Deze webkwestie is gemaakt voor leerlingen vanaf groep 5/6.
De webquestie gaat over dieren die niet meer bestaan oftewel 'uitgestorven beesten'.
Een uitgestorven beest
1. Inleiding
Het onderstaande verhaal wordt voorgelezen als je hierop klikt:
Over een groot meer tussen de bergen in het mistige Schotland doet zich een vreemd verhaal de ronde. Wanneer het mistig is en wanneer de zon nog op moet komen, kan het ineens heel stil worden. De golven verdwijnen dan en de wind houdt op met waaien. Op dat moment, dat het meer volkomen rustig is, zie je hem soms. Misschien heb je al eens van dit meer gehoord. Het meer heet 'Loch Ness'. En er wordt gezegd dat er een monster woont...
Heel af en toe laat hij zijn schaduw aan de oppervlakte van het water verschijnen, en heel soms steekt hij zijn hoofd boven het water uit. Er zijn zelfs enkele foto’s van 'Nessie', zoals het monster wordt genoemd. Maar niet iedereen gelooft dat die foto’s wel echt zijn. Sommige denken dat het gewoon een mooi ingepakt bootje is en dat iemand een grap heeft uitgehaald. Anderen geloven dat het een oude dinosaurus is die zich schuilhoudt in het meer. Een Plesiosaurus zoals die dino heet volgens sommige mensen.
Kijk hier onder en wat vind je zelf?
De eerste foto van 'Nessie' (1936)
Plesiosaurus, naast andere beesten
2. De opdracht
Het onderstaande verhaal wordt voorgelezen als je hierop klikt:
Of Nessie nou echt is of niet. Het zou wel heel gaaf zijn als er nog zo’n oude dino op de wereld zou rondzwemmen. Veel mensen bezoeken het meer daarom, ze hopen het monster van Loch Ness een keertje te zien. Het plaatselijke museum bij jou in de buurt hoorde dit verhaal. De directeur kreeg toen een slim idee. Hij denkt dat er meer bezoekers naar het museum komen als zij ook uitgestorven dieren 'tot leven wekken' in een expositie. De expositie gaat over beesten die uitgestorven zijn. Het mag elk soort dier zijn, maar het moet wel om een uitgestorven dier gaan!
Jullie gaan het museum helpen met het maken van de expositie!
Met museum wil de ruimte zo inrichten dat het levensecht lijkt. Dus het moet zo goed mogelijk kloppen (een pinguin in de woestijn zou er ook maar raar uitzien).
Kijk naar het plaatje hieronder:
Een verdwaalde pinguin
Kijk nu naar een plaatje wat er een stuk beter uitziet:
Een opgezet zwijn
Zwijnen zijn (gelukkig) nog niet uitgestorven. Maar je kan wel iets anders leren van dit plaatje. Door het dier in een stukje grond met blaadjes te zetten ziet het er al veel echter uit.
3. Hoe ga je te werk?
Het onderstaande verhaal wordt voorgelezen als je hierop klikt:
Je gaat eerst even nadenken. Bespreek met je samenwerkmaatje welke dieren je kent die uitgestorven zijn. Schrijf er in ieder geval tien op een blaadje. Kijk ook even op de aangeboden sites (die staan bij informatieve bronnen) of je nog meer uitgestorven dieren kan vinden. Als je hiermee klaar bent kies je één dier wat jij echt in het museum wilt hebben. Je moet natuurlijk wel weten hoe groot het dier is en in wat voor een omgeving het dier heeft geleefd. Bijvoorbeeld een bos of in het water. Zo kan het museum een mooie expositieruimte inrichten. Verzamel verschillende plaatjes van het dier in een word-document. Je zoekt de echte naam op voor het dier maar verzint ook een koosnaampje, net als 'Nessie'.
Kijk ook even bij de ''Beoordeling'', dan weet je hoe je werk wordt beoordeeld.
Dus je typt een stukje tekst waarin je de volgende vragen beantwoord:
1. Hoe heet het beest?
2. Wat is een koosnaampje voor het beest?
3. In wat voor gebied woonde het beest? (Bos? Zee? Woestijn?)
4. Hoe zag het beest eruit? (Harig? Veren? Grote tanden? Kleine vleugels?)
5. Wat at het beest? (Insecten? Vissen?)
6. Hoe groot was het beest?
7. Legde het beest eieren en hoe zagen die eruit?
8. Welk nog levend dier doet je denken aan het uitgestorven beest?
Als je alles netjes in een word-bestand hebt opgeschreven, sla je het bestand op. Je geeft er een duidelijke naam aan en slaat het bestand op, op een plek waar je het makkelijk terugvinden kunt.
