Het maken van geluid is een van de manieren om te communiceren met elkaar.
Wat is geluid? Hoe maak je geluid? Hoe kun je geluid zien? Hoe werken je oren? Hoe bescherm je je oren tegen gehoorbeschadiging?
Dit blok gaat over geluid en (h)oren.
Startopdracht A
Communicatie en taal
Geluid maken is een van de manieren waarop dieren met elkaar communiceren. Maar bestaat er ook zoiets als dierentaal?
Bekijk het filmpje en bespreek in de klas wat je opvalt of misschien wel verbaast.
Startopdracht B
Wat hoor je?
Sluit even je ogen. Wat hoor je allemaal?
Schrijf op wat je hebt gehoord.
Verzamel de antwoorden met je docent.
Op welke plaatsen is weinig geluid? Noteer drie plaatsen.
Op welke plaatsen is veel geluid? Noteer drie plaatsen.
Is het weleens helemaal stil?
Voordat je begint
Benodigdheden:
twee lege frisdrankflessen
plakband
een viltstift
een liniaal
een stuk tuinslang (van ongeveer 60-80 cm)
smartphone
oordopjes
app om geluidssterkte te meten
Tijd blok:
8 uur
Leerdoelen en vaardigheden
Leerdoelen
Je kunt:
uitleggen wat geluid is.
beschrijven dat geluidsbronnen verschillende soorten geluidstrillingen maken.
uitleggen dat de geluidssnelheid afhangt van de tussenstof.
uitrekenen hoe lang geluid erover doet om een afstand af te leggen (s = v *t)
beschrijven dat er een verband is tussen de frequentie (geluidshoogte) en het aantal trillingen per seconde.
uitleggen hoe je door middel van een oscilloscoop kunt zien of het gaat om een hoge of een lage toon (toonhoogte, frequentie).
beschrijven wat geluidshinder is en hoe je gehoorschade kunt voorkomen.
de onderdelen van het oor in een afbeelding benoemen.
de onderdelen van het oor in de volgorde zetten waarin ze informatie over geluid doorgeven.
beschrijven hoe het oor de trillingen van geluid omzet tot impulsen en hoe die bij de hersenen komen.
beschrijven dat de geluidssterkte en de trillingsfrequentie onze gehoorgrenzen bepalen.
uitleggen wat het voordeel is van het horen met twee oren.
aangeven waardoor schade aan het oor kan ontstaan en hoe je dat kunt voorkomen.
uitleggen waardoor je je eigen stem anders hoort dan dat iemand anders jouw stem hoort.
de geluidssterkte meten met een decibelmeter (dB).
Stap 1
Opdracht 1
Wat is geluid?
Geluid kun je horen. Geluid is een natuurkundig verschijnsel. Om geluid te maken, laat je de lucht trillen. Om geluid te kunnen horen is het nodig om die trillingen op te vangen met je oren.
Oefening 1: Geluid zichtbaar maken
Heb je wel eens de muziek zo hard aangezet dat je de muziek kon voelen? Kun je met geluid voorwerpen laten bewegen? Zo ja, met welke geluiden gaat dat het beste?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je kunt hoge en lage geluiden onderscheiden. Wat betekent dit voor geluidsgolven als je ze zichtbaar maakt?
Download het werkblad liniaalmuziek en lees dit goed door.
Maak een tabel waarin je de resultaten gaat noteren en beantwoord de vragen op het werkblad.
Wat heb je nodig?
plastic liniaal
Wat ga je doen?
Leg de liniaal zo op tafel dat deze 10 cm uitsteekt.
Druk het uiteinde van de lineaal dat op tafel ligt met je platte hand op tafel
Trek kort het uiteinde van lineaal dat uitsteekt naar beneden zodat de liniaal trilt.
Herhaal deze stappen ook voor 13, 15, 17 en 20 cm.
Hoe komt dit?
Geluid bestaat uit trillingen. Door aan de liniaal te trekken laat je hem trillen. Dit kun je horen als een toon. Hoe langer het uitstekende stuk liniaal, hoe langzamer het trilt. Langzame trillingen klinken lager dan snelle trillingen.
Daardoor klinkt de liniaal die ver uitsteekt lager dan de liniaal die maar een beetje uitsteekt.
Bron: www.proefjes.nl
Klaar?
Lever je werkblad in bij de docent.
