* Weet je wat prioriteiten stellen is, en kan je dat ook uitvoeren
* Kan je verschillende soorten uitgaven onderscheiden
* Weet je wat sparen en wat lenen is.
* Weet je wat rente is
* Kan je rekenen met rente
* Ken je de voor en nadelen van sparen en lenen
En als je geld hebt, wat kan je dan allemaal met je geld. Op deze pagina's leer je daar alles over. Aan het eind check je natuurlijk of je alles goed hebt onthouden, door het maken van een toets.
In de pagina's zijn een aantal begrippen dikgedrukt. Deze begrippen kan je later nog eens terug zoeken op de begrippen pagina.
1. Hoe is geld ontstaan?
Op de vraag wat is geld weet jij natuurlijk het antwoord ( maar toch toetsen we het bij je ;) ). Maar toch is geld er op vele verschillende manieren. Maar voor dat wij daar op in gaan , kijken wij eerst naar hoe geld nu eigenlijk geld is geworden.
Vroeger, toen geld nog niet bestond, hadden mensen wel behoeftes. Stel jij jezelf eens voor dat jij in het stenen tijdperk leeft.
Een holbewoner
Jij bent een holbewoner, en je hebt honger. Helaas heb jij niks te eten in huis. Wel heb jij een heleboel knuppels. Want als jij overdag aanhet werk bent, maak jij knuppels voor het geval dat jij wilt gaan jagen. Alleen gebeurd dat niet vaak, want van jagen word je moe. Dus heb je nu een hele voorraad knuppels.
Jou buurman heeft geen knuppels, maar wel kippen. Na lang nadenken bedenk jij dat het een goed idee zou kunnen zijn als je een van jouw knuppels kan ruilen met de kippen van jouw buurman.
Jij gaat naar de buurman toe en klopt aan. Hij komt naar buiten en na een kort gesprek stel jij voor om een knuppel te ruilen tegen kippen. Maar dan begint de discussie. Jij wilt 4 kippen voor 1 knuppel, maar de buurman wilt jou niet meer dan 2 kippen geven voor die ene knuppel. Na lang onderhandelen besluiten jullie dat er 3 kippen geruild worden voor 1 knuppel.
Dit is hoe het allemaal begon. In het filmpje hier onder leer je meer over het ontstaan van geld.
Het onderhandelen kost tijd, en tijd is geld. Jij hebt natuurlijk geen tijd om uren te onderhandelen. Daarom zou het handig zijn als de spullen een bepaalde waarde hebben, en je ook met andere materialen kan betalen. Zo werden er in de oudheid schelpen en edelmetalen gebruikt om te betalen. Zo werd het makkelijker om spullen te kopen. Niet iedereen wilt namelijk jouw knuppels, maar ze willen jouw geld wel hebben.
Chiraal en Chartaal geld
Geld kunnen we verdelen in 2 soorten. Geld dat we beet kunnen houden, zoals muntgeld en briefgeld, noemen we chartaal geld. Het meeste geld bestaat digitaal. Het staat namelijk op bankrekeningen in de hele wereld. Je kunt het niet echt beethouden, maar je kunt er wel mee betalen. Dit noemen we chiraal geld.
Functies van geld
Met geld kunnen we dus van alles doen. In het filmpje heb je gezien dat ruilen een functie is van geld. Maar we kunnen geld ook voor andere doeleinden gebruiken. We kunnen geld sparen. Maar we kunnen geld ook gebruiken om te rekenen. Bijvoorbeeld om uit te rekenen of jij alles kunt kopen.
De drie functies van geld zijn dus :
- Sparen
- Ruilen
- Rekenen
2. Moet ik werken voor mijn geld?
Voordat je eindelijk geld kan uitgeven, zal je eerst geld moeten hebben. Maar hoe kom je dan aan geld ? Waarschijnlijk heb jij niet zo'n geldboom in de tuin staan. Dus zal jij op een andere manier aan je geld moeten komen.
