Introductie
Een goede pedagogisch werker is de hele dag bezig met het aanbieden van activiteiten die aansluiten bij de ontwikkeling en belevingswereld van het kind. Tijdens dit vak leer je passende activiteiten te bedenken die de ontwikkeling tijdens verschillende ontwikkelingsfasen stimuleert.
Doelen
De lesdoelen zijn in de weekplanning terug te lezen.
Toetsvormen en criteria
Wat werk je uit?
- Activiteitenprogramma voor de doelgroep van de BPV (koppeling met de PIT)
- Plan voor een prototype van nieuw speelmateriaal die de ontwikkeling stimuleert van de doelgroep van jouw BPV.
- Een pitch over het ontworpen prototype
Lees het verder in de beoordelingslijst.
Organisatie en planning
Week 1
Lesdoelen
|
Student kan de belangrijkste ontwikkelingen bij kinderen in de leeftijd van 0-18 jaar benoemen.
Student weet wat er verwacht wordt ten aanzien van de toets vormen en kan de koppeling leggen met de PIT en de oefenopdracht
|
Theorie
|
Materiaal: wit A4 papier en potloden
Hoofdstuk 2, 3, 4 en 5.van O&O
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Terugblik op ontwikkelingspsychologie.
- Herhaling theorie van O&O
- Individueel: studenten maken een ontwikkelingslijn/tijdlijn met daarin de belangrijkste ontwikkeling in de leeftijd van 0-18. Geef steeds op de tijdlijn aan wanneer die ontwikkeling gemiddeld plaats vindt.
- Ontwikkelingslijn vergelijken met andere studenten
- Plenair nabespreken en tot een tijdslijn komen als klas
- Uitleg toestormen en criteria
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Check op de ontwikkellijn van de studenten.
Studenten leggen in tweetallen de ontwikkellijnen naast elkaar en bespreken dit samen.
|
Huiswerk
|
-
|
Week 2
Lesdoelen
|
Studenten kunnen de ontwikkelingsfase van de eigen doelgroep (BPV) beschrijven
Studenten weten welke criteria er zijn voor de toets vormen
|
Theorie
|
DCO hfdst 3.1 en 3.2
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- terugblik vorige week,
- toets vormen en criteria nogmaals toelichten
- behandeling DCO hfdst 3.1 en 3.2 met daarbij de opdracht uit het werkboek
- Studenten maken voor zichzelf aan de hand van de observatie een beschrijving van de eigen doelgroep (BPV)
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Student heeft een goed beeld van de ontwikkelingsfase van de doelgroep op de BPV
Student kan benoemen welke activiteiten er plaatsvinden op de BPV.
Student kent de theorie uit DCO hfdst 3.1 en 3.2
|
Huiswerk
|
Beschrijving doelgroep is af, volgende les mee.
Opdrachten uit het boek zijn gemaakt.
|
Week 3
Lesdoelen
|
Student heeft een beschrijving gemaakt van de doelgroep van de BPV
Student kan de juiste informatie over de doelgroep opzoeken in de theorie (PK)
|
Theorie
|
DCO hfdst 3.3
Pedagogisch kader 0-4 hfdst 8
Pedagogisch kader 4-12 hfdst. 11
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Behandeling DCO hfdst 3.3 met de daarbij de opdrachten uit het werkboek
- Vergelijking beschrijving doelgroep met de theorie. Studenten gaan in tweetallen de beschrijving van elkaar nakijken en toetsen aan de theorie.
- Theorie pedagogisch kader is ter ondersteuning, student gebruikt PK, passend bij de doelgroep
- Klassengesprek over de activiteiten die je tot dusver hebt gezien op jouw BPV
- Klassengesprek over de verschillende vormen van het stimuleren van de ontwikkeling
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Student heeft kennis van de eigen doelgroep (BPV)
Student heeft kennis van de verschillende wijze waarop je de ontwikkeling kunt stimuleren
|
Huiswerk
|
Neem het activiteitenprogramma van jouw BPV mee. Mocht er geen gericht programma zijn, maak je zelf weer een overzicht van de activiteiten die je deze week uitgevoerd ziet op jouw BPV.
Opdrachten uit het werkboek gekoppeld aan hfdst 3.3 zijn af.
|
Week 4
Lesdoelen
|
Student heeft kennis van de behandelde theorie
Student heeft kennis van verschillende activiteitenprogramma’s uit het werkveld
Student kan de programma’s waarderen op het stimuleren van de ontwikkeling
|
Theorie
|
DCC Hoofstuk 4.1 en 4.2
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Behandeling hfdst 4.1 en 4.2
- Studenten vergelijken in groepen het activiteitenprogramma van de BPV met elkaar
- Beoordelen de verschillende activiteitenprogramma’s en presenteren per groep het beste aanbod. Benoemen daarbij op welke wijze dit programma de ontwikkeling stimuleert.
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Student heeft kennis van de inhoud van hfdst 4.1 en 4.2
Student kan benoemen op welke wijze de activiteitenprogramma’s van de BPV de ontwikkeling stimuleren
Student is in staat te beargumenteren waarom de verschillende programma’s in kwaliteit van elkaar verschillen.
|
Huiswerk
|
Opdrachten uit het werkboek gekoppeld aan hfdst 4.1 en 4.2 zijn af.
|
Week 5
Lesdoelen
|
Student kan minstens 3 activiteiten bedenken passend bij de eigen doelgroep (BPV) en benoemen welke ontwikkelingsgebieden deze activiteiten stimuleren. .
Student kent de theorie DCO Hdst. 4.3
|
Theorie
|
DCO Hfdst 4.3
Werkvormen uit Betekenisvolle activiteiten van Jessica Schouten.
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Behandeling theorie 4.3 met de daarbij de opdracht uit het werkboek
- Toelichting op de criteria voor het activiteitenplan en het prototype, (zie voor het prototype de bijlage met de werkwijze en de criteria)
- Studenten gaan individueel brainstormen over het activiteitenplan en het ontwikkelen van het prototype
- Werkvormen voor het brainstormen voor het activiteitenplan kunnen gehaald worden uit het boek Betekenisvol werken. Tips zijn de werkvormen: Doe die dans, stoelentik en mindmappen.
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Studenten weten verschillende vormen van activiteiten te benoemen om de ontwikkeling te stimuleren.
|
Huiswerk
|
Volgende les heeft de student ideeën voor het activiteitenplan en voor het prototype. Er is een start gemaakt met het ontwerp voor het prototype.
Opdrachten gekoppeld aan hfdst 4.3 zijn af.
|
Week 6
Lesdoelen
|
Student heeft ideeën voor het prototype en het activiteitenprogramma.
|
Theorie
|
Lokaalsuggestie: 0.16
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Student krijgt instructies voor het opstellen van een goed activiteitenplan volgens de 5 W’s.
- Eventueel herhaling van de behandelde theorie
- Student krijgt de mogelijkheid om het prototype uit te werken
- Student krijgt de tijd om te werken aan het activiteitenprogramma
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Student heeft een start gemaakt met de twee eindopdrachten.
|
Huiswerk
|
-
|
Week 7
Lesdoelen
|
Student heeft een start gemaakt met het uitwerken van de twee eindproducten.
|
Theorie
|
Lokaalsuggestie: 0.16
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Student werkt aan het prottype voor het nieuwe spelmateriaal
- Student werkt aan de ontwikkeling van het activiteitenprogramma
- Pitch voorbereiden
- Indeling maken voor de pitch
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Prototype en activiteitenprogramma zijn af.
|
Huiswerk
|
Studenten bereiden de pitch voor.
Student maakt het activiteitenprogramma af.
|
Week 8
Lesdoelen
|
Student kan een pitch geven over het ontwikkelde prototype.
Student heeft het activiteitenprogramma af en levert dit in.
|
Theorie
|
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Studenten geven een pitch over hun prototype
- Studenten beoordelen van elkaar het product
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Studenten hebben elkaar onderbouwde feedback gegeven op het prototype.
|
Huiswerk
|
|
Week 9
Lesdoelen
|
|
Theorie
|
|
Suggesties leeractiviteiten
|
- Studenten geven een pitch over hun prototype
- Studenten beoordelen van elkaar het product
|
Evaluatie lesdoelen/ bijdrage PIT
|
Studenten hebben elkaar onderbouwde feedback gegeven op het prototype
|
Huiswerk
|
|
Inspiratie