Oefening 3: Frequentie, trillingstijd en toonhoogte
Bestudeer de Kennisbank met uitzondering van pagina 3 en beantwoord de vragen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Verzamel met je groep voorbeelden van activiteiten waarvan je verwacht dat ze sterk verschillen in geluidsniveau.
Denk bijvoorbeeld aan zitten in de kantine, ontbijten, fietsen langs de snelweg, een zwembad of een basketbalwedstrijd.
Kies per tweetal twee activiteiten uit. Ieder tweetal voert twee geluidsmetingen uit.
Download een app op je mobiel of tablet om de geluidssterkte te meten. Er zijn verschillende meters beschikbaar.
Verzamel de gemeten geluidssterkten in decibel en noteer de activiteiten bij de bijbehorende geluidssterkte in een tabel.
Je kunt gebruikmaken van de tabel op het werkblad.
Maak een schatting van de tijdsduur (het aantal minuten per dag) dat jij wordt blootgesteld aan het geluid van een bepaalde sterkte.
Bewaar de tabel voor stap 7.
Oefening 4: Geluiddempers
Om geluidsoverlast te voorkomen kun je het geluid dempen.
Bekijk het filmpje en beantwoord de vraag.
Waar worden geluiddempers toegepast? En op welke manieren?
Verzamel drie verschillende voorbeelden van manieren om geluid te dempen in en om het huis. Het kan gaan om geluiddempers om geluid in huis te dempen (bijvoorbeeld wanneer alles is betegeld), maar ook buitenshuis.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je hebt in de vorige stappen gezien en gehoord dat geluid ontstaat door het in beweging brengen van lucht en dat je de geluidssterkte en toonhoogte kunt laten variëren.
Het in beweging brengen van lucht kun je met je stem doen en door verschillende muziekinstrumenten te gebruiken.
Oefening 1: Flesmuziek
Zit er muziek in een fles?
Heb je geen tijd/ruimte voor dit proefje? Bekijk dan het filmpje en beantwoord daarna de vragen.<.p>
De lucht in de fles gaat trillen, doordat je over de opening blaast. Als de lucht gaat trillen, dan hoor je geluid. De toonhoogte van het geluid hangt af van de hoeveelheid lucht die er trilt. Bij een minder volle fles trilt er veel lucht en klinkt de toon lager, bij een vollere fles trilt er weinig lucht en klinkt de toon hoger.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Geluid kan ook gewoon een bron van plezier zijn. Naar muziek luisteren, erop dansen of muziek maken is voor veel mensen leuk om te doen. Je hoeft daar geen dure instrumenten voor te hebben.
“Muziek is georganiseerd geluid”.
Kunnen jullie ook een muziekevenement organiseren? Overleg met je (muziek)docent:
wanneer
voor wie
met wie
welke muziekinstrumenten worden gebruikt.
Maak samen een taakverdeling, tijdsplanning en een draaiboek of stappenplan.
Tenslotte maak er een mooi muziekevenement van!
Lever je bewijsstukken in bij de docent.
Stap 5
Opdracht 1
Horen
Kun jij je oren bewegen, zoals de mijnheer in dit filmpje? Waarschijnlijk niet.
Bij de meeste mensen is dit vermogen verloren gegaan. Maar honden bijvoorbeeld kunnen hun oorschelp bewegen en zo de richting van het geluid te bepalen.
Helpt dat echt? Probeer het maar eens met het experimentje in Oefening 1.
Oefening 1: Je oren spitsen
De meeste mensen kunnen hun oorschelpen niet bewegen.
Dieren kunnen dit wel. Kijk maar eens naar de oren van de haas in het volgende filmpje:
Bedenk welk voordeel het heeft als de oren kunnen bewegen.
Doe het volgende experimentje:
Zet met de volumeknop het geluid van je computer op zijn hardst.
Luister naar het geluidje.
Duw met je handen je oorschelpen naar voren en luister opnieuw naar het geluid. Hoorde je het geluid de tweede keer harder dan de eerste keer of juist andersom?
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Spreek af wie de proefpersoon is en wie de onderzoeker.
De proefpersoon gaat even naar de gang en doet op de gang één oordopje in.
De onderzoeker verstopt ergens in de ruimte de smartphone van de proefpersoon die een zacht (maar wel goed hoorbaar) muziekje afspeelt.
De proefpersoon zoekt bij binnenkomst de geluidsbron.
De onderzoeker neemt de tijdsduur van het zoeken met de andere smartphone op.