Een koe bij een geldboom
Hier zijn natuurlijk verschillende manieren voor.
De makkelijkste is zakgeld. Zakgeld krijg je meestal van je ouders, maar dat kan je natuurlijk ook van andere familieleden krijgen. Dit kan je per dag, per week, per maand en misschien zelfs wel per jaar krijgen.
Een andere manier om aan je geld te komen is om te gaan werken. Nu kan je natuurlijk niet elk dag aan het werk zijn. Je zal ook naar school moeten, en dat moet ook nog 5 dagen per week. Er blijft dus heel wat minder tijd over om te werken. Dat is niet het enige probleem. Volgens de wet mag je niet zoveel uur werken. Straks ga jij een opdracht maken om uit te zoeken hoeveel jij per week mag werken. In diezelfde opdracht kijk je dan meteen hoeveel jij per maand kan verdienen.
Loon
Als je gaat werken, ontvang je loon. Loon kan je op verschillende manier ontvangen. De meest bekende is geld. Iedere maand stort jouw baas geld op jouw bankrekening. Vroeger gingen werknemers een keer per week hun loon ophalen. Zij kregen toen een klein zakje met het geld van die week er in. Tegenwoordig gaat dat dus allemaal digitaal. Met een paar klikjes staat het geld op jouw rekening.
Loon is er niet alleen in geld. Sommige mensen krijgen bijvoorbeeld kleren of een auto 'van de zaak'. Zij hebben dus spullen gekregen van hun baas, waar zij niet voor betaald hebben. Zij hebben voor deze spullen gewerkt. Dit noemen wij 'loon in natura'.
Loon per dag, loon per week, loon per maand en loon per jaar.
De meeste werkgevers betalen het loon uit per maand. Dan krijg je 12 keer per jaar je salaris. Toch gebeurd dit niet overal. Sommige bedrijven kiezen er voor om het loon iedere 4 weken uit te betalen.
Mensen die voor een uitzendbureau werken krijgen vaak betaald per week.
Uitkering
Sommige mensen kunnen niet werken. Het zou heel erg zijn dat je ziek bent, of niet in staat bent om te werken, en dat je daarom geen geld hebt. Hier heeft de overheid iets op bedacht. De mensen die niet in staat zijn om te werken krijgen een uitkering. De mensen krijgen iedere maand geld van de overheid. Zo kunnen de mensen dus gewoon een huis huren en eten en drinken kopen. In de opdracht hierna ga je kijken welke uitkeringen er zijn, en wanneer je recht hebt op deze uitkering.
3. Kan ik alles kopen wat ik wil?
Ken je dat gevoel? Je loopt in de winkel en ziet mooie kleren hangen. Of je loopt in de Game winkel en ziet de nieuwste game staan. Natuurlijk wil je die hebben! Maar kan je die wel betalen ?
Snel check jij het saldo van je bankrekening, maar helaas. Je hebt niet genoeg geld om dit allemaal te kopen. Er is net genoeg geld om een van de dingen te kopen die jij zo graag wilt hebben. Je moet dus eerst voor jezelf bepalen wat je nu wilt kopen. Je moet dus prioriteiten stellen. Dit doe je dus door de spullen die je het belangrijkste vind bovenaan zet. Daarna moet je kijken hoeveel geld je hebt, en aan wat je dit gaat uitgeven. Dit noemen we, een begroting maken.
De spullen die jij wilt hebben kan je verdelen in 2 categoriëen. De spullen die je echt nodig hebt om te overleven. Dit noemen we basisbehoeften. Een huis, drinken en eten, kleding en onderwijs zjn basisbehoeften.
Maar natuurlijk wil jij ook andere dingen. Een mooie tv op je kamer, een scooter of een fiets. Een laptop of tablet om het saaie huiswerk mee te maken. En wat zou er gebeuren als jij geen mobiele telefoon zou hebben. Al deze andere dingen noemen wij Luxe behoeften.
Het is belangrijk dat je eerst kijkt naar hoeveel geld je hebt, en waar jij dat aan gaat uitgeven. Als je dit niet zou doen, loop je het risico dat je geld uitgeeft wat je eigenlijk had moeten uitgeven aan andere dingen. Want wat heb je aan een mobiele telefoon als jij hem niet kan opladen omdat je de energie rekening niet betaald heb?
Zorg dus dat je eerst een lijstje maakt met de spullen die je wilt hebben, dit dan indeelt op prioriteit en daarna kijkt of je wel genoeg geld heb. Zo kom je niet in de schulden.
Uitgaven
Je geeft je geld dus uit aan verschillende dingen. Later als jij op jezelf woont moet je dus alles zelf regelen. Je moet je eigen rekeningen betalen, je eigen eten kopen en natuurlijk al je andere spullen kopen. Dit uigaven kunnen we verdelen in 3 verschillende soorten uitgaven.
1. Dagelijkse uitgaven
Hiermee bedoelen we niet dat je deze uitgaven ook echt elke dag koopt, maar dit zijn de meest voorkomende uitgaven. Denk aan de boodschappen die je doet.
2. Vaste lasten
Dit zijn uitgaven die steeds weer terugkomen. Meestal is dat 1 keer per maand. Deze uitgaven zijn bijvoorbeeld de elektriciteitsrekening, de huur, je telefoonabonnement en dat soort uigaven.
3. Incidentele uigaven
Dit zijn uitgaven die maar eens in de zoveel tijd voorkomen. Bijvoorbeeld het kopen van een nieuwe televisie of wasmachine.
Schulden
Veel mensen in Nederland hebben schulden. Niet iedereen kan hier altijd wat aan doen. Wil jij meer te weten komen over hoe je schulden kunt voorkomen, kijk dan eens op de site van het nibud.
www.nibud.nl
4. Sparen en lenen
Sparen
Stel nou dat jij heel graag een scooter wilt kopen. Als jij straks 16 bent en jij je theorie gehaald heb wil jij heel graag die scooter hebben. Deze scooter kost alleen wel geld. Namelijk €1500 euro. Als jij je theorie haalt betalen je ouders de helft van de prijs van de scooter. Zelf moet je dus nog €750,- bij elkaar krijgen. Je zal dus nog €750,- moeten sparen.
Gelukkig heb jij een bijbaantje bij de plaatselijke supermarkt. Iedere maand verdien jij daar € 175,-. Over 6 maanden mag jij je theorie gaan halen , en jij gaat er natuurlijk van uit dat jij het in één keer haalt. Als jij elke maand € 125,- spaart, heb jij na 6 maanden het goede bedrag bij elkaar ( want 750 gedeeld door 6 = 125 ).
Je spaart dus voor een doel. Het doel hier is het kopen van een scooter.
Andere redenen om te sparen
Als je spaart bij de bank krijg je van de bank een vergoeding. Dit noemen we rente. De bank gebruikt jou geld namelijk weer om het uit te kunnen lenen aan iemand anders. Maar wees niet bang, als jij je geld wilt opnemen bij de bank, kan dat gewoon. Een reden om te sparen is dus: Sparan voor de rente
Soms heb je op dit moment niks nodig, maar ben je wel bang dat er binnenkort iets kapot gaat. Dit noemen we Sparen uit voorzorg. Als er dan iets kapot gaat, heb je dus wel geld om een nieuwe te kopen.
Lenen
Stel nou dat je op dit moment iets wilt kopen. De wasmachine of televisie is kapot en je hebt op dit moment geen geld. Dan kan je het geld lenen. Ook bij het lenen krijg je te maken met rente. Alleen is de rente die je bij lenen, rente die je betaald aan de bank. Als je dus geld leent van de bank, betaal je altijd meer terug dan jij geleend heb. Het voordeel van lenen is dat je het geld meteen te beschikking hebt.
