K7 Wiki opdracht voor mavo3

Begin: K7 Mens & Milieu

Deze opdrachten serie gaat over het milieu. Hoe de mens afhankelijk is van dit milieu en welke invloed de mens op het milieu uitoefent.

 

 

Tijdens het doorwerken van de lessen kom je vragen en opdrachten tegen.

Sommige kun je op de computer maken en sommige schrijf je op in je schrift.

Vragen die in een kader staan met rode letter, moet je in je schrift schrijven. Bijvoorbeeld:

Zwerfafval is:

 

Om de vragen te beantwoorden zal je informatie moeten vinden. Dit doe je via de links in dit arrangement naar websites, filmpjes en presentaties.

Zorg dus dat je elke les je laptop meeneemt en oortjes of een koptelefoon!

 

Veel plezier met de lessen over Mens & Mileu.(onderdeel van K7)

Opdracht 1 John Snow

Klik op de onderstaande link en bekijk het filmpje:

John Snow en de moderne tijd

Beantwoord met de informatie uit het filmpje de volgende 4 vragen:

Opdracht 2: De mens en het milieu

Afhankelijkheid

De mens is afhankelijk van het milieu waarin hij leeft, maar heeft ook invloed op dit milieu. Milieuproblemen ontstaan als mensen niet altijd zorgvuldig met het milieu omgaan.

In dit thema leer je de voornaamste oorzaken en gevolgen van deze milieuproblemen. Ook leer je wat er wordt gedaan om het milieu te beschermen en hoe je daar zelf aan kan meehelpen.

Bekijk de onderstaande video en beantwoord daarna de vragen:

Afhankelijkheid en invloed van de mens op het milieu

Vraag 1:

Schrijf in je werkboek de 6 manieren (die in het filmpje worden genoemd) waarop de mens afhankelijk is van het milieu.

De mens is op de volgende 6 manieren afhankelijk van het milieu:

 

Invloed

De onderstaande link is er eentje naar een wereldklok. Hierin wordt een deel van de invloed van de mens op het milieu weergegeven in cijfers.

Deze klok geeft aan wat er gebeurt op de wereld; nu (now), per dag, week, maand en jaar.

Klik op de link en beantwoord de volgende vragen:

Wereldklok

Ecologische voetafdruk

Iedereen gebruikt een stukje van de aarde. Als we allemaal op 1 uit zouden komen, dan komen we dus net toe met de aarde die we hebben. Als je op meer dan 1 uitkomt, en iedereen zou leven zoals jij doet, dan is de aarde dus te klein voor de mensen die er op wonen.

Hoe groot is jouw voetafdruk? Met de voetafdruktest kun je uitrekenen hoeveel aardbollen je nodig hebt. Klik op de link en doe de test.

 

Bereken je eigen ecologische voetafdruk

Als je jouw voetafdruk vergelijkt met die van de gemiddelde Nederlander, zie je dan grote verschillen?

Er is ook een top 5 tips. Welke kies jij en waarom juist die?

Ga hier met je teamgenoten 5 minuten over in discussie.

 

Opdracht 3: Energie

Jullie hebben gezien dat de mens afhankelijk is van het milieu voor de energie die hij gebruikt.

De veranderende manier van leven heeft de vraag naar energie in de afgelopen 200 jaar flink doen toenemen.

Aardgas, aardolie en steenkool zijn onze belangrijkste energiebronnen.

fossiele brandstoffen

Aardgas, aardolie en steenkool zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit de resten van dode planten en dieren. We noemen ze daarom fossiele brandstoffen.

Je hebt geleerd dat planten bij fotosynthese de energie uit zonlicht gebruiken om glucose te maken. Uit glucose maken planten allerlei andere stoffen, onder andere de stoffen waaruit ze zelf bestaan.

Bij de verbranding van fossiele brandstoffen komt deze energie weer vrij. We kunnen de energie gebruiken om auto's te laten rijden, huizen te verwarmen of elektriciteit op te wekken. Hierbij ontstaan ook weer koolstofdioxide.

