Nederland en WOI vmbo-kgt34

Nederland en WOI vmbo-kgt34

Nederland en WO1

Leerdoelen

Zo'n 100 jaar geleden was heel Europa verdeeld in twee kampen die met elkaar in oorlog raakten. Heel Europa? Nee, het lukte Nederland om neutraal te blijven. Dat ging wel met moeite en het kleine landje kreeg veel meer met de Eerste Wereldoorlog te maken dan het lief was.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • Vertellen dat Europa verdeeld was in twee militaire bondgenootschappen.
  • Uitleggen hoe het Nederland lukte om neutraal te blijven, anders dan België en Luxemburg.
  • Uitleggen wat het Schlieffenplan inhield waardoor België en Luxemburg (en aanvankelijk ook Nederland) tegen hun wil betrokken werden bij de Eerste Wereldoorlog.
  • Uitleggen hoe Nederland in korte tijd werd overspoeld door Belgische vluchtelingen.
  • Vertellen hoeveel schade Nederland ondanks de neutraliteit toch heeft geleden door de oorlog.
  • Toelichten dat Nederland ook getroffen werd door grote schaarste en oproer.
  • Aangeven hoe Nederland verbonden is aan de Duitse keizer Wilhelm II.

Werkwijze

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Tekst lezen over de neutraliteit van Nederland in de Eerste Wereldoorlog.
Stap 2 Alleen Tekst lezen over de vluchtelingen uit België die Nederland in 1914 overspoelden.
Stap 3 Alleen Tekst lezen over de oorlogsschade in Nederland in de Eerste Wereldoorlog.
Stap 4 Alleen Tekst lezen over schaarste en rijkdom in Nederland tijdens de oorlog.
Stap 5 Alleen Tekst lezen over Huis Doorn, waar de afgezette keizer Wilhelm vanaf 1920 woonde tot zijn dood in 1941.
Stap 6 Alleen Tekst schrijven voor op de plaquette op het monument in Winterswijk ter herinnering aan de neutraliteit van Nederland in de Eerste Wereldoorlog.

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig. 

Stap 1

Neutraliteit
Aan het begin van de 20e eeuw is Europa verdeeld in twee grote militaire bondgenootschappen.
Het Duitse Rijk, de Dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije en Italië vormen samen de Centrale Mogendheden. Het Britse Rijk, Frankrijk en het Russische Rijk hebben zicht verenigd in de Triple Entente. Italië loopt in 1915 over van de Centrale Mogendheden naar de Triple Entente.

De drie kleine landen Nederland, België en Luxemburg zitten ingeklemd tussen beide bondgenootschappen, met name tussen de vijanden Duitsland aan de ene kant en Engeland en Frankrijk aan de andere kant. De twee bondgenootschappen trekken aan de drie kleine landen, maar alle drie geven ze aan zich niet te willen aansluiten bij een van de bondgenootschappen en neutraal te willen blijven.

'Wij verlangen alleen, dat men ons met rust zal laten', schrijft dagblad NRC op 1 augustus 1914. België en Luxemburg lukt het niet om neutraal te blijven en het had maar een haar gescheeld of ook Nederland zou zijn neutraliteit zijn kwijtgeraakt. Dat heeft te maken met de Duitse aanvalsplannen. De kaart hieronder geeft de Duitse plannen aan:

Het Duitse leger verwachtte veel tegenstand van de Fransen langs de grens tussen Duitsland en Frankrijk. De Duitse generaal von Schlieffen kwam met het plan om de Franse verdedigingslinie te omzeilen en de Fransen in de rug aan te vallen. Volgens het oorspronkelijke plan zou het Duitse Rijk Nederland (met name Limburg), België en Luxemburg binnenvallen om te kunnen doorstoten naar Noord-Frankrijk. In het latere plan sparen de Duitsers Nederland. De Duitse legers trekken onder Limburg door. Ze hebben Nederland niet nodig voor het Schlieffenplan.

