Demografische transitie

Demografische transitie en het migratievraagstuk in Europa en Afrika

Introductie

Een groot gezin komt in Europa nog
maar weinig voor.

Tussen 1800 en 1970 was het geboortecijfer in Europa hoog en het sterftecijfer daalde flink. Ook de levensverwachting nam toe. Als gevolg daarvan maakte de Europese bevolking een groeispurt. Na 1970 was het gedaan met de snelle groei. Het geboortecijfer daalde sterk, de levensverwachting nam nog verder toe. De Europese bevolking groeide wel, maar langzamer.

Door die veranderingen is de leeftijdsopbouw van de Europese bevolking sterk veranderd. Het aandeel daarin van de jongeren is veel kleiner, er zijn meer ouderen. Het werkend deel van de bevolking is kleiner geworden en die kleinere beroepsbevolking moet meer niet-werkenden onderhouden. Die trend zal de komende jaren doorzetten, ook omdat de levensverwachting nog verder zal toenemen. Het is, naast andere zaken, van invloed op de arbeidsmarkt en de ouderdomsvoorzieningen in Europa.

In Afrika is het geboortecijfer hoog en ook een stuk hoger dan het sterftecijfer. Daardoor groeit de Afrikaanse bevolking snel en is een groot deel van de bevolking jong. De aanwas van de bevolking wordt vooral veroorzaakt door een geboorteoverschot.
Ook de komende jaren zal de bevolking snel blijven groeien, ook omdat het sterftecijfer, dankzij betere medische zorg en de beschikbaarheid van meer voedsel, verder omlaag zal gaan en de levensverwachting zal toenemen. Vooral de kindersterfte gaat afnemen. Het gevolg is dat de beroepsbevolking ook steeds groter wordt. Al die jongeren groeien op tot volwassenen die de kost moeten verdienen. En dat terwijl in grote delen van Afrika de werkloosheid al groot is. Geen werk hebben betekent vaak leven in armoede.

Het is voor veel Afrikanen een reden om hun heil, lees werk en inkomen, ergens anders te zoeken. Op de vlucht voor armoede en in sommige gevallen ook voor onveiligheid in eigen land, emigreren veel Afrikanen naar Europa. Als de Afrikaanse bevolking blijft toenemen, zal het aantal Afrikaanse migranten richting Europa naar verwachting verder stijgen.

Europa heeft een gebrek aan jongeren, Afrika heeft een overschot. Moeten we meer Afrikaanse migranten, en dan vooral jonge Afrikaanse migranten in Europa toelaten, omdat we daar allemaal baat bij hebben? Of scheppen we op die manier nieuwe problemen en kunnen we de migratiecijfers beter naar beneden bijstellen?

Over deze kwestie ga je nadenken. Vorm je eigen oordeel, ondersteund met goede argumenten.

Wat ga ik leren?

Hoofdvraag:
In Europa maken jongeren een klein deel van de bevolking uit en dat zorgt voor problemen. In Afrika maken jongeren een groot deel van de bevolking uit en dat zorgt voor andere problemen. Zou het dus niet goed zijn voor zowel Europa als Afrika als Europa meer Afrikaanse migranten, en dan vooral jonge Afrikaanse migranten toelaat?

Deelvragen:

  • In welke fase van de demografische transitie bevindt Portugal (en ook de rest van Europa) zich en hoe kun je daarmee verklaren dat jongeren maar een klein deel uit maken van de bevolking?
  • In welke fase van de demografische transitie bevindt Angola (en ook de rest van Afrika) zich en hoe kun je daarmee verklaren dat jongeren een groot deel uitmaken van de bevolking en ouderen maar een klein deel?
  • Waarom zal dit verschil in leeftijdsopbouw van de bevolking in Portugal/Europa en Angola/Afrika de komende jaren groter worden naarmate de demografische transitie in beide landen en gebieden voortzet?
  • Welke economische factoren zullen de komende jaren een rol spelen in de demografische transitie in Portugal/Europa enerzijds en Angola/Afrika anderzijds?
  • Welke rol zal het verder terugdringen van het analfabetisme in Angola/Afrika hebben bij het verloop van de demografische transitie daar?
  • Met welke problemen krijgen Portugal/Europa enerzijds en Angola/Afrika anderzijds steeds meer te maken naarmate in beide landen en gebieden de demografische transitie verder gaat?
  • Hoe helpt het toelaten van meer Afrikaanse migranten in Europa deze problemen te verminderen?
  • Ontstaan er door deze aanpak nieuwe problemen in Portugal en Europa en in Angola en Afrika, en zo ja, welke?


Begrippen:
Aan het einde van deze opdracht ken je de volgende begrippen:
Demografische indicatoren:

  • demografische transitie
  • demografische druk
  • verstedelijking
  • bevolkingsdruk
  • overbevolking

Economische indicatoren:

  • BBP/BRP (gemiddeld) inkomen (per capita) – koopkracht
  • (samenstelling van) beroepsbevolking

Sociaal-culturele factoren

  • analfabetisme

Arbeidsmigratie
Push en pullfactoren

Eindproduct + beoordeling:
Jullie maken de vragen van de eindtoets en/of voeren een paneldiscussie met als stelling: Europa doet er goed aan meer (jonge) Afrikaanse migranten binnen te laten.

In Stap 5 lees je hoe jullie dat aan gaan pakken.
Tijdens de discussie let jullie docent erop dat de panelleden hun standpunt helder uitleggen en argumenten voor hun standpunt aanvoeren die helder zijn en op feiten gebaseerd.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit Tijd
Voorkennis Alleen Kennisbank bestuderen 0,2 uur
Stap 1 Alleen Demografische transitie in Europa en Afrika tot 2016 0,2 uur
Stap 2 Alleen Hoe de demografische transitie verder zal gaan 0,2 uur
Stap 3 Alleen Problemen in Europa en Afrika door de demografische transitie 0,2 uur
Stap 4 Alleen of groepje Eindtoetsvragen en paneldiscussie 1 uur


Stap 1-3 doe je alleen. Hiervoor heb je twee lessen nodig.
Daarna krijg je eindtoetsvragen in Stap 4 te maken. Dat kost je een halve les.
Of je doet mee aan een paneldiscussie in Stap 4 met de hele klas. Voor deze activiteit krijg je een les de tijd.

Wat kan ik al?

Bestudeer uit de kennisbank aardrijkskunde:

KB: Bevolking en ruimte

Klik op de knop om de oefening te maken.

Stap 1: Demografische transitie

Demografische transitie

In Europa én Afrika vindt een demografische transitie plaats. Dat is de overgang van een situatie waarin geboorte- en sterftecijfers hoog zijn en de natuurlijke groei van de bevolking gering is, naar een situatie waarin geboorte- en sterftecijfer laag zijn en er sprake is van een geringe natuurlijke groei van de bevolking of zelfs van een zekere krimp. Deze overgang gaat gepaard met verstedelijking, de trek van steeds meer plattelandsbewoners naar de steden.
Tegenwoordig woont het overgrote deel van de Europese bevolking in steden. Ook in Afrika vindt verstedelijking plaats, maar nog steeds wonen de meeste Afrikanen op het platteland. Ten slotte is er in Europa sprake van een lage bevolkingsdruk. Dat wil zeggen dat er voor mensen in Europa ruim voldoende voedsel en werkgelegenheid is. Van overbevolking is dus geen sprake. Overbevolking is een relatief begrip: het treedt op als het aantal bewoners groter is dan de beschikbare middelen van bestaan.
In Afrika is die verhouding tussen bewoners en middelen van bestaan minder gunstig. Er is in het algemeen veel minder voedsel en werkgelegenheid voor de bewoners en de bevolkingsdruk is er hoger dan in Europa. Soms lijdt dat tot overbevolking.

Bekijk de bevolkingspiramide:
Bevolkingspiramide - Angola
Bevolkingspiramide - Portugal

Vergelijk deze piramide met de bevolkingspiramides in Afbeelding 1.
Doe daarna achtereenvolgens hetzelfde met Europa, Angola en Afrika.
Beantwoord de vragen.