Klik op de onderstaande link en schrijf in je schrift de voor- en nadelen op van fossiele brandstoffen

Voor- en nadelen van fossiele brandstoffen

 

Aardolie, steenkool en gas

Kernenergie

Kernenergie wordt opgewekt door de brandstof uranium te splijten. Dit betkent dat atoomkernen van het uranium worden gesplitst. Hierbij komt er veel energie vrij in de vorm van warmte. Met die warmte wordt in een kernenergiecentrale water verhit waarbij stoom ontstaan. Deze stoom lat turbines draaien en daarmee wordt elektriciteit opgewekt.

Schematische tekening van de werking van een kernreactor

Klik nu op de volgende link en lees hier wat kernenergie is en wat de voor- en nadelen zijn.

Schrijf deze ook op in je schrift als aantekening.

Wat zijn de voor- en nadelen van kernenergie?

 

Informatie over kernenergie

Ga nu vijf minuten met elkaar in discussie en neem een standpunt in over het gebruik van kernenergie.

Houdt hierbij rekening met het milieu, de kosten en de eventuele risico's.

Zijn jullie voor of tegen het gebruik van kernenergie, en waarom?

Geef je standpunt door aan je docent HWS

 

Het broeikaseffect

Het klimaat op aarde wordt voor een groot deel bepaald door de dampkring (of atmosfeer). De dampkring bestaat uit een mengsel van verschillende gassen en ligt als een laag om de aarde. De gassen laten een deel van de zonnestralen door naar de aarde, waar de stralen worden omgezet in warmte. De aarde straalt deze warmte ook weer uit, maar bepaalde gassen in de dampkring zorgen ervoor dat een deel van die uitgestraalde warmte weer wordt teruggekaatst naar het aardoppervlak. Hierdoor wordt de aarde warmer.

Klik op de onderstaande link en bekijk de animatie. Daarna beantwoord je de vragen.

Animatie over broeikaseffect

Klimaatverandering

Op dit moment vindt er een klimaatverandering plaats. Er wordt gesproken van een klimaatverandering als het weertype over een periode van meerdere jaren verandert. Nu is dat een temperatuurstijging.

Of dit alleen het gevolg is van het versterkte broeikaseffect is nog niet helemaal duidelijk. Wel is duidelijk dat de gassen die we uitstoten die het broeikaseffect versterken een bijdrage leveren aan de stijging van de temperatuur.

Doordat het warmer wordt, worden ook de zeeën en oceanen warmer. Water dat warmer wordt zet uit, en neemt dus meer ruimte in, hierdoor stijgt de zeespiegel. Daarbij smelt ook een deel van het landijs op de polen, waardoor de zeespiegel nog meer stijgt.

Wereldwijd heeft de temperatuurstijging veel gevolgen:

- Kustgebieden zullen overstromen

- Bepaalde gebieden worden droger waardoor woestijnen groter worden

- De landbouw zal in grote gebieden onmogelijk worden waardoor de voedselvoorziening in gevaar kan komen

 

Voor Nederland heeft dit ook gevolgen. Bekijk het filmpje en beantwoord de vraag in je werkboek

Gevolgen van klimaatverandering voor Nederland

Schrijf in je schrift de maatregelen op die Nederland kan nemen om zich voor te bereiden op de klimaatverandering.

Welke maatregelen worden genomen om Nederland aan te passen aan de klimaatverandering?

 

Duurzame energie

Omdat de voorraad fossiele brandstoffen op raakt en deze brandstoffen vervuilend zijn voor het milieu, wordt er steeds meer gebruik gemaakt van duurzame energie.

Duurzame energie is energie die geen milieuvervuiling veroorzaakt en waarbij de energiebron niet opraakt. Voorbeelden hiervan zijn energie uit biobrandstoffen (biomassa), windenergie, zonne-energie en waterkracht.

Het grootste deel van de duurzame energie die in Nederland wordt opgewekt, komt uit biomassa.

Biomassa bestaat uit energierijke stoffen van organisch materiaal zoals hout, groente- fruit- en tuinafval, mest en plantaardige olie.

