Het gezegde.

Het gezegde.

Begin van de les

Wat ga je leren deze les.

In deze les ga je je bezighouden met grammatica en gaan we redekundig ontleden. Dit houdt in dat we op zoek gaan naar zinsdelen en deze gaan benoemen. In deze les gaan we het hebben over : De persoonsvorm (PV.), het werkwoordelijk gezegde (WWGez.) en het naamwoordelijk gezegde (NWGez.).

De lesdoelen voor deze les zijn de volgende:

Aan het eind van deze les :

1. Kun je de persoonsvorm ( PV) in een zin vinden.

2. kun je het werkwoordelijk gezegde ( WWGez) in een zin vinden.

3. Weet je het verschil tussen het werkwoordelijk gezegde en het naamwoordelijk gezegde.

4. Kun je het naamwoordelijk gezegde ( NWGez.) in een zin vinden

5. Weet je wat de koppelwerkwoorden zijn.

 

Het werkwoordelijk gezegde.

Wat weet je al ?

Toets:Voor je begint.

Uitleg werkwoordelijk gezegde.

Uitleg:

Het werkwoordelijk gezegde (ww.gez.) bestaat altijd uit alle werkwoorden in de zin.

De persoonsvorm is een werkwoord, dus die zit altijd in het gezegde.

Het werkwoordelijk gezegde geeft aan dat iemand iets doet of dat er iets gebeurt.  

 

Hoe vind je het werkwoordelijk gezegde:

 

Stap 1: Zoek de persoonsvorm

De persoonsvorm kun je op twee manieren vinden.

1.    Maak de zin vragend: De persoonsvorm komt vooraan te staan.

2.    Zet hem in een andere tijd: De persoonsvorm verandert van klank.

 

voorbeeldzin :

Vraagzin / Andere tijd

Persoonsvorm

Wij gaan in de beek vissen.

Gaan wij in de beek vissen?

Gaan

Wij gaan in de beek vissen.

Wij gingen in de beek vissen.

Gaan


Stap 2. Zoek het gezegde

Het gezegde zijn alle werkwoorden in een zin.

Werkwoorden geven aan dat iemand (het onderwerp) iets doet of dat er iets gebeurt.

Voorbeeldzinnen

PV

Andere werkwoorden

Werkwoordelijk gezegde

Wij gaan in de beek vissen

gaan

vissen

gaan vissen

Ik ga naar school lopen

ga

lopen

ga lopen

De film gaat beginnen

gaat

beginnen

gaat beginnen


 

Samenvatting

  • De persoonsvorm is een werkwoord
  • De persoonsvorm vind je door :
  1. de zin vragend te maken.
  2. de zin in een andere tijd te zetten.
  • Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden in een zin.

 

 

 

 

 

Oefenvragen persoonsvorm en werkwoordelijk gezegde

Het naamwoordelijk gezegde

Wat weet je al ?

Toets: Voor je begint.

Start

Uitleg naamwoordelijk gezegde

Het naamwoordelijk gezegde (NWGez.) bestaat altijd uit een koppelwerkwoord en een naamwoordelijk deel!     De koppelwerkwoorden zijn; zijn, worden, heten, blijven, schijnen, lijken, blijken, dunken en voorkomen.          Het koppelwerkwoord koppelt het naamwoordelijk deel aan het onderwerp.                                                        Het naamwoordelijk deel zegt iets over het onderwerp in de zin

Het koppelwerkwoord is de persoonsvorm en deze kun je op verschillende manieren vinden:


Stap 1 zoek de persoonsvorm

1.    Maak de zin vragend. De persoonsvorm komt vooraan te staan.

2.    Zet de zin in een andere tijd. De persoonsvorm verandert van klank.

 

Stap 2 zoek het gezegde

Als de persoonsvorm bestaat uit een van de koppelwerkwoorden : zijn, worden, heten, blijven, schijnen, lijken, blijken, dunken en voorkomen, dan is het gezegde niet werkwoordelijk, maar naamwoordelijk!

 

voorbeeldzinnen

PV

Koppelwerkwoord ?

Naamwoordelijke gezegde

Het wordt een groot succes

wordt

Ja=worden

Wordt een groot succes

Hij is bakker

is

Ja=zijn

Is bakker


 

Let op :

Koppelwerkwoorden kunnen ook als werkwoord in het werkwoordelijk gezegde voorkomen. Dit heeft te maken met de betekenis van het werkwoord.

voorbeeldzinnen

persoonsvorm

koppelwerkwoord

Naamwoordelijk gezegde

De juf schijnt leuk te zijn

schijnt

Ja=schijnen

Schijnt leuk te zijn

De zon schijnt de hele dag

schijnt

nee

schijnt

 

In de voorbeeldzin 1 zegt het werkwoord iets over de juf en is het een koppelwerkwoord en dus een naamwoordelijk gezegde

In voorbeeldzin 2 is het werkwoord een zelfstandig werkwoord en is het een werkwoordelijk gezegde.


 

Samenvatting:

·         Het naamwoordelijk gezegde bestaat uit twee delen

1.       Het eerste deel is de persoonsvorm en bestaat uit een koppelwerkwoord

2.       Het tweede deel is naamwoordelijk en zegt iets over het onderwerp van de zin

·         De persoonsvorm vind je door:

1.       De zin vragend te maken, de persoonsvorm komt vooraan te staan.

2.       De zin in een andere tijd te zetten, de persoonsvorm verandert van klank

·         Is de persoonsvorm een koppelwerkwoord:                                                                                                         ( zijn,worden,lijken,blijken,blijven,schijnen,heten,dunken of voorkomen)                                                          dan is het een naamwoordelijk gezegde,

Oefenvragen naamwoordelijk gezegde

Herhaling en controle van het gezegde

Toets: het gezegde

  • Het arrangement Het gezegde. is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    jos campfens Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2017-11-15 15:37:59
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze les gaat over het gezegde. Naast het werkwoordelijk gezegde wordt ook het naamwoordelijk gezegde behandeld. Tevens wordt er aandacht geschonken aan de PV en de koppelwerkwoorden.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; HAVO 1; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2; VWO 1;
    Leerinhoud en doelen
    Schrijven; Spelling, interpunctie en grammatica; Nederlands; Schrijfvaardigheid; Begrippenlijst en taalverzorging;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    gezegde, grammatica, koppelwerkwoorden, naamwoordelijk, nederlands, ontleden, persoonsvorm, redekundig, werkwoordelijk
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Voor je begint.

    Voor je begint.

    Oefenvragen naamwoordelijk gezegde

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.