Als ik later student ben..

Als ik later student ben..

Als ik later student ben..

Welkom!

Welkom op de Wikiwijs pagina 'Als ik later student ben..'.

De komende zes weken ga je aan de slag met allerlei opdrachten die je later zou kunnen tegenkomen als je gaat studeren. Je werkt de komende weken aan dit project tijdens alle lessen wiskunde, vier weken tijdens het vak economie en één week tijdens het vak Nederlands.

Aan het einde van dit project woon je op kamers, ben je op vakantie geweest, heb je een bijbaan en kun je koken!

Learning Diary

De komende weken ga je werken aan verschillende leertaken en deeltaken. Sommige opdrachten doe je alleen, anderen in groepjes. Tijdens het maken van de opdrachten houd je een learning diary bij. Dit is een soort dagboekje waarin je bijhoudt hoe jouw leerproces verloopt. 

Enquête

Tijdens dit project willen we er graag achter komen of deze manier van leren fijn is voor jou. We willen ontdekken of je meer of minder leert en of je meer of minder plezier hebt. We zullen je daarom tijdens het project drie keer vragen om een enquête in te vullen. Dit is een korte vragenlijst met 20 stellingen. De enquête is anoniem, dus we kunnen niet zien welke antwoorden je hebt ingevuld. 

Kennistoets vooraf en achteraf

Zowel vooraf als achteraf maak je een korte kennistoets, zodat we kunnen meten hoeveel je tijdens het project geleerd hebt. Deze toetsen zijn formatief, dus je krijgt hiervoor geen cijfer.

Cijfers

Tijdens het project kun je natuurlijk wel cijfers halen. Bij de verschillende leertaken en deeltaken horen opdrachten die moeten worden ingeleverd en die worden beoordeeld. Sommige taken zullen meetellen bij wiskunde, anderen bij economie of Nederlands. Je krijgt hierover meer informatie bij de verschillende taken.

Zelfstandig of samen werken

Tijdens het project kom je verschillende opdrachten tegen. Sommige opdrachten maak je zelfstandig andere doe je samen. Er wordt telkens bij een opdracht aangegeven of je moet samenwerken of niet. 

Leertaak 1 - Een kamer

Leertaak 1 - Een kamer

Je hebt examen gedaan en een middelbare school diploma gehaald! Na de zomervakantie ga je naar het MBO. De MBO opleiding die jij graag wilt doen wordt aangeboden op drie plekken in Nederland: Amsterdam, Groningen en Zwolle. Je wilt niet elke dag heen en weer moeten reizen met de trein, dus je gaat op kamers. Lekker, een plekje voor jezelf.

In deze leertaak ga je verschillende deeltaken uitvoeren die je nodig zult hebben om op kamers te kunnen gaan.

Voorkennis leertaak 1

  • Je moet getallen onder de duizend kunnen optellen en aftrekken.
  • Je kunt een getal juist afronden.
  • Je moet de nieuwe prijs kunnen berekenen wanneer je een percentage korting krijgt.
  • Je weet wat procenten zijn.
  • Je kunt werken met een verhoudingstabel.
  • Je kunt een oppervlakte berekenen.
  • Je kunt een deel van een hoeveelheid berekenen.
  • Je kunt een percentage bij een aantal uitrekenen.
  • Je kunt de omtrek berekenen van een figuur.
  • Je kunt lengtematen omrekenen.

Leerdoelen leertaak 1

  • Je kunt bepalen hoeveel geld je uit kunt geven.
  • Je kunt een percentage bij een aantal uitrekenen.
  • Je kunt situaties vergelijken met procenten.
  • Je kunt de prijs inclusief btw berekenen.
  • Je kunt rekenen met aantallen boven de 100 procent.
  • Je kunt de nieuwe prijs uitrekenen bij korting.
  • Je kunt de prijs van voor een prijsverhoging berekenen.

Learning diary

Voordat je gaat starten met de eerste leertaak ga je pagina 3 van jouw learning diary invullen.

Deeltaak 1.1 - Budget bepalen

Deeltaak 1.1 - Budget bepalen

De stad waar je gaat studeren, de kamer die je gaat kiezen, de manier waarop je de kamer gaat inrichten is natuurlijk allemaal afhankelijk van het budget dat je hebt te besteden. Budget is een ander woord voor hoeveel geld je hebt te besteden. Als student heb je verschillende manieren waarop je aan geld kunt komen. We gaan in deze deeltaak onderzoeken hoeveel geld je per maand hebt te besteden als student.

Voorkennis:

  • Je moet getallen onder de duizend kunnen optellen en aftrekken.
  • Je kunt een getal juist afronden.
  • Je moet de nieuwe prijs kunnen berekenen wanneer je een percentage korting krijgt.

Leerdoelen:

  • Je kunt bepalen hoeveel geld je uit kunt geven.

Learning diary

Voordat je gaat starten met deeltaak 1.1 vul je de bovenste twee vragen in op pagina 4 van jouw learning diary.

Deeltaak 1.1 - Oefenen

Uitlegvideo over het afronden van getallen

Oefenen - zelfstandig

Ga naar de Schoolwise pagina van wiskunde. Maak '4.1 van aantallen naar procenten'.

Oefenen - zelfstandig

Neem de volgende opdrachten over en werk ze uit in je schrift.

 

Opdracht 1 Je mag bij deze opdracht geen rekenmachine gebruiken.

a. 60 - 15 =

b. 75 - 41 =

c. 99 - 63 =

d. 49 - 17 =

e. 52 + 73 =

 

Opdracht 2

Hoeveel moet je uiteindelijk betalen?

a. De winkelprijs is €89,- en je krijgt 5% korting.

b. De winkelprijs is €790,- en je krijgt 9% korting.

c. De winkelprijs is €122,50 en je krijgt 10% korting.

d. De winkelprijs is €2750,- en je krijgt 7,5% korting.

e. De winkelprijs is €169,- en je krijgt 20% korting.