Biomassa kan als brandstof worden gebruikt om elektriciteit mee op te wekken. Bij de verbranding ontstaat weliswaar koolstofdioxide, maar die is door planten tijdens hun groei ook uit de lucht opgenomen. Daardoor stijgt de hoeveel koolstofdioxide in de lucht niet.

Sommige planten worden speciaal gekweekt om biobransstoffen te maken. Van suikerriet kan bijvoorbeeld alcohol worden gemaakt, die als brandstof kan dienen om speciale auto's mee te laten rijden. Ook kan olie gehaald worden uit zonnebloemen, koolzaad en oliepalmen. Uit deze olie kan biodiesel worden gemaakt.
Deze eerstegeneratie biobrandstoffen zijn gemaakt uit voedsel. Om gewassen voor biobrandstof te verbouwen is veel landbouwgrond nodig. Er blijft dan minder grond over om voedsel te verbouwen. Veel mensen vinden daarom het verbouwen van planten voor biobrandstof niet duurzaam.

 

Vormen van duurzame energie

De volgende link gaat naar een eenvoudig spelletje waar 9 verschillende vormen van duurzame energie gelinkt moeten worden aan de juiste plaatjes.

Van deze 9 zul je er al een aantal kennen. Een aantal zal je kennen, maar de naam is soms erg technisch. En een aantal zullen ook nieuw voor je zijn.

Speel het spel door op de link te klikken:

 

9 vormen van duurzame energie

Neem de tabel ovr en vul de vormen van duurzame energie in

 

Je hebt al een keer met pdf-mpas gewerkt. Hiervoor kreeg je een kaart en "maakte" je een route door de GPS-track aan te zetten tijdens je reis naar school.

Je kan ook op een andere manier informatie toevoegen.

In deze verdiepingsopdracht over energie maak je een informatielaag voor GoogleEarth met de plaatsen waar energie wordt geproduceerd in Nederland.

Het is de bedoeling dat je zelf zoveel mogelijk probeert uit te zoeken en zo min mogelijk aan de docent vraagt. Loop je echt helemaal vast dan ga je naar de docent, maar probeer eerst zelf wat knopjes in pdf-maps uit.

Wat heb je nodig:

1. Pdf-maps op je mobiel

2. de kaart van Nederland als ondergrond om in pdf-maps te laden

3. Een kaartje met de locaties van de energieproducenten in Nederland

De kaartjes staan in de map "verdieping_energie" die je hebt geplaatst in je dropbox map.

wat moet je doen:

1. Start pdf-maps en importeer de kaart NL_OSM.

2. Bekijk het kaartje NL_energie.pdf (niet in pdf-maps). Hier zie je de locaties van de centrales die energie opwekken in Nederland.

3. Plaats deze locaties op je kaart van Nederland in pdf-maps door er een speld op te zetten.

4. Geef elke speld een kleur (elke soort centrale een andere kleur) en zet de naam van de locatie erbij.

5. Als je klaar bent exporteer je de gegeven naar je dropbox als KML.

6. Open GoogleEarth en open daar je KLM bestand vanuit dropbox.

Gefeliciteerd!, Je hebt nu zelf informatie toegevoegd aan GoogleEarth

 

Opdracht 4: Voedselproductie

Je hebt gezien dat de wereldbevolking nog steeds groeit. Al die mensen moeten eten. De landbouw zorgt er voor dat dit voedsel er is.

Landbouw is alle activiteiten waarbij het natuurlijk milieu wordt aangepast voor de productie van planten en dieren voor menselijk gebruik.

Er zijn drie soorten landbouw: Akkerbouw, veelteelt en tuinbouw. De planten die in de akkerbouw en tuinbouw worden verbouwd, heten voedingsgewassen. De dieren die in de veelteelt worden gehouden noemen we landbouwhuisdieren.

Akkerbouw                                                          Veelteelt                                                                Tuinbouw

De landbouw is de laatste 50 jaar sterk verandert. Tot 1950 waren er vooral gemengde bedrijven. Boeren deden aan akkerbouw en veeteelt. Tegenwoordig zie je veel meer dat bedrijven zich specialiseren in 1 van de 3 soorten van landbouw.
 

Akkerbouw

Akkerbouw

Akkerbouwbedrijven zijn vaak grote bedrijven met veel grond. Meestal wordt er op een akker maar 1 soort gewas verbouw zoals aardapplen of tarwe. We noemen dit een monocultuur.
Monoculturen bieden grote voordelen voor bedrijven:
- Er kunnen grote machines gebruikt worden om de bodem te bewerken en om te oogsten
- De gewassen kunnen goedkoop worden verbouwd
- Hierdoor levert een akker veel op.

Monoculturen hebben echter ook nadelen:
- Er staat veel voedsel voor insecten, met een grote kans op insectenplagen
- Planten staan dicht op elkaar, waardoor ziekteverwekkers zich makkelijk verspreiden
- Er moeten veel chemische gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt
- De bodem raakt snel uitgeput, waardoor veel (kunst)mest moet worden gebruikt.

De chemische bestrijdingsmiddelen en meststoffen kunnen in het grondwater terecht komen en zo het drinkwater vervuilen.

Veeteelt

Veelteelt werd in Nederland oorspronkelijk bedreven op bedrijven waar het vee liep te grazen in de velden. Tegenwoordig hebben veel veehouderijen weinig grond. Deze manier van veelteelt heet intensieve veehouderij, ook wel bio-industrie genoemd.

Deze bedrijven verbouwen het voedsel voor het vee niet zelf, maar importeren dat voor een groot deel uit het buitenland.
Voordelen van de bio-industrie zijn dat er op een kleine ruimte veel dieren kunnen worden gehouden. Hierdoor heb je een hoge productie van vlees, melk of eieren.

Intensieve melkveehouderij

De bio-industrie heeft ook nadelen. Er onstaat een mestoverschot, omdat de bedrijven meer mest produceren dan ze zelf nodig hebben.
Daarbij hebben steeds meer mensen er problemen mee dat er te veel dieren in een te kleine ruimte zitten. Sommige organisaties (zoals de dierenbescherming) zetten zich in voor betere leefomstandigheden van dieren in de bio-industrie. Het beter-leven keurmerk laat bijvoorbeeld zien of een kip tijdens zijn leven voldoende ruimte heeft gehad. In de verdiepingsstof van deze les gaat het over keurmerken.

Tuinbouw

Vroeger werden gewassen buiten in de open grond verbouwd. Dit noemen we tuinbouw in de open grond. Tegenwoordig worden veel tuinbouwgewassen in kassen verbouwd. Dit noemen we glastuinbouw.

Tuinbouw in de open grond                              Glastuinbouw

In de kassen die in de glastuinbouw worden gebruikt kan de tuinbouwer zorgen voor gunstige omstandigheden voor de groei van planten. Hierdoor kan de kas veel voedsel produceren en kunnen voedingsgewassen het hele jaar door worden verbouwd.

Deze manier van werken kost wel erg veel energie. In de winter moeten de kassen warm worden gestookt. En de lampen die in de kassen vaak aan zijn, om genoeg licht voor de planten te maken zodat ze goed groeien, kosten veel elektriciteit.

Biologische landbouw

Je hebt gezien dat de intensieve landbouw nadelen heeft voor het milieu en voor het dierenwelzijn van de landbouwhuisdieren. Steeds meer mensen vinden dat de landbouw rekening moet houden met het milieu en met de dieren.

De biologische landbouw probeert het milieu te sparen en toch voldoende voedsel te produceren.
In plaats van monoculturen wordt hier gewerkt met kleine stukken grond waarin gewassen elkaar afwisselen. Hierdoor is er een kleinere kans op insectenplagen en kunnen ziekteverwekkers zich minder snel uitbreiden.

