Tijd-ruimtecompressie

De wereld is (g)een dorp (meer)

Introductie

Via dit netwerk van kunstmanen kun je op elke plek op het
aardoppervlak mensen bellen elders op de wereld

Ooit woonde een groot deel van de mensen in dorpen. Het dorp was een plek waar men elkaar min of meer kende, waar de bewoners elkaar op vaste plekken ontmoetten, in een gebedshuis, op de markt of in een winkel. Op de markt en in de winkels waren producten te koop die meestal in het dorp zelf of net buiten het dorp waren gemaakt. Het was een overzichtelijke gemeenschap. Gesloten ook, er werd immers niet zo veel gereisd. Men kwam nauwelijks het dorp uit en er kwamen weinig bezoekers het dorp in. Men was aan taal en kleding te herkennen.
Sinds een aantal jaren leeft meer dan de helft van de wereldbevolking in steden. Zowel de mobiliteit als de mogelijkheden tot communicatie over grote afstanden zijn enorm toegenomen. Net als de handel. Immens grote hoeveelheden goederen en kapitaal worden wereldwijd getransporteerd, als het moet in razend tempo.
Is de wereld een dorp geworden, één gemeenschap, zoals dat dorp van vroeger? Die vraag krijg je in deze les voorgelegd en het is de bedoeling dat je probeert er een beargumenteerd antwoord op te geven.

Oriëntatie

Hoofdvraag:
Is de wereld te beschouwen als een Global Village of dekt die term niet de lading?

Deelvragen:

  • Waar komt de term ‘Global Village’ vandaan?
  • Wat betekende deze term oorspronkelijk?
  • Is de betekenis ervan later veranderd? Zo ja, hoe?
  • In welke opzichten kun je nu spreken over de wereld als een ‘Global Village’?
  • In welke opzichten kun je nu niet meer spreken over de wereld als een ‘Global Village’?

Aan het einde van deze les ken je de volgende begrippen:

  • Globalisering
  • Anti-globalisme
  • Anders-globalisme
  • Global Village
  • Multinationale ondernemingen (multinationals of mno’s)

Eindproduct + beoordeling
Je werkt mee aan een paneldiscussie in de klas over de stelling ‘De wereld is nu één groot dorp geworden’. Bij de paneldiscussie let je docent erop dat:

  • de argumenten die je aanvoert om de stelling te ondersteunen of te weerleggen correct zijn en op feiten gebaseerd;
  • je de andere deelnemers de kans geeft om hun meningen te geven en te onderbouwen;
  • je respect toont voor de mening van de andere deelnemers, ook als die het niet met je eens zijn.

Vooraf

Activiteiten:

Stap Groepsgrootte Activiteit Tijd
Stap 1 Alleen De hele wereld een dorp 0,2 uur
Stap 2 Alleen Steeds meer internationale verbindingen en handel 0,2 uur
Stap 3 Alleen Beperkingen en tegengas 0,2 uur
Stap 4 Alleen Paneldiscussie in de klas 0,2 uur
Stap 5A Alleen Eindtoets 0,2 uur
Stap 5B Samen Eindopdracht 0,5 uur


Stap 1 t/m 3 doe je alleen. Je krijgt er 1¾ les de tijd voor.
Daarna maak je de vragen van de Eindtoets alleen. Daar ruimt je docent ¼ les voor in,
of:
Je docent houdt een paneldiscussie over de vraag of je de wereld nu als een groot dorp kan beschouwen of niet. Daar ruimt je docent ½ les voor in.

Stap 1: De hele wereld een dorp

Dit is het eerste gedrukte boek uit 1454. Sindsdien heeft de wereld er een
nieuw communicatiemiddel bij.

Geografen en mensen die veel van internationale betrekkingen af weten, nemen soms de term ‘Global Village’ in de mond. In het Nederlands betekent dit begrip ‘de wereld als dorp’.

Stap 2: Steeds meer internationale verbindingen en handel

     
Deze kunstmaan, de Telstar, werd in 1962 gelanceerd en was de eerste operationele kunstmaan waarmee tv-programma’s en telefoongesprekken via de ruimte konden worden doorgezonden over intercontinentale afstanden. Daarvoor gebeurde dat via steunzenders en kabelnetwerken op het aardoppervlak. Je hebt een schotelantenne nodig voor het ontvangen van programma’s die via een kunstmaan worden uitgezonden.


Lang voordat, maar vooral nadat het begrip ‘Global Village’ was bedacht, raken samenlevingen en landen steeds meer met elkaar verweven op economisch, politiek en cultureel gebied, of anders gezegd: de wereld maakt een proces van globalisering door. Dit proces voltrekt zich vooral vanaf 1980 in een steeds hoger tempo. Het wordt gestimuleerd door multinationale ondernemingen, bedrijven die vanuit hun hoofdkwartier in meer landen of zelfs wereldwijd opereren. Dat doen ze onder meer om nieuwe afzetmarkten voor hun producten aan te boren. Ze krijgen daarbij een flinke steun in de rug door de uitvinding van nieuwe en snelle communicatiemiddelen.
Voorbeelden van dergelijke multinationals of mno’s zijn winkelketens als Ikea en C&A, restaurantketens als McDonalds (restaurants van deze onderneming vind je in bijna alle landen van de wereld), bedrijven als Coca Cola, Pepsi, Nike en multinationale olie- en gasproducenten. Zie ook GB 54, kaart 247 C/D of GB 55, kaart 269 C/D.
Waarom kunnen deze netwerken steeds makkelijker over grenzen heen hun activiteiten ontplooien? Daar zijn nog twee andere redenen voor te geven.