Vraag:
Het Britse en het Duitse Rijk hadden beide belang bij een neutraal Nederland. Zou je kunnen bedenken welke voordelen een neutraal Nederland voor beide landen had?

Stap 2

Vluchtelingen uit België
Op de grens van Nederland en België liep een groot deel van de oorlog een elektrische draadversperring, bekend als ‘De Draad’ of de ‘Dodendraad’. De draadversperring is aangelegd door de Duitse bezetters in België en stond onder een dodelijke elektrische spanning (2000 volt). Er zijn honderden mensen bij de draad omgekomen. Doel van de draadversperring was om vluchten uit België naar Nederland te voorkomen en smokkel uit Nederland naar België tegen te houden.

Vóór de aanleg van de draadversperring, maar ook daarna nog zijn er duizenden Belgen, vooral burgers maar ook militairen, gevlucht naar Nederland.
Toen op 10 oktober 1914 Antwerpen viel, vluchtten naar schatting 40.000 soldaten en een miljoen burgers naar Nederland. Nederland telde toen 6,25 miljoen inwoners en kreeg er in korte tijd er een miljoen inwoners bij!

De militairen werden ontwapend en in kazernes, tentenkampen en interneringskampen ondergebracht. Het grootste kamp was het Kamp Zeist bij Amersfoort, bestaande uit houten barakken. De helft van de militairen werd gedurende de oorlog tewerkgesteld bij een van de Nederlandse bedrijven.

De Belgische militairen begonnen in 1916 aan de bouw van een monument, dat de waardering moest uitdrukken voor de genoten gastvrijheid.

De massale toeloop van vluchtelingen leidde nergens echt tot grote problemen. De meesten werden opgevangen bij particulieren thuis. De meeste burgervluchtelingen uit België gingen al in november weer terug naar huis. In mei 1915 waren er nog 105.000 vluchtelingen over en dat aantal bleef de rest van de oorlog constant. De meeste burgervluchtelingen die bleven, werden ondergebracht in bewaakte opvangkampen. Er kwamen verschillende soorten kampen voor:

  • gevaarlijke of ongewenste elementen
  • de minder gewenste elementen
  • de fatsoenlijke behoeftigen

De kampen bestonden uit tenten, barakken en later (vooral dankzij een gift van 325.000 gulden van Denemarken) eenvoudige huizen. De meeste Belgische vluchtelingen keerden na de wapenstilstand van 11 november 1918 weer naar huis. In januari en februari 1919 was vrijwel iedereen weer terug in België.

Vragen:

  1. Tussen 1914 en 1918 is het toch zo’n 25.000 Belgen gelukt om dwars door de ‘Dodendraad’ te ontsnappen naar Nederland. Bedenk twee manieren waarop dat kon.
  2. Welke verschillen waren er tussen militaire en burgervluchtelingen?

Stap 3

Oorlogsschade
Hoewel Nederland niet aan de Eerste Wereldoorlog meedeed, heeft het er toch veel mee te maken gehad. Tientallen koopvaardijschepen liepen op een mijn of werden getorpedeerd. Nadat het Duitse Rijk in februari 1917 een onbeperkte duikbootoorlog aankondigde, liepen Nederlandse schepen nog meer risico.

Maar ook op land was Nederland niet vrij van schade. Af en toe vielen er per ongeluk bommen aan de verkeerde kant van de grens. En in 1917 bombardeerden de Britten per ongeluk Zierikzee, dat toch zo’n zestig kilometer van de Belgische grens af ligt.

De grootste schade werd toegebracht aan de economie. De handel met Duitsland was altijd belangrijk voor Nederland en aanvankelijk had de oorlog er geen invloed op. Maar na enige tijd had de oorlog negatieve effecten op de Duitse economie en nam de vraag naar Nederlandse producten af.

Ook Engeland was een belangrijke afzetmarkt (zij het minder belangrijk dan de Duitse), maar de aanvoer uit Nederland naar Engeland stokte door de zeeblokkade en de oorlog op zee.