 

Opdracht 3 Je mag bij deze opdracht geen rekenmachine gebruiken.

a. 844 - 30 =

b. 556 + 5 =

c. 666 - 44 =

d. 600 + 24 =

e. 530 + 18 =

 

 

Deeltaak 1.1 - Inkomsten berekenen

Je gaat samen met een klasgenoot bepalen wat het budget is dat je hebt om uit te geven aan huur. Bij het uitvoeren van deze opdracht moet je rekening houden met verschillende inkomsten en uitgaven.

Gemiddelde inkomsten per jaar voor een MBO student:

Studiefinanciering:  
Zorgtoeslag € 1128,-
Toeslag ouders € 2400,-
Bijbaan € 5004,-

 

  1. Zoek samen uit hoe hoog de basisbeurs is voor een MBO student van 18 jaar oud die op kamers woont. Gebruik hiervoor de site: http://www.duo.nl
  2. Maak een overzicht van alle inkomsten die je hebt per maand.

Learning Diary

Vul de middelste 2 vragen van jouw learning diary in op pagina 4.

Deeltaak 1.1 - Uitgaven berekenen

Gemiddelde uitgaven per jaar voor een MBO student:

Collegegeld  
Zorgverzekering € 1200,-
Telefoon € 324,-
Boodschappen € 1068,-
Kleding € 696
Ontspanning € 900,-

 

  1. Zoek samen uit hoeveel collegegeld een MBO student van 18 jaar oud per jaar moet betalen.
  2. Maak een overzicht van alle uitgaven die je hebt per maand.

 

Deeltaak 1.1 - Inleveropdracht

Hierboven vind je een Word-document. Dit document kun je gebruiken als basis om een overzicht te maken van de inkomsten en uitgaven die je hebt als student. Jouw conclusie is hoeveel geld je over hebt om uit te kunnen geven aan huur per maand.

Als je het document helemaal ingevuld hebt, dan lever je deze in via Magister: opdrachten. Zorg dat je dit beide doet: zowel jij, als degene waarmee je samenwerkt.

Deeltaak 1.2 - Stad en kamer kiezen

Deeltaak 1.2 - Stad en kamer kiezen

Er zijn drie verschillende steden waar de opleiding wordt aangeboden die jij graag wilt volgen, namelijk: Amsterdam, Zwolle en Groningen. Elke stad heeft zijn eigen kenmerken en hierbij horen ook verschillende prijzen. Een kamer in Amsterdam is bijvoorbeeld een stuk duurder dan een kamer in Zwolle. Wanneer je kiest voor een dure stad, dan zal de kamer die je kunt huren een stuk kleiner zijn, maar dan heb je natuurlijk wel de voordelen van een grote stad. Welke keuze maak jij?

Voorkennis:

  • Je weet wat procenten zijn.
  • Je kunt werken met een verhoudingstabel.
  • Je kunt een oppervlakte berekenen.
  • Je kunt een deel van een hoeveelheid berekenen.

Leerdoelen:

  • Je kunt een percentage bij een aantal uitrekenen.
  • Je kunt situaties vergelijken met procenten.

Learning diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 1.2 de bovenste twee vragen in op pagina 5 van jouw learning diary.

Deeltaak 1.2 - Instructie

Instructievideo

Hierboven staat een instructievideo over procenten. Bekijk deze video voor je start met het maken van de opdrachten.

Deeltaak 1.2 - Amsterdam

Amsterdam

Amsterdam is de hoofdstad van Nederland. In Amsterdam wonen 859.732 mensen. De stad heeft een oppervlakte van 219,32 vierkante kilometer. Amsterdam is een multiculturele stad, het aantal verschillende nationaliteiten in de gemeente behoord tot de hoogste van de wereld. De gemiddelde prijs voor een kamer in Amsterdam is €484,-.

Als je kiest voor een kamer in Amsterdam, dan wordt de afbeelding hieronder jouw kamer. De maten staan in de tekening. 

Deeltaak 1.2 - Zwolle

Zwolle

Zwolle is de dichtsbijzijnde stad om te gaan studeren. In Zwolle wonen 126.641 mensen. De stad heeft een oppervlakte van 119,36 vierkante kilometer. Zwolle is de hoofdstad van Overijssel, maar is niet de grootste stad van de provincie, dat is namelijk Enschede. De gemiddelde prijs voor een kamer in Zwolle is €400,-

Kies je voor Zwolle? Dan kies je voor de kamer hieronder. Deze kamer heeft een afmeting van 5,20 bij 4,50 meter.

Deeltaak 1.2 - Groningen

Groningen

Groningen is de meest Noordelijke stad om in te gaan studeren. In de stad Groningen wonen 202.810 mensen. De stad heeft een oppervlakte van 180,21 vierkante kilometer. Groningen staat bekend als studentenstad, het schijnt dat de kroegen hier nooit sluiten. De gemiddelde prijs voor een kamer in Groningen is €414,-. 

Wanneer je kiest voor een kamer in Groningen, dan kies je voor de kamer onder. De afmetingen van deze kamer zijn 3,70 bij 4,00 meter.

Deeltaak 1.2 - Een stad en kamer kiezen

Learning diary

Vul voor je verder gaat met deeltaak 1.2 de middelste twee vragen van jouw learning diary in op pagina 5. 

Inleveropdracht

Deze taak ga je samen met een klasgenoot uitvoeren. Je kunt allebei een werkblad ophalen bij je docent. Jullie mogen samen werken, maar je vult wel allebei je eigen werkblad in. Dit werkblad lever je in als je hem af hebt.

 

Learning diary

Nadat je jouw werkblad hebt ingeleverd mag je de laatste twee vragen in jouw learning diary invullen op pagina 5. 

Learning diary

Je bent over de helft van leertaak 1. Vul nu pagina 7 van jouw learning diary in.

Deeltaak 1.3 - Klussen

Deeltaak 1.3 - Klussen

Je hebt een kamer gekozen; op naar de volgende stap: klussen! De vorige bewoner heeft de kamer helaas niet zo netjes achter gelaten, dus alle muren moeten worden geschilderd en er moet een nieuwe vloer gelegd worden.

