Personal
Introduction
Welcome to the first English theme.
Welkom bij het eerste thema van Engels.
The name of this theme is Personal.
De naam van dit thema is Persoonlijk.
How?
You are going to practise writing, reading, listening and speaking.
Je gaat oefenen met schrijven, lezen, luisteren en spreken.
What?
You are going to talk about yourself and your hobbies in English.
Je gaat in het Engels praten over jezelf en jouw hobby's.
You are also going to listen to people who talk about themselves.
Je gaat ook luisteren naar mensen die over zichzelf vertellen.
Good luck and have fun!
Getting started
You have just started the theme Personal.
Je bent begonnen aan het thema Personal.
In this theme, you will find different things to watch, to listen to, to read and to do.
In het thema vind je verschillende onderdelen om te kijken, te luisteren, te lezen en te doen.
There are reading texts, videos, recordings, illustrations and photos.
Er zijn leesteksten, video's, luisterfragmenten, afbeeldingen en foto's.
There are also different kinds of exercises. You will do some of the exercises alone and others in a group.
Er zijn ook verschillende soorten oefeningen. Sommige oefeningen doe je alleen, andere oefeningen doe je in een groep.
At the end of a group assignment, you are going to discuss the answers in your group. Sometimes you will ask other classmates to listen or read along.
Aan het eind van oefeningen die je in een groep doet, bespreek je met dezelfde groep de antwoorden. Soms vraag je andere klasgenoten om mee te luisteren of te lezen.
Sommige oefeningen worden nagekeken door de computer.
Some exercises will be checked by the computer.
Need to know
First you are going to see if you are ready to start this theme. Do the test.
Eerst ga je kijken of je klaar bent om aan dit thema te beginnen. Doe de test.
Can do
In this theme you are going to focus on the following 'can do' statements.
In dit thema ga je je richten op de volgende leerdoelen.
Luisteren
- Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken.
Lezen
- Ik kan vertrouwde namen, woorden en zeer eenvoudige zinnen begrijpen, bijvoorbeeld in mededelingen, op posters en in catalogi.
Gesprekken voeren
- Ik kan deelnemen aan een eenvoudig gesprek, wanneer de gesprekspartner bereid is om zaken in een langzamer spreektempo te herhalen of opnieuw te formuleren en mij helpt bij het formuleren van wat ik probeer te zeggen.
- Ik kan eenvoudige vragen stellen en beantwoorden die een directe behoefte of zeer vertrouwde onderwerpen betreffen.
Spreken
- Ik kan eenvoudige uitdrukkingen en zinnen gebruiken om mijn eigen woonomgeving en de mensen die ik ken, te beschrijven.
Schrijven
- Ik kan een kort bericht schrijven.
- Ik kan een korte, eenvoudige ansichtkaart schrijven, bijvoorbeeld voor het zenden van vakantiegroeten.
- Ik kan op formulieren persoonlijke details invullen, bijvoorbeeld mijn naam, nationaliteit en adres noteren op een hotelinschrijvingsformulier.
To do
In this theme you are going to do the following things:
In dit thema ga je de volgende dingen doen:
- Luisteren naar mensen die over zichzelf vertellen.
Listen to people talking about themselves.
- Lezen over jezelf voorstellen, droomhuizen en slaapkamers.
Reading about introducing yourself, dream houses and bedrooms.
- Persoonlijke e-mails schrijven.
Write personal emails.
- Praten over jezelf.
Talk about yourself.
But you don't have to be able to do this right away!
Maar dit hoef je nog niet meteen te kunnen!
Follow the lessons to learn everything you need to know.
Volg de lessen om alles te leren wat je moet weten.
Blok
|
Titel
|
Activiteit
|
1
|
Introducing yourself
|
Watch a video about introducing yourself, read about people introducing themselves, talk about yourself and fill in a form.
Kijk een filmpje over jezelf voorstellen, lees over mensen die zichzelf voorstellen, praat over jezelf en vul een formulier in.
Grammar: The verb to be.
Grammatica: Het werkwoord to be.
|
2
|
Preferences
|
Read a text about dreamhouses, listen to a song about preferences, talk about your bedroom and write a postcard.
Lees een tekst lezen over droomhuizen, luister naar een liedje over voorkeuren, praat over je droomhuis en schrijf een kaartje.
Grammar: Personal pronouns.
Grammatica: Het persoonlijk voornaamwoord.
|
3
|
My way
|
Read a text about bedrooms, watch a video about somebody's day, talk about your bedrtoom and write an email.
Lees een tekst over slaapkamers, kijk een video over iemands dag, praat over je slaapkamer en schrijf een e-mail.
Grammar: The simple present.
Grammatica: De simple present.
|
Lessons
Below are the three lessons for this theme.
Hieronder staan de drie blokken van dit thema.
Make your choice.
Maak je keuze.
Vocabulary Personal
These words and chunks can help you with the lessons. You don't need to learn them by heart.
Deze woorden en chunks kunnen je helpen bij je lessen. Je hoeft ze niet uit je hoofd te leren.
