmuziek en namen de haardracht van hun idolen over. Ze wilden zelf kunnen uitmaken of ze wel of niet naar de kerk gingen. Kortom: jongeren wilden hun eigen leven en hadden behoorlijk wat kritiek op de wereld van hun ouders en andere gezagsdragers en hun waarden en normen.
Dat dit streven naar vrijheid moeilijkheden kon geven, laat het vijfde fragment zien uit “Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig”
- Waarom werd de jongen van school gestuurd en werd de sollicitant niet aangenomen?
Maar jongeren wilden niet alleen hun eigen levensstijl bepalen, ze wilden veel meer: Kijk naar het zesde fragment uit “Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig”.
- Welke groep jongeren kwam toen in opstand?
- Wat voor soort actie voerden ze om hun protest te uiten?
Nederlandse jongeren wilden hun ouders, leraren en andere gezagsdragers (ook) met “je” of “jij” aanspreken en plaats van met “u” en hen met hun voornaam aanspreken in plaats van met ‘meneer of mevrouw zus-of-zo’.
Kijk naar het zevende fragment uit “Andere Tijden special: Welvaart in de jaren zestig”
- Over welke oorlog zingt Boudewijn de Groot?
- Waarom had deze zanger dit lied over deze oorlog gemaakt?

Oorlog was niet het enige waar jongeren zich druk over maakten. Kijk naar de volgende twee filmfragmenten:
Bekijk het onderstaande filmpje van 0:35 tot 2:23 minuten.

- Waarom kwamen studenten in Parijs, Berlijn en andere steden in opstand?
- Waar protesteerde de beweging Provo tegen?
- Wat voor werkwijze hanteerde Provo daarbij?
- Bij welke plechtigheid in Amsterdam wist Provo het wereldnieuws te halen door actie te voeren?
Jongeren onderscheidden zich meer en meer van hun ouders, maar ook onderling waren er grote verschillen. Niet alle jongeren droegen dezelfde kleren, luisterden naar dezelfde muziek, enzovoort. Integendeel: groepen jongeren waren duidelijk van elkaar te onderscheiden qua uiterlijk, smaak en idealen. Provo was één van die groepen.
Bekijk het onderstaande filmpje van 0:53 tot het einde.
- Welke groep wordt in dit filmfragment beschreven?
- Kijk op wikipedia: Jeugdcultuur . Welke jongerengroepen waren er in Nederland tussen 1950 en 1970 behalve de twee die je al hebt leren kennen?
Stap 4

PowerPointpresentatie
Je hebt gezien hoe het dagelijks leven in de jaren zestig veranderde door de stijging van de welvaart en met name hoe door de stijgende welvaart een aparte cultuur onder jongeren ontstond, een jongerencultuur. Deze periode gaan jullie in beeld brengen door er een PowerPointpresentatie over te maken met teksten, afbeeldingen en filmfragmenten. Zoek je informatie op internet met bijvoorbeeld Google. Gebruik als zoektermen begrippen of namen van jongerengroepen uit deze opdracht.
Kijk ook op wikipedia: Jeugdcultuur .
De presentatie begint met het dagelijks leven rond 1960.
Jullie maken de PowerPointpresentatie in groepen van 2.
De volgende thema’s:
- Oorzaken van de welvaartsstijging in de jaren zestig.
- Dagelijks leven aan het begin van de jaren zestig.
- Bredere kijk op de wereld.
- Jongerencultuur en protest.
- Jongerencultuur en verschillende groepen jongeren.
Spreek voor je aan de slag gaat eerst zo nodig een taakverdeling met elkaar af: wie schrijft teksten en wie zoekt er afbeeldingen en filmfragmenten bij zoekt.
Spreek ook met elkaar af wie van jullie het geheel aan de klas presenteert.
Klaar?
Lever je bijdrage in via ELO.

|
Jezelf op een goede manier presenteren is een belangrijke vaardigheid in deze maatschappij. Je laat zien waar je mee bezig bent geweest, waar je je in hebt verdiept en welke kennis je hebt opgedaan. Powerpoint of Prezi zijn programma's die jou kunnen helpen om informatie te presenteren.
|

|
Begrippenlijst
Welvaart
Welvaart is de mate waarin de behoeften met de beschikbare middelen kunnen worden bevredigd. |
Verzorgingsstaat
In een verzorgingsstaat wordt door de overheid iedereen in de samenleving een aanvaardbaar bestaansminimum garandeerd. |
Babyboom
De sterke toename van het aantal geboorten gedurende de eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog in West-Europa en de Verenigde Staten. |
Consumptiemaatschappij
Samenleving waarin veel mensen voortdurend nieuwe spullen kopen omdat dat hun status verhoogt. |
(Ver)amerikanisering
Het wereldwijd overnemen van Amerikaanse gewoonten, technologie, politieke vaardigheden en de Amerikaans-Engelse taal. Veramerikanisering is sterk verbonden met globalisering. |
Jongerencultuur
Normen en waarden, uitingen en belevingen die kenmerkend zijn voor bepaalde groepen jongeren. Men spreekt ook wel van Jeugdcultuur. |