Je hebt geluk. De verhuurder wil meebetalen aan het opknappen van de kamer. Je krijgt een budget van €300,- om de kamer weer netjes te maken.

Voorkennis:

  • Je weet wat procenten zijn.
  • Je kunt een oppervlakte berekenen.
  • Je kunt lengtematen omrekenen.

Leerdoelen:

  • Je kunt de prijs inclusief btw berekenen.
  • Je kunt rekenen met aantallen boven de 100 procent.

 

Learning Diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 1.3 de bovenste twee vragen in op pagina 6 van jouw learning diary.

Stencil deeltaak 1.3

Hieronder vind je 3 documenten. Eén voor Amsterdam, één voor Zwolle en één voor Groningen. Afhankelijk van de stad die jij gekozen hebt, kies je een document.

Je mag deze opdracht digitaal maken en inleveren via Magister, maar je mag er ook voor kiezen het papier te doen. Liever op papier? Haal dan een stencil bij je docent.

Je mag zelf kiezen of je deze opdracht samen of individueel doet. Wil je graag samen werken? Kies dan voor iemand die dezelfde stad heeft gekozen als jij.

Deeltaak 1.3 - Muren

Deeltaak 1.3 - Muren

De kamer die jij hebt gekozen heeft verschillende muren die moeten worden opgeknapt. Je kunt muren schilderen, maar je kunt ook kiezen voor behang. Je kiest ervoor 1 muur te behangen en de overige muren ga je schilderen. Je gaat naar de bouwmarkt om materialen te kopen, maar voordat je dit gaat doen moet je natuurlijk weten hoe groot de oppervlakte is die je wilt behangen en hoe groot de oppervlakte is die je moet schilderen.

Behang

Keuzeopties:

 

 

Kosten

Behang

Bloemenbehang: €34.99 per rol

Betonlookbehang: €27.99 per rol

Retrobehang: €22.99 per rol

Behanglijm

 

Verf

Kleuropties:

 

Kwaliteitsopties:

Verfbenodigdheden:

Deeltaak 1.3 - Vloer

Deeltaak 1.3 - Vloer

Learning Diary

Vul voordat je verder gaat met deeltaak 1.3 de middelste twee vragen in op pagina 6 van jouw learning diary.

 

Vloer

Je gaat een nieuwe vloer leggen in de kamer. Je kunt kiezen uit verschillende materialen met verschillende prijzen.

Deeltaak 1.3 - BTW

Instructievideo BTW

In de instructievideo hierboven wordt uitgelegd hoe je rekent met BTW. Bekijk dit filmpje voordat je aan de slag gaat met de laatste opdrachten van deeltaak 1.3.

Deeltaak 1.3 - Klussen afronding

Inleveren deeltaak 1.3

Je hebt deeltaak 1.3 afgerond. Heb je digitaal gewerkt? Dan lever je de opdracht in via Magister. Heb je ervoor gekozen om op papier te werken? Dan lever je het stencil in bij de docent.

Learning Diary

Vul de laatste 2 vragen in van jouw learning diary op pagina 6.

Learning Diary

Je hebt nu leertaak 1 afgerond. Je hebt berekent hoeveel budget je hebt, je hebt een kamer en een stad gekozen en je hebt geklust. Nu eerst tijd voor ontspanning! 

Vul tot slot pagina 10 van je learning diary in.

Verdiepende opdrachten - leertaak 1

Verdiepende opdrachten - leertaak 1

Je hebt leertaak 1 helemaal afgerond. Je gaat nu verder met verdiepende opdrachten. Je hebt hierin een keuze. Je gaat aan de slag met een doe-opdracht of je gaat oefenen met het onderdeel procenten op Schoolwise. De doe-opdracht is een samenwerkingsopdracht, Schoolwise maak je zelfstandig. Wat kies jij? 

Optie 1 - Doe opdracht

 

Samenwerken

Dit is een samenwerkingsopdracht. Kies 1 of 2 klasgenoten waarmee je samen deze opdracht gaat maken.

Opdracht

Samen met je groepje ga je een reclameposter maken. Voor de poster heb je een A3 papier nodig.

Voorbereiding

  1. Kies eerst een thema, bijvoorbeeld doe-het-zelf of toiletartikelen.
  2. Verzamel reclamefolders over het gekozen onderwerp.

Aan de slag

  • Zet bovenaan het thema van jullie poster.
  • Er moeten minstens acht artikelen op staan.
  • Bij zes artikelen moet een orginele prijs, de kortingsactie en de nieuwe prijs staan.
  • Bij twee artikelen staat de prijs exclusief en inclusief btw.
  • Maak bij elk artikel een berekening of een verhoudingstabel om aan te geven hoe je de korting berekend hebt.
  • Zorg dat de poster er leuk en verzorgd uitziet.
  • Maak eventueel zelf tekeningen.

 

Optie 2 - Schoolwise

 

 

Op Schoolwise kun je oefenen met procenten. Ga via Magister naar Schoolwise. Kies voor de link naar de 12e editie van Moderne Wiskunde. Maak van hoofdstuk 4 de samenvatting | extra oefening

 

Leertaak 2 - Stage in het buitenland

Leertaak 2 – Stage in het buitenland

Inmiddels is het kluswerk in jouw studentenkamer af. Voordat je er echt in gaat trekken staat er eerst iets anders leuks te gebeuren. Tijdens jouw studie moet je ook stage gaan lopen. Om te zorgen dat je verschillende ervaringen op doet, ga je stage lopen in het buitenland. Jouw school heeft contacten voor een stageplek in Zweden, Kroatië en Tsjechië. Om te zorgen dat alles goed verloopt op stage, moet er natuurlijk het een en ander geregeld gaan worden.

In deze leertaak ga je verschillende deeltaken uitvoeren die je nodig zult hebben om op buitenlandse stage te kunnen gaan.

