Ontwikkelingssamenwerking
Ontwikkelingssamenwerking
Nederland werkt samen met ontwikkelingslanden.
In Pakistan bijvoorbeeld geeft Nederland aan boerengezinnen kunstmest.
De oogst van akkers wordt daardoor hoger. Nederland hoopt dat dan uiteindelijk meer kinderen naar school gaan.
1.
Waarom kunnen er door de hulp uit Nederland meer Pakistaanse
kinderen naar school?
Ook in Oeganda wordt hulp geboden, zoals je kunt zien in onderstaande video
Stap 1
Nederlands beleid
Opdracht:
Lees deze tekst:
|
Nederlands ontwikkelingsgeld
In de begroting van de Nederlandse regering is een bedrag opgenomen voor ontwikkelingssamenwerking. Binnen de Europese Unie (EU) is afgesproken dat elke lidstaat 0,7% van het Bruto Nationaal Product (bnp) besteedt aan ontwikkelingshulp. Ongeveer de helft van de ontwikkelingsgelden gaat naar ontwikkelingslanden en organisaties als de Verenigde Naties. De rest gaat als subsidies naar onder meer bedrijven en maatschappelijke organisaties. Bijvoorbeeld om in ontwikkelingslanden wegen te bouwen en ziektes als aids en malaria te bestrijden.
Met het budget voor ontwikkelingssamenwerking wil Nederland het volgende bereiken:
- het uitbannen van extreme armoede in één generatie;
- wereldwijde duurzame groei waarbij ook de armste groepen meedoen en meeprofiteren;
- succes voor Nederlandse bedrijven in het buitenland.
|
De EU heeft met de lidstaten afgesproken dat er geld gaat naar ontwikkelingssamenwerking.
--> Vind je het terecht dat Nederland bijdraagt aan de ontwikkeling van arme landen? Schrijf redenen op waarom Nederland aan ontwikkelingssamenwerking moet doen. Zijn er ook redenen te bedenken waarom niet?
Lees deze tekst:
|
Ondernemen in ontwikkelingslanden
Sinds de jaren ’90 van de vorige eeuw richt Nederland zich steeds meer op ontwikkelingssamenwerking in combinatie met handel. Ook de huidige regering combineert bij ontwikkelingssamenwerking hulp, handel en investeringen. De Nederlandse overheid ziet economische groei als een belangrijk middel in de strijd tegen armoede en honger in ontwikkelingslanden.
De Rijksoverheid stimuleert het Nederlands bedrijfsleven om in ontwikkelingslanden te ondernemen. Ook ondersteunt Nederland bedrijven in landen zelf. De Nederlandse handel in goederen met ontwikkelingslanden is het afgelopen decennium verdrievoudigd. De Nederlandse ontwikkelingshulp nam daarentegen af.
|
In een uitgave uit 2013 van de Rijksoverheid over ontwikkelingssamenwerking staat deze uitspraak:
“Extreme armoede bestrijden we uit solidariteit met mensen. Handel en investeringen stimuleren we vooral uit eigenbelang. Waar hulp en handel elkaar raken, handelen we zowel uit solidariteit als uit eigenbelang. Waar zulke uiteenlopende motieven een rol spelen, kunnen spanningen ontstaan.”
1 Wat bedoelt de schrijver van deze tekst als hij zegt dat de uiteenlopende motieven spanningen kunnen veroorzaken?
2 Nederland richt zich in zijn beleid op handel in combinatie met hulp. Op welke manier kan de handel met een arm land het land verder helpen?
Stap 2
Artsen zonder grenzen en Plan Nederland
Opdracht:
Bezoek de websites van de ontwikkelingsorganisaties Artsen zonder grenzen en van Plan Nederland.
Bekijk de website van beide organisaties en zoek uit:
Wat doen ze?
Gaat het om noodhulp of structurele hulp?
Is het gebonden of ongebonden hulp?
Zijn het NGO’s?
Hoe komen de organisaties aan geld voor ontwikkelingssamenwerking?
Stap 3
Ontwikkelingssamenwerking
De samenwerking tussen rijke en arme landen noem je ontwikkelingssamenwerking. Het doel van ontwikkelingssamenwerking is de levensomstandigheden in het ontwikkelingsland te verbeteren.
De Nederlandse regering geeft geld uit aan ontwikkelingssamenwerking.
Daarnaast zijn er veel organisaties die aan ontwikkelingssamenwerking doen.
Denk maar aan: Artsen zonder grenzen, Novib, Stichting Max Havelaar, enzovoorts.
Beantwoord de volgende vragen.
- In 2013 trok de Nederlandse regering ongeveer 3,7 miljard euro uit aan ontwikkelingssamenwerking.
Dat is ongeveer € 215,- per Nederlanders.
Vind je dat veel of weinig? Zeg ook waarom.
