Landschappen in Afrika
Welkom klas 1.
Dit is een digitale les over hoofdstuk 3, landschappen in Afrika.
Veel succes en leerplezier!
Instructie
Wat gaan in deze les doen?
Het is een herhalingsles van hoofdstuk 3, landschappen in Afrika.
In deze les gaan we alle paragrafen herhalen.
Het leerdoel voor deze les is:
- Je kunt de kenmerken opnoemen van de 4 landschappen.
- Je kunt verschillen noemen van de landschappen.
- Je leert de begrippen die nodig zijn voor de toets.
Kennisclip
De 4 landschappen
Het Tropisch regenwoud
Tropisch regenwoud op aarde.
Het tropisch regenwoud.
In het midden van Afrika is het altijd warm. De temperatuur ligt het hele jaar tussen de 25 graden Celsius en 35 graden Celsius. Het regent er ook veel. Er vallen bijna dagelijks hevige buien. De bossen in z’n warm en vochtig gebied noemen was tropische regenwouden. In een tropisch regenwoud groeien veel soorten planten en bomen. Het tropisch regenwoud bestaat uit verschillende etages.
En de tropische regenwouden liggen altijd dicht bij de evenaar. Door de breedteligging heeft het gevolgen voor de temperatuur en voor de neerslag die er valt. De zon staat loodrecht boven de evenaar en de zonnestralen geven veel warmte af. En doordat de lucht opstijgt en afkoelt ontstaan er wolken en regent het er veel.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Zie hieronder nog een filmpje met extra uitleg over het tropisch regenwoud.
Goed zo!
Je hebt alle vragen beantwoord. Je kunt je
antwoorden bekijken door terug te gaan naar
de vragen.
Er zijn nog meer oefen vragen beschikbaar,
door de oefening opnieuw te starten krijg je
een nieuwe vragenlijst.
De Savanne
Savanne op aarde.
De savanne: het overgangsgebied tussen het tropisch regenwoud en steppe.
Reis je vanuit het tropisch regenwoud naar het noorden of het zuiden, dan kom je in de savanne!
Een savanne is een overgangsgebied tussen bomen en grasland. Het is er het hele jaar warm net als in het tropisch regenwoud. Maar..... let op! Het regent er niet het hele jaar! Het is er een paar maanden droog. Je vindt er veel hoge grassen en het is het woongebied van veel wilde dieren, zoals leeuwen, olifanten en giraffen.
De Steppe
Steppe op aarde.
De steppe.
Hoe verder je van de evenaar afgaat, hoe droger het wordt in Afrika. Ten noorden en ten zuiden van de savanne valt nog maar in drie maanden een beetje regen. De rest van de maanden is het droog. Hierdoor groeien er geen bomen, maar alleen grassen. Z'n boomloze grasvlakte heet een steppe.
Nomaden.
Leven met de droogte:
In de droge steppe leven is moeilijk. Toch wonen er mensen. Dit zijn meestal nomaden, dit zijn mensen die geen vaste woonplaats hebben en van plek naar plek trekken. Ze zijn altijd opzoek naar voedsel en leven in tenten en van hun vee.
Voorbeeld van noodhulp.
Noodhulp en structurele hulp:
In sommige jaren valt er in de steppe helemaal geen regen, ook niet in de regentijd. Dan gaat het mis: het gras verdroogt en het vee verhongert. De nomaden hebben niets meer om van te leven. We kunnen mensen in die gebieden op twee manieren helpen:
- We kunnen water en voedsel naar het gebied sturen, zodat de mensen en het vee in leven blijven. Dit noem je noodhulp. Noodhulp lost het probleem tijdelijk op, want er kan weer een lange en droge periode komen.
- Een andere soort hulp is structurele hulp. Daar hebben de mensen blijvend iets aan. Bijvoorbeeld door de aanleg van een waterput.
De Woestijn
De woestijn
De woestijn: een nog droger gebied.
Je weet al: hoe verder je van de evenaar komt, hoe droger het wordt. Na de steppe komt een nog droger gebied, de woestijn. In een woestijn regent het bijna nooit. Door de droogte groeit er niets.
Waarom is het in de woestijn zo droog? Je weet al dat het bij de evenaar veel regent. Dat komt door het opstijgen van warme lucht. De lucht koelt af en brengt wolken en regen. Ten noorden en ten zuiden van de evenaar is het precies andersom. Daar daalt juist de lucht en warmt op. De wolken lossen op en de zon gaat schijnen.
De Sahara.
De Sahara
In het noorden van Afrika ligt de Sahara, een enorme woestijn. Nederland past er wel 260 keer in. De Sahara bestaat vooral uit zand, stenen en rotsen.
Toch zijn er plekken in de Sahara waar bomen groeien. Dat kan alleen bij een oase, een plek in de woestijn waar water is. Dit kan een rivier zijn, maar ook een ondergrondse bron.
Bewoners van oasen verbouwen graan, groenten en dadels. Ze houden hun akkers nat met het water uit de oase. Boeren gebruiken hiervoor waterpompen met slangen en sproeiers. Ook graven ze kanaaltjes naar de akkers toe. Het nathouden van akkers heet irrigatie.
De Sahara als bron van energie.
De Sahara levert belangrijke energiebronnen, zoals zon, aardolie en aardgas.
In sommige landen in de Sahara wordt veel aardolie en aardgas uit de grond gehaald. Olie en gas worden over de hele wereld gebruikt. Een nadeel van olie en gas is dat het opraakt. Het zijn brandstoffen die je maar eén keer kunt gebruiken, bijvoorbeeld wanneer je de verwarming of het gasfornuis aanzet.
Zonne-energie raakt nooit op en wordt daarom ook wel een duurzame energiebron genoemd. In de Sahara schijnt de zon bijna altijd. Op en aantal plekken in de Sahara staan al bedrijven met heel veel zonnepanelen. Met deze zonnepanelen wordt elektriciteit opgewekt.
Oefenopdrachten
Instructie
Instructie oefenopdrachten:
De opdrachten wordt gemaakt via het programma wizer.me. Nadat je alle vragen hebt gemaakt lever je het in door rechts onder in te klikken op hand in work. Als je dit gedaan hebt krijg je gelijk feedback op je vragen. Je krijgt dus te zien of het goed of fout is en wat er goed of fout is gegaan.
Veel plezier en succes!
Tropisch regenwoud
Savanne en de Steppe
Woestijn
Toets