Nog veel belangrijker was echter het vrachtvervoer van en naar de koloniën. Allerlei materialen uit Nederland konden Nederlands-Indië niet bereiken. En omgekeerd konden de tropische producten uit Nederlands-Indië moeizaam of niet Nederland worden verscheept.

In 1917, na het instellen van de duikbotenoorlog, kreeg Nederland nog veel meer met schaarste te maken.

Vraag:
Waardoor was de oorlogsschade op zee veel groter dan die op land?

Stap 4

Schaarste en rijkdom
Nederland was omringd door landen in oorlog. Daar leed de export onder, maar het had ook grote gevolgen voor de import. Er ontstond schaarste aan allerlei producten, levensmiddelen en brandstof.

Brood en ander voedsel gingen op de bon en er kwamen gaarkeukens. In januari 1917 werd er een rantsoen voor brood ingesteld. Op 28 juni 1917, toen er geen aardappel meer te krijgen was, werd in Amsterdam bekend dat er in de Prinsengracht een schip met aardappelen lag, bestemd voor het leger. De arbeidersvrouwen in de buurt plunderden het schip, om hun gezinnen te kunnen voeden.

In de eerste week van juli zwollen de onlusten aan, de arbeiders zelf kwamen nu ook in actie. Pakhuizen en winkels werden geplunderd. De politie stond machteloos en het leger werd ingezet. Het oproer liep uit op een veldslag op 5 juli 1917, waarbij militairen het vuur openden op een menigte die was samengekomen op het Haarlemmerplein. Er vielen 9 doden en 114 gewonden.

 

Naast voedsel- en brandstoffentekorten hield ook de schaarste aan zeep mensen bezig.
Zeep wordt gemaakt van plantaardige oliën en dierlijke vetten. Dierlijke vetten waren voornamelijk afkomstig van Europees slachtvee en de walvisvangst. Oliehoudende zaden en noten kwamen vooral uit de koloniën in Afrika en Azië. Engeland controleerde de grootste plantages, maar de grootste capaciteit voor het persen en raffineren van de olie bevond zich echter in Noord-Duitsland. Gaandeweg de oorlog kwamen de Noord-Duitse olieperserijen werkloos te staan.

Tegenwoordig gebruiken we geen zeep maar moderne wasmiddelen om onze was schoon te krijgen, maar tijdens de Eerste Wereldoorlog was zeep onmisbaar. De eerste twee jaar had Nederland nog voldoende voorraad, maar eind 1916, begin 1917 raakte dat op.

Een huisvrouw verzuchtte in het blad De Proletarische Vrouw (november 1916): “We moeten wasschen – elke week hebben we zeep, bleekpoeder, zeeppoeder noodig, dat is alles 2, 3, 4 maal zoo duur geworden, maar daar je je goed niet ongewasschen kunt laten, koop je ’t en betaal je het.”

De regering controleerde de productie van zeep (vandaar de spotnaam: ‘regeringszeep’) en zeep ging ook op de bon. Zeep kreeg vaste prijzen om smokkel tegen te gaan, maar toch was er steeds minder zeep beschikbaar. De stukjes zeep werden steeds kleiner. In 1918 ontstond n.a.v. die zeepschaarste onderstaand straatliedje (op een bekende melodie):

In naam van Oranje, de zeep die wordt schaars,
Zo klagen de vrouwen niet min,
Je broek wordt zo goor en je hemd die ziet paars,
Je krijgt er geen grond haast meer in.
Een half onsje zeep, het is niet te groot,
Men krijgt last van vlooien, je krabt je nog dood,
In naam van Oranje, dat grote gespuis,
Die hebben van alles in huis!


Niet alleen burgers, maar ook de militairen kregen maar heel weinig zeep. De krant Het Volk schamperde op 3 augustus 1918: "Het Nederlandsche leger kan men voortaan waarnemen door middel van den neus. Zien behoeft de vijand het niet meer; hij kan het voortaan ruiken."

