Eindproduct
Als eindproduct van deze opdracht ga je je watervoetafdruk meten.
Beoordeling
De resultaten gaan jullie bespreken met je klasgenoten.
Leerdoelen
In deze opdracht ervaar je dat er veel meer problemen met water zijn dan je op het eerste gezicht zou denken, ook in Nederland. We kijken naar het directe en het indirecte gebruik van water en vergelijken het gebruik van de inwoners in verschillende landen aan de hand van een watervoetafdruk.
Aan het eind van deze opdracht kun je:
het begrip waterschaarste omschrijven en kun je voorbeelden noemen waardoor waterschaarste wordt veroorzaakt.
Je kent het verschil tussen fysieke en economische waterschaarste.
Je kunt benoemen hoe je waterschaarste terug kunt dringen.
de begrippen Aquifers, fossiel water, stuwdammen en ontziltingsinstallatie beschrijven.
het begrip watervoetafdruk beschrijven en kun je omschrijven waarom de watervoetafdruk van de Nederlanders veel hoger is dan van de meeste andere inwoners op de wereld.
je eigen watervoetafdruk berekenen en voorbeelden noemen van hoe je die kunt verlagen.
Activiteiten
Activiteit
Groepsgrootte
Activiteit
Lezen tekst
Alleen
Lees over waterschaarste. Beantwoord de vragen.
Stap 1
Alleen
Bestudeer het item in de Kennisbank over waterschaarste en wateroverlast. Beantwoord de vragen.
Stap 2
Alleen
Leer over waterschaarste in Nederland en de oorzaken daarvan. Bekijk twee filmpjes en beantwoord de vragen.
Lees over waterschaarste terugdringen en beantwoord de vragen.
Stap 3
Alleen
Maak kennis met de watervoetafdruk.
Stap 4
Alleen
Beantwoord enkele vragen over het onderwerp.
Stap 5
Alleen
Eindproduct: bereken je eigen watervoetafdruk, bekijk hoe groot die is ten opzichte van andere mensen in de wereld en bedenk hoe je die kleiner kunt maken. Met deze gegevens voer je een discussie in de klas met de bedoeling oplossingen te bedenken.
Benodigdheden:
-
Tijd:
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2,5 lesuren nodig.
Kennisbank
Bestudeer de onderstaand tekst:
Waterschaarste
In 2012 hadden wereldwijd meer dan 780 miljoen mensen geen toegang tot veilig drinkwater. De oorzaak daarvan is vaak en combinatie van factoren: de bevolkingsgroei, de trek naar de stad en een veranderd gebruik van het nuttigen van voedsel, zorgen voor een toename van de vraag naar water. Klimaatverandering, ontbossing, waterverspilling en watervervuiling zorgen voor een kleiner aanbod van water. Met gevolg dat volgens sommige prognoses het aantal mensen dat geen toegang tot veilig drinkwater alleen maar zal toenemen.
Een tekort aan schoon water en het gebrek aan moglijkheden om water te zuiveren heeft vele gevolgen. Jaarlijks sterven er vele mensen aan ziektes als gevolg van vuil water. Een groot deel van de ziektes in ontwikkelingslanden zijn het gevolg van slechte santaire voorzieningen. Een groot deel van de bevolking van deze landen is genoodzaakt om zijn/haar behoefte in het openbaar te doen.
Verdroging - watervluchtelingen
Een tekort aan water kan voedselgewassen en veen erstige schade toebrengen. Als gevolg van aanhoudende droogte zal de grond verdrogen. De bodem word kurkdroog. De droogte zal leiden tot een gebrek aan voedsel en op die manier het leven in een gebied onmogelijk maken.
De waterschaarste is op dit moment een probleem in ontwikkelingslanden. Een tekort aan water maakt het moeilijk om daar goed te kunnen leven. Gevolg is onder andere het onstaan van 'watervluchtelingen': mensen die de droogte ontvluchten en op zoek gaan naar gebieden met meer water.
Beantwoord de volgende vragen.
Schrijf twee gevolgen op van een tekort aan schoon water.
Hoe ontstaan er watervluchtelingen?
Stap 1
Waterschaarste
We spreken over waterschaarste als de vraag naar schoon water groter is dan het aanbod. Wereldwijd heeft één op de drie mensen te maken met waterschaarste.
Waterschaarste komt niet alleen in ontwikkelingslanden voor, maar kan zich overal voordoen, ook in Nederland. Daarover lees je meer in stap 2. Maar de grootste problemen ontstaan toch in de stedelijke gebieden waar de beslag wordt gelegd op de watervoorraden in de buurt. In grote delen van Afrika, in het Midden-Oosten, India, Mexico, het westen van de Verenigde Staten, het Noord Oosten van Brazilië en Centraal Azië.
2 Oorzaken van warterschaarste:
* Natuurlijke oorzaken
Soms zijn het vooral natuurlijke oorzaken die voor waterschaarste zorgen. Er zijn grote gebieden waar weinig neerslag valt en waar een groot deel van de neerslag verdampt of bevriest. Ook zijn er gebieden waar bijna alle neerslag in een paar maanden valt. Hier is waterschaarste in de andere maanden.
* Menselijke oorzaken
De hoeveelheid liters water die één persoon jaarlijks gebruikt, dit kun je weergeven in de watervoetafdruk: Totale waterverbruik per persoon per jaar. Hier komen we in stap 4 verder op terug.
Economische waterschaarste
Veel ontwikkelingslanden beschikken over voldoende water voor alle gebruikers: er is geen fysieke waterschaarste. Toch hebben hier veel mensen geen toegang tot schoon water. Dat komt doordat het geld kost om water te zuiveren, leidingen aan te leggen en het water naar huishoudens en bedrijven te transporteren. Als het door geldgebrek niet gebeurt, onstaat er economische waterschaarste (bron 1) Kenmerken voor gebieden met economische waterschaartste is dat veel mensen vervuild oppervlaktewater gebruiken om te wassen, te koken en zelfs om te drinken.
Bron 1: Fysieke en economische waterschaarste op aarde.
Vragen
Waarom is de bevolkingsgroei een probleem voor de hoeveelheid beschikbaar water?
Geef een voorbeeld van toegenomen welvaart in Nederland die het watergebruik heeft doen stijgen.
Stap 2
Verdroging en verzilting
Nederland heeft twee grote problemen die met water te maken hebben: verdroging en verzilting. De afgelopen vijftig jaar is het grondwaterpeil op veel plaatsen in Nederland tientallen centimeters tot wel een meter gedaald. Het gevolg daarvan is verdroging van de bodem. Er zijn drie oorzaken voor het dalen van het grondwaterpeil:
We gebruiken grondwater voor de drinkwatervoorziening, voor de industrie (voornamelijk koelwater voor machines) en het besproeien van gewassen.
De landbouw zorgt voor het afwateren van de grond. Voor de akkerbouw is het namelijk vaak handig om een stevige droge grond te hebben omdat landbouwmachines dan beter kunnen ploegen.
Door een toename van asfalt en beton in de stad kan regenwater de grond minder makkelijk bereiken. Het regenwater wordt wel opgevangen, maar meestal gelijk afgevoerd naar rivieren en kanalen. Het krijgt niet de gelegenheid in de bodem te zakken en daar het grondwater op peil te houden.
Het natuurpark de Groote Peel (zie afbeelding), in Noord-Brabant en Limburg, is een van de meest vogelrijke plaatsen van West-Europa. Dit hoogveengebied wordt omgeven door landbouwgronden die tot 1993 aan afwatering deden om de grondwaterstand te verlagen. Daarnaast werd er tijdens droge zomers ook nog grondwater opgepompt voor besproeiing van akkers.
Zo ontstond er een verschil in grondwaterstand van anderhalve meter tussen de Groote Peel en zijn omgeving. Het gevolg is dat de Groote Peel aan het verdrogen is. De overheid heeft ruim vier miljoen euro uitgegeven om de verdroging van de Groote Peel tegen te gaan, maar nog zonder veel succes.
Verzilting
In het westen van Nederland bestaat een ander probleem met het water. Daar is sprake van verzilting: het steeds zouter worden van de bodem. Voor een deel is dat een natuurlijk proces, waar de mens geen invloed op heeft. Zout water kan de bodem indringen bij overstromingen vanuit zee of als zeewater ondergronds de bodem indringt.
Waar we wel invloed op hebben is het onttrekken van zoet water aan een zogenaamde zoetwaterzak die we vaak in de duinen aantreffen. Een zoetwaterzak is een reservoir met zoet water dat drijft op brak en zout water. Als we zoet water onttrekken aan een zoetwaterzak voor drinkwaterwinning, blijft er minder zoet water over en stijgen het brak en zout water naar boven, naar het grondwater.
Bekijk het filmpje.
Vragen
Welke twee zaken hebben gezorgd voor verdroging van de Groote Peel?
Welke maatregelen zijn genomen om de verdroging tegen te gaan?
Welke maatregelen zijn genomen om de verzilting tegen te gaan?
Waterschaartste terugdringen
Het is moeilijk om het watergebruik terug te dringen in gebieden met waterschaarste. Landbouw- en industriebedrijven kunnen waterbesparende maatregelen invoeren, maar niemand wil dat zij hun productie verminderen. Dat zou leiden tot minder export, minder werk en minder inkomen. In veel gebieden met waterschaarste groeien de bevolking en de bedrijven. Daar neemt de vraag naar water dus nog altijd toe.
Er bestaan wel oplossingen voor de waterschaarste, maar de meeste hebben ook nadelen. Enkele voorbeelden van oplossingen:
* Aquifers, dit zijn afgesloten delen in de ondergrond die grondwater bevatten, (zie bron 2) Vaak is dit fossiel water, dit water dat al vele duizende jaren oud is. Bij waterbronnen komt dit water aan de oppervlakte. Het is ook mogelijk om water uit een aquifer met een put omhoog te halen. Vooral in het Midden-Oosten zijn aquifes belangrijk voor watervoorziening. De aquifers worden langzaam weer aangevuld met water, maar dat gaat niet snel genoeg. Aquifers raken daarom op den duur uitgeput.
* Stuwdammen zorgen ervoor dat water blijft staan in een groot, kunstmatig meer. In gebieden waar de de neerslag in een deel van het jaar valt, zorgen stuwdammen ervoor dat er ook in de rest van het jaar water is. Een nadeel is dat de aanleg van een stuwmeer een grote inpact heeft op een gebied.
* Een ontziltingsinstalatie kan drinkwater van zeewater maken. Dat kost wel heel veel energie en is daardoor er duur. Deze instalaties vind je vaak in het Midden-oosten.
Vragen:
1. Wat is het nadeel van een stuwdam?
2. Waarom vind je veel ontziltingsinstalaties in het Midden-Oosten?
Stap 3
Watervoetafdruk
Iedereen gebruikt een stukje van de aarde. Als alle bruikbare ruimte op aarde verdeeld wordt over alle mensen en de natuur voldoende ruimte krijgt om zichzelf te herstellen, zou elke bewoner gemiddeld recht hebben op 1,8 hectare. Dat stukje aarde vergelijken we met de consumptie van de gemiddelde wereldburger. Hoeveel aardoppervlak is nodig om aan het consumptieniveau van de aardbewoner te kunnen voldoen en zijn afval te verwerken? Dat noemen we een mondiale voetafdruk of een ecologische voetafdruk.
Een gemiddelde Ethiopiër heeft een ecologische voetafdruk van 0,67 hectare. Als iedereen op dezelfde manier zou leven als de Ethiopiërs, zouden we geen problemen hebben.
Een gemiddelde Nederlander heeft een voetafdruk van 6,3 hectare. Als iedereen er dezelfde leefstijl op na zou houden als de Nederlanders, hebben we 3,5 aardbollen nodig.
Met een ecologische voetafdruk kijk je naar alle consumptiegoederen. Je kunt ook het water apart nemen. Het gaat om het water dat je direct gebruikt, noem het maar huishoudelijk water, en om het water dat nodig is bij de productie van de consumptiegoederen. Reken dat uit per persoon en je hebt een watervoetafdruk.
