Cluster 1: jeugdigen en ouderen

Cluster 1: jeugdigen en ouderen

Jeugdigen en ouderen

Bron: WIKI

Introductie

 

De komende weken volg je het cluster 2 jeugdigen en ouderen. Tevens hebben we de module levensloop toegevoegd.Ieder mens heeft zijn of haar eigen levensloop. Hoe we ons ontwikkelen heeft te maken met afkomst en de omgeving waarin we opgroeien. Ook in je werk als Doktersassistent krijgt je te maken met de levensloop van mensen. Deze module levensloop bestaat uit vier hema’s:

  1. Erfelijkheid

  2. Ontwikkeling

  3. Gezondheid

  4. Ziektes

De hoofstukken voor die we uit de reader gebruiken zijn:

  • H1: Wie vind jij een lekker ding ?
  • H2: Op wie lijkt jouw baby?
  • H4: Van je familie moet je het hebben; opdracht 2 stamboom maken (blz 30.)

Heel veel plezier gewenst bij het ontdekken van je eigen levensloop!

 

Bron: mw.van de Kooij

.

Thema 1 Levensloop

Startopdracht

 

Stap 1

Ga naar Introductie → Levensloop portfolio en open de link. Bekijk wat er allemaal in je portfolio moet staan

https://maken.wikiwijs.nl/bestanden/878437/Erfelijkheid%20werkboek.pdf

Stap 2
Start een nieuw tekstdocument en geef het de titel Levensloop Portfolio
Maak op de eerste pagina een voorblad. Kijk in het bestand wat er allemaal op het voorblad moet staan en voer de gegevens in.
Zoek een passende afbeelding voor het voorblad. Misschien heb je nog een leuke jeugdfoto van jezelf!

Stap 3
Ga naar een nieuwe pagina: LET OP: Om naar een nieuwe pagina te gaan, hou je CTRL ingedrukt en klik je op ENTER. Zo verschuift je tekst niet.
Schrijf een voorwoord. Hier vertel je over jouw levensloop. Je kunt hierin onderstaande onderwerpen gebruiken:
- Geboorte
- Opgroeien
- Schooltijd
- Hobbies, Sport etc.
- Beroepskeuze
- Familie
- Gezondheid
- Karaktereigenschappen
- Kwaliteiten

Stap 4
Maak op de derde pagina een inhoudsopgave. Kijk in het bestand wat er allemaal in moet staan.
De paginanummers kun je later toevoegen.

Je hebt nu een begin gemaakt met je levensloop portfolio. Sla het bestand op.
Het volgende onderdeel in je portfolio is Thema 1: Erfelijkheid. Om hiermee verder te gaan, volg je eerst de theorieles over dit onderwerp.

 

Hulpmiddelen en eisen bij het maken van een verslag

Theorie

Erfelijkheid

Donker haar, bruine ogen en klein van stuk: Hoe we eruit zien heeft alles te maken met het DNA waar onze chromosomen uit bestaan. Wat zijn chromosomen en waar komen ze voor? Hoeveel  chromosomen heeft een mens? Wat is het verschil tussen genotype en  fenotype?

 

 

 

Opdracht

Bekijk de film Erfelijkheid

.

Open bestand PP: Levensloop

Groepsopdacht presentatie houden

Groepsopdracht: presentatie van 5 - 10 minuten over genetische modificatie

Vorm groepjes van 4-5 personen en zoek in Kennislink naar een onderwerp over genetische modificatie in kennislink

‘superbaby’s’ of ‘designerbaby’s’ zijn: genetisch geprogrammeerd om iets te doen wat ze van nature niet kunnen

kennislink genetische-modificatie

artikel volkskrant superbaby

 

Persoonlijke opdracht stamboom maken

Werkboek H 4. blz. 30.  Van je familie moet je het hebben.  opdracht 2 Stamboom van eigen familie maken

Open bestand Persoonlijk deel: Erfelijkheid & Stamboom

Thema 2 Jeugdigen

Jeugdigen

Opdrachten

Inleiding

Goede jeugdzorg werkt bewust, betrokken en is betrouwbaar. De doktersassistent is een belangrijke poortwachter waarbij zij in staat moet zijn om in een vroeg stadium problemen te kunnen signaleren bij het opvoeden en opgroeien naar volwassenheid. Zij is instaat de problemen te formuleren aan de hand van de theoretische basis en meldcode kindermishandeling. Zij is onbevooroordeeld naar de ouders en de kinderen en draagt bij aan een veilige communicatie.

 

Inhoud opdrachten

 

Opdracht 1:

Beschrijf in 1500 - 2000 woorden de (psychologische) ontwikkeling van een kind. Schenk hierbij aandacht aan de volgende fasen: baby, peuter, basisschoolkind, puber en adolescent. Benoem bij elke fase aandachtspunten die voor doktersassistenten van belang kunnen zijn bij het omgaan met deze groep.

 

Opdracht 2:

  1. Hoe is de jeugdzorg geregeld in de buurt van je stageadres.
  2. Welke onderdelen zijn voor iedereen toegankelijk en voor welke onderdelen moet er een verwijzing (door een jeugdarts o.i.d.) zijn?
  3. Wat is een ZAT-team?
  4. Wie kunnen er allemaal onderdeel van zo’n team uitmaken?
  5. Voor welke (probleem)kinderen zijn deze teams vooral bedoeld?

 

Inleverproducten

  • Uitwerkingen van de opdrachten.

 

Aandachtspunten

Bronnenvermelding in APA-stijl

 

 

 

 

Persoonlijk deel

Theorie

De bronafbeelding bekijken

Meervoudige intelligentie filmpje

Test meervoudige intelligentie

Meervoudige intelligentie

https://wij-leren.nl/ontwikkelingspsychologie-1.php

Test emotionele ontwikkeling

Persoonlijke opdracht

Open bestand Persoonlijk deel Ontwikkeling KZD.docx

Literatuurlijst

Angerenstein Welzijn, & Becker, B. (2017). professioneel werken voor maatschappelijke zorg. Meppel: Edu Actief.

(Dit boek kun je w.s wel in de bibliotheek van school vinden)

Thema 3 Ouderen

Ouderen

Opdrachten

Inleiding

Casus 1

Dhr. Rijker is  69 jaar en woont samen met zijn echtgenote in een vrijstaande woning in een rustige dorpsstraat. Dhr. Rijker heeft twee dochters en twee kleindochters. De kinderen wonen niet in de buurt en wonen op 45 minuten en  1½ uur van hen vandaan. Dhr. Rijker is gescheiden toen de kinderen 13 en 16 jaar oud waren en een paar jaar daarna hertrouwd. Zijn echtgenote heeft geen kinderen en is al 30 jaar MS-patiënt. 

Dhr. Rijker heeft altijd een redelijk goede gezondheid gehad en heeft zijn vrouw altijd bij veel kunnen helpen en ondersteunen. Hij heeft wel al zijn hele leven gerookt en heeft een ernstige vorm van atherosclerose. Twee jaar geleden kreeg dhr. Rijker drie omleidingen. Daarna wilde hij stoppen met roken maar zijn vrouw rookt ook en daarom is dit extra moeilijk. Het lukt hem nu om niet meer dan 5 sigaretten per dag te roken. Het revalidatietraject na de hartoperatie heeft dhr. Rijker niet gevolgd. De eigen bijdrage was volgens hem te hoog en hij kon dat financieel niet opbrengen.

Dhr. Rijker is met zijn vrouw vanuit een grote stad in het westen hiernaartoe verhuist omdat zij graag een huis met een grote tuin wilden. Zij houden erg van dieren, hebben 4 katten en 8 kippen en Mw. Rijker zou ook graag nog een paar geitjes willen. De tuin is daar groot genoeg voor. Maar dhr. Rijker houdt dit tegen want de zorg voor de tuin en de dieren komt grotendeels op hem neer. Samen met de dagelijkse zorg voor zijn vrouw en het huishouden wordt hem dit allemaal te zwaar.

De laatste tijd gaat zijn vrouw erg achteruit en heeft zij veel meer hulp van haar man nodig dan voorheen. Zelfs het katheteriseren komt de laatste weken grotendeels op hem neer en Dhr. Rijker voelt zich de laatste weken erg moe.

 

Casus 2

Mevr. Pieters is al in de 80 en doet alles nog zelf. Ze woont zelfstandig (eerste etage, gelijkvloers met lift) en heeft geen thuiszorg. Mevr. Pieters heeft in haar leven al veel meegemaakt. Zij heeft nooit een sterke gezondheid gehad en is bij meerdere specialisten in het ziekenhuis onder behandeling (geweest). Zij is op dit moment nog onder behandeling bij de reumatoloog en de uroloog. De praktijkondersteuner begeleidt mevr. Pieters i.v.m. DM type 1.

De ziektegeschiedenis van mevr. Pieters is als volgt:

•            1952 herniaoperatie

•            1963 psychiatrische behandeling

•            1972 uterusextirpatie

•            1984 cholecystectomie

•            1991 echtgenoot overleden

•            1993 depressie

•            1994 diabetes mellitus type 1

•            1998 reumatoïde artritis

•            2004 nieuwe heup rechts

•            2005 ziekte van Ménière

•            2009 hartritmestoornissen

•            2012 cataract-ok li.

•            2012 cataract-ok re.