 

Er ontstond een levendige smokkel in levensmiddelen en vooral zeep. Ze werden OW-ers, oorlogswinstmakers, genoemd. Er waren veel kleine smokkelaars, maar er werd ook op grote schaal gesjoemeld. In 1917 werden een raadslid en de burgemeester van Velzen opgepakt omdat ze betrokken waren bij een clandestiene zeepfabriek. Nederland telde na de oorlog drie keer zoveel miljonairs als ervoor.

 

Vragen

  1. Je zou misschien verwachten dat het ministerie van Economische Zaken zich met de productie van zeep bemoeide omwille van de smokkel, maar nee: een ander ministerie hield zich bezig met zeep. Welk ministerie zou dat kunnen zijn en waarom juist dat ministerie?
  2. Waarom waren OW-ers niet erg populair?

Stap 5

Huis Doorn
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog, als duidelijk is dat Duitsland de oorlog zal gaan verliezen, zetten de Duitsers hun keizer af en wordt Duitsland een republiek. Op 9 november 1918 nemen ze Willem II zijn troon af. Op 10 november vlucht de keizer naar Nederland. Op 11 november wordt de wapenstilstand getekend en is de Eerste Wereldoorlog voorbij.

De keizer bevond zich die dag bij zijn troepen in Spa in België. Hij kon zijn eigen land niet meer in en de geallieerden wilden hem arresteren en berechten voor oorlogsmisdaden. De enige uitweg voor de keizer was het vertrek naar een neutraal land en dus vroeg Wilhelm asiel aan in Nederland. Dat werd door de Nederlandse regering toegestaan op voorwaarde dat hij zich niet meer met politiek zou inlaten. Deze toestemming werd Nederland door de geallieerden niet in dank afgenomen. Knarsetandend konden ze niet veel anders doen dan de beslissing van Nederland te accepteren.

De keizer gaat officieel akkoord met de troonsafstand en betrekt met zijn vrouw Kasteel Amerongen. In 1920 verhuist hij naar Huis Doorn, gelegen in Doorn in de provincie Utrecht. Wilhelm II overlijdt in 1941, ironisch genoeg terwijl er opnieuw een wereldoorlog gaande is. De uitvaart werd, tegen de wil van de keizer in, ook bijgewoond door vertegenwoordigers van het Duitse naziregime dat hij verfoeide.

Vraag:
Waarom zou Nederland eisen dat keizer Wilhelm II zich niet meer met de politiek zou bemoeien?

Begrippenlijst

(Militair) bondgenootschap
Samenwerkingsverband tussen landen op militair gebied, om elkaar te steunen in de strijd.
Centrale mogendheden
Het Duitse Rijk, de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije en Italië vormen in de Eerste Wereldoorlog samen de Centrale Mogendheden.
Triple Entente
Militair verbond dat in 1907 gesloten werd tussen het Britse Rijk, Frankrijk en het Russische Rijk. In 1915 loopt Italië over van de Centrale Mogendheden naar de Triple Entente.
Neutraal / neutraliteit
Onpartijdigheid. Tussen partijen in staan, maar geen partij kiezen in een conflict.
Schlieffenplan
Militair aanvalsplan, in het begin van de vorige eeuw ontworpen door de Duitse chef van de generale staf Von Schlieffen. Het was bedoeld om op die manier Frankrijk te verslaan, mocht het tot oorlog met dat land komen.
De Draad of Dodendraad
Elektrische grensafscheiding tussen België en Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog. Dit moest voorkomen dat mensen uit België naar Nederland vluchttten en smokkelen vanuit Nederland naar België tegengaan.
  • Het arrangement Nederland en WOI vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Harry Maas
    Laatst gewijzigd
    2020-01-06 15:54:53
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, leerlijn, rearrangeerbare

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Geschiedenis. (2020).

    Nederland en WOI vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/89620/Nederland_en_WOI_vmbo_kgt34

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.