Ook wordt er vruchtwisseling toegepast. Dat betekent dat er nooit 2 keer achter elkaar op een stuk grond hetzelfde gewas wordt verbouwd. Het voordeel hiervan is dat ziekteverwekkers geen kans krijgen om het volgend jaar het gewas aan te tasten. Ook wordt de bodem minder uitgeput omdat elk gewas net even andere voedingsstoffen nodig heeft.

Voorbeelden van biologische landbouw

Biologische landbouw heeft dus voor- en nadelen. Deze zijn samengevat in de tabel in je werkboek.

Zet in de tabel in je werkboek een kruisje in de juiste kolom: voordeel of nadeel biologische landbouw

Natuurlijke plaagbestrijding in de Hoeksche Waard
In deze opdracht gaan jullie zien hoe biologen geografische hulpmiddelen gebruiken om er voor te zorgen dat de boeren in de Hoeksche Waard veel minder chemische bestrijdingsmiddelen hoeven te gebruiken om hun gewassen te beschermen.

Wat doet de bioloog?
De grootste plaag voor de boeren in dit gebied zijn bladluizen.
Het is de taak van de bioloog om uit te zoeken hoe de natuurlijke vijanden van de bladluis kunnen worden ingezet in dit gebied, om de plaag te bestrijden.

In de Hoeksche Waard liggen veel dijken en kreken die ecologisch worden beheerd. Dit betekent dat er veel meer soorten planten groeien en dat dit een aantrekkelijk leefgebied is voor veel dieren. Ook voor de natuurlijke vijanden (rovers) van de bladluis.

 figuur 1: Voorbeelden van ecologische beheerde kreken en dijken

De onderzoekers vragen zich het volgende af: als er op meer plekken dit ecologisch beheer wordt toegepast, is het dan mogelijk om rovers in het gebied te krijgen die de bladluizen kunnen bestrijden? Als de boeren de randen van hun akkers en sloten op deze manier zouden beheren, zou dat dan voldoende kunnen zijn?
In een klein deel van de Hoeksche Waard zijn de onderzoekers aan de slag gegaan met deze vragen.

Wat zijn de belangrijkste vragen:

  1. Als de akker- en slootranden zo worden ingericht komen er dan ook rovers?
  2. Hoe groot is het invloedsgebied van deze randen?

 

Inrichting van de akker- en slootranden
Om de eerste vraag te beantwoorden hebben biologen gekeken naar welke (combinatie) van planten er bij de dijken en de kreken staan waar de rovers leven.
In het onderzoeksgebied zijn de akker- en slootranden op die manier ingericht en daarna is er gekeken of er dan ook rovers komen.
Daarvoor zijn potvallen geplaatst en is er gekeken hoeveel rovers er zitten.

Figuur 2: resultaten van de potvallen

Uit figuur 2 blijkt dat er inderdaad veel rovers voorkomen. Daarnaast komen er ook veel sluipwespen en zweefvliegen op deze leefgebieden af. Ook dit zijn natuurlijke vijanden van bladluizen.

 

Het invloedsgebied van de ecologisch beheerde akker- en slootranden

Om de 2e vraag te beantwoorden is er gekeken hoever de rovers de gewassen in trekken om de bladluizen op te eten. En er is gekeken hoever de invloed van de vliegende rovers is vanaf de randen.

Uit dit onderzoek blijkt dat de kruipende rovers ongeveer 150 meter ver de gewassen in trekken en dat de vliegende rovers ongeveer 1000 meter invloed uitoefenen, maar dat deze invloed minder sterk is dan die van de kruipende rovers.

Figuur 3: Afstanden invloed rovers

De onderzoekers trekken de volgende conclusies:

  • Dijken, kreken en bosgebiedjes zijn al goed ingericht voor rovers
  • Ecologische beheerde akker- en slootranden zijn ook goede leefgebieden voor rovers
  • 150 meter vanaf deze randen is de invloed groot
  • tot 1000 meter van deze randen is er invloed, maar deze is minder groot

WebQuest Plastic Soep

Samen met je leerteam ga je een presentatie maken waarin jullie een oplossing proberen te vinden voor de plastic soep.

Voor de presentatie kan je kiezen uit de volgende 2 vormen:

1. Een filmpje

2. Een PowerPointpresentatie die je zelf van commentaar voorziet

Wat moet er in jullie presentatie voorkomen:

- Wat is de plastic soep

- Hoe is deze ontstaan

- Welke omvang heeft de plastic soep

- Waaruit bestaat de plastic soep

- Wat voor invloed heeft de plastic soep op het milieu, de mens en de maatschappij

- Wat jullie oplossing is voor het probleem

Bedenk bij jullie oplossing dat kosten een belangrijke rol spelen. Dus zorg ervoor dat jullie oplossing uitgevoerd kan worden.

Je kan bij het maken van je presentatie gebruik maken van de volgende bronnen:

http://5gyres.org

http://plasticsoupfoundation.org

Wikipedia - Plastic soep

Filmpje over de plastic soep

WebQuest El Nino

Samen met je leerteam ga je een presentatie maken waarin jullie aan de resst van de klas het fenomeen El Nino uitleggen.

Voor de presentatie kan je kiezen uit de volgende 2 vormen:

1. Een filmpje

2. Een PowerPointpresentatie die je zelf van commentaar voorziet

Wat moet er in jullie presentatie voorkomen:

- Wat is El Nino

- Hoe ontstaat El Nino

- Wat zijn de gevolgen van El Nino

- Hoe vaak komt het voor?

- Wat is La Nina en wat heeft dit te maken met El Nino?

- Heeft het te maken met huidige de klimaatveranderingen?

Zorg ervoor dat je klasgenoten je presentatie begrijpen! Ze moeten na het zien van je presentatie de bovenstaande vragen kunnen beantwoorden.

Je kan bij het maken van je presentatie gebruik maken van de volgende bronnen:

KNMI: El Nino

El Nino: het ongewenste kerstkind

Animatie over El Nino en La Nina

In les 6 staat een artikel van Freek Vonk over de introductie van de reuzenpad in Australie en wat daar mis is gegaan.

Dit is een voorbeeld van de introductie van een exotisch organisme in een ecosysteem waar het oorspronkelijk niet in thuis hoort.

Opdracht:

- Zoek naar voorbeelden in Nederland waar exoten zijn geintroduceerd.

- Geef minimaal 1 voorbeeld waarin het goed is gegaan en 1 voorbeeld waarin het fout is gegaan

- Verwerk dit in een aantrekkelijke presentatie die duidelijk uitlegt wat de introductie van exoten is en wat de gevolgen kunnen zijn.

 

Het plaatje van een ijsbeer op een kleine ijsschots is het symbool geworden van de huidge klimaatverandering. Als je voor deze opdracht kiest, maak je een presentatie over de klimaatveranderingen van dit moment. Er zijn mensen die zeggen dat we anders moeten gaan leven omdat we de aarde onleefbaar maken. Terwijl anderen beweren dat het helemaal niet komt door de invloed van de mens. Wat nou is waar?

De opdracht:

- Maak een presentatie waarin de voor- en tegenstanders van het idee dat de mens verantwoordelijk is voor de klimaatverandering aan bod komen

- De presentatievorm kies je zelf: een poster, PowerPoint, filmpje

- Beschrijf wat de gevolgen zijn van de huidige klimaatveranderingen voor de ijsbeer (leefgebied, voedsel ed.)

- Kunnen wij mensen iets doen om de klimaatverandering te stoppen en zo het leefgebied van de ijsbeer te behouden?

Een vakantie is al snel een grote aanslag op het milieu en zorgt er voor dat je ecologische voetafdruk een stuk groter wordt.

Ver weg met het vliegtuig, daar een jeep huren en door de natuur racen, logeren in een resort waar een stuk oerwoud voor gekapt is...

Maar uiteraard kan het ook anders.

Jullie presentatie gaat over een vakantie die duurzaam is.

In de presentatie moeten in ieder geval de volgende aspecten aan de orde komen:

- Welke keuzes maken jullie om de duurzaamheid te vergroten?