Afbeelding 1
groei groei groei groei

 

Afbeelding 2
Tijdens de demografische transitie in een land of gebied verandert de bevolkingspiramide van vorm.
V.l.n.r.: fase 1, fase 2, fase 3, fase 4 en 5


In de eerste fase is het sterftecijfer hoog, ook onder kinderen. Het zorgt voor een hoog geboortecijfer, ook omdat kinderen later voor hun ouders moeten zorgen. Het houdt de bevolkingsomvang redelijk stabiel.
In de tweede fase (of de eerste fase van de transitie) dalen de sterftecijfers door bijvoorbeeld verbeterde gezondheidszorg, aanleg van sanitaire voorzieningen, etc. Het geboortecijfer blijft nog hoog. Opvattingen en gewoontes verdwijnen niet van de ene dag op de andere. Het gevolg is een groeiende bevolking.
In de derde fase zet de tendens zich voort, maar dalen al wel de geboortecijfers. De bevolking groeit nog wel steeds.
In de vierde fase herstelt het evenwicht zich tussen geboorte- en sterftecijfers. De bevolkingsomvang blijft stabiel.
In de laatste fase tenslotte daalt het geboortecijfer tot onder het sterftecijfer. Er worden minder mensen geboren dan er doodgaan en het gevolg is een krimp van de bevolking.

Vragen

  1. In welke fase van de demografische transitie zitten Portugal en Europa, gelet op de bevolkingspiramides van land en gebied?
  2. In welke fase van de demografische transitie zitten Angola en Afrika, gelet op de bevolkingspiramides van land en gebied?

Stap 2: Hoe gaat het verder

Ondanks posters als deze slaat het idee van geboorteregeling en –beperking in Afrika nog niet echt aan.

Hoe de demografische transitie verder gaat
Waarom zitten Portugal en Europa in een andere fase van de demografische transitie als Angola en Afrika? En hoe zal het in beide landen en gebieden verder gaan met deze transitie? Lees onderstaande teksten en doe de zoekvraag.

Aanhoudende welvaart in Portugal en Europa
Welvaart van een land wordt gemeten met het BBP per hoofd van de bevolking. Het Bruto Binnenlands Product is  de waarde van alle producten die een land in een jaar voortbrengt gedeeld door het aantal inwoners van het land. In Portugal en de andere landen van Europa is het BBP per hoofd van de bevolking hoog, maar het is niet in alle landen even hoog. Bovendien is ook binnen landen de jaarlijkse productie niet gelijk verdeeld. Elk land heeft regio’s met een hoog en een laag BBP. Daarom wordt ook per regio nagegaan hoeveel producten er in een jaar tijd worden gemaakt. De uitkomst is het BRP per hoofd van de bevolking van de regio. In Portugal bijvoorbeeld, dat uit achttien districten bestaat heeft het district Lissabon (met daarin de hoofdstad van het land) een hoger BRP dan bijvoorbeeld de regio Evora.
In Europa en Portugal is de samenstelling van de beroepsbevolking aldus: een klein deel van de bevolking is werkzaam in de landbouw en het grootste deel in de industrie en dienstensector. Het aandeel van de industrie wordt kleiner, dat van de dienstensector groter. Daar zal de komende jaren weinig aan veranderen behalve dat door de toenemende inzet van robots en andere vormen van mechanisering het aantal banen in de industrie en ook in de dienstensector verder zal afnemen.

