De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bekijk nu het affiche en beantwoord de vier vragen.
Vragen
Wat is het doel van de maker van het affiche?
Wie probeert de maker te overtuigen om mee te lopen met de fakkeltocht?
Op welke manier probeert de maker het publiek te overtuigen?
Zou jij zelf meelopen met de fakkeltocht?
Vergelijk jouw antwoorden met die van een klasgenoot.
Bespreek eventuele verschillen.
Stap 3
Zelf op zoek
Ga op internet, in een tijdschrift of in een krant op zoek naar vier verschillende advertenties/reclames.
Dit mogen allerlei advertenties zijn.
Zet de advertenties in de goede volgorde.
Bovenaan komt de advertentie die jij het beste vindt en onderaan de advertentie die jij het minst goed vindt.
Beantwoord de volgende vragen:
Waarom vind je de advertentie bovenaan het best?
Gebruik minstens twintig woorden om je antwoord uit te leggen.
Waarom vind je de advertentie onderaan het minst goed?
Gebruik minstens twintig woorden om je antwoord uit te leggen.
Stap 4
Affiche maken
In deze opdracht ga je een affiche maken.
Weet jij wat een affiche of poster is?
Lees de volgende informatie over een poster.
Wat is een poster?
Met een poster geef je op een aantrekkelijke manier informatie door.
Een poster, of een affiche, is een soort reclameboodschap met plaatjes en tekst.
Wanneer maak je een poster?
Een poster maak je als je iemand iets duidelijk wilt maken,
met weinig tekst en weinig plaatjes.
Je wilt bijvoorbeeld reclame maken voor een mooie film,
een toneelvoorstelling of een vakantiereis.
Hoe maak je een poster?
Zoek tekst en plaatjes bij het onderwerp.
Als je wilt, maak je er een eigen tekening bij.
Kies welke tekst en welke plaatjes en tekeningen het beste bij het onderwerp passen.
De tekst en de plaatjes plak je op een vel papier,
dat mag een gewoon A4-tje zijn maar ook een groter vel papier.
Eindresultaat
De poster kun je in de klas ophangen.
Aan de hand van jouw poster kan een medeleerling vertellen wat jouw boodschap is.
Je gaat een affiche maken over je favoriete vervoersmiddel.
Dit kan een fiets zijn, maar ook een helikopter of een schip.
Het doel van het affiche is om jouw favoriete vervoersmiddel aan te prijzen.
Je maakt je affiche op een a4-papier.
Allereerst ga je het maken van het affiche voorbereiden.
Ga op internet op zoek naar voorbeelden van affiches.
Welke informatie op jouw affiche is het belangrijkst en schrijf je groter?
Welke informatie moet er nog meer op?
Maak een kladversie van het affiche.
Tips voor het maken van het affiche:
Zorg dat je weet wie je doelgroep is.
Laat belangrijke zaken opvallen.
Gebruik plaatjes om het affiche op te leuken.
Lees in het volgende stukje tekst aan welke eisen een goede illustratie of plaatje moet voldoen,
om gebruikt te kunnen worden voor je affiche.
Bij een goed affiche hoort goed beeldmateriaal.
Beeldmateriaal is goed, als het:
de aandacht trekt;
past bij de inhoud;
iets toevoegt dat niet met tekst is te beschrijven;
goed gemaakt is.
Bij beeldmateriaal wordt vaak de bron vermeld: de naam van de maker en/of de herkomst.
Netversie
Als je de voorbereidende stappen hebt gedaan, mag je de netversie van het affiche maken.
Hang je affiche op in de klas en bekijk de affiches van medeleerlingen.
Als je de affiches hebt bekeken, beoordeel je je eigen affiche.
Wat had er beter gekund aan jouw affiche? Benoem twee punten.
Het arrangement Schrijven - Activerende tekst vmbo-b34 - kopie 2 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Ilse van Gasteren
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2025-01-28 18:59:12
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Tekstdoel en tekstsoort
Activeren of overtuigen?
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.
Aan het eind van deze opdracht kan ik:
