Historische vaardigheden - kopie 1 - kopie 1

Historische vaardigheden - kopie 1 - kopie 1

Vooraf

Introductie

Bij geschiedenis doe je kennis op over het verleden. Om deze kennis betekenis te kunnen geven, heb je historische vaardigheden nodig. Deze vaardigheden zijn niet alleen van belang bij het vak geschiedenis, maar ook op veel andere vlakken in het leven. Denk maar aan het beoordelen van de betrouwbaarheid van bronnen. Dit is een vaardigheid die je bij elk werkstuk toe kan passen, maar ook toe kan passen op de informatie die je via het nieuws tot je krijgt.

Door middel van de opdrachten die je gaat maken, ga je de vaardigheden uit jaar 1 herhalen. Vanuit deze herhaling gaan we deze vaardigheden dit jaar verder uitbouwen.

Leerdoelen

Welke vaardigheden heb je vorig jaar geleerd?

1. Tijd en Chronologie

Je kunt:

- de tien tijdvakken noemen en in de juiste chronologische volgorde plaatsen.
- de geschiedenis tot en met het jaar 1600 ordenen in de periodes Prehistorie, Oudheid, Middeleeuwen en Vroegmoderne Tijd.
- verschijnselen, ontwikkelingen, gebeurtenissen en personen uit tijdvak 1 t/m 4 in het juiste tijdvak plaatsen.
- de kenmerkende aspecten van tijdvak 1 t/m 4 uitleggen en in het juiste tijdvak plaatsen.

 

2. Causaliteit

Je kunt:

- de definitie van een oorzaak opschrijven.
- oorzaken herkennen.
- uitleggen dat een gebeurtenis meerdere oorzaken kan hebben.
- de definitie van een gevolg opschrijven.
- gevolgen herkennen.

 

3. Standplaatsgebondenheid

Je kunt:

- het verschil noemen tussen een feit en een mening.
- een feit en een mening herkennen.
- uitleggen dat een mening niet controleerbaar is.
- uitleggen dat de reactie en het handelen van mensen bepaald wordt door de tijd waarin en de plaats waar mensen leven en hiervan een voorbeeld geven.

 

4. Bronnen

Je kunt:

- omschrijven wat ongeschreven bronnen en geschreven bronnen zijn en deze herkennen.
- omschrijven wat directe bronnen en indirecte bronnen zijn en deze herkennen.

- uitleggen dat een bron onbetrouwbaar kan zijn, wanneer deze bestaat uit meningen. 
- uitleggen waarom een indirecte bron onbetrouwbaarder is dan een directe bron.




 

 

Aan de slag!

Tijd en chronologie

De Tien tijdvakken

Voor het geschiedenisonderwijs is de geschiedenis ingedeeld in tien verschillende tijdvakken.

Op de basisschool heb je alle tijdvakken al een keer voorbij zien komen. In klas 1 t/m 3 van de havo en het vwo behandelen we bij geschiedenis alle tijdvakken. Als je het vak vervolgens kiest in de bovenbouw, worden deze tijdvakken weer herhaald en ga je hier dieper op in.

Omdat de informatie wordt gegeven in verschillende tijdvakken heb je een kader (dus meer houvast) voor al die informatie.  Als je nu dus leert over een belangrijke gebeurtenis in de Nederlandse geschiedenis is het de bedoeling dat je weet in welk tijdvak dit is gebeurd. Als je de volgorde weet van de verschillende tijdvakken is het makkelijker te onthouden wanneer deze gebeurtenis heeft plaatsgevonden. De juiste volgorde van tijd noemen we ook wel chronologie.

Oefening:De Tien Tijdvakken


Kenmerkende aspecten

Bij ieder tijdvak horen bepaalde kenmerken, oftewel: zaken die bij dat tijdvak passen of gebeurtenissen die in dat tijdvak hebben plaatsgevonden. 

Ieder tijdvak heeft een aantal kenmerken. Weet jij nog welke kenmerken bij welk tijdvak passen?

Opdracht
Download en open onderstaande link. 
Maak opdracht 1 in het wordbestand. 
Ben je klaar met opdracht 1? Sluit het werkblad niet af, je hebt het later nog nodig.


 

Causaliteit

Oorzaak en gevolg

Om de geschiedenis goed te begrijpen willen we graag weten waarom dingen gebeuren of waarom dingen veranderen. Om een verandering te beschrijven gebruiken we de begrippen oorzaak en gevolg.

Bijvoorbeeld:
Oscar heeft een vette onvoldoende voor een belangrijke toets bij het vak Nederlands. Nu blijft hij zitten. 
Dat hij blijft zitten, is een gevolg van de onvoldoende. 

Een gevolg is altijd later in de tijd.

 


Maar waarom heeft Oscar een onvoldoende voor de toets? Wanneer je deze vraag wilt beantwoorden, ben je op zoek naar een verklaring voor een gebeurtenis. Dus: waarom is iets gebeurd? Je bent op zoek naar een oorzaak.

Een oorzaak is altijd eerder in de tijd dan de gebeurtenis die je wilt verklaren

Een oorzaak is een reden waardoor een gebeurtenis plaatsvindt. Soms zijn er meer oorzaken voor een bepaalde gebeurtenis te vinden. 


 

Oefening:Oorzaak en Gevolg (Causaliteit)

Standplaatsgebondenheid

Feit en mening

Bij het bestuderen van de geschiedenis is het belangrijk dat we onderscheid maken tussen feiten en meningen

Feiten zijn uitspraken die we kunnen controleren en waarover geen discussie bestaat. Zo is het bijvoorbeeld een feit dat Egypte werd geregeerd door farao's. Dit kunnen we bewijzen.
Maar dat farao Ramses II een vriendelijke en goede farao voor zijn volk was, staat niet vast. Dat noemen we een mening. Wanneer je ergens een mening over hebt, dien je die met goede argumenten te onderbouwen. Je moet dus altijd uitleggen waarom jij iets vindt.