Voorkennis leertaak 2

  • Je kunt bepalen hoeveel geld je uit kunt geven.
  • Je kunt lengtematen omrekenen.

Leerdoelen leertaak 2

  • Je kent het begrip schaal.
  • Je kunt rekenen met schaal.
  • Je kunt de schaal berekenen.
  • Je weet wat de Europese Unie is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Europese Unie is.
  • Je kunt uitleggen wat invoer en uitvoer van producten betekend.
  • Je weet wat de Eurozone is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Eurozone is.
  • Je weet dat er verschillen zijn in prijzen en welvaart binnen Europa.
  • Je weet dat er in de Europese Unie vrij verkeer van personen is.
  • Je weet dat er in de Europese Unie vrij verkeer van goederen is.
  • Je weet wat het CE label is.
  • Je kent het Europese keurmerk voor milieuvriendelijke producten.
  • Je weet wat valuta is.
  • Je weet hoe je valuta’s moet omrekenen.

Learning diary

Voordat je gaat starten met de eerste leertaak ga je pagina 2 van jouw learning diary invullen.

Deeltaak 2.1 - Stage voorbereiden

Deeltaak 2.1 – Stage voorbereiden

Je hebt te horen gekregen dat je naar het buitenland op stage gaat. Voordat je alles kunt gaan plannen en voorbereiden, moeten we op zoek naar een stageplek in het buitenland. Jouw school heeft drie opties uitgekozen voor jou: Zweden, Kroatië en Tsjechië. Zorg dat je goed voorbereid op stagereis gaat!

Voorkennis:

  • Je kunt bepalen hoeveel geld je uit kunt geven.

Leerdoelen:

  • Je weet wat de Europese Unie is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Europese Unie is.
  • Je weet wat de Eurozone is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Eurozone is.
  • Je weet dat er in de Europese Unie vrij verkeer van personen is.
  • Je weet wat valuta is.
  • Je weet hoe je valuta’s moet omrekenen.

Learning Diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 2.1 de bovenste twee vragen in op pagina 3 van jouw learning diary.

Deeltaak 2.1 - Stageland

Deeltaak 2.1 - Stageland

Je hebt een land toegewezen gekregen om stage in te gaan lopen. Om een beeld te krijgen van het land waar je naar toe gaat, ga je een filmpje bekijken. Wat heeft het land waar jij naar toe gaat te bieden?

Zweden

Kroätie

Tjechië

Deeltaak 2.1 - Visum

Deeltaak 2.1 - Visum

In veel landen is het nodig om toestemming te hebben om in een te verblijven, te werken en op vakantie te gaan. Ook voor het stagelopen in het buitenland heb je toestemming nodig. Veel landen werken met een visum. Een visum is een document waarop staat dat jij het land in mag gaan. Ook staan er op een visum voorwaarden waaraan jij je moet houden als je het land in gaat. Voor landen die in de Europese Unie zitten, heb je geen visum nodig. In de Europese Unie worden de grenzen niet meer bewaakt. Dit betekent dat er vrij verkeer van personen in de Europese Unie is. Dit maakt het werken of op vakantie gaan in een ander land een stuk makkelijker. Naast dat het reizen makkelijker is in de EU, zijn er meer voordelen voor jou. Klik op de onderstaande link om daar achter te komen.

School tv - Europese Unie

Deeltaak 2.1 - Valuta en wisselkoers

Deeltaak 2.1 - Valuta en wisselkoers

Valuta

Veel landen hebben hun eigen valuta. Valuta is het soort geld dat in een land gebruikt wordt. Nederland betaald sinds 2002 met de euro, voorheen was dit de gulden. De valuta in Amerika is de dollar. Samen met 11 andere landen heeft Nederland afgesproken om met de euro te gaan betalen. Daarna zijn er nog 7 landen toegetreden tot de Eurozone. De Eurozone maakt het makkelijker om te betalen als je in het buitenland zit. Dit zijn de landen in de Eurozone:

Wisselkoers

Als je in een land verblijft waar ze niet met de euro betalen, zul je je geld moeten wisselen. De wisselkoers bepaalt hoeveel geld je terug krijgt voor elke euro die je inlevert. Zoek uit hoeveel jouw euro waard is in het land waar je gaat stagelopen. Je kunt gebruik maken van de onderstaande link:

Wisselkoers valuta

Deeltaak 2.1 - Vliegtickets

Vliegtickets boeken

Je wilt zo snel mogelijk op plek van bestemming aankomen. Daarom kies je ervoor om vliegtickets te boeken naar jouw gekozen land. Er is een erg groot aanbod in vliegtickets. Hierdoor is het verstandig om goed te kijken naar de vliegtickets die het beste past bij jouw budget. Om een goed beeld te krijgen van het aanbod vliegtickets, kun je die het beste met elkaar vergelijken. Je kunt gebruik maken van de link hieronder:

Website Cheap Tickets

Deeltaak 2.1 - Afronden

Afronden

Heb je jouw voorbereidingdocument helemaal ingevuld? Zo ja, bekijk je document kritisch en kijk of je tevreden bent. Ben je helemaal klaar? Lever dan het document in bij de docent.

Checken leerdoelen

Om erachter te komen of je de leerdoelen van deeltaak 2.1 behaald hebt ga je de vragen in de link hieronder beantwooden.

Leerdoelen - controleren

Learning diary

Vul tot slot de laatste twee vragen van het learning diary in op pagina 3.

Deeltaak 2.2 - In het buitenland

Inmiddels is alles gepland en ben je aangekomen op je bestemming in het buitenland. Tijdens jouw stageperiode zul je boodschappen moeten doen en telefonisch contact opnemen met het thuisfront. Om niet voor verrassingen te komen te staan, moeten we hier goed over nadenken. Je wilt natuurlijk wel dat alles wat je koopt veilig, gezond en ook goed voor het milieu is. We gaan onderzoeken of je je staande weet te houden in het buitenland!

Voorkennis:

  • Je kunt bepalen hoeveel geld je uit kunt geven.
  • Je weet hoe je valuta’s moet omrekenen.
  • Je kunt werken met een verhoudingstabel.