- Waar blijkt uit dat deze keuzes duurzaam zijn?

- Wat zijn de kosten in vergelijkbaar met het niet duurzame alternatief

- De presentatie is aantrekkelijk en overtuigd mensen om deze vakantie te gaan boeken

Tips voor een groene vakantie

In les 5 doen we een speurtocht met pdf-maps.

Als je dit onderwerp kiest, maak je zelf een vergelijkbare speurtocht met dit programma over een onderwerp dat met het thema Mens & Milieu te maken heeft.

De speurtocht doen we dan niet, maar je presenteert je applicatie zodat duidelijk wordt wat de bedoeling is.

Je mag de docent om technische hulp vragen (bijvoorbeeld voor de ondergrond kaart en hoe het programma werkt), maar de inhoud bepalen julie helemaal zelf. Het buiten uitzetten van de speurtocht mag je niet tijdens lesuren doen. het verwerken van de informatie uiteraard wel.

De speurtocht moet voldoen aan de volgende eisen:

- Moet uitvoerbaar zijn (dus moet helemaal af zijn)

- Mag niet langer duren dan 45 minuten (te voet)

- Moet in de omgeving van de school plaatsvinden (laat dit checken door de docent)

- Moet iets toevoegen aan de lesstof die we in dit thema behandelen

Maak eerst een opzet en laat deze goedkeuren door de docent voor je echt begint.

 

WebQuest Palmolie als biobrandstof

Palmolie als biobrandstof. Het klinkt erg duurzaam om in plaats van fossiele brandstoffen te zoeken naar CO2 neutrale alternatieven.

Maar is palmolie als biobrandstof wel zo duurzaam? Met je leerteam ga je op internet op zoek naar informatie die je verwerkt in een presentatie.

Voor de presentatie kan je kiezen uit de volgende 2 vormen:

1. Een filmpje

2. Een PowerPointpresentatie die je zelf van commentaar voorziet

Wat moet er in jullie presentatie voorkomen:

- Hoe werkt palmolie als biobrandstof

- Hoe wordt het gewonnen

- Wat is daarvoor nodig

- Waarom is het wel, of waarom is het niet duurzaam

- Wat vinden jullie zelf

Kies een standpunt: wel of niet duurzaam. En maak je presentatie zo, dat je mensen probeert te overtuigen van jullie mening.

Je kan bij het maken van je presentatie gebruik maken van de volgende bronnen:

 

Voorstanders

Tegenstanders

Follow the money

Tijgervriendelijk palmolie

In Nederland worden grote stukken natuur soms doorsneden door grote wegen. Dit is gevaarlijk voor dieren en mensen zoals je hebt gezien in deze les. Om er voor te zorgen dat dieren veilig over kunnen steken hebben we op veel plaatsen zogenaamde ecoducten gemaakt.

Bekijk de volgende film en beantwoord daarna de vragen over ecoducten:

Ecoduct Groote Heide

Opdracht 5. Keurmerken

Keurmerken

Zet de app KeurmerkenWijzer van de organisatie milieu-centraal op je mobiel

In Nederland zijn er meer dan 100 duurzaamheidskeurmerken. Sommige zijn goed, maar anderen zijn meer een truc om meer producten te verkopen. De organisatie Milieu Centraal heeft daarom een applicatie voor de mobiele telefoon ontwikkeld, waar deze keurmerken worden beschreven en beoordeeld. De keurmerken worden beoordeeld op milieu, dierenwelzijn, eerlijke handel en controle.

Opdrachten:

Noteer de antwoorden in je werkboek

1. zoek in de categorie Koffie, thee, chocolade het keurmerk dat ook rekening houdt met dierenwelzijn.
   Waar richten keurmerken in deze categorie zich meer op?

2. Waarom scoort het keurmerk "Dolfijnvriendelijk gevangen tonijn" maar 1 punt op dierenwelzijn?
    Je zou denken dat daar een hogere score uit zou moeten komen

3. Welk keurmerk vind je het beste als het gaat om de grondstof hout? Waarom vind je dat?