Oefening:Feiten en Meningen


Standplaatsgebondenheid

Waarom doen mensen wat ze doen? En waarom denken mensen wat ze denken? Voor een deel heeft dat te maken met de omstandigheden waarin ze leven en de gewoonten en gebruiken die mensen hebben.

Vroeger waren die omstandigheden en gewoonten anders dan nu. Als je weet om welke tijd het gaat, bedenk dan wat je van die tijd weet. Waar leefden mensen van? Welke problemen waren er? Welke gewoonten, gebruiken en kennis hadden ze?

Rampen werden in de Tijd van de Grieken en Romeinen vaak toegeschreven aan de goden. In de christelijke middeleeuwen overheerste het geloof in één God. Die zou de mensen straffen voor hun verkeerde levenswijze. Over oorlog werd ook heel verschillend gedacht. Indianen hadden een andere opvatting over oorlogvoering dan huursoldaten in Italië of generaals in de Tweede Wereldoorlog. Dit noemen wij gebondenheid aan tijd en plaats.

In de geschiedenis dienen wij de mensen in de eerste plaats te begrijpen vanuit hun eigen tijd en plaats. Oordelen vanuit onze moderne kijk op de zaak, kan en mag, maar alleen vanuit het besef dat wij óók gebonden zijn aan plaats en tijd.

Oefening:Standplaatsgebondenheid

Bronnen

Bronnen
Bij geschiedenis onderzoeken en beschrijven we het leven van mensen. Maar hoe komen we aan informatie over mensen die honderden jaren geleden leefden? Mensen laten tijdens hun leven bewust en onbewust sporen achter. Deze sporen noemen we ook wel bronnen. Door deze bronnen goed te bestuderen, komen we aan informatie over (het leven van) mensen uit het verleden...

Er zijn verschillende soorten bronnen die we kort herhalen.


 

1. Ongeschreven en geschreven Bronnen

 Uit de tijd waarin mensen nog geen schrift kenden, hebben we alleen ongeschreven  bronnen. Dit kunnen allerlei voorwerpen zijn die mensen hebben achtergelaten.

 De tijd waarin mensen nog niet konden lezen en schrijven, noemen we ook wel  de prehistorie. Dit betekent eigenlijk "voor geschiedenis." De historie begint wanneer  mensen een schrift ontwikkelen. Archeologen bestuderen ongeschreven bronnen.

 
 
 
Opdracht: 
Maak opdracht 2 in het werkblad.
 

 

2. Primaire en secundaire bronnen

Naast geschreven en ongeschreven bronnen kennen we ook primaire en secundiare bronnen.

Je hebt bronnen die informatie geven over een persoon of een gebeurtenis die zijn gemaakt in de tijd van de persoon of gebeurtenis zelf. Bijvoorbeeld: een dagboek van een Middeleeuwse monnik waarin hij zijn dagelijkse leven beschrijft. Dit noemen we een directe of primaire bron.
Een indirecte bron is gemaakt na de gebeurtenis of na de persoon waarover hij informatie geeft. Bijvoorbeeld een boek over het leven van Middeleeuwse monniken dat geschreven is in 1900. Dit is dus een indirecte of secundiare bron.

Oefening:Directe en indirecte bronnen



3. Feiten en meningen in bronnen

Een directe bron is betrouwbaarder dan een indirecte bron, omdat een indirecte bron vaak pas veel later gemaakt is en dus fouten kan bevatten. Je kunt ook op andere manieren kijken naar de betrouwbaarheid van een bron. 

Als er bijvoorbeeld veel meningen in een tekst staan, weet je wel hoe de schrijver van die tekst erover denkt, maar je weet niet zeker of het echt zo is.
Hoe meer feiten er in een bron staan, hoe betrouwbaarder deze wordt. Helaas kunnen we bij het vak geschiedenis niet altijd controleren of iets een feit is, omdat er bijvoorbeeld geen betrouwbare bronnen gevonden zijn om het te bewijzen. 

Oefening:Bronnen: betrouwbaar of niet?

Wat heb je geleerd?

Reflectie

Als je klaar bent met je opdrachten is het belangrijk om nog even kort stil te staan bij wat je er nou eigenlijk van hebt geleerd. Wist je nog veel van vorig jaar? Wat vond je moeilijk en wat ging juist goed?
Door hierbij stil te staan (met andere woorden: door te reflecteren op je leerproces) zal de stof beter blijven hangen. 

Opdracht
Maak opdracht 3 in je werkblad. 
Klaar? Roep de docent en sla het bestand na goedkeuring op in de map geschiedenis.

 

Toets: geschiedenis

Start

  • Het arrangement Historische vaardigheden - kopie 1 - kopie 1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Julian van Batenburg Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2023-09-19 15:07:18
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerinhoud en doelen
    Renaissance; De tijd van ontdekkers en hervormers (1500 - 1600); Geschiedenis; Veranderend mens- en wereldbeeld in de Renaissance;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Visser, Doris. (2015).

    Historische vaardigheden - kopie 1

    https://maken.wikiwijs.nl/65236/Historische_vaardigheden___kopie_1

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    De Tien Tijdvakken

    Oorzaak en Gevolg (Causaliteit)

    Feiten en Meningen

    Standplaatsgebondenheid

    Directe en indirecte bronnen

    Bronnen: betrouwbaar of niet?

    geschiedenis

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.