English MZ

English MZ

Introduction

In je stage, beroep en in je dagelijkse leven kom je Engels tegen. Steeds meer mensen in onze maatschappij spreken (nog) geen Nederlands. Je krijgt bijvoorbeeld een telefoontje van een cliënt die geen Nederlands spreekt of een buitenlandse student vraagt je de weg.

Het is in je beroep noodzakelijk dat je een gesprek kunt voeren, jezelf kunt presenteren, informatie van websites of uit teksten kunt lezen en e-mails en brieven kunt schrijven. Om je hier op voor te bereiden, krijg je Engelse les in de vaardigheden: lezen en luisteren op B1-niveau en schrijven, spreken en gesprekken voeren op A2-niveau (volgens het Europese referentiekader).

Engels is een examenvak voor niveau 4-opleidingen. Het telt dus mee voor je diplomering. Je examineert landelijk via een Centraal Examen in lezen en luisteren op B1-niveau en op school maak je examens schrijven, spreken en gesprekken op A2-niveau. Je volgt een lesprogramma en maakt toetsen die een goede voorbereiding zijn op verdere studie, je toekomstige beroep en je rol in de maatschappij.

Period 1 or 2 Grammar

Lesson 1

Introduction

Explanation method and program

Period assignment

Lesson 2

Present simple – gewone tegenwoordige tijd

Gebruik: om aan te tonen dat iets een gewoonte of een feit is of dat iets regelmatig gebeurt.

Signaalwoorden waaraan je kan herkennen dat je deze vorm moet gebruiken: normally, usually, always, every day, often, never, etc. De present simple gebruik je dus ook voor tijdschema’s (vertrektijden,openingtijden.roosters).

Hoe? Je gebruikt het werkwoord  (hele werkwoord zonder to). Aan de 3e persoon enkelvoud (he/she/it) wordt een -s toegevoegd.

Voorbeeld: werkwoord: to walk

I walk   we walk
You walk you walk
He/ she/it walks   they walk

 

Exercises:

  • book A paragraph 1.4 exercise 3 (p.26)

  • In class: speaking exercises

 

 

 

Bron

 

 

 

Present continuous

Gebruik: om handelingen en gebeurtenissen te beschrijven die nu aan de gang zijn. In een Nederlandse zin komt hierbij vaak ‘aan het’ voor.

Signaalwoorden om deze vorm te herkennen: at this moment, this year, now, today, etc.

Hoe? am/is/are + werkwoord + -ing

Voorbeeld: werkwoord to work

I am working we are working
you are working you are working
he/she/it is working they are working

     

 

Exercises:

  • book A chapter 3.2 exercises 3 en 4 (p.87)
  • exercises in class

 

 

 

Lesson 3

In this lesson we will apply the theory of last week and expand upon your knowlegde of the English grammar.

Lesson 4

Past simple

Gebruik: Om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en nu afgelopen is.

Signaalwoorden: yesterday, last week, a month ago, in 2011, etc.

Hoe?    

  • bij regelmatige werkwoorden: werkwoord + -ed
  • bij onregelmatige werkwoord: de vorm die hoort bij de verleden tijd van het werkwoord (zie: onregelmatige werkwoorden, 2e rij): blz 327-329 Boek A Nu Engels

Voorbeeld: regelmatig werkwoord to work

I worked we worked
you worked you worked
he/she/it worked they worked

 

Voorbeeld: onregelmatig werkwoord to eat

I ate we ate
you ate you ate
he/she/it ate they ate

 

 

Theory: Book A chapter 2.3 p.55

Exercises:

  • book A chapter 3.2 exercises 3 en 4 (p.87)
  • exercises in class

 

Past continuous

Gebruik: Om handelingen en gebeurtenissen te beschrijven die op een bepaald moment in het verleden aan de gang waren. In het Nederlands zeg je: was aan het /waren aan het.

Signaalwoorden: yesterday morning, last Tuesday at 10 o’clock. De signaalwoorden laten dus zien dat het om een specifiek tijdstip in het verleden gaat.

Hoe? was/were + werkwoord + -ing

Voorbeeld: werkwoord to sleep

I was sleeping we were sleeping
You were sleeping you were sleeping
He/she.it was sleeping they were sleeping

 

 

Theory: Book A chapter 5.3 p.173

Exercises:

  • book A chapter 5.3 exercise 3 (p.174)
  • exercises in class

 

Lesson 5

In this lesson we will apply the theory of last week and expand upon your knowlegde of the English grammar.

