Inleiding
Tijdens de geschiedenisles hebben we het gehad over spelletjes die ze vroeger zelf bedachten. Hoe leuk is het om nu zelf ook een spel te bedenken, dit gaan we dus ook doen. Jij gaat samen met je groepje een spel bedenken, dit doe je aan de hand van vragen en een stappen plan. Samen met je groep ga je dus langs welke materialen je het best kunt gebruiken, wat voor soort spel je gaat bedenken en wat voor spel je kunt en gaat maken
Opdracht
Je maakt samen met je groepje een spel. Bij het spel horen verschillende dingen, zonder bijvoorbeeld regels kun je een spel niet spelen. Door het maken van de vragen, maak je een spel dat past bij de ideeën van je groepje.
Wat moet je kunnen: maken van een woordweb, samenwerken, vragen beantwoorden, informatie opzoeken, taken verdelen en luisteren naar elkaar.
Denk eraan, het moet af zijn aan het eind van de les.
Aan de slag
TIP: onder het kopje Bronnen vind je handige sites voor het maken van de vragen.
Beantwoord de vragen met je groepje.
1a Welke soort spellen ken je ?
1b Wat is je lievelingsspel ?
1c Welk spel speel je het liefst met je familie?
1d Waarvan zijn de meeste spellen gemaakt (welk materiaal)?
2 Wat zijn de voordelen en nadelen van deze materialen (sterk, buigbaar, snel kapot, duurzaam, enz)?
Hout:
Metaal:
Papier:
plastic:
Glas:
Steen:
Stof:
Karton:
Gebruik bij het maken van deze vragen het bestand 'onderzoekend en ontwerpend leren'.
Je mag zelf kiezen welke materialen je gebruikt. Papier, je eigen potloden, knutselspullen, materialen die op de instructietafel liggen. Weet je niet zeker of je het materiaal mag gebruiken vraag dan het aan de meester of juf.
3 Wat gaan we maken/doen?
4 Ideeën verzinnen en selecteren
Maak een woordweb over spelletjes.
Waar moet een spel aan voldoen?
Wat heb je nodig?
Welke regels zijn belangrijk?
Wat voor soort spellen zijn er?
Welke materialen gebruik ik, denk aan de duurzaamheid van het materiaal ?
5 Kies het soort spel uit wat je met je groepje wilt gaan maken, bedenk er regels bij en verdeel de taken wat iedereen gaat doen.
Denk bijvoorbeeld aan het neerzetten van regels op papier, het spel, opbergdoosje voor de onderdelen enz.. enz..
6 Maak het spel zo dat het uitvoerbaar is voor een ander groepje.
7 Het spel is nu klaar, wissel het spel met een ander groepje dat nu ook klaar is. Ben je de eerste dan wacht je even en dit geef je door aan de juf of meester. Heb je het spel gespeelt van een ander groepje en ben je klaar geef je het spel terug. Je geeft je mening/feedback over het spel, zodat het andere groepje het nog kan veranderen. Het groepje wat jullie spel speelt doet dus het zelfde. Je krijgt dus hun mening/feedback en hier kun je wat mee gaan doen.
8 Het product is klaar, presenteer dit aan de klas. (Dit doen we aan het eind van de les).
HET LEUKSTE SPEL SPELEN WE SAMEN MET DE HELE KLAS.
Bronnen
Beoordeling
Kun je drie van de vier vragen beantwoorden met Ja, dan heb je het goed gemaakt.
Zijn de regels duidelijk naar 1 of 2 keer lezen?
Zijn de regels leesbaar?
Zit het spel goed in elkaar, gaat het niet snel kapot?
Is het spel leuk en makkelijk te bespelen?
Afsluiting
Je hebt nu geleerd om de juiste materialen voor een spel te kiezen.
Het samenwerken in een groepje en het goed overleggen met elkaar, zodat het maken van het spel goed verloopt.
De taken verdelen onderling in het groepje.
B.6.2. materialen (metaal, kunststof, hout, glas, steen en textiel)
Eigenschappen (sterkte, hardheid, geleiding)
Leerkracht
Titel: Een spel maken
Onderwerp: Spellen van vroeger tot nu
Schooltype: Basisschool
Bestemd voor de groepen/ klassen: 5 t/m 8
Vakgebied(en): Geschiedenis / natuur en techniek
Uitvoering door (hoeveel) leerlingen: groepjes van 4
Opbrengst: samenwerken, kennis van materialen
Extra materialen die nodig zijn: Hout, metaal, stof, steen, plastic, papier, karton en knutselmaterialen
Onderzoekend en ontwerpend leren