Rente
Als je geld spaart krijg je dus rente van de bank. Die rente krijg je altijd 1 keer per jaar. De rente wordt altijd uitgedrukt in een percentage. Daarmee bedoelen we: Als jij spaart krijg je 3% rente. Hoe werkt dat dan ?
Stel dat jij 1200 euro op de bank heb staan. Na een jaar krijg je 3% rente. Dat moeten we dus uitrekenen.
Eerst reken je 1% uit. Dit doe je door het bedrag, de 1200 euro, te delen door 100. Dit is 12. Nu heb je 1% uitgerekend, maar je wilt weten hoeveel de 3% is. Je doet dus 12 x 3. Dat is 36.
De rente is dus 36 euro.
De rente die je krijgt van de bank is een stuk lager dan wanneer jij geld leent van de bank. Dit is voor de bank namelijk dé manier om geld te verdienen. Dit moet ook wel, want van de rente die de bank krijgt van het uitgeleende geld moeten ze jou natuurlijk ook betalen.
Ze zeggen dan ook niet voor niks, geld lenen kost geld !
Cryptomunten.
De laatste jaren bezitten steeds meer mensen cryptomunten. Wat zijn cyptomunten? Cryptomunten zijn digitale codes die een bepaalde waarde hebben. Deze codes kunnen geruild worden. Net als vroeger met de goud bewijzen. Er zit geen bank tussen. Mensen ruilen de codes zelf. Je hebt verschillende cryptomunten zoals: Bitcoin, Ethereum, Stratis, Ripple, IOTA, monero, Neo, Ethos, Qtum, enz. Cryptomunten zijn dus niet hetzelfde als het geld wat jij en ik in onze portomonnee of op onze bankrekening hebben. Het is een heel nieuw soort geld.
Block chain.
Iedere bezitter van cryptomunten heeft een lijst met alle transacties. Wanneer een nieuwe betaling plaatsvind dan zal dit vermeld worden op alle lijsten. Wanneer dit is gebeurd vind de betaling plaats. Zo word er precies bij gehouden hoeveel cryptomunten er zijn en wie wat heeft.
Minen (Delven)
Je kan je eigen cryptomunten zelf maken. Dit noemen ze minen of delven van cryptomunten. Je hebt dan een speciale computer nodig. Als je een bepaalde code gekraakt hebt dan krijg je daarvoor een cryptomunt terug. Hoe meer cryptomunten er zijn hoe lastiger het word om een nieuwe te maken. Deze computer zijn vrij duur (minimaal € 6000,-) omdat deze computers ontzettend veel rekenkracht moeten hebben en het kraken van de codes kost heel erg veel stroom. Het totale stroom verbruik voor het kraken van de codes van de bitcoin is bijna evenveel als Ierland in een jaar verbruikt.
Wallet
Je kan Cryptomunten bewaren op verschillende manieren:
Je kan de codes uitprinten en op papier bewaren (als je de code kwijt bent ben je dus ook je geld kwijt)
Je kan de codes ook bewaren in een online wallet (portomonee). Het nadeel hiervan is dat je wel vertrouwen moet hebben het bedrijf die jouw wallet beheerd. Dit is in het verleden al een paar keer mis gegaan. Wallets die leeft geroofd zijn, codes die zijn verdwenen. Je kan ook een offline wallet maken. Je slaat dan de codes op op je eigen apparaat (smartphone, pc, lapotop) Dit is het meest veilige. Je moet wel zorgen voor een goede beveiliging van je apparaat.
Verrijking: Aandelen
Eigenaar zijn van een groot bedrijf ?