Beleid van landsregeringen vaak vriendelijk voor bedrijven
Kijk voor een voorbeeld hiervan naar de SchoolTVfilm ‘De geschiedenis van de Monetaire Unie


  1. Door welke maatregelen wordt het telkens een stuk makkelijker voor multinationale ondernemingen om zaken te doen in West-Europa?
  2. Wat merken de inwoners van de betrokken landen van de eerste maatregel?
  3. Waarom zijn multinationale ondernemingen waarschijnlijk blij met het gevolg van die maatregel?
  4. Zoek op internet op waarom je vanaf 2014 een IBAN-nummer moet gebruiken om geld over te boeken van de ene naar een andere bankrekening, en zoek op waarom bedrijven het prettig vinden dat het IBAN-nummer is ingevoerd.

Vervoer wordt sneller, grootschaliger en goedkoper
Reizen wordt voor steeds meer mensen betaalbaar, ook over grotere afstanden vooral omdat vervoer sneller, grootschaliger en goedkoper is geworden. Maar ook dankzij stijgende welvaart in onder meer Europa, Japan en de VS.

  1. Zoek uit op internet op welke manier de straalmotor en de container ertoe hebben bijgedragen dat vervoer van personen en goederen steeds sneller, grootschaliger en goedkoper werd.

Door de globalisering gaat handel steeds meer over landsgrenzen heen. Je merkt het alleen al als je een winkel, en zeker als je een supermarkt binnengaat. Je vindt er niet alleen producten die in Nederland en misschien in je woonplaats zijn gemaakt, maar ook, en vooral producten uit het buitenland.

  1. Zoek op in GB54 kaart 248F of in GB55 kaart 270F. Welk effect heeft globalisering blijkbaar ook op het aanbod van producten?
  2. In Stap 1 heb je gezien wat de term ‘Global Village’ oorspronkelijk betekende. Hoe kun je ‘Global Village’ nu omschrijven?

Stap 3: Beperkingen en tegengas

Globalisering wordt afgeremd door de volgende factoren:

  • Verzet tegen de globalisering

Globalisering, de toenemende verwevenheid op economisch en cultureel gebied, kent niet alleen maar voorstanders. Het wordt door veel mensen ook gezien als vooral een westerse aanslag op lokale cultuur en economie. Ze zitten niet te wachten op de heerschappij van Pepsi, McDonalds en Hollywood. Ze vinden de vrije markt helemaal niet vrij omdat de spelers op die markt niet gelijkwaardig zijn. Rijke landen zijn in staat om lokale markten compleet weg te concurreren. Ook in rijke landen is er meer en meer verzet. Uit veel landen is een aanzienlijk deel van de maak-industrie verplaatst naar lage-lonen-landen en daarmee is veel werkgelegenheid verdwenen. Dat heeft ook in rijke landen tot een grotere tweedeling geleid, zij die van de globalisering profiteren en zij die zich als verliezers beschouwen. De opkomst van populistische en anti-democratische bewegingen in deze landen heeft, zo lijkt het, met die tweedeling te maken.

  1. Zoek uit wat het verschil is tussen antiglobalisme en andersglobalisme.

 

  • Inkomensverschillen
    Zoek op in GB54 kaart 240G Extreme armoede of GB55 kaart 262F Extreme armoede

 

  1. In welke werelddelen is het aantal mensen met toegang tot producten die op de wereldmarkt worden aangeboden en dat (lange) reizen kan maken relatief het grootst?
  2. In welke werelddelen is het aantal mensen met weinig of geen toegang tot producten op de wereldmarkt en dat geen (lange) reizen kan maken relatief het grootst?

 

  • Protectionisme
    Door de globalisering en de daarmee toenemende internationale handel raken mensen en landen op economisch gebied steeds meer met elkaar verbonden. Dat heeft nadelige gevolgen, zoals de volgende YouTubefilm laat zien.
    ‘Trump/Clash Global marktwerkingssysteem-Protectionisme/Prof. J. van Duijn/Een vandaag/10

  1. Wat zijn die nadelige gevolgen?
  2. Wat is de term die professor van Duijn gebruikt voor het handelsbeleid van sommige landen waarmee ze die nadelige gevolgen willen tegengaan?
  3. Zoek uit op internet wat dat handelsbeleid in de praktijk inhoudt.