- Hoe komen organisatie als Novib en Artsen zonder Grenzen aan geld om hulp te bieden?
Stap 4
Nederlands ontwikkelinssamenwerkingsbeleid
Het Nederlandse ontwikkelingssamenwerkingsbeleid is gericht op de samenhang tussen het handels- en ontwikkelingsbeleid. Daarnaast focused Nederland zich op vier belangrijke thema's:
- veiligheid en rechtsorde
- water
- voedselzekerheid
- seksuele en reproductieve gezondheid en rechten.
Binnen deze thema's is er veel aandacht voor zaken als de gelijkheid van vrouwen, milieu en klimaat.
Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen
De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen zijn een aantal doelstellingen voor toekomstige internationale ontwikkeling. Ze zijn opgesteld door de Verenigde Naties en worden gepromoot als de wereldwijde doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. Zij vervangen de Millenniumdoelstellingen die eind 2015 zijn vervallen. De SDG's zullen van 2015 tot 2030 van kracht zijn. (bron: wikpedia)
By Source (WP:NFCC#4), Fair use, Link
1.
Welke van de ontwikkelingsdoelstelling zie je terug in het beleid van de Nederlandse overheid. Schrijf per thema op welk(e) ontwikkelingsdoelstelling(en) erbij horen.
Stap 5
Voorbeelden van ontwikkelingssamenwerking
Bekijk de volgende videos van SchoolTV over problemen in ontwikkelingslanden en voorbeelden van ontwikkelingssamenwerking.
Maak een overzicht waarin je per filmpje aangeeft welk probleem er behandeld wordt.
Geef ook aan wat de Nederlandse overheid hieraan kan doen.
Antwoorden
Antwoorden Intro
Waarom kunnen er door de hulp uit Nederland meer Pakistaanse kinderen naar school?
Door hogere opbrengsten verdienen de boeren meer. Hun kinderen hoeven nu niet meer mee te werken en kunnen dus naar school.
Stap 1
1.
Extreme armoede bestrijden we uit solidariteit met mensen. Solidariteit is een gevoel van samenhorigheid dat mensen ertoe aanzet om iets te doen voor anderen. Handel en investeringen stimuleren we vooral uit eigenbelang. Waar hulp en handel elkaar raken, handelen we zowel uit solidariteit als uit welbegrepen eigenbelang. Waar zulke uiteenlopende motieven een rol spelen, kunnen spanningen ontstaan.”
2.
Handel met een arm land kan het arme land verder helpen doordat ze met handel geld kunnen verdienen. Door handel groeit de productie daardoor stijgt de werkgelegenheid.
Stap 2
Plan Nederland:
"Plan werkt aan duurzame armoedebestrijding en een beter leven voor kinderen in ontwikkelingslanden, met speciale aandacht voor gelijke rechten en kansen voor meisjes." (bron: https://www.plannederland.nl/over-plan)
Artsen zonder Grenzen:
Artsen zonder Grenzen verleent medische hulp aan mensen die dit hard nodig hebben, maar niet krijgen.
Van basiszorg (zorg waarvoor we in Nederland naar de huisarts kunnen gaan), specialistische zorg in een ziekenhuis, psychologische zorg tot acute noodhulp na een natuurramp of in een oorlogssituatie. We behandelen mensen in klinieken, veldhospitalen en ziekenhuizen. (bron: https://www.artsenzondergrenzen.nl/)
stap 3
1. eigen mening.
Mogelijke antwoorden: Veel, want andere landen geven minderen en/of van 215 euro kan een Nederlander zelf veel kopen
Weinig, want er is nog veel meer hulp nodig en/of we hebben het in Nederland erg goed en kunnen best 215 euro missen.
2. Via de overheid en donateurs (mensen en bedrijven die geld schenken).
stap 4
1.
- veiligheid en rechtsorde = Vrede en gerechtigheid
- water = Ervoor zorgen dat water en sanitaire voorzieningen voor iedereen beschikbaar zijn en duurzaam beheerd worden.
- voedselzekerheid en seksuele en reproductieve gezondheid = Geen honger ... Het uitbannen van honger, het realiseren van voedselzekerheid en verbeterde voeding en het bevorderen van duurzame landbouw.
Het beëindigen van armoede in al zijn vormen en overal ter wereld.
- rechten =Het zekerstellen van inclusief en rechtvaardig, kwalitatief hoogwaardig onderwijs en het bevorderen van levenslange leermogelijkheden voor iedereen. Het realiseren van gendergelijkheid voor en emancipatie van vrouwen en meisjes.
Stap 5
| probleem |
mogelijke oplossing |
| 1. gebrek aan schoon drinkwater |
zuiveringsintallaties |
| 2. armoede (geen of nauwelijks werk) |
verstrekken van microkrediet |
| 3. aids |
voorlichting geven (en medische hulp) |
| 4. urbanisatie |
lokale verenigingen en acties, scholing |