•            2015 blaasproblematiek

•            2016 huidproblemen / lichttherapie

•            een jaar geleden is haar jongste zoon overleden

 

Toen mevr. Pieters 55 jaar was, overleed haar echtgenoot. Hij was toen 63 jaar en overleed  aan de gevolgen van COPD. Dhr. Pieters heeft nooit kunnen stoppen met roken en lag de laatste 10 jaar 2 tot 4 keer per jaar in het ziekenhuis met een exacerbatie van COPD. Na zijn overlijden is mevr. Pieters acuut gestopt met roken en heeft sindsdien geen sigaret meer aangeraakt. De jongste zoon van mevr. Pieters kreeg n.a.v. het overlijden van zijn vader alcoholproblemen. Hij is door die problemen in een uitkeringssituatie terechtgekomen waarna het contact met zijn moeder en verdere familie steeds moeizamer werd. Op 53-jarige leeftijd is de zoon dood gevonden in zijn woning.  Mevr. Pieters had toen al meer dan een jaar niets meer van hem gehoord.

Ook het contact met haar dochter verloopt erg moeizaam en eigenlijk is er de laatste 3 jaar nauwelijks contact meer. Mevr. Pieters heeft het hier heel moeilijk mee.

Mevr. Pieters is nu 80 jaar en hoewel zij zich altijd goed zelfstandig heeft kunnen redden in haar gelijkvloerse woning,  wordt haar door de diabetes verpleegkundige aangeraden om nu toch een rollator aan te schaffen en wat hulp te regelen bij het huishouden. Het lopen gaat namelijk steeds moeilijker en het valrisico is groot.

De oudste zoon van mevr. Pieters maakt zich ook zorgen over haar geestelijke vermogens. Ze lijkt soms te verbloemen dat zij iets vergeten is en weet zich sommige situaties uit het verleden niet meer goed voor de geest te halen.

 

Casus 3

Mevr. Sybrandy is 63 jaar en verblijft sinds een half jaar op een revalidatieafdeling van het verpleeghuis. Zij heeft 7 maanden terug een fors CVA gehad. Er heeft geen trombolyse plaatsgevonden omdat zij in de ochtend is gevonden door haar echtgenoot en het niet bekend was wanneer het CVA was ontstaan.

Mevr. Sybrandy is sindsdien halfzijdig verlamd, kan niet praten en slikken en lijkt heel verdrietig. Zij huilt veel. Uit haar reacties is niet op te maken of zij goed onderscheid kan maken tussen ‘ja’ en ‘nee’. Daardoor is communicatie met haar erg moeilijk.

Haar echtgenoot, dhr. Sybrandy, is 67 jaar en nog heel vitaal. Hij woont zelfstandig in hun vrijstaande eengezinswoning en komt elke dag bij zijn vrouw op bezoek. Ook hij vindt het moeilijk zijn vrouw te begrijpen en te achterhalen wat haar wensen en vragen zijn.

Na een half jaar intensieve revalidatie wordt duidelijk dat de situatie van mevr. Sybrandy niet veel meer zal verbeteren en komt de vraag aan de orde hoe nu verder te gaan. Dhr. Sybrandy wil heel graag dat zijn vrouw weer naar huis komt. Omdat hij zelf nog zo vitaal is, kan hij behoorlijk wat zorg voor zijn vrouw op zich nemen. Daarbij zijn echter twee zaken extra moeilijk en risicovol.

Door de slikproblematiek is mevr. Sybrandy niet in staat zelf te eten en heeft zij een PEG-sonde gekregen. Mevr. Sybrandy is volledig afhankelijk van sondevoeding en mag absoluut niets per os.  Ook heeft mevr. Sybrandy een tracheacanule omdat de hoge slijmproductie in combinatie met een ontbrekende hoestprikkel haar elke keer in een situatie bracht van ‘verslikken’ met als gevolg vollopende longen en een dreigende longontsteking. Mevr. Sybrandy wordt op vaste tijden 3 keer per dag uitgezogen om dit te voorkomen en heeft een tracheacanule met cuff.

 

Inhoud opdrachten

 

Opdracht 1 bij casus 1

  1. Welke zorg heeft dhr. Rijker nodig en wie moet/kan/wil die zorg bieden?
  2. Hoe kan dhr. Rijker het beste ondersteund worden?
  3. Wat mag en kun je van de kinderen verwachten?
  4. Met welke instanties krijgt het echtpaar te maken voor het aanvragen en regelen van hulp en ondersteuning?
  5. Werk het ziektebeeld MS uit.
    1. Welke vorm van MS denk je dat mevr. Rijker heeft en waarom?
    2. Wat betekent dit voor mevr. Rijker en haar man?
    3. Met welke problemen krijgen zij mogelijk in de toekomst nog te maken?
  6. Werk het ziektebeeld atherosclerose uit.
    1. Wat zijn ‘omleidingen’?
    2. Wat betekent dit voor het dagelijks functioneren van dhr. Rijker?
    3. Wat zijn de belangrijkste therapieën en adviezen voor patiënten met arteriosclerose?
  7. Kijk nog eens goed naar de casus over het echtpaar Rijker. Hoe denk jij dat zij zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen?
    1. Wat heeft het echtpaar hierbij nodig?
    2. Waar liggen volgens jou de grenzen van wat nog verantwoord is en wie bepaald dit?
    3. Welke instanties / zorgverleners kunnen en/of moeten het echtpaar Rijker hierbij helpen?