Tip:
There are many ways to study vocabulary. You can read the words aloud or copy them.
Er zijn veel manieren om woorden te leren. Je kunt de woorden hardop oplezen of overschrijven.
In Wozzol, click on the red arrow for options.
Klik in Wozzol op de rode pijl voor de opties.
Finishing touch
You have completed the lessons for the theme 'Personal'.
Je hebt de blokken van het thema 'Personal' doorgewerkt.
Time for the Finishing touch.
Tijd voor de Finishing touch.
You will find four extra speaking and writing exercises.
Je vindt hier vier extra schrijf- of spreekopdrachten.
- Choose one or two. Discuss with your teacher how many you have to do.
Kies er één of twee uit. Overleg met je docent hoeveel je er moet doen.
- Work with a classmate.
Werk samen met een klasgenoot.
- Then do the D-test and answer the evaluation questions.
Maak daarna de D-toets en beantwoord de evaluatievragen.
Good luck.
Succes.
Project A: Asking questions
Asking questions
Final product
A video or voice recording of the conversation.
Situation
On a campsite you meet someone your age,
They are staying in the tent opposite yours.
Task
You and your new friend(s) are sitting in front of your tent. You can see people inside their tent, and you want to know who they are. Are they family? Is their whole family at the campsite? Are there family members still at home? Also answer questions about yourself and your family.
Groupwork
- Decide how many people are going to take part in this conversation.
- Write the script. Think of five questions and answers.
- Decide who is going to play which role.
- Decide who is going to be the director (regisseur).
- Rehearse the conversation.
- Record the conversation.
You've done well if:
- you thought of greeting each other;
- you knew the right words;
- you knew how to ask questions about your new friend's family;
- you did not look at your papers very often;
- you spoke clearly;
- everybody could understand you;
- you have corrected your script and your conversation with the help of another pupil.
Project B: Present yourself
Final product
Presentation about yourself and your school.
Situation
You are going to visit a school in England. At that school you have to tell the students there something about yourself.
Task
Prepare a presentation. In this presentation you should at least say the following things:
- What your school is like (big, many students, fun teacher, good building etc.).
- How you live (big house, parents, pets, brother/sisters).
- What your hobbies are.
You've done well if:
- you have told something about your school;
- you have told something about your home and your parents;
- you have used the correct words;
- you have spoken clearly (pronunciation);
- you have corrected your presentation with the help of a classmate.
Project C: Filling in a form
Final product
A filled-in campsite form.
Situation
You have arrived at the campsite; now you have to fill in a
Tourist information form.
Task
Fill in the form. You and your parents are staying for one week; you also brought your dog to the campsite.
You've done well if:
- you have filled in all the boxes;
- you have used the correct words;
- you have put your name, the date and other information in the right places;
- you have corrected any mistakes with the help of a classmate.
Project D: Describing yourself
Final product
An online-chat conversation.
Situation
You are in a chat room and someone is asking you to describe yourself.
Task
Write about your looks. Use as many details as you can think of to describe yourself.
You've done well if:
- you have given a clear description of yourself;
- you have used the correct words;
- you have written down the most important things;
- someone who reads your description can see that it is about you;
- you have corrected your mistakes with the help of a classmate.
D-toets
Test your knowledge. Do the diagnostic test.
Test je kennis. Maak de diagnostische toets.
What did you learn?
You started this theme with a test in the section Need to know.
Je begon dit thema met het maken van een test in het onderdeel Need to know.
- Do the test again.
Doe de test opnieuw.
- Are your results better than the first time?
Zijn de resultaten beter dan de eerste keer?
At the end of each double period you answered evaluation questions. Use your answers to answer the following questions:
Aan het eind van iedere opdracht heb je evaluatievragen beantwoord. Gebruik deze antwoorden om de volgende vragen te beantwoorden.
- What new things did you learn?
Welke nieuwe dingen heb je geleerd?
- Which assignment did you learn the most from?
Van welke opdracht heb je het meest geleerd?
- Can you do what should be able to do?
Kun je nu wat je zou moeten kunnen?
Timing
In the introduction of each double period there is an indication of the amount of time you need to do the activity.
In de introductie bij elke opdracht krijg je een indicatie van de tijd die je nodig hebt.
- Were the time indications correct?
Klopten de tijdsinschattingen?
Group work
- How did you feel about working in a group?
Wat vond je van het werken in een groep?
- Did every group member do the same amount of work?
Heeft ieder groepslid evenveel werk verzet?
Project
- What did you think of the project?
Wat vond je van de projecten?
More
Verderkijker
De Verderkijker biedt bij dit thema passende externe linkjes naar uitleg, oefenmateriaal of filmpjes. Voor het thema Personal zijn de volgende items geselecteerd.
Grammatica - Personal pronouns:
Grammatica - To be:
Grammatica - Present simple:
Lezen - Schrijven - Luisteren - Kijken - Spreken:
In de Verderkijker wordt gebruikgemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Mocht u vragen/opmerkingen hebben, of constateert u een niet-werkende link, horen wij dit natuurlijk graag. Dit kan via onze helpdesk.