Leerdoelen:

  • Je weet dat er verschillen zijn in prijzen en welvaart binnen Europa.
  • Je weet wat het CE label is.
  • Je kent het Europese keurmerk voor milieuvriendelijke producten.

Learning Diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 2.2 de bovenste twee vragen in op pagina 4 van jouw learning diary.

 

Deeltaak 2.2 - Folder

Tijdens jouw stageperiode krijg je te maken met verschillende kosten. Je zult erachter komen dat veel producten en diensten niet even duur zijn als in Nederland. Dit heeft onder andere te maken met de welvaart in een land. Tijdens deeltaak 2.2 ga je een folder maken die je aan andere studenten kunt geven als ze naar dit land op vakantie of stage gaan. De volgende punten moeten wij terug kunnen vinden in jouw folder:

  • Hoe duur is 1 brood, 1 pak melk en 1 kilo kaas in jouw gekozen land? Is het duurder of goedkoper in Nederland?
  • Wat valt jou op over de prijsverschillen tussen jouw gekozen land en Nederland?
  • Waar moet je op letten als je gaat bellen, sms’en en online gaat in jouw gekozen land?
  • Wat is een CE keurmerk? En waarom is die zo belangrijk in de EU?
  • Hoe komt een bedrijf aan een ‘Ecolabel’
  • Jouw folder past op 1 a4 en is gemaakt in word.
  • Lever jouw opdracht in via magister!

Deeltaak 2.2 - Zweden

Boodschappen

We beginnen met de dagelijkse boodschappen. Met jouw gastgezin is afgesproken dat jij alleen voor het ontbijt hoeft te zorgen. Het gastgezin is niet veeleisend en geeft jou het volgende boodschappenlijstje mee voor het ontbijt.

Eenmaal in de winkel aangekomen zie je de boodschappen in de etalage staan. Hoeveel Zweedse Kroon (SEK) ben je in totaal kwijt? Schrijf de berekeningen in je schrift.

Wat kun jij vertellen over de prijs die je voor boodschappen betaald in Zweden? Is dit meer of minder dan in Nederland? Ga op onderzoek uit en beschrijf jouw bevindingen in de folder (minimaal 50 woorden).

Deeltaak 2.2 - Kroatië

Boodschappen

We beginnen met de dagelijkse boodschappen. Met jouw gastgezin is afgesproken dat jij alleen voor het ontbijt hoeft te zorgen. Het gastgezin is niet veeleisend en geeft jou het volgende boodschappenlijstje mee voor het ontbijt.

Eenmaal in de winkel aangekomen zie je de boodschappen in de etalage staan. Hoeveel Kroatische kuna (HRK) ben je in totaal kwijt? Schrijf de berekeningen in je schrift.

Wat kun jij vertellen over de prijs die je voor boodschappen betaald in Kroatië? Is dit meer of minder dan in Nederland? Ga op onderzoek uit en beschrijf jouw bevindingen in de folder (minimaal 50 woorden).

Deeltaak 2.2 - Tjechië

Boodschappen

We beginnen met de dagelijkse boodschappen. Met jouw gastgezin is afgesproken dat jij alleen voor het ontbijt hoeft te zorgen. Het gastgezin is niet veeleisend en geeft jou het volgende boodschappenlijstje mee voor het ontbijt.

Eenmaal in de winkel aangekomen zie je de boodschappen in de etalage staan. Hoeveel Tsjechische kroon (CZK) ben je in totaal kwijt? Schrijf de berekeningen in je schrift.

Wat kun jij vertellen over de prijs die je voor boodschappen betaald in Tsjechië? Is dit meer of minder dan in Nederland? Ga op onderzoek uit en beschrijf jouw bevindingen in de folder (minimaal 50 woorden).

Deeltaak 2.2 - Bellen in de EU

Bellen in de EU

Bekijk onderstaand filmpje.

 

Deeltaak 2.2 - CE Keurmerk

Komt deze afbeelding jou bekend voor? Misschien heb jij het wel eens zien staan op goederen en producten. Dit is het logo van het CE keurmerk. Beschrijf in jouw folder waarom dit keurmerk belangrijk is in de EU en waarom je hierop moet letten als je in het buitenland bent. Je kunt gebruik maken van het onderstaande filmpje:

Deeltaak 2.2 - Milieubewust

Milieubewust

Het Ecolabel, een bloem met de sterren van de Europese vlag, is het Europese keurmerk voor producten die minder milieubelastend zijn. Je komt dit keurmerk al vaak tegen op wasmachines en koelkasten. Maar ook milieuvriendelijke campings, computers, kopieerpapier en schoenen herken je aan het Ecolabel. 

Deeltaak 2.2 - Afronden

Afronden

Is jullie folder helemaal af? Staat alle informatie erop en zijn jullie tevreden over de lay-out? Zo ja, lever de folder dan in via Magister.

Learning diary

Vul tot slot de laatste twee vragen van het learning diary in op pagina 4.

Deeltaak 2.3 - Stage afronden

Deeltaak 2.3 – Stage afronden


Tijdens jouw stage heb je kennis gemaakt met veel belangrijke informatie die je moet weten als je naar het buitenland gaat. Omdat dit per land verschillend is, heeft jouw studie ervoor gekozen dat je een presentatie gaat doen over jouw stageland. Maak je geen zorgen, je mag dit samen doen met iedereen die naar dit land op stage is geweest. Probeer tijdens deze deeltaak de taken goed te verdelen, goed samen te werken en zo te zorgen dat je trots mag zijn op wat je aan jouw klasgenoten laat zien.

Voorkennis:

  • Je weet wat de Europese Unie is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Europese Unie is.
  • Je weet wat de Eurozone is.
  • Je kunt uitleggen wat het voordeel van de Eurozone is.
  • Je weet dat er verschillen zijn in prijzen en welvaart binnen Europa.
  • Je weet dat er in de Europese Unie vrij verkeer van personen is.
  • Je weet wat het CE label is.
  • Je kent het Europese keurmerk voor milieuvriendelijke producten.
  • Je weet wat valuta is.
  • Je weet hoe je valuta’s moet omrekenen.

Leerdoelen:

  • Je kunt belangrijke informatie filteren.
  • Je kunt een overzichtelijke poster maken met informatie.
  • Je kunt kritisch naar jouw eigen product kijken.
  • Je kunt feedback geven aan klasgenoten.

Learning Diary

Vul pagina 5 in van jouw learning diary.

Learning Diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 2.3 de bovenste twee vragen in op pagina 6 van jouw learning diary.

Deeltaak 2.3 - Presentatie maken

Deeltaak 2.3: Presentatie maken

Zoals je eerder al gelezen hebt, ga je een presentatie maken. Tijdens de presentatie krijg je een eigen ‘kraampje’ die je moet gaan inrichten. Dit kraampje staat helemaal in het teken van jouw eigen stageland. Tijdens de presentaties zullen er zes kraampjes te bewonderen zijn. Van elk land een kraampje: Kroatië, Tsjechië en Zweden. Het is de bedoeling dat je bij jouw kraampje informatie gaat geven over het stagelopen bij jouw land. Tijdens het voorbereiden en de stage zelf, ben je veel te weten gekomen. Zorg dat je alle informatie verwerkt in jouw presentatie. Je hebt tijdens deeltaak 2.2 al een folder gemaakt. Haal hier de belangrijkste informatie uit die je op een poster terug laat komen. Daarnaast willen wij ook weten wat je in jouw voorbereiding voor jouw stage allemaal hebt gedaan.

Hieronder vind je de punten die wij terug willen zien in op jouw poster en in jouw uitleg:

  • Zit jouw land in de EU? Wat is hier het voordeel van?
  • Wat is de valuta van jouw land?
  • Wat is de wisselkoers tussen de Euro en de valuta van jouw land?
  • Zit jouw land in de Eurozone?
  • Zitten er verschillen in prijzen tussen jouw stageland en Nederland? Kun je uitleggen waarom dit is?
  • Wat betekent ‘vrij verkeer van personen’? Geldt dit ook voor jouw stageland? Waarom geldt dit wel/niet voor jouw stageland?

Daarnaast is wat algemene en extra informatie over jouw land ook erg handig om toe te voegen. Wat kun jij nog meer vertellen over het land wat belangrijk is voor het stagelopen? Zorg ervoor dat jouw poster er netjes uitgewerkt en mooi opgemaakt uit ziet. Misschien heb je nog wat spulletjes die je mee kunt nemen om jouw kraampje helemaal mooi te maken.

Learning diary

Vul de middelste twee vragen op pagina 6 van jouw learning diary in.

Leertaak 2.3 - Leren van elkaar

Deeltaak 2.3: Leren van elkaar

Normaal gesproken komen er docenten langs om jouw presentatie te beoordelen. In dit geval zijn jullie degene die elkaar verder proberen te helpen tijdens de presentatie. Op het moment dat jullie bij elkaar gaan kijken, probeer dan zo goed mogelijk op te letten. Wat kun jij leren van de presentaties die je gezien hebt? Misschien valt je iets op en kun je de kraampjes een goede tip meegeven waar ze de volgende keer op gaan letten. Zorg dat je alle opmerkingen goed noteert zodat je dit terug kunt geven aan jouw klasgenoten. Neem dit feedback formulier alvast goed door voordat je langs de presentaties gaat.

Leertaak 2 - Afronden

Leertaak 2 - Afronden

Je hebt alle deeltaken van leertaak 2 afgerond. 

Learning Diary

Vul de onderste twee vragen op pagina 6 van jouw learning diary in. 

Learning Diary

Vul tot slot pagina 7 van jouw learning diary in.

Leertaak 3 - Bijbaan

Leertaak 3 - Bijbaan

Je woont inmiddels op kamers en je bent in het buitenland op stage geweest. Langzaam begint je geld op te raken, dus daar ga je een oplossing voor zoeken.

In leertaak 3 ga je opzoek naar een bijbaan. Om een baan te kunnen krijgen zul je moeten solliciteren. In de deeltaken ga je leren een CV en een motivatiebrief te schrijven. Zodra je dit onder de knie hebt, ga je solliciteren op een baan. Hopelijk word je aangenomen!

Voorkennis

  • Je moet weten welke regels er gelden voor het schrijven van een zakelijke brief.

Leerdoelen

  • Je kunt een CV maken.
  • Je kunt een sollicitatiebrief schrijven.

Verdieping

  • Je weet hoe je een sollicitatiegesprek moet voeren.

Learning diary

Vul voordat je begint met leertaak 3 pagina 2 van jouw learning diary in.

Deeltaak 3.1 - CV

Deeltaak 3.1 - CV 

Learning diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 3.1 de eerste twee vragen op pagina 3 van jouw learning diary in.

 

Deeltaak 3.1 - Kwaliteiten ontdekken

Kwaliteiten ontdekken

Om een goed CV en een mooie sollicitatiebrief te kunnen schrijven moet je jezelf een beetje kennen. Je wilt natuurlijk graag een baantje dat bij je past, maar wat zijn eigenlijk jouw kwaliteiten? Om hierachter te komen gaan we het kwaliteitenspel spelen.

 

Deeltaak 3.1 - CV schrijven

Learning diary

Vul de middelste twee vragen op pagina 3 van jouw learning diary in.

Deeltaak 3.1 - CV maken

Een curriculum vitae (letterlijk: levensloop) bestaat uit een schematisch overzicht van:

  • Persoonlijke gegevens: voor- en achternaam, adres (straatnaam, postcode, woonplaats), telefoonnummer(s), e-mailadres, geboortedatum, geslacht, nationaliteit, burgelijke staat;
  • Opleiding: schoolopleiding en eventuele cursussen die van belang zijn voor het vervullen van de vacature;
  • Werkervaring: kort overzicht van de baantjes die je tot nu toe gehad hebt, met de periode (maanden en jaren); vrijwilligerwerk hoort hier ook bij.