Herhaal het experiment twee keer. Zorg dat je de smartphone op gelijke afstanden verstopt.
Herhaal nu het experiment, nogmaals totaal drie keer, maar laat de proefpersoon zonder een oordop zoeken.
Houd ook nu weer rekening met gelijke afstanden.
Wat heb je ontdekt? Beantwoord de vragen in de oefening.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Een tabel of schema is een manier om gegevens in beeld te brengen, op zo’n manier dat het er overzichtelijk uit ziet.
★ Stap 6
Opdracht 1
Geluid door je botten
Tik eens tegen je tanden? Hoor je dat? En klop eens op je hoofd.
Maar hoor je het ook als iemand naast je tegen zijn of haar tanden of op het hoofd tikt? Hoe komt dat?
Oefening 1: Jouw stem
Bekijk het filmpje en beantwoord daarna de vragen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
In stap 3 heb je je al bezig gehouden met geluidshinder. Je hebt je oren je hele leven nodig en daarom is het van belang dat je goed voor je oren zorgt.
Oefening 1: Hoor je me niet?
Als kind had je misschien problemen met horen. Soms kunnen trommelvliesbuisjes een oplossing zijn.
Zoek informatie over de reden waarom trommelvliesbuisjes worden geplaatst en beantwoord dan de vragen.
Oefening 2: Wat zeg je?
Slecht horen kan ook een heel andere oorzaak hebben.
Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Geluiden vanaf 80 decibel kunnen schadelijk zijn. Geluiden van 120 decibel kunnen je gehoor direct beschadigen.
Hoe schadelijk geluiden tussen 80 en 120 decibel zijn, hangt af van hoe vaak en hoe lang je er naar luistert.
Het bepalen van een veilig geluidsniveau hangt af van welke norm je uitgaat.
Je gaat in deze opdracht uit van de vrijetijdsnorm.
Neem de tabel van Oefening 3 uit Stap 3 er weer bij.
Maak een derde kolom bij de tabel. Maak nu voor elke geluidssterkte een schatting hoe lang dat geluid veilig is voor je oren.
Vul dat in de derde kolom in. Zet een passende titel boven de kolom.
Bekijk nu de gehele tabel. Welke conclusie trek jij daaruit?
Bespreek de conclusies in de klas.
Opdracht 2
★ Oefening 1: Gehoorschade
Als je niet goed hoort, is communicatie heel lastig.
Op deze website krijg je een indruk van de gevolgen van gehoorschade: Hoe ontstaat schade - www.oorcheck.nl
Beluister een aantal verschillende situaties.
Bespreek het resultaat in de klas.
Oefening 2: Waarom is gehoorbescherming belangrijk?
Waarom is, met name voor de motorrijders in deze video, gehoorbescherming belangrijk?
Bekijk het filmpje.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Het arrangement Blok: Horen en gehoord worden - hv123 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit blok hoort bij het thema 'Waarnemen en reageren', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Mens en Natuur voor hv123. In dit thema leer je meer over geluid en (h)oren. Je leert wat geluid is, dat geluidsbronnen verschillende soorten trillingen veroorzaken en hoe de geluidssnelheid wordt beïnvloed door de tussenstof. Ook ga je leren werken met een oscilloscoop om toonhoogtes te identificeren. Daarnaast ga je het menselijk oor bestuderen en bekijk je hierbij mogelijke oorzaken voor gehoorschade en preventieve maatregelen.
Het blok zal worden afgesloten met een toets om je vaardigheden te testen.
Dit blok hoort bij het thema 'Waarnemen en reageren', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Mens en Natuur voor hv123. In dit thema leer je meer over geluid en (h)oren. Je leert wat geluid is, dat geluidsbronnen verschillende soorten trillingen veroorzaken en hoe de geluidssnelheid wordt beïnvloed door de tussenstof. Ook ga je leren werken met een oscilloscoop om toonhoogtes te identificeren. Daarnaast ga je het menselijk oor bestuderen en bekijk je hierbij mogelijke oorzaken voor gehoorschade en preventieve maatregelen.
Het blok zal worden afgesloten met een toets om je vaardigheden te testen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Tussenstof en vacuüm
Rekenen met geluid
Raad het geluid!
Frequentie, trillingstijd en toonhoogte
Hard of zacht?
Frequentie en geluidssterkte
Geluidsspeakers
Je oren spitsen
Voordeel van twee oren
Jouw stem
Hoor je me niet?
Horen en gehoord worden
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.