Hierna maak je nog een tekening van hoe de expositie er bijvoorbeeld uit kan zien. Dat mag met het programma Paint op je computer, maar mag ook met een a4tje en kleurpotloden. Denk aan het plaatje van het zwijn!
Hier onder een voorbeeld zodat je een idee krijgt:
Er staan meer dan 5 spelfouten in je word-document.
Er staan minder dan 5 spelfouten in je word-document.
Er staan geen spelfouten in je word-document.
Volledigheid
30 punten
Er missen enkele deelvragen in je word-document.
Alles staat in je word-document.
Alles staat in je word-document en je hebt uitgebreide antwoorden gegeven.
Samenwerking
30 punten
De samenwerking verliep slecht. Jullie hebben niet goed overlegd en één van jullie hielp bijna niet mee.
De samenwerking verliep prima. Een van jullie deed wat meer dan de ander.
De samenwerking verliep super, jullie hebben allebei ongeveer evenveel gedaan.
Informatie
10 punten
Je hebt één informatiebron bekeken.
Je hebt minstens drie informatiebronnen bekeken.
Je hebt meer dan drie informatie bronnen bekeken en opgeschreven in je word-document.
Eindscore:
0 tot 60 punten
Oef, dat ging nog niet zo goed. Jullie hebben het museum niet kunnen helpen om een expositie te maken. Jammer, volgende keer beter.
60 tot 80 punten
Het museum is heel blij met jullie bijdrage. Binnenkort kun je er vast heen om te kijken hoe jullie beest in het museum pronkt.
80 tot 100 punten
Wow, geweldig! De directeur is super blij met jullie hulp. Hij weet zeker dat het museum weer veel bezoekers zal gaan trekken!
6. Terugblik
Je hebt de webquestie afgesloten. Aan het begin van deze webquestie wist je waarschijnlijk nog niet zoveel over uitgestorven diersoorten. Nu heb je in ieder geval goed gekeken naar een van deze dieren. Maar je hebt niet alleen wat geleerd over de uitgestorven dieren.
Kijk maar eens naar alle anderen dingen die je hebt geleerd terwijl je bezig was met deze webquestie:
1. Als het goed is weet je nu bijvoorbeeld wat een expositie is.
2. Je weet nu dat sommige diersoorten uitsterven.
3. Je kan benoemen hoe (sommige) diersoorten uitsterven.
4. Je kan aan de hand van gegeven bronnen informatie opzoeken over je onderwerp.
5. En je kan je verzamelde informatie duidelijk weergeven middels een (digitale) tekening.
Zie je hoe veel je geleerd hebt terwijl je aan de slag was? Goed bezig!
4 De leerlingen leren informatie te achterhalen in informatieve en instructieve teksten, waaronder schema’s, tabellen en digitale bronnen.
7 De leerlingen leren informatie en meningen te vergelijken en te beoordelen in verschillende teksten.
8 De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
9 De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
41 De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen.
55 De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
Leerdoelen:
De leerlingen kunnen in eigen woorden uitleggen wat een expositie is.
Aan het einde van deze webquestie weten de leerlingen dat dieren uitsterven.
Ze weten daarnaast hoe het kan dat deze dieren uitsterven. (Afhankelijk van het gekozen dier.)
Ze kunnen aan de hand van vooraf geselecteerde informatie bronnen informatie vinden en selecteren.
De leerlingen kunnen aan de hand van een webquestie een product leveren.
Niveau: Groep 5, 6 & 7
Vakgebied: Natuur
Eindproduct: een schets van een expositie en een word-document.
Het arrangement Uitgestorven dieren is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Max van der Veen
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2018-03-02 16:11:45
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Het plaatselijke museum is veel te saai en er komen al jaren geen bezoekers meer. Om meer bezoekers te trekken besluit de directeur van het museum dat er een nieuwe expositie (= tentoonstelling) moet komen. Het moet gaan over dieren die vroeger rondliepen op de aarde, maar nu uitgestorven zijn. Dat betekent dat er geen enkel dier van de soort over is. Gelukkig weten we veel van welke dieren uitgestorven zijn door verhalen, tekeningen en fossielen. Maar welke dieren moeten een plekje krijgen in het museum.
Leerniveau
Primair onderwijs;
PO groep 7;
PO groep 6;
PO groep 5;
Het plaatselijke museum is veel te saai en er komen al jaren geen bezoekers meer. Om meer bezoekers te trekken besluit de directeur van het museum dat er een nieuwe expositie (= tentoonstelling) moet komen. Het moet gaan over dieren die vroeger rondliepen op de aarde, maar nu uitgestorven zijn. Dat betekent dat er geen enkel dier van de soort over is. Gelukkig weten we veel van welke dieren uitgestorven zijn door verhalen, tekeningen en fossielen. Maar welke dieren moeten een plekje krijgen in het museum.