Een cv kan daarnaast ook een persoonlijk profiel bevatten. Hierin geef je kort aan wat voor soort persoon je bent voor zover dat van belang is voor de functie, bijvoorbeeld: Ik ben erg geïnteresseerd in techniek. Hobby's en vrijetijdsbesteding noem je niet, tenzij die activiteiten relevant zijn voor de functie.

 

Hieronder vind je een instructievideo over het schrijven van een CV. Bekijk deze video voor je verder gaat. 

Hoe maak je een krachtig CV?

Deeltaak 3.1 - Voorbeeld cv's

Voorbeeld cv's

Er zijn afspraken over welke informatie allemaal op je cv hoort te staan. De manier waarop je je cv vormgeeft mag je zelf weten. Het moet een net document worden, maar hij mag wel opvallen. Het moet een document worden dat bij je past. 

Je vindt hieronder een aantal voorbeelden. Wanneer je zoekt op het internet kun je nog veel meer voorbeelden vinden.

Voorbeeld cv's

Deeltaak 3.1 - CV schrijven

Opdracht 1

Maak een cv voor jezelf. Maak gebruik van de informatie op deze Wikiwijs en in de instructie video.

 

Opdracht 2

Wissel je cv uit met een klasgenoot. Geef elkaar feedback en verbeter eventuele punten.

Opdracht 3

Lever je cv via Magister in bij de docent.

Learning diary

Vul de onderste twee vragen op pagina 3 van jouw learning diary in.

Deeltaak 3.2 - Oefenen sollicitatiebrief schrijven

Learning diary

Vul de bovenste twee vragen op pagina 4 van jouw learning diary in.

 

Een sollicitatiebrief schrijven

Een sollicitatiebrief is een zakelijke brief. Je moet je dus houden aan de regels die gelden voor de vorm van een zakelijke brief. Een uitgewerkt voorbeeld zie je in de instructievideo hieronder. Als je een goede en nette brief schrijft, heb je meer kans om de baan te krijgen.

Zo schrijf je een sollicitatiebrief

  • In de eerste alinea leg je uit op welke functie je solliciteert en hoe je weet dat het bedrijf iemand zoekt voor de functie. Bijvoorbeeld: Op 5 juni las ik op uw website dat u op zoek bent naar een beveiliger. Ik wil graag op deze functie solliciteren. In deze brief zal ik iets meer over mezelf vertellen.
  • In de tweede alinea vertel je iets over jezelf en leg je uit waarom de functie je leuk lijkt. Het is belangrijk dat je enthousiast overkomt. Schrijf niet alleen: Het lijkt me een leuke baan, maar leg ook uit wat je precies leuk lijkt. Bijvoorbeeld: Het lijkt me leuk om op deze manier met mensen te werken.
  • In de derde alinea vertel je waarom de werkgever juist jou zou moeten aannemen. Je vertelt welke eigenschappen jou geschikt maken voor de functie. Als je al werkervaring hebt, vertel je dat ook.
  • In de laatste alinea spreek je een wens of verwachting uit. Bijvoorbeeld: Ik hoop dat u mij naar aanleiding van deze brief uitnodigt voor een gesprek.

 

Hoe schrijf je een aantrekkelijke sollicitatiebrief?

Format sollicitatiebrief

Hieronder vind je een bestand met daarin een format voor de sollicitatiebrief. Open dit bestand en neem hem door.

Oefening: Opdracht 1

Start

Oefening: Opdracht 2

Start

Oefening: Opdracht 3

Start

Oefening: Opdracht 4

Start

Deeltaak 3.2 - Baantje kiezen

Baantje kiezen

Je kent je eigen kwaliteiten, je hebt een cv gemaakt en je hebt geoefend met het schrijven van een sollicitatiebrief. Je gaat nu kiezen op welk baantje je gaat solliciteren.

Hieronder vind je drie opties.

 

 

Deeltaak 3.2 - Solliciteren

Learning diary

Vul de middelste twee vragen op pagina 4 van jouw learning diary in.

Solliciteren

Je hebt geoefend met het schrijven van een CV en een sollicitatiebrief. Je hebt ontdekt wat jouw kwaliteiten zijn en je hebt een baantje gekozen waarop jij wilt solliciteren.

Tussentijdse feedback

Je schrijft een sollicitatiebrief. Je zorgt ervoor dat je sollicitatiebrief voldoet aan de eisen. De eisen vind je in de documenten hieronder. Wanneer jouw brief af is vraag je feedback aan één van je klasgenoten. Zorg dat je de tips van jou klasgenoten verwerkt. Wanneer jullie de brief samen voldoende vinden mag je de brief sturen naar avandenbergh@ichthuskampen.nl. Je doet dit via de schoolmail. Je krijgt binnen 24 uur feedback op je brief.

Inleveropdracht

De eindopdracht voor leertaak 3 is het schrijven van een sollicitatiebrief, het maken van een cv, deze printen en 'opsturen'. Je maakt de brief en het cv op jouw laptop. Zodra je klaar bent en de feedback van je klasgenoten en de docent hebt verwerkt print je jouw brief en onderteken je deze. Bij de docent kun je een envelop halen. Je stopt jouw brief met cv in de envelop en zet de juiste adres gegeven erop. Teken een postzegel en lever jouw opdracht in bij de docent.

 

Learning diary

Vul de laatste twee vragen op pagina 4 van jouw learning diary in.

Leertaak 3 - Verdiepende opdracht

Sollicitatiegesprek

Je voert een sollicitatiegesprek als je een bijbaantje zoekt of als je na je opleiding aan het werk wilt. Tijdens een sollicitatiegeprek kun je laten zien wie je bent en wat je kunt. Zo kan de werkgever beslissen of jij geschikt bent voor de baan en kun je beslissen of die baan jou echt leuk lijkt. 

Zo voer je een sollicitatiegesprek:

  • Lees voor het gesprek de advertentie goed door en zoek informatie over het bedrijf of de instelling.
  • Bedenk van te voren welke vragen aan jou gesteld kunnen worden en welke antwoorden jij wilt geven.
  • Bedenk van tevoren enkele vragen die jij wilt stellen over bijvoorbeeld werkzaamheden, werktijden en scholingsmogelijkheden. Schrijf die vragen op een hulpbriefje.
  • Zorg ervoor dat je er netjes en verzorgd uit ziet.
  • Geef een hand aan het begin van het gesprek en stel jezelf voor.
  • Luister goed naar de vragen en beantwoord ze zo eerlijk mogelijk.

Verdiepende opdracht

Je hebt een sollicitatiegesprek bij een bedrijf. Dit bedrijf wil dat jij een elevator pitch houdt. Dit wil zeggen: je vertelt in 30 tot 60 seconden op een enthousiaste manier het belangrijkste over jezelf. Maak gebruik van jouw zwakke en sterke punten.

1. Noteer wat je wilt gaan zeggen. Je moet in ieder geval vertellen:

  • Wie jij bent;
  • Wat je sterke punten zijn;
  • Waarom het bedrijf jou moet aannemen.

2. Bedenk hoe je de informatie op een enthousiaste manier kunt vertellen. Denk na over bijvoorbeeld lichaamshouding, stemgebruik en oogcontact. Noteer dit kort.

3. Werk samen met minimaal één klasgenoot. Maak om de beurt een filmpje van je elevatorpicht. 

Leertaak 4 - Inrichting

Voorkennis:

  • Je kunt hoeken meten.
  • Je kunt hoeken tekenen.

Leerdoelen:

  • Je kent het begrip schaal.
  • Je kunt rekenen met schaal.
  • Je kunt de schaal berekenen.
  • Je kunt rekenen met een factor tussen 0 en 1.
  • Je weet wanneer je spreekt van een vergroting.
  • Je kent de begrippen vergrotingsfactor en factor.
  • Je kunt de onbekende maten van een vergroting berekenen.
  • Je kent de begrippen origineel en beeld.

 

Deeltaak 4.1 - Kamer inrichten

Deeltaak 4.1 - Kamer inrichten

Nu jouw kamer helemaal is opgeknapt kun je starten met het inrichten van de ruimte. De ideale winkel voor het inrichten van een studentenkamer is natuurlijk de Ikea!

Voorkennis:

  • Je kunt een percentage bij een aantal uitrekenen.
  • Je kunt de omtrek berekenen van een figuur.
  • Je kunt lengtematen omrekenen.

Leerdoelen:

  • Je kunt de nieuwe prijs uitrekenen bij korting.
  • Je kunt de prijs van voor een prijsverhoging berekenen.
  • Je kent het begrip schaal.
  • Je kunt rekenen met schaal.
  • Je kunt de schaal berekenen.
  • Je kunt rekenen met een factor tussen 0 en 1.

Learning diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 4.1 de bovenste twee vragen in op pagina 8 van jouw learning diary.

 

Instructievideo - Schaal

Je gaat aan de slag met het inrichten van jouw kamer. Hiervoor ga je een schaaltekening maken. Bekijk voordat je gaat starten met de opdrachten de instructievideo hierboven.

Deeltaak 4.1 - Meubels kiezen

Deeltaak 4.1 - Meubels kiezen

Je gaat opzoek naar de juiste meubels voor in jouw kamer. Je gaat hiervoor shoppen bij de Ikea. Je hebt een budget van €500,- van je kamer in te richten. Houd er rekening mee dat alle meubels die je kiest moeten passen in de kamer die je hebt.

De volgende meubelen moeten tenminste in je kamer komen:

- Bed

- Tafel/bureau

- Stoel(en)

- Kast

- Lamp

Als je budget over hebt mag je dit natuurlijk opmaken aan andere spulletjes! Zolang het maar in de kamer past.

Opdracht

Ga naar de website van Ikea en maak een boodschappenlijst. Een format voor de boodschappenlijst vind je in het document hieronder. Schrijf op de lijst de naam van het artikel, de afmetingen en de prijs.

 

Website Ikea

Ben je klaar met jouw boodschappenlijst? Lever deze dan in via Magister! 

Deeltaak 4.1 - Schaaltekening maken

Learning Diary

Vul de middelste twee vragen in van jouw learning diary op pagina 8.

Deeltaak 4.1 - Schaaltekening maken

Om een goed beeld te krijgen van hoe jouw kamer eruit komt te zien ga je een schaaltekening maken. Deze tekening maak je op een wit A3 papier dat je ophaalt bij de docent. De schaal van de tekening moet worden: 1:20.

Let op, je zorgt dat alle maten in jouw tekening kloppen, dus zowel van de kamer als van alle meubels die je erin gaat zetten.

Hieronder vind je een instructievideo die je kunt kijken voordat je gaat starten.

TIP: begin met het omrekenen van alle maten van de werkelijkheid naar de tekening.

Deeltaak 4.1 - Afronden

Deeltaak 4.1 - Afronden

Je hebt een boodschappenlijst en een schaaltekening gemaakt. De boodschappenlijst heb je ingeleverd via Magister en de schaaltekening heb je ingeleverd bij de docent.

Learning diary

Vul de onderste twee vragen van jouw learning diary in op pagina 8.

Deeltaak 4.2 - Schilderij maken

Deeltaak 4.2 - Schilderij maken

Verhaaltje.

- Zoals uil destijds.

Voorkennis:

  • Je kunt de omtrek berekenen van een figuur.
  • Je kunt hoeken meten.
  • Je kunt hoeken tekenen.

Leerdoelen:

  • Je weet wanneer je spreekt van een vergroting.
  • Je kent de begrippen vergrotingsfactor en factor.
  • Je kunt de onbekende maten van een vergroting berekenen.
  • Je kent de begrippen origineel en beeld.

Learning diary

Vul voordat je gaat starten met deeltaak 1.5 de bovenste twee vragen in op pagina 9 van jouw learning diary.