 

  • Censuur
    Marshall McLuhan, de grondlegger van het concept Global Village (begin jaren ‘60), zag al vroeg dat het medium een belangrijke stempel drukt op de boodschap en dat media zowel het individu als de samenleving sterk beïnvloeden. Dat is ook de reden dat media lang niet overal vrij zijn om hun boodschappen te verspreiden. Elk jaar sneuvelen journalisten, ook in landen met een democratisch regime zoals Malta, Slowakije of Bulgarije. In Hongarije en Turkije worden kranten opgeheven en journalisten opgepakt. Donald Trump, president van de VS, noemt kritische journalisten ‘the Enemy of the People’. De vrijheid van meningsuiting staat voortdurend onder druk. Ook op internet.



    Dat blijkt uit een onderzoek van de Amerikaanse Niet-Gouvernementele Organisatie Freedom House. Elk jaar onderzoekt Freedom House de internetvrijheid in 65 landen. Internet wordt het sterkst gecensureerd in China, gevolgd door Syrië en Iran. Maar ook elders is er sprake van toenemende censuur door regeringen. Ook in westerse landen.
    In 40 van de 65 landen werden er mensen gevangen genomen voor het delen van politieke, sociale of religieuze content. Van de drie miljard mensen die toegang hebben tot internet leeft 47 procent in landen waar individuen zijn aangevallen of vermoord om hun digitale activiteiten.

    De internetvrijheid in Nederland is niet onderzocht door Freedom House. (naar een artikel in NRC uit 2015)

 

  1. Zoek uit hoe het staat met de communicatievrijheid op internet in Nederland. Op welke manieren staat die vrijheid onder druk en wat is daar tegen te doen? (De website van) Bits of Freedom kan je daarbij helpen.

 

  • Er is nog een vijfde belemmering voor globalisering.
    Die ga je in kaart brengen in de volgende onderzoeksopdracht:

    Columnisten als Bas Heijne, politici en informatiedeskundigen beschrijven sociale media (zoals Facebook en Twitter) als echokamers waarin alleen mensen met dezelfde overtuigingen, meningen, politieke voorkeuren en interesses met elkaar communiceren. In hedendaags taalgebruik omschreven als ‘in je eigen bubbel zitten’. Daardoor zouden gebruikers van deze media alleen maar meningen en opvattingen horen die overeenstemmen met de hunne. Hierdoor krijgen die gebruikers de indruk dat ze altijd gelijk hebben, wat ze ook beweren en ongeacht de mate waarin hun beweringen kunnen worden ondersteund met feiten.
    Is dit beeld van gebruikers van sociale media ook op jou van toepassing? Zijn de mensen met wie jij via de sociale media contact hebt alleen maar mensen die hetzelfde denken en voelen als jij en dezelfde interesses hebben als jij? Of zijn er ook mensen bij die een mening die je uitspreekt, proberen te weerleggen of mensen die een andere kijk op de dingen hebben dan jij en die jou dat ook laten merken?
    Ga dat na aan de hand van de kennissenkring die je hebt opgebouwd via de sociale media, en noteer je bevindingen.
    Deel deze bevindingen met je klasgenoten in een kort klassengesprek.

Stap 4A: Eindtoetsvragen

Maak de toets hieronder.

Stap 4B: Eindproduct

Leven we nu inderdaad in een wereldwijd dorp, een Global Village, of is dat niet het geval?
Daar gaan jullie een paneldiscussie over voeren. Hierbij zal één deelnemer de volgende stelling verdedigen: ‘De wereld is nu één groot dorp geworden’. De andere deelnemer probeert juist aan te tonen dat de stelling onjuist is. Een moderator leidt de discussie en vraagt aan het einde ervan aan de overige leerlingen wie van het panel zijn of haar standpunt het best heeft verdedigd en onderbouwd.
De klas gaat in twee groepen aan het werk. De ene groep zoekt argumenten om de stelling te onderbouwen, de andere groep zoekt argumenten om de stelling te weerleggen. Vervol­gens kiezen beide groepen een vertegenwoordiger om aan de paneldiscussie mee te doen.
Je docent vraagt of een leerling bij de discussie als moderator wil optreden. Die moderator en je docent letten erop dat:

  • de argumenten die beide deelnemers aanvoeren waarmee ze hun mening over de stelling verdedigen en onderbouwen correct zijn en op feiten gebaseerd;
  • beide deelnemers elkaar de kans geven om hun mening uiteen te zetten en te onderbouwen;
  • beide deelnemers respect tonen voor de mening van de ander.

Bronnen

Teksten:


Video’s:

Begrippenlijst

  • Globalisering
  • Anti-globalisme
  • Anders-globalisme
  • Global Village
  • Multinationale ondernemingen (multinationals of mno’s)

Examenvragen

Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.

VWO 2016-TV2

VWO 2016-TV2 Vragen 1-4

VWO 2017-TV1

VWO 2017-TV1 Vragen 1-5

VWO 2019-TV1

VWO 2019-TV1 Vraag 4

VWO 2021-TV2

VWO 2021-TV2 Vraag 4
  • Het arrangement Tijd-ruimtecompressie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Bob Anbeek Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2022-02-15 12:33:56
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    VWO 6; VWO 4; VWO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Aardrijkskunde;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Aardrijkskunde. (2021).

    De wereld is (g)een dorp (meer) - v456

    https://maken.wikiwijs.nl/134272/De_wereld_is__g_een_dorp__meer____v456