Een stofeigenschap: Een eigenschap waaraan je een stof herkent.
(ze mogen dus niet veranderen.
Daarom is volume, vorm, massa enz geen eigenschap)
Er zijn heel veel verschillende soorten stofeigenschappen. Hierbij kan je denken aan de meest voorkomende eigenschappen waaraan we een stof kunnen herkennen:
Geur
Kleur
smaak
Glans
Fase (bij kamertemperatuur)
Oplosbaarheid in water
Kookpunt
Smeltpunt
Geleidbaarheid van elektriciteit
Geleidbaarheid van warmte
Magnetisch
Dichtheid
Deeltjesgrootte
Vervormbaarheid
Brandbaarheid
Kleur van de vlam
Corrosiegevoeligheid
Elke stof heeft een unieke combinatie van verschillende stofeigenschappen.
Let op! Deze lijst is bij lange na nog niet volledig. Maar dit zijn de stofeigenschappen waaraan we de meeste stoffen wel kunnen herkennen. Zorg ervoor dat je de dik gedrukte stofeigenschappen uit je hoofd leert, zodat je deze kunt benoemen op het proefwerk.
Stof kunnen we ook verdelen in groepen (groeperen). Dit is makkelij als je weet wat voor soort materiaal/stof je wilt hebben of voor veiligheid.
cola zet je niet tussen de schoonmaakmiddelen maar gbij etenwaren
medicijnen zet je niet naast de samrties maar in een medicijnkast.
Zo zijn er allerlij groepen. Een aantal voorbeelden Zijn
Levenmiddelen
medicijnen
bouwmateriaal
schoonmaak middelen
brandstof
Gevaar symbolen (Hazards)
Er zijn veel stoffen in onze omgeving gevaarlijk/schadelijk voor mens en milleu. Denk aan zuotzuut, vuurwerk, amoniak enz.
Om ons te waarschuwen voor de gevaren van een stof zijn er waarschuwingssymobolen gemaakt.
Leer deze uit je hoofd en weet wat ze betekenen
Het deeltjesmodel
Stoffen bestaan allemaal uit heel kleine deeltjes die moleculen worden genoemd.
Molecuul: Het kleinste deeltje van een stof die de eigenschappen vande stof nog bezit.
Moleculen bestaan weer uit kleine bouwstenen. Deze bouwstenen noemen we atomen. Er zijn meer dan 100 soorten. Zowel moleculen als atomen kunnen we niet met het blote oog zien. Zelfs met een gewone microscoop zijn moleculen & atomen nog niet te zien. Ze zijn dan ook ontzettend klein.
Als je bijvoorbeeld een suikerklontje neem en een molecuul zou zo groot zijn als een zandkorrel dan ligt nederland vol met 10 meter zand.
De opbouw van een molecuul
Een atoom
Het deeltjesmodel zegt iets over hoe de deeltjes zich gedragen. We bespreken hier 6 belangrijke regels.
1) Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen.
2) De moleculen in een stof bewegen.
3) Er zit ruimte tussen de moleculen.
4) In een vaste stof bewegen de moleculen rond een evenwichtstand.
5) Moleculen bewegen gemiddeld sneller als de temperatuur toe neemt.
6) Moleculen trekken elkaar aan.
Met behulp van het molecuul model kunnen we dingen eenvoudig uitleggen.
Uitzetten.
Als de temperatuur toeneemt gaan de deeltjes sneller bewegen. Als je sneller beweegt heb je meer ruimte nodig. gevolg de stof zet uit.
Smelten
Deeltjes trekken elkaar aan. Als de afstand zeer klein is is de aantrekkingskracht het grootst. De kracht is zo groot dat je de deeltjes niet van hun plaats krijgt. Neemt de temperatuur toe dan neemt de afstand tussen de deeltje ook toe. Het gevolg is dat de kracht tussen de deeltjes af neemt. (Net als bij een magneet.) Bij een bepaalde afstand is de kracht zo kleine dat de deeltjes niet meer op een vaste plaats blijven zitten maar vrij bewegen. Denk aan water in een glas.
De kracht tussen verschillende atomen/moleculen is niet hetzelfde. Daarom hebben stoffen ook verschillende smelt/stol punten. Alle eigenschappen van een stof worden bepaald door de manier waarop een molecuul is opgebouwd.
Het arrangement Stofeigenschappen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Wim Tomassen
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2019-08-22 17:50:19
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
In deze module leer je van alles over:
Stofeigenschappen: Wat houdt het in en hoe zit het in de praktijk?
Aan het einde van deze modulen kan je:
Weet je hoe je een stof kan herkennen.
uitleggen wat stofeigenschappen zijn.
enkele voorbeelden van stofeigenschappen noemen.
stoffen onderscheiden door gebruik te maken van stofeigenschappen.
Hoe je een stof kunt groeperen
Weet je hoe het deeltjesmodel werkt
Weet je wat gevaarsymbolen betekenen
In deze module leer je van alles over:
Stofeigenschappen: Wat houdt het in en hoe zit het in de praktijk?
Aan het einde van deze modulen kan je:
Weet je hoe je een stof kan herkennen.
uitleggen wat stofeigenschappen zijn.
enkele voorbeelden van stofeigenschappen noemen.
stoffen onderscheiden door gebruik te maken van stofeigenschappen.
Hoe je een stof kunt groeperen
Weet je hoe het deeltjesmodel werkt
Weet je wat gevaarsymbolen betekenen
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.