Het arrangement Thema: Koloniale relatie vmbo-kgt34 - kopie 1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
- Auteur
- Laatst gewijzigd
- 22-09-2019 22:11:48
- Licentie
-
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
- het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
- het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
- voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.
Het thema 'Koloniale relatie' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.
Fair Use
In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use
Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
- Eindgebruiker
- leerling/student
- Moeilijkheidsgraad
- gemiddeld
- Trefwoorden
- arrangeerbaar, leerlijn, rearrangeerbare
Nederland maakte een bloeiperiode door in de 17e eeuw, de Gouden Eeuw. Daaraan heeft de specerijenhandel flink bijgedragen. De VOC had het alleenrecht op de specerijenhandel met de Oost en deed er alles aan om die monopoliepositie vast te houden.
Eindproduct
In deze opdracht gaat het over de handel in specerijen.







Tussen 1602 en 1799 was het de VOC die Nederlands-Indië bestuurde.

Nederlandse gebiedsdelen in Azië, tot dan bestuurd door de VOC, kwamen in handen van de Engelsen. Met de VOC kwam het niet meer goed. Het bedrijf werd overgenomen door de staat en hield officieel op te bestaan op 31 december 1799. Alle bezittingen waren toen eigendom van de Bataafse Republiek, maar vielen in de jaren daarna geleidelijk in de handen van de Engelsen. Die hadden tussen 1811 en 1816 heel Nederlands-Indië onder bestuur.
De VOC had géén bezittingen in





In 1869 is het Suezkanaal geopend. Een mijlpaal voor de internationale handel maar ook voor de Europese landen met kolonies in Azië of Oost-Afrika. In deze opdracht gaan we op het belang van dat kanaal in.
In deze opdracht gaat het over de aanleg van het Suezkanaal. Dit kanaal, dat door Egypte loopt, vormt de verbinding tussen de Indische Oceaan en de Middellandse Zee. Het was van groot belang voor de expansie van Engeland, Frankrijk, Duitsland en Italië in Afrika en Azië. De periode waarin deze expansie plaatsvond, ongeveer van 1880 tot 1920, noemt men het Modern Imperialisme.


Vraag:

In deze opdracht maak je kennis met het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) dat vanaf 1830 tot 1949 in de Indische Archipel de orde moest houden. In 1949 ging Nederlands-Indië over in de Republiek Indonesië en was de rol van het KNIL uitgespeeld. Je zult ook leren waarom er relatief veel Molukkers onder de wapenen waren onder de KNIL-ers.
In deze opdracht gaat het over het KNIL, het Koninklijk Nederlands Indisch Leger. Dit leger bestond van 1830 tot 1950. Je bestudeert de rol die dit leger in Nederlands-Indië had vóór, tijdens en ná de periode van onafhankelijkheidsstrijd. Op 27 december 1949 werd Indonesië zelfstandig en was het niet langer een kolonie van Nederland en in juli 1950 werd het KNIL opgeheven.



meeste KNIL-ers worden krijgsgevangen genomen. Maar een klein deel van het KNIL weet te ontsnappen naar Australië.

Toen na de Tweede Wereldoorlog Nederland de opdracht gaf om de orde te handhaven, werden daar veel Ambonese militairen voor ingeschakeld. De Ambonezen waren een soort elitekorps van het KNIL en het meest gevreesd. De Ambonese bevolking beschouwde de Nederlanders als bondgenoten. De Indonesische vrijheidsstrijders zagen de Ambonezen als collaborateurs en als landverraders.
Na het vertrek naar Nederland kwam de term Molukkers in zwang. Daar had de Nederlandse regering twee redenen voor:

Nederland heeft veel te danken aan de handel die eeuwen geleden met Indonesiërs werd gedreven. Denk maar aan alle Indonesische gerechten en producten in de supermarkt. Maar die handel verliep niet altijd even eerlijk. In het boek ‘Max Havelaar’ werd voor het eerst de vinger op de zere plek gelegd.
In het koloniale Nederlands-Indië werden veel producten verbouwd die naar Nederland geëxporteerd werden, zoals koffie, suiker en de kleurstof indigo. Nederland probeerde hier veel geld aan te verdienen, maar door de Java-oorlog van 1825 tot 1829 ontstond er juist een grote staatsschuld. Daarom gaf Koning Willem I gouverneur-generaal Van den Bosch de opdracht om verandering in deze situatie te brengen.




In 1901 kondigde premier Abraham Kuyper aan in Nederlands-Indië de Ethische Politiek te voeren. Wat hij daarmee bedoelde, komt misschien wel een beetje in de richting van wat we tegenwoordig ‘ontwikkelingshulp’ of ‘ontwikkelingssamenwerking’ noemen. Tegelijkertijd voerde Nederland ook oorlog in Nederlands-Indië. Is dat wel te rijmen met de nieuwe politiek van Kuyper of niet? Ziedaar het onderwerp van deze opdracht.
Eindproduct








De Nederlandse regering erkende dat het fout was om de Molukse KNIL-ers bij hun aankomst in Nederland te ontslaan.