 

Opdracht 2 bij casus 2

Vanuit de Overheid worden ouderen gestimuleerd om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen en de ‘eigen regie’ te voeren over hun leven. 

  1. Zoek informatie op over ‘eigen regie’ en leg uit wat de Overheid hiermee bedoeld?
  2. Waarom vindt men dit belangrijk?
  3. Welke organisaties zijn belast met de uitvoering van deze beleidsmaatregel?
  4. Zoek informatie over hoe ouderenorganisaties aankijken en aankeken tegen deze beleidsregel?

 

Opdracht 3 bij casus 3

  1. Kan mevr. Sybrandy naar huis, is dit verantwoord?
  2. En zo ja, welke hulp is er dan allemaal nodig en wie gaat dit doen?
  3. Welke aanpassingen zijn er nodig in huis?

 

Het ziektebeeld CVA is een veel voorkomend ziektebeeld bij ouderen. Maar ook een zeer divers ziektebeeld waarbij patiënten allemaal een heel verschillend beeld kunnen laten zien met allemaal andere klachten en complicaties.

  1. Werk het ziektebeeld CVA uit en maak daarbij onderscheid tussen een bloedig en onbloedig CVA. Wat maakt het verschil ten aanzien van de prognose en revalidatie? En waarom is dat?
  2. Wat is ‘trombolyse’?
  3. Mevr. Sybrandy heeft een onbloedig CVA en is ‘ernstig aangedaan’. Wat wil de term ‘ernstig aangedaan’ zeggen? Wat betekent dit?
  4. Hoe ziet de revalidatie van mevr. Sybrandy eruit? Met welke therapeuten krijgt zij te maken en wat doen zij? Noem er ten minste vijf.
  5. Mw. Sybrandy heeft heel veel zorg nodig en dat zal waarschijnlijk altijd zo blijven.
    1. Kan mevr. Sybrandy naar huis, is dit verantwoord?
    2. En zo ja, welke hulp is er dan allemaal nodig en wie gaat dit doen?
    3. Welke aanpassingen zijn er nodig in huis?
    4. En zo nee, waar zou mevr. Sybrandy dan kunnen gaan wonen?
  6. Welke organisaties leveren trachea/beademingszorg?

 

Inleverproducten

  • Uitwerkingen van de opdrachten.

 

Aandachtspunten

Bronnenvermelding in APA-stijl

 

 

 

 

Thema 4 Gezondheid & Ziekte

Theorie

De bronafbeelding bekijken

 

Thema 4  Gezondheid

Als we het hebben over onze gezondheid, dan kijken we naar 10 gebieden:

 

- Voeding

- Beweging

- Werk

- Genotmiddelen

- Seksualiteit

- Relaties

- Slaap

- Wonen

- Ziekte

- Geestelijke gezondheid

 

Opdrachten

Open bestand Thema 4Gezondheid opdrachten.docx

Persoonlijk deel

Open bestand Persoonlijk deel amsterdam.docx

Wijzingen 22-3-2019

Opdracht 4: (voedingcentrum het nieuwe eten) en 5 (relaties) komen te vervallen

Artikel; Slaap je slecht? Gooi die mobiele telefoon uit de slaapkamer

https://www.inslaap.nl/

Maak de inslaaptest

Afbeeldingsresultaten voor donald duck ziek

Opdrachten

Persoonlijk deel

Open bestand Persoonlijk deel Ziekte.docx

Opdrachten casussen

Open bestand Casus 1.docx

Open bestand Casus 2.docx

Open bestand Casus 3.docx

Open bestand Casus 4.docx

Open bestand Casus 5.docx

Open bestand Casus 6.docx

Reflectie

Ter afsluiting van je portfolio maak je een reflectieverslag. In onderstaand bestand, zie je hoe je dit verslag maakt.

Open bestand Thema 7 Reflectieverslag.docx

BPV Opdrachten

Hieronder tref je vier BPV opdrachten aan. Afhankelijk van jouw stageplek kies je een

onderwerp uit die het meest voor jou van toepasing is. Wanneer je alle stages van de Noorderpoort

bij elkaar optelt, dan hoef je maar twee van de vier BPV opdrachten te maken.

Open bestand Sociale kaart

Open bestand Jeugdigen en ouderen

Open bestand Lichamelijk en of zintuigelijk beperkt

Open bestand Verslaving en psychiatrie