Lesson 6

Present perfect

Gebruik: Om te zeggen dat iets in het verleden gebeurd is en tot in het heden voortduurt of net voor het moment van spreken afgelopen is. Het resultaat daarvan is nog merkbaar. Het tijdstip is onbekend of onbelangrijk.

Signaalwoorden: for, yet, never, ever, just, already, since, so, still (fyne jasss)

Hoe?     –> bij regelmatige werkwoorden: have/has werkwoord + -ed

              –> bij onregelmatige werkwoorden have/has + de vorm die hoort bij het voltooid deelwoord van het werkwoord (zie 

                   onregelmatige werkwoorden, 3e rij)

Voorbeeld: regelmatige werkwoord to work

I have worked we have worked
You have worked you have worked
He/she/it has worked they have worked

 

Voorbeeld: onregelmatige werkwoord to eat

I have eaten we have eaten
You have eaten you have eaten
He/she/it has eaten they have eaten

 

 

 

 

Theory: Book A chapter 4.4 p.133

Exercises:

  • book A chapter 4.4 exercise 2 (p.134)
  • exercises in class

 

Bron

 

 

Past Perfect

Gebruik: om te zeggen dat iets in het verleden gebeurde (past perfect) voordat er een andere handeling in het verleden plaatsvond (past simple).

Hoe?     –> bij regelmatige werkwoorden had + werkwoord + -ed

              –> bij onregelmatige werkwoorden had + de vorm die hoort bij het voltooid deelwoord van het werkwoord (zie           

                   onregelmatige werkwoorden, 3e rij)

 

Voorbeeld: regelmatige werkwoord

James apologized for the trouble he had caused

 

Voorbeeld: onregelmatige werkwoord to do

               After Tom had done the dishes, he watched television                                 

 

 

 

Theory: Book A chapter 5.3 p.173

Exercises:

  • book A chapter 5.3 exercise 3 (p.174)
  • exercises in class

 

Future tense

1.Future present continuous

Gebruik: dingen die afgesproken zijn en heel binnenkort gaan gebeuren

Hoe? Am/are/is + werkwoord +ing

Voorbeeld: We are eating out tonight

 

2.Future + to be going to

Gebruik: - dingen die met zekerheid gaan gebeuren

                - Dingen die in het verleden al besloten/gepland zijn

Hoe? Am/are/is going to + werkwoord

Voorbeeld: she is going to give a presentation today

 

3.Future +will/shall

Gebruik: - dingen waarvan nog niet zeker is dat je gaan gebeuren

                - er is geen sprake van een regeling of afspraak

Hoe? Will of shall + hele werkwoord

Voorbeeld: I will tell them / Shall we help you?

 

 

Zie de volgende website voor filmpjes over de future: http://engelsacademie.nl/

Theory: Book A chapter 7.2 p.272

Exercises:

  • book A chapter 7.2 exercises 2,3 (p.272)
  • exercises in class

Lesson 7

In this lesson you home work of the past 6 lessons will be checked.

Grammar test

In this test you will be tested on your knowledge of the tenses, the vocabulary and the rest of the grammar that we discussed and practised in this period.

Lesson 8 Show and Tell

Lesson 9 Feedback and rounding off

In this lesson, feedback will be given on your test and your show and tell. 

Period 3 or 4 reading and listening

Lesson 1

Lesson 2

Lesson 4

Lesson 4

Lesson 5

Lesson 6

Lesson 7

Lesson 8

Period 5 or 6 reading and listening

Lesson 1

Lesson 2

Lesson 4

Lesson 4

Lesson 5

Lesson 6

Lesson 7

Lesson 8

Period 7 or 8 reading and listening

Lesson 1

Lesson 2

Lesson 4

Lesson 4

Lesson 5

Lesson 6

Lesson 7

Lesson 8

Period 5 reading and listening

Lesson 1

Lesson 2

Lesson 4

Lesson 4

Lesson 5

Lesson 6

Lesson 7

Lesson 8

  • Het arrangement English MZ is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    MZ Noorderpoort
    Laatst gewijzigd
    26-02-2020 12:02:34
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Noorderpoort, MZ. (z.d.).

    English MZ

    https://maken.wikiwijs.nl/119873/English_MZ

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.