Mensen verbruiken veel water. In Nederland ligt de waterconsumptie op ongeveer 2,3 miljoen liter water per jaar per persoon. Hiervan is 2 tot 5% voor direct huishoudelijk gebruik. De rest, 95 tot 98%, is indirect gebruik: water dat nodig is voor de productie van voedsel, kleding en industriële producten. Onze watervoetafdruk zit vooral in landbouwproducten zoals katoen, koffie en graan.
In het filmpje over waterschaarste in Stap 1 heb je al een indruk gekregen van hoeveel water nodig is voor het maken van producten. De afbeelding hieronder laat van nog meer producten zien hoeveel water nodig is om dat product te maken.
Waterverbruik
Nederlanders zijn grootverbruikers van water, maar een Amerikaan gebruikt twee keer zoveel water (direct + indirect) als een Nederlander. Het zuinigst zijn de inwoners van Congo (een derde van wat de Nederlanders gebruiken).
In Bolivia wonen veel mensen die graag rundvlees eten. Dat is meteen in de watervoetafdruk terug te vinden (bijna drie keer zo hoog als de watervoetafdruk van een Nederlander).
Dat Nederlanders vooral buitenlands water gebruiken, zie je duidelijk in deze grafiek:
Waterverbruik van een aantal landen
Alleen voor Koeweit en Malta is de verhouding extern-intern nog schever.
Vragen
Als alle Nederlanders vegetariër zouden worden, welke invloed heeft dat op de watervoetafdruk?
Waterschaarste is ook voedselschaarste. Kun je uitleggen hoe dat zit?
Stap 4
Toets
De opdracht sluit je af met een toets over waterschaarste
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Meet jouw eigen watervoetadruk
Je doucht (bijna) elke dag, drinkt koffie of thee, je poetst een paar keer per dag je tanden, je kleren worden gewassen, je spoelt het toilet door, pakt de vaatwasser in, enfin, je kent het wel. We gebruiken allemaal een heleboel water per dag. In 2013 gebruikte de gemiddelde Nederlander 119 liter water per dag. Toch is dat maar een fractie van ons totale waterverbruik. Ons indirecte verbruik ligt een stuk hoger.
Kijk maar eens naar het volgende filmfragment:
Vraag:
“35.150 liter. Da’s heel wat”, zegt de man in de supermarkt. En zo is het. Maar is dat ook een probleem? En zo ja, wat is dan het probleem?
Vraag vooraf:
Hoeveel water gebruik jij, als je ook jouw indirecte waterverbruik meerekent? Doe eens een schatting.
Op www.watervoetafdruk.org vind je een heleboel achtergrondinformatie waaronder een gesprek met wetenschapper Arjen Hoekstra, de bedenker van het concept watervoetafdruk.
Op de Engelstalige pagina, http://waterfootprint.org staat de voetafdruk-calculator (calculate your water footprint). Daar kun je een inschatting maken van je eigen voetafdruk. Je moet er wel allerlei gegevens voor achterhalen: wat eet je per week, hoeveel water gebruik je en hoe is jouw kraangedrag, gebruik je water buitenshuis en tenslotte, hoeveel van het bruto gezinsinkomen wordt aan jou besteed? Die laatste vraag is misschien nog wel het moeilijkst. Misschien kunnen je ouders je aan die informatie helpen.
Met een druk op de knop berekent de calculator jouw watervoetafdruk in kubieke meters per jaar. Neem dat x 1000 en deel het door 365 en je hebt jouw dagelijks watergebruik.
Bereid je voor op een discussie in de klas.
Vragen/discussiepunten:
Ligt jouw direct en indirect waterverbruik hoger of lager dan het wereldgemiddelde?
Wat zegt dat over de verdeling van geld en goederen wereldwijd?
Is het nodig de watervoetafdruk van de wereldbewoners dichter bij elkaar te brengen?
Is het mogelijk de negatieve effecten van ons waterverbruik op andere landen tegen te gaan? Zo ja, wat kun je daar dan zelf aan doen?
Voer in de klas een gesprek over deze vragen. Je hoeft elkaar niet te overtuigen, maar probeer gezamenlijk na te denken over oplossingen.
Het arrangement Waterschaarste vwo-havo 1 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Sandria Bankers
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2019-06-03 09:53:48
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Waterschaarste
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.