Opdracht: Grammatica - Werkwoord - vmbo-b12

Opdracht: Grammatica - Werkwoord - vmbo-b12

Werkwoord

Intro

In deze opdracht staat het werkwoord centraal.

In onderstaand filmpje wordt uitgelegd wat een werkwoord is.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • een werkwoord in een tekst herkennen.
  • het verschil benoemen tussen sterke en zwakke werkwoorden.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Je kunt na het bestuderen van de kennisbank oefeningen over het werkwoord maken.
Stap 2

en

Je kunt in een oefening de verschillende werkwoordsvormen herkennen.
Stap 3 en Je kunt het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden uitleggen en hier voorbeelden van noemen.
Stap 4 Je kunt werkwoorden in een tekst herkennen.
Stap 5 Je kunt in een oefening verschillende werkwoorden vinden in zinnen.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Samenvattend   Hier vind je de kennisbank die hoort bij deze opdracht.
Eindopdracht A Als je kiest voor eindopdracht A, maak je een toets.
Eindopdracht B Als je kiest voor eindopdracht B maak je een document met 150 woorden waarvan je de werkwoorden telt.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank Nederlands het volgende onderwerp:

Grammatica: Het werkwoord

 

Stap 2: Verschillende vormen

Hieronder vind je twee oefeningen over de werkwoordsvormen.

Stap 3: Sterk of zwak?

Werkwoorden worden verdeeld in zwakke en sterke werkwoorden.

Bij sterke werkwoorden verandert de klinker van de stam.
Bijvoorbeeld: De kinderen lopen op straat. vt: liepen.
Lopen is dus een sterk werkwoord.

Bij zwakke werkwoorden blijft de klinker gelijk.
Bijvoorbeeld: Ze spelen samen. vt: speelden.
Spelen is dus een zwak werkwoord.

Vind je dit nog moeilijk?
Lees dan nog een keer de uitleg over sterke en zwakke werkwoorden in de Kennisbank.

Grammatica: Sterke en zwakke werkwoorden

Stap 4: Werkwoorden tellen

Stap 5: Werkwoorden zoeken

Maak de oefening hieronder.

Afronding

Samenvattend

Hier vind je de kennisbank die gebruikt is in deze oefening.

Grammatica: Het werkwoord

Eindopdracht A: Toets

Als je kiest voor eindopdracht A maak je een toets over werkwoorden. 

Eindopdracht B: Werkwoorden tellen

Als je kiest voor eindopdracht B maak je de opdracht 'Werkwoorden tellen'.

Ga op internet naar een willekeurige website.
Selecteer op de website een tekst van ongeveer 150 woorden.
Ga naar de website woorden-tellen.
Daar kun je zien uit hoeveel woorden de tekst bestaat.
Is de tekst langer dan 150 woorden, haal dan aan het eind een aantal woorden weg.

Plak de tekst in een Word- of Googledocument.

Tel nu het aantal werkwoorden in de tekst. Markeer de werkwoorden ook.
Schrijf onder aan je document hoeveel van de 150 woorden, werkwoorden zijn.

Beoordeling:

Je docent let op de volgende punten:

  • De tekst bestaat uit één verhaal.
  • Alle werkwoorden in de tekst zijn gemarkeerd.
  • Onderaan de tekst staat het juiste aantal werkwoorden.

Klaar?

Lever je document in bij je docent.

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Vond je de video duidelijk? Wist je nog wat een werkwoord is?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
  • Inhoud
    Welke stap vond je de beste oefening om werkwoorden te leren?
  • Eindopdracht
    Welke heb je gekozen? Vond je het een moeilijke keuze? Waarom wel/niet?

  •  
  • Het arrangement Opdracht: Grammatica - Werkwoord - vmbo-b12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2023-05-09 14:03:10
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema ‘Mijn ster’, en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor vmbo-b12. De opdracht behandelt hoe je een werkwoord in een tekst kan herkennen en het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden kan benoemen. De opdracht bestaat uit vijf losse opdrachten die individueel of in groepsverband kunnen worden gemaakt. De opdracht wordt afgesloten met een toets of opdracht. Veel succes!
    Leerniveau
    VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    Schrijven; Spelling, interpunctie en grammatica; Nederlands; Schrijfvaardigheid;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, grammatica, mijn ster, stercollectie, sterke en zwakke werkwoorden, vmbo-b12, werkwoord, werkwoorden tellen, werkwoorden zoeken, werkwoordsvormen