Relatief arm Afrika, maar steeds meer geletterd
De komende jaren zal het BBP van Afrika als geheel stijgen en zal het deel van de bevolking dat in armoede leeft kleiner worden. Maar dat zal niet in alle Afrikaanse landen even snel gaan. Natuurrampen (droogte bijvoorbeeld), oorlogen en slecht bestuur zorgen plaatselijk voor een krimp van het BBP en een toename van de armoede. Nu werkt het overgrote deel van de Afrikaanse bevolking in de landbouw, ook in Angola. Zie GB 54, kaarten 178D, E en F. Gaandeweg zullen steeds meer mensen in de industrie of de dienstensector werken. Kortom: de samenstelling van de beroepsbevolking in Afrika zal steeds meer gaan lijken op die in Europa. De welvaart gaat stijgen omdat banen in industrie en dienstensector vaak beter betaald worden dan banen op het platteland. Dat geldt vooral voor banen waar je een vak- of andere diploma voor nodig hebt.
Stijgende welvaart en een betere medische zorg gaan ervoor zorgen dat Afrika en Angola de tweede fase van de demografische transitie in gaan. Delen van Afrika zitten zelfs al in de overgang naar de derde fase. Daar­door zal de bevolking snel groeien.
Een belangrijke rol speelt het terugdringen van het analfabetisme, van het aantal mensen van 15 jaar en ouder dat niet kan lezen en schrijven. Onderwijs biedt uitzicht op beter betaald werk. Maar wie kan lezen, heeft ook toegang tot informatie over bijvoorbeeld hygiëne en gebruik van geneesmiddelen. Dat draagt bij aan de volksgezondheid.
Het geboortecijfer is hoog, en blijft zeker de komende jaren nog hoog omdat veel Afrikanen het krijgen van veel kinderen als een zegen beschouwen of veel kinderen willen vanuit hun godsdienstige overtuiging. Het sterftecijfer zal de komende jaren verder dalen.

  1. In welke fase van de demografische transitie zal Afrika de komende jaren zitten, gelet op de verwachte ontwikkeling van het geboorte- en het sterftecijfer in dit gebied?


Naar een betere wereld in 2030
De lidstaten van de Verenigde Naties hebben in 2015 beloofd ervoor te zorgen dat de wereld in 2030 prettiger en veiliger zal zijn om in te leven dan in 2015. Hiertoe zijn zeventien doelstellingen opgesteld, de Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Die doelstellingen moeten in elke lidstaat van de VN in 2030 zijn behaald.
Een complete lijst van deze doelstellingen is te vinden op www.dewereldmorgen.be
Als je op een doelstelling in de lijst klikt, krijg je een webpagina te zien met een omschrijving van de doelstelling.

  1. Het behalen van welke van die doelstellingen zal ertoe bijdragen dat Angola en Afrika op den duur achtereenvolgens de derde en vierde fase van de demografische transitie zullen doorlopen?

Stap 3: Problemen in Europa en Afrika

Willem Drees, de premier die de
Algemene Ouderdomswet of
AOW invoerde.

De demografische transitie veroorzaakt of verergert enkele problemen in Europa en Afrika. Een paar videofragmenten maken dat duidelijk.

Ouderdomsvoorzieningen komen onder druk te staan

Kijk naar het eerste videofragment.

Stap 4: Eindtoets en/of -opdracht

Paneldiscussie

De instroom van Afrikaanse migranten wordt door sommige mensen in Europa verwelkomd. Zij pleiten voor een ruimhartig toelatingsbeleid voor deze migranten en zijn bereid om er nog meer toe te laten.
Andere mensen in Europa zitten niet op (nog meer) Afrikaanse migranten te wachten. Zij willen de instroom beperken of zelfs helemaal stoppen.
Wat vind je er zelf van? Misschien heb je na het doorlopen van de stappen 1 t/m 3 al een idee, maar een aantal zaken die je in je mening mee moet wegen, zijn nog niet aan de orde geweest.
Lees of bekijk hieronder het lijstje met ‘Bronnen’ om je mening verder te vormen. Je kunt natuurlijk ook op internet op zoek naar artikelen, die je meer uitleg geven.
Met die mening paraat neem je deel aan de paneldiscussie over de kwestie van de Afrikaanse migranten.

De paneldiscussie gaat over de volgende stelling:
‘Europa doet er goed aan meer (jonge) Afrikaanse migranten binnen te laten’.

Bronnen

Video:

Artikelen:

Webpagina’s:

Plan van aanpak

Je docent deelt je in een groep in. Jouw groep gaat een van de volgende organisaties vertegenwoordigen die te maken hebben met het vraagstuk van de migratie van Afrika naar Europa.