Is het ook jouw grote droom om later eigenaar te zijn van een heel groot bedrijf en heel erg veel geld te verdienen ? Zou jij niet eigenaar willen zijn van Coca-Cola,Snapchat, Borrussia Dortmund of Galatasaray ? Het kan ! Jij kan aandelen kopen van een van deze bedrijven of voetbalclubs. Jij kan namelijk 1 aandeel kopen van een bedrijf. Als jij een aandeel bezit ben jij eigenaar van het bedrijf. Omdat jij eigenaar bent kan jij zelfs een stukje van de winst krijgen. Dividend noemen we dat. Maar hoe zit dit nou precies ?
Een aandeel kopen
Grote bedrijven hebben vaak aandelen. ALs een bedrijf aandelen verkoopt, betekent dat eigenlijk dat zij een stukje van het bedrijf verkopen.Hoe meer aandelen jij koopt, hoe meer jij eigenaar bent van het bedrijf. Als jij dan een aandeel koopt ben jij voor een klein stukje de eigenaar van het bedrijf. We zeggen bewust eigenaar, want in dit geval is het niet zo dat jij de baas bent, omdat jij ook eigenaar bent. Bij deze bedrijven is het zo dat het dagelijks bestuur bepaald wat er gebeurd. Alleen mensend die heel erg veel aandelen hebben van een bedrijf, kunnen meedenken over de het bedrijf.
De waarde van een aandeel
Als jij 1 aandeel hebt ben jij dus voor een stukje eigenaar. Een heel erg klein stukje. Bijvoorveeld Coca Cola. In 2016 waren er 486 miljoen ( dus 486.000.000 stukjes ) aandelen coca-cola. Daarna zijn er geen nieuwe aandelen coca-cola meer bijgekomen. Wat betekent dat dan ? 1 aandeel coca-cola is ongeveer 45 Dollar waard. Voor $45 koop jij dus 1 deel van de 489 miljoen aandelen. Jij bent dan dus voor 0,0000002 % eigenaar van Coca-Cola. De waarde van een aandeel veranderd. ALs Coca-Cola het heel goed doet, gaat de waarde omhoog. Doet Coca-cola het minder goed, dan zal de waarde van jouw aandeel dus dalen. De aandelen worden verhandeld op de beurs. Als de waarde van het aandeel is gestegen en jij verkoopt het, maak jij dus winst. Maar bij aandelen is het ook zo dat de waarde kan dalen. Als dit gebeurd en je verkoopt dan de aandelen, dan heb je dus verlies geleden.
Dividend
Als jij een aandeel hebt bent jij dus eigenaar. En als jij eigenaar bent, wil jij natuurlijk geld verdienen. Als Coca-cola winst maakt krijg jij daar dus ook een stukje van . Dit noemen we dividend. Het is niet zo dat Coca-cola alle gemaakte winst verdeeld onder de aandeelhouders. Een deel van de winst blijft in het bedrijf. Dit kan dan weer gebruikt worden om te investeren. Dit vinden de aandeelhouders niet altijd erg. Investeren kan er namelijk voor zorgen dat er nog meer winst gemaakt wordt. Nog meer winst betekent natuurlijk nog meer geld voor jou !
Zijn aandelen gelijk aan geld ?
Aandelen zijn niet hetzelfde als geld. Maar je kan voor je aandelen wel geld krijgen. Vroeger moest je als aandeelhouder het bewijsje hebben. Dat bewijsje kon je dan verkopen aan iemand anders. Daar kreeg jij dan weer geld voor. De ander kreeg dan jouw bewijs. Dit lijkt een beetje op het ontstaan van de eerste bankbiljetten. De winkels waar jij echter je spullen koopt zullen het aandelenbewijs niet accepteren. De kans dat jou aandeel ineens heel veel minder waard is, vinden de winkels waarschijnlijk veel te groot. Dus eerst je aandeel verkopen zodat jij er geld voor krijgt, dan kan je met dat geld naar de winkel.
Het arrangement Financiele educatie is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Martin Oosterveer
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2018-02-19 21:53:47
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.