In de aankomende 9 lessen ga je meer leren over de anatomie en fysiologie van het menselijk lichaam. Je leert ook veel over je eigen lichaam. In de anatomielessen leer je stapsgewijs de onderdelen van het lichaam kennen. Wat zit er allemaal in je lichaam? En op welke plaats? Bijvoorbeeld, waar zitten je longen ten opzichte van je hart.
Bij de fysiologie lessen leer je de processen in je lichaam kennen. De aparte delen van het lichaam zoals je die in de anatomie hebt leren kennen, worden nu de functie en samenwerking met elkaar uitgelegd. Het gaat hier om orgaansystemen of -stelsels bijvoorbeeld het spijsverteringsstelsel: hoe wordt je eten verteerd? Of hoe krijg je energie?
Samengevat: je leert het menselijk lichaam kennen met zijn structuren en processen, met zijn beperkingen en mogelijkheden.
Planning periode
Les
week
Datum
Evt. zelf bijschrijven
Wat gaan we doen, waar gaat het over?
Bronnen / lesmateriaal
Angerenstein
“Ontwikkeling en omgeving”
1
Kennismaken
De begrippen anatomie en fysiologie
De cel
Thema 1
Blz 13-15 = 1.1
Blz 16-17 = 1.2
Blz 18 = 1.3.1
2
Het skelet en de spieren
De bloedsomloop
Thema 1
Blz 18-20 = 1.3
Blz 21-26 = 1.4
Huiswerkopdracht: Noteer van 2 dagen precies wat je eet: ontbijt, lunch, avondeten en alle tussendoortjes. Denk ook aan het drinken!
3
Het ademhalingsstelsel
Het spijsverteringsstelsel
Thema 1
Blz 27-28 = 1.5
Blz 29-31 = 1.6
4
Koppeling naar eigen onderzoeksvragen
Opdrachten maken (zie PowerPoint)
5
Het zenuwstelsel
Het hormonaal stelsel
Thema 1
Blz 32-33 = 1.7
Blz 33-35 = 1.8
6
Chromosomen en DNA
Thema 1
Blz 36-37 = 1.9
7
Verdieping
8
Toetsing
9
reflecteren en waarderen
10
bufferweek
Beoordeling
Voor het vak anatomie fysiologie word je beoordeeld op de volgende drie onderdelen, namelijk aanwezigheid, inzet en aan het einde van de periode een toets. De toets is een kennistoets over de stof die in de lessen is behandeld.
Lessen
Les 1 Kennismaken met het vak
Les 1
Kennismaken
De begrippen anatomie en fysiologie
De cel
Kennismakingsspel:
Raak de ander aan (aanwijzen, kan ook zonder aanraken) en noem de naam van het lichaamsdeel, het bot, de spier etc.
Wandel door het lokaal. Geef iedereen een hand en vertel welk deel van je lichaam je wel eens (over)last bezorgt.
Sta op in de klas en vertel hoe jij je lichaam gezond houdt
Een normaal compleet skelet van een volwassen persoon bestaat uit 206 beenderen. het skelet zorgt bij mensen vooral voor stevigheid en biedt het aanhechtingspunten voor spieren. In deze les krijg je uitleg over het menselijk skelet en de spieren.
Naast het menselijk skelet en de spieren gaan we in de les in op de bloedsomloop van het menselijk lichaam.
De bloedsomloop bestaat uit:
- Bloed
- Hart
- Bloedvaten
- Lymfatish stelsel
Huiswerkopdracht voor volgende les: Huiswerkopdracht kun je koppelen aan thema ik, zie les 3 voor verdere uitleg
- Noteer van 2 dagen precies wat je eet: ontbijt, lunch, avondeten en alle tussendoortjes. Ook drinken
Les 3 Het ademhalingsstelsel & het spijsverteringsstelsel
In deze les wordt stilgestaan bij het ademhalingsstelsel en het spijsverteringsstelsel. In de les wordt als eerste stil gestaan bij het ademhalingsstelsel. Ademhaling gebeurt meestal onbewust maar men kan ook bewust in- en/of uitademen of de adem even inhouden. Maar hoe werkt dit nou eigenlijk?
Het ademhalingsstelsel bestaat uit:
- Luchtpijp en bronchiën
- Longen
Daarnaast wordt er stil gestaan bij spijsverteringsstelsel.
Belangrijkste onderdelen spijsverteringskanaal:
De mond (speeksel)
De maag
De darmen (slokdarm, twaalfvingerige darm, dunne darm, dikke darm, de endeldarm)
De lever
Bespreken huiswerkopdracht: Deze huiswerkopdracht kun je koppelen aan thema ik Huiswerk: Noteer van 2 dagen precies wat je eet: ontbijt, lunch, avondeten en alle tussendoortjes. Ook drinken
Bespreken in de les: Voldoen jouw dagmenu's aan de schijf van vijf? Leg je antwoord uit met meerdere voorbeelden. Wil je dingen verbeteren?
Goede voeding is namelijk nodig voor een goede spijsvertering. Je kunt hierbij een mooie koppeling maken naar de theorie van de spijsvertering.
Les 4 wordt gebruikt om in groepjes een presentatie over een ziektebeeld bij één van de volgende organen te maken:
Longen Hersenen Lever Alvleesklier
Spieren Lymfeklieren Darmen Hart
Er worden groepjes gemaakt van maximaal 4 personen. Ook niet meer! Dit omdat het groepje een presentatie moet maken waar elke deelnemer een evenredige bijdrage van 2,5minuut moet aanleveren. Er komen maximaal 7 groepjes die elk 10 minuten presenteren = 70 minuten. Dan blijven 20 minuten over voor A&A en losse presentaties van studenten die er in les 4 niet zijn. Als een student in les 4 niet aanwezig is maakt hij/ zij een eigen presentatie van 5 minuten. Keuze uit de organen (galblaas of milt). Een groepje van 3 personen geeft ook een presentatie van 10 minuten en moet individueel dus langer presenteren.
Diepgang wordt verkregen door verdieping in een ziektebeeld waarbij wordt uitgezocht wat de:
-Verschijnselen/ symptomen zijn
-Behandelvormen zijn
-Ethische aspecten van het ziektebeeld zijn
-jargon woorden uitgelegd
Informatie kan worden verkregen uit boeken en/ of internet. Deze laatste alleen betrouwbare bronnen. Dus niet Wikipedia!
- Hoeft niet perse een PowerPoint te zijn. Wees creatief
- Er moet per persoon een bronvermelding (waar je de info uit hebt) aan de presentatie zijn toegevoegd
Het zenuwstelsel is het orgaansysteem dat bij mensen een coördinerende rol speelt bij alle handelingen, zoals het aansturen van de spieren, het verwerken van prikkels en de emotionele en cognitieve processen. Het zenuwstelsel zit ingewikkeld in elkaar. Voor de verduidelijking wordt er onderscheid gemaakt tussen de volgende onderdele.
Eerste onderscheid tussen:
Sensorische zenuwen
Motorische zenuwen
Een tweede indeling is gebaseerd op de plaatst in het lichaam waar zenuwen zitten:
Centraal zenuwstelsel
Perifeer zenuwstelsel
Een derde onderverdeling zegt iets over de mate waarin je zenuwen en prikkels kunt beïnvloeden:
Onwillekeurig zenuwstelsel
Willekeurig zenuwstelsel
Naast het zenuwstelsel bestaat er in het lichaam ook het hormoonstelsel. Hormonen worden via het bloed getransporteerd en komen dus overal in het lichaam. Klieren die hormonen produceren zijn:
In deze les gaan we het hebben over chromosomen. Een chromosoom is drager van erfelijke materiaal. Erfelijke factoren bepalen hoe je eruit ziet en soms ook welke ziektes je kunt krijgen. Om er achter te komen hoe dit werkt, gaan we terug naar het begin: de bevruchte eicel. In de kern van de eicel zitten erfelijkheidsdragers, beter bekent als chromosomen. Daarnaast wordt er stilgestaan bij het DNA (Deoxyribonuclein Acid). DNA is de stof waaruit een chromosoom is samengesteld.
Naar aanleiding van een film over het klonen van honden gaan we een discussie houden over het wel of niet ingrijpen in de natuur. Zie artikel "Pipo de kloon".
In les 4 van deze periode hebben de studenten een presentatie gemaakt. De presentaties over ziektebeelden die passen bij een orgaan worden in deze les gegeven.
Doel: In periode 2 gaan de lessen over pathologie en ziektebeelden. Deze opdracht is al een aanzet daartoe. Daarnaast leren studenten samen te werken, te overleggen en compromissen te sluiten.
Diepgang wordt verkregen door verdieping in een ziektebeeld waarbij is uitgezocht wat de:
Verschijnselen/ symptomen zijn
Behandelvormen zijn
Ethische aspecten van het ziektebeeld zijn
jargon woorden uitgelegd
Informatie kan worden verkregen uit boeken en/ of internet. Deze laatste alleen betrouwbare bronnen. Dus niet Wikipedia!
Eisen aan de presentatie:
10 minuten. Niet langer en niet korter.
Elke deelnemer presenteert 2,5 minuten. Een groep van 3 personen presenteert ruim 3 minuten per persoon.
Hoeft niet persé een PowerPoint te zijn.
Er moet per persoon een bronvermelding aan de presentatie zijn toegevoegd
Iedereen wordt individueel beoordeeld. Beoodeling telt voor 1/3 van het cijfer. Kennistoets, les 9, telt voor 2/3.
Je hebt nu een aantal weken het vak anatomie en fysiologie gevolgd. Je hebt ontdekt dat het menselijke lichaam best ingewikkeld in elkaar zit. Het kan zijn dat bepaalde onderwerpen om extra uitleg en verdieping vragen. In deze les wordt hier aandacht aan besteed.
Deze les is vrij in te vullen door de docent en de leerlingen (optioneel is de PowerPoint van de gastles)
In deze les kan de toets worden besproken en eventueel herkansingen plaats vinden.
Je hebt de afgelopen lessen veel nieuwe kennis opgedaan over het menselijk lichaam. In deze les wordt je kennis getoetst. Voor de toets moet hoofdstuk 1 van het boek worden geleerd. Daarnaast moet de informatie uit de PowerPoints en uitleg tijdens de lessen worden geleerd.
Beoordeling is 2/3 van het cijfer. Op de presentaties van les 7 is ook een beoodeling gegeven die voor 1/3 telt.
Alternatieve eindopdracht
Alternatieve opdracht Anatomie en fysiologie
Huidige opdracht is het maken van een toets (multiplechoice en open vragen). Voor de studenten die niet bij de les(sen) aanwezig kunnen zijn is er de volgende opdracht.
Aangezien anatomie letterlijk betekent ‘open snijden’ om te zien hoe het lichaam er van binnen uitziet en fysiologie zich bezighoudt met de werking van levende onderdelen (organismen) van het lichaam bestaat de alternatieve opdracht uit het schrijven van een filmscript over een reis door dat lichaam.
Dat is eerder gedaan in de fil Inner Space uit 1987 en nog mooier verfilmd in 1966 in de film FantasticVoyage (https://www.youtube.com/watch?v=-hjiVViMuS4), maar dat is natuurlijk al lang geleden.
Maak een filmscript waarin je start met de conceptie, het samengaan van twee cellen. Vervolgens maak je een reis door het lichaam van een mens. Hiervoor maak je in eerste instantie gebruik van de bloedsomloop. Om de persoon in wie je zit in leven te houden zal er zuurstof in het bloed moeten komen. Breng dat in beeld.
Een ander script dat je schrijft brengt het spijsverteringsstelsel in beeld. Hiervoor gaat jouw minirobotje (bijvoorbeeld de moleculaire nanoauto van de Nederlands Nobelprijswinnaar in 2017 Ben Feringa) met een hap eten naar binnen en via het stelsel er ook weer uit. De reis van je leven
Het arrangement Anatomie Fysiologie is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
MZ Noorderpoort
Laatst gewijzigd
2021-09-10 11:09:51
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0
Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of
bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.