  • ANBO, een organisatie die opkomt voor de belangen van een snelgroeiende bevolkingsgroep in Nederland, de ouderen.
  • VNO/NCW, de vereniging die de belangen van de bedrijven behartigt.
  • Vakbond FNV. Deze vakbond behartigt de belangen van de werknemers.
  • Woonbond die de belangen behartigt van huurders en mensen die een woning zoeken.
  • Oxfam Novib, een hulporganisatie die armoede de wereld uit wil bannen.

Daarna bestuderen jullie genoemde bronnen of zoeken jullie aanvullende informatie op internet.
Aan de hand hiervan bepalen jullie samen of de groep het eens of oneens is met de stelling.
Jullie wijzen iemand aan die namens jullie aan de paneldiscussie meedoet. Voor dit alles krijgen jullie een halve les de tijd. Hoe een discussie kan worden voorbereid en gevoerd, kun je ook lezen in de Gereedschapskist.

Discussie

Vervolgens wordt de discussie gevoerd. Daar trekt jullie docent een half uur voor uit.
Het is de bedoeling dat de panelleden proberen elkaar en het publiek proberen te overtuigen van hun standpunt. Degenen die niet in het panel zitten en het publiek vormen, mogen vragen stellen aan de panelleden als iets niet duidelijk is.
Het kan zijn dat de panelleden het niet eens worden over de stelling. Dat is niet erg, want ook deskundigen verschillen van mening over dit onderwerp en blijven vasthouden aan hun standpunt.

Tijdens de discussie let jullie docent erop dat de panelleden hun standpunt helder uitleggen en argumenten voor hun standpunt aanvoeren die duidelijk zijn en op feiten zijn gebaseerd.

De docent zal de voorbereiding en het verloop van de discussie (klassikaal) beoordelen.

Debat voeren

Bij een debat hebben twee of meer mensen een verschillende mening over een onderwerp. Deze standpunten worden helder in beeld gebracht door argumenten voor het eigen standpunt te geven, of door de argumenten van de ander met tegenargumenten te bestrijden.

 

Bronnen

Video:

Artikelen:

Webpagina’s:

Begrippenlijst

Bij 'Wat ga ik leren?' worden de volgende begrippen genoemd.

Begrip Omschrijving Indeling
Bevolkingsdichtheid    
Bevolkingsspreiding    
Demografische transitie    
Demografische druk    
Leeftijdsopbouw    
Verstedelijking    
Bruto binnenlands product (BBP)    
Bruto regionaal product (BRP)    
Beroepsbevolking    
Analfabetisme    
Arbeidsmigratie    
Vestigingsfactor of pullfactor    
Vertrekfactor of pushfactor    

 

  • Geef een omschrijving van bovenstaande begrippen.
  • Maak van de bovenstaande begrippen een onderverdeling in: demografische, economische en sociaal-culturele begrippen/indicatoren.

Bespreek de begrippen en de indeling vervolgens met een klasgenoot.

Examenvragen

Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.

HAVO 2017-TV1

HAVO 2017-TV1 Vragen 18-22
HAVO 2017-TV1 Vraag 34

HAVO 2018-1

HAVO 2018-TV1 Vraag 2

HAVO 2019-TV1

HAVO 2019-TV1 Vragen 21-24

HAVO 2019-TV2

HAVO 2019-TV2 Vragen 21-24

 

Meer oefenen?
Wil je met nog meer examenvragen oefenen?
Als je school deelneemt aan VO-content kun je verder oefenen door in te loggen op ExamenKracht (www.examenkracht.nl).

  • Het arrangement Demografische transitie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Bob Anbeek Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2025-01-06 11:20:30
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, leerlijn, rearrangeerbare

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Aardrijkskunde. (2021).

    Demografische transitie in Europa en Afrika - h45

    https://maken.wikiwijs.nl/98089/Demografische_transitie_in_Europa_en_Afrika___h45

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Demografische transitie en het migratievraagstuk in Europa en Afrika

    Demografische transitie